Ook in Nigeria gaal hel Evangelie over winnend voorl. de loupe ZEELAND DOOR WATER EN VUUR De Qua Iboe Church telt er reeds 60*000 belijdende leden* Een jonge zendeling vertelde van zijn werk EEN GOEDE DAAD.... ORANJEBOOM BIER MARNIX D'HONTENISSE Vrijdag 20 Juni 1952 ZEEUWSCH DAGBLAD Pagina 3 Het Evangelie van Jezus Christus gaat overwinnend voort, ook in wat wij „donker Afrika plegen te noemen. Ziedaar de conclusie na een gesprek met de heer G. Nonnekes uit Middelburg, en zijn vrouw, die in de provincie Calabar, in het zuid-oostelijke gedeelte van Nigeria, gedurende ruim twee jaar in dienst van de Britse Qua Iboe Mission zendingswerk hebben verricht en kort voor Pasen met een half jaar ver- lof naar Nederland terugkeerden. Het zijn zware jaren geweest voor dit jonge echtpaar. Maar ook mooie en gezegende jaren in dienst van de Koning der Kerk en der ganse aarde, In Ibesit, een plaats, die ongeveer 20 mijl ten Noorden van de havenstad Opobo ligt, hadden zij hun standplaats. Daar en in de omgeving hebben zij hun taak verricht onder de negers, van wie reeds vele duizenden gekomen zijn tot het geloof in Jezus Christus en die reeds een goed functionnerend kerkelijk leven bezitten. Het animisme, de „godsdienst" der primitieven, met zijn geloof in boze en goede geesten, wordt in Nigeria steeds meer teruggedrongen om plaats te maken voor het geloof in de enige ware God en in Zijn Zoon, van Wie steeds meer bewoners van dit land aan de Westkust van Afrika gaan geloven, dat Hij ook voor hen gestorven is. Nigeria is nog altijd een Britse kolo- volg van dit sterke familieverband is nie, maar bezit een zeer grote mate van zelfstandigheid, In 1951 werden er voor het eerst verkiezingen gehouden voor de drie huizen van afgevaardigden, die optreden namens de drie delen van het land, waarin het staatkundig-bestuurlijk is gesplitst. Voor de kust van Nigeria ligt een uit gestrekt kreken gebied met vele moeras sen. Door die kreken is het zelfs mo gelijk van Oost naar West langs de ge hele kust te varen, zonder over zee te moeten gaan. Voornamelijk vissers, die nieestal in paalwoningen leven, vinden in dit lcrekengebied een bestaan. Ach ter dit gebied liggen de wouden. Dat zijn geen oerwouden meer, maar vele kilometers brede gordels van palmen. Het merkwaardige is, dat er bijna geen timmerhout in Nigeria meer aanwezig is. Bijna alles is in de loop der jaren ge kapt. Die palmen zijn oliepalmen en die palmolie is eigenlijk de kurkwaarop Nigeria economisch drijft. Hetgeen wel te begrijpen is, als men weet, dat tweederde van de wereldproductie aan palmolie door dit land wordt ge- levend. De United Africa Company neemt in Nigeria een monopoliepositie jtJ. En een tweede merkwaardigheid is, dat deze oliepalm oolc overal in het wild groeit. Een zeer vochtig tropisch klimaat. Noordelijk van deze palmengordel zijn de heuvels en de grasvlakten en nog noordelijker begint de Sahara. Het kli maat ls volslagen tropisch. Voor de Westerling, die er voor het eerst komt, valt het allesbehalve mee. Vooral ln de regentijd ls het er ontzettend warm, met een enorm hoge vochtigheidsgraad, De maatschappelijke en sociale om standigheden ln Nigeria zijn nog niet direct „Westers" te noemen. De bevol king 13 betrekkelijk nog maar kort ge leden met het Westen in aanraking ge komen en er heersen nog toestanden, die pas na verloop van vele jaren ver dwijnen. De mannen zijn er zeer lui! Op geregelde tijden gaan z(j de palm bomen in om de pitten, bovenaan in trossen, los te snijden en naar beneden te halen. Daarin zijn zij uiterst bedre ven. Maar niet minder zijn zij dat in het handel drijven. Van wie zij het hebben is moeilijk uit te zoeken, maar zij staan hun manne tje, ook als dat een Westers zakenman ls. Met letterlijk alles, dat verhandel baar is, drijven zij hun handel. Natuur lijk vooral met de oliepitten. Materialistisch en werkende vrouwen. Materialisme is de neger uit Nigeria niet vreemd. Alles wordt in geld uitge drukt en geld speelt wel de grootste rol ln het leven van dit volk. Deze Zwarte kant is vooral tijdens de laatste oorlog ontstaan, toen Nigeria een door- gangsland was voor geallieerde solda ten en materialen. Gebeurde het voor de oorlog als regel, dat de zendelingen met levensmiddelen werden bijgestaan (vlees, een kip, eieren enz.), na de oor log komt dat niet vaak meer voor. De mannen zullen dus niet erg moe worden van het werken. Dat late 71 zij aan hun vrouwen over. 's Lands wijs, 's lands eer. Dat betekent in Nigeria: de vrouwen bebouwen het land en verhandelen de producten op de gro te markten, die in elke plaats worden gehouden. De voornaamste landbouwproducten zijn: cassiva (een soort sagoproduct), dat het hoofdvoedsel vormt, peper, yam vruchten (dat zijn enorme, dikke wor tels, die veel op aardappelen lijken en ook ongeveer dezelfde smaak hebben, maar die door de bevolking alleen op bijzondere dagen worden gegeten), een soort linzen voor de soep, pompoenen, mals, wat rijst en de laatste tijd ook tomaten en olienootjes. De grond is slecht en er kan maar één keer in de zes jaar worden geoogst op hetzelfde stuk grond. Vijf Jaar moet de grond braak blijven liggen. Daarna wordt de grond door kappen en afbran den weer geschikt gemaakt voor bebou wing. De as wordt als mest gebruikt. Mechanisch gebeurt er in de landbouw nog niets. De vrouw moet voor zichzelf zorgen Sociaal beschouwd ls het ook nog niel helemaal in orde. Iedere vrouw moet, voor zichzelf zorgen en voor haar kin deren. Haar man is alleen verplicht een huis te bonwen, waarin zij kan wonen en haar af en toe een kledingstuk te geven. Hjj betaalt zo'n drie- tot vier honderd gulden voor haar aan zijn schoonvader. Maar zolang zij nog niet is afbetaald heeft hij weinig over haar te zeggen! Het familieverband ls bijzonder sterk. Hele families leven op één erf tezamen. Het oudste familiehoofd, dat als zoda- hig in de dorpsraad zit, is volgens de wetten van het land aansprakelijk. Dat •s meestal een man op leeftijd, die niets anders doet dan praten en geschillen tussen de familieleden oplossen. Het ge- o.m., dat er hoegenaamd geen bedelaars zijn: de familie zorgt voor hen, die be hoeftig zijn. De dagen worden naar de markten genoemd. De markten zijn, zoals reeds ge zegd, zeer groot en zeer belangrijk. Zó belangrijk zelfs, dat de dagen ge noemd worden naar de betreffende markt, die daarop gehouden wordt. Daarbij doet zich echter een merk waardig feit voor, n.l., dat die markten om de acht dagen wonden gehouden en niet om de zeven dagen naar de Westerse week-indeling. Dat geeft vaak de grootste moeilijkheden, vooral ook, omdat de Nigeriaan hoegenaamd geen begrip heeft van >de tijdsinde ling. Ais b.v. op Zondagmorgen de kerk begint, moet een hele tijd van tevoren in het dorp worden bekend gemaakt, wanneer de kerkgangers worden ver wacht. Daarvoor is een goede oplossing gevonden. Een lange palmboom wordt op twee korte balkjes gelegd. Iemand neemt een knuppel en begint een mars te trommelen op één der uiteinden van de palmboom. Dat klinkt bijzonder ver. Uit het rhythms weten degenen, die het aangaat, dat zij zich gereed moeten maken voor de tocht naar de kerk. Als een tweede keer wordt geslagen, begint de kerkdienst. Een dergelijke manier van oproepen wordt ook toegepast bij de catechisaties en andere bijeenkom sten. Als de kerk wat groter wordt, wordt de boom door een bel vervangen. In Januari 1950 werd begonnen. Na deze algemene inleiding over het leven en de toestanden in Nigeria wordt het hard tijd, dat er iets wordt gezegd over de zending en het werk van het echtpaar Nonnekes. Zij arriveerden eind Januari 1950 in Ibesit, waar een zen dingshuls (een stenen bungalow met een dak van gegolfd plaatijzer) kon worden betrokken. De heer Nonnekes kreeg het opzicht over een gebied van ongeveer dezelfde oppervlakte als Wal cheren met een geweldige bevolkings dichtheid. Er waren in dit gebied drie predikanten, van wie er één evangelist werd genoemd en die de heer en me vrouw Nonnekes tot zeer grote steun is geweest. Hij trad altijd op als tolk. En dit is Friday (Vrijdag!), de huis jongen, met de baby van zendeling en mevrouw Nonnekes op zijn arm. Hij glundert ervan! Dit laatste was wel nodig, want de taal, die hier gesproken wordt, is bui tengewoon moeilijk te volgen en nog moeilijker te leren. Het is een primitie ve klankentaai met drie toonhoogten. De negers begrijpen precies eikaars be doelingen, doordat zjj die kunnen uit drukken in tal van klankvariaties en klankcombinaties. Rijk aan woorden is de taal niet, al komt er daarin de laat ste tijd verandering, doordat er steeds meer moderne begrippen hun weg naar dit land vinden. Voor de gewone conversatie der ne gers over de meest concrete dingen ls de taal voldoende. Abstracte begrippen zijn bijna niet ln woorden uit te druk ken. Dat gaat alleen door het gebruiken van uitvoerige omschrijvingen en En gelse termen. Een arme klankentaai. En hier liggen de grote moeilijkheden. Maar ook de prachtige mogelijkheden voor het christendom. Tal van bijbelse begrippen zijn hier volkomen onbekend. De moeilijkheid, die zich bijna op elk zendingsveld voordoet, is er ook hier: hoe moet de arbeider in het Evangelie duidelijk maken, wat b.v. zonde volgens de Bijbel betekent, als het zondebegrip in het leven van de primitief niet be staat Dat is een zoeken en tasten om via woorden, die deze mens wél kent, door te stoten naar het hart, maar er ook weer voor te waken, dat de volle be Op het erf gebeurt letterlijk alles. Ook het hakken van vlees, zoals u hier ziet. tekenis van het zondebegrip in de zijn de steunpilaren der kerk. Iedere christen komt bij hen met zijn moei lijkheden en uit zijn grote ervaring helpt de ouderling. De dorpshoofden respecteren de uitspraken, die de raad van ouderlingen in tal van geschillen doet. En het opvallende is, dat hoe langer hoe meer zaken door de ouder lingen worden behandeld. De bevol king weet, dat zij hier geen corruptie ontmoet en geen fooien of jenever behoeft mee te nemen, zoals bij de dorpshoofden vaak het geval is, maar dat hier werkelijk récht wordt ge sproken. Recht bovendien, dat de Bij belse geest ademt. Het is wel al duidelijk geworden, dat de tucht in de Qua Iboe Church zeer streng is. Dit ls ook nodig, omdat hier overal het heidendom nog springlevend Is en omdat speciaal op het punt van. het huwelijk nog altijd het christendom de overhand niet heeft. Polygamie komt normaal voor. Een bevredigende oplos sing is nog niet gevonden, bemoeilijkt als deze wordt door de sociale omstan digheden en een groot overschot van vrouwen. Voordat tot de viering van het Avond maal wordt overgegaan (dat geschiedt viermaal per jaar en in twaalf z.g.n. centrale kerken) wordt op Donderdag in die kerken zitting gehouden door de ouderlingen van dienst. Daar krijgt ieder, op wiens levenswandel niets is aan te merken, een kaartje, dat hij des Zondags moet tonen, om aan het Avond maal te kunnen deelnemen. De Ouder lingen bedienen het Avondmaal. Zij moeten er steeds weer voor waken, dat de gedachte, dat in de Avondmaalsvie ring (en trouwens ook in de Doopsbe- diening) een magische kracht schuilt, geen Ingang vindt. Van het begin af aan is de opzet van de heer Nonnekes geweest om „prea chers", de ouderlingen en de diakenen overal ln te schakelen en goed contact met hen te onderhouden. De catechisatie duurt 2J/£ jaar. In deze jonge kerk wordt de doop nog niet aan de kinderen bediend. Men kent er nog alleen de Doop der volwassenen, die tegelijk belijdenis ls. De catechisa tie voert daarheen. Zij duurt 2y2 jaar. Het eerste Jaar wordt zij gegeven in alle kerken, het tweede Jaar in de cen trale kerken en de laatste maanden geeft de heer Nonnekes zelf de z.g.n. doopklasse les. Steeds moeten er kleine examens worden afgelegd. Twee maal per week is de heer Non nekes bezig met het les geven aan de 72 „preachers" in het grote ziel en de geest van de mensen de waarachtige Bijbelse betekenis krijgt. En nu doet zich hier het frappante, maar toch ook weer wel te begrijpen feit voor, dat het Bijbel se verhaal, vooral uit het Oude Testament de pri mitieve mens veel meer zegt dan b.v. een hoofdstuk, waarin een bepaald begrip wordt ontwikkeld. Juist hier liggen de kansen, de moge lijkheden. Tot het verrijken van de taal niet alleen en niet In de eerste plaats, maar tot het raken van het hart en tot het in werking stellen van het denkver mogen, dat moeizaam en stap voor stap moet worden ontwikkeld en dat uitein delijk de gehele gedachtenwereld van een volk moet ombuigen naar de Bijbel, waaruit, zeer eenvoudig, methoden, ge dachten en richtingen kunnen worden geput voor de structuur van de nog hei dense samenleving. Om deze tenslotte te maken tot een samenleving, die chris telijk ls. Dc leer der boze geesten. Hoe moeizaam dit is, wordt aldra dui delijk, als wij nog even letten op dat voor de heidense Nigeriaan volkomen onbekende zondebegrip. Zijn voorge slachten leefden bjj het animisme. Als het mis ging in het leven, was dat een bewijs van de toorn der geesten, die dan tevreden gesteld moesten worden. Er was „kwaad" gebeurd. Maar dat was alleen af te lelden uit die toorn van de geest. Dat „kwaad" behoefde op zich zelf, als zodanig, helemaal geen „kwaad" te zijn. De geesten waren im mers vrij onberekenbaar. En wat ge beurd was, was alleen maar „kwaad", omdat het tegen de wil van de geesten inging. Maar niemand kende die wil dan de priester! De consequentie ligt voor de hand: offerdienst om de geesten voldoening te geven en de priesters te verrijken. „Ju- Ju" heet een beeldje, dat magische kracht heeft. In vergelijking met enke le jaren geleden zijn echter duizenden van die beeldjes verdwenen. Dat heeft een zeer verklaarbare re den. Enige jaren terug brak n.l. een terreur uit van de z.g. lulpaardmensen, een geheim genootschap, dat over heel Afrika zijn leden heeft, en die er hun werk van maakten, uit religieuze over wegingen, enige honderden mensen te vermoorden. Zij hadden zich vermomd met de klauwen en de huid met de kop van een luipaard, en als zij hun slacht offers hadden vermoord leek het er op het eerste gezicht op, dat een luipaard de dader was. De politie is zeer dras tisch tegen deze moordenaars opgetre den. Velen, die werden ontdekt, zijn op gehangen en ieder, die een „juju" in zijn bezit had, werd verdacht, De huis jes voor deze beeldjes werden verbrand en op de plaats ervan kwamen politie posten. Een groot gevaar voor de kerken. De christenen onder de Nlgerianen werden uiteraard niet verdacht. Maar het gevolg daarvan was, dat er een enorme toeloop naar de kerken ontstond en dat daaronder zeer velen scholen, die tegenover het christendom afwijzend stonden, maar zich op deze manier pro beerden te redden. Zij zijn nu meestal nog (hoewel niet belijdende) kerkleden. En hier dreigen grote gevaren voor de jonge kerk, n.l. dat deze mensen van wie er velen in het dorpsleven een sleutelpositie innemen, de kerk in heidense richting zullen drijven. Ook al, omdat zij vaak de kerkelijke gelden in handen hebben. Maar ge lukkig weet men het en is men waak zaam. De andere kant van het probleem is verrassend mooi: van deze lieden, die om volkomen wereldse motleven de kerk binnenstapten, zijn er, die Christus heb ben gevonden en met het heidendom hebben gebroken. En daarmee is op nieuw bewezen, dat God in staat ls met een kromme stok een rechte slag toe te brengen. Er zijn 72 kerkjes op een gebied zo groot als Walcheren, Op het gebied? dat het echtpaar Non nekes was toegewezen, bestaan thans 72 kerkjes van de Qua Iboe Church, een kerk, die, zoals men zal begrijpen, is voortgekomen uit de Qua Iboe Mission. In totaal zijn er hier 2600 belijdende leden, terwijl de gehele kerk ongeveei 60.000 belijdende leden telt. De evange list heeft het toezicht op al deze kerk jes. Vele kerken hebben ouderlingen, maar nog niet alle. Wél zjjn er overal diakenen, terwijl ook iedere kerk een „preacher" heeft, hetgeen te vergelijken valt met de goeroe-indjil in Indonesië. Iemand kan pas diaken worden, als Tilj vjjf jaar belijdend lid ls geweest, al die tijd een onbesproken leven heeft geleld en nooit van het Avondmaal ls geweerd. Hij moet bovendien een soort van Bij bels examen hebben gepasseerd. Is zo iemand zeven jaar lang diaken geweest, dan kan hij pas ouderling worden. Het geen hij voor het hele leven blijft.. De ouderlingen: geacht en ongevoelig voor omkoperij. Deze ouderlingen nu genieten de zelfde achting als het dorpshoofd. Zij districtsgebouw, waarin zich ook een kantoor bevindt met daarin een jonge man, die de kerkelijke administratie verzorgt. Vooral Bijbelkennis wordt hun grondig bijgebracht en ook krijgen zij eenvoudig materiaal voor preken. Eens in de drie maanden leggen 'zij een exa men af. Elke 14 dagen komen alle ouderlingen bij elkaar onder leiding van de zendeling. De Evangelist heeft twee assistenten, die de opleiding op de Bij- belschool volgden en die met de Evan gelist geregeld de kerken bezoeken. Het mooie is, dat de kerken zichzelf gehee, bedruipen en dat voor de kerkopbouw en voor de salarissen der kerkelijke ar beiders geen cent uit andere landen komt. Het onderwijs. Ieder jaar wordt er een „conferen ce", een synode, van de kerken der Qua Iboe Church gehouden. Van elke kerk komen twee ouderlingen en alle predikanten. Daarnaast bestaat er in Nigeria een Raad van Kerken, waarin zitting hebben de Methodisten Kerk, de Anglicaanse Kerk, de Baptisten en de Qua Iboe Church. Samen drijven deze kerken b.v. het evangelisatie werk in de grote steden. Deze Raad is het representatieve orgaan voor de regering. Maar behalve het typisch kerkelijke werk heeft de heer Nonnekes ook vele bemoeiingen met het onderwijs. Vlak bij zijn huis ligt de centrale school, die tot het achtste leerjaar gaat en waarvan het diploma recht geeft op het volgen van vele andere opleidingen. Het onder wijs wordt door de regering gesubsidi eerd en eens per maand is het school vergadering. Aan de centrale school is 14 man personeel verbonden. De leer krachten wonen met hun gezinnen op het terrein. Er zijn ca. 500 leerlingen, die in vier grote gebouwen van steen zijn ondergebracht. Eén dezer gebouwen ls onder leiding van de heer Nonnekes gebouwd. Er is verder een jongensinternaat met 85 slaapplaatsen en een meisjesinter naat, waarover mevr. Nonnekes het toezicht heeft. Zaterdags gaan de leer lingen naar huis. Nog dezelfde avond komen zij terug, de jongens voorzien van takkebossen om het vuur voor hun eigen maaltijden te kunnen branden en om de onderwijzers van brandhout te voorzien. Zij brengen dan ook hun eigen eten mee! Behalve deze centrale school zijn er In de 12 plaatsen van de centrale ker ken ook christelijke scholen. Gemiddeld vier man personeel is daaraan verbon den. Er wordt elementair onderwijs ge geven. De jongens en meisjes, die ver der willen, gaan naar de centrale school, als zij deze dorpsschool hebben afgelo pen. Alle onderwijzers komen eens per week les halen bij de zendeling. Deze heeft ook de volledige administratie van alle scholen, die elk afzonderlijk een comité hebben. De zendeling beheert de gelden en Inspecteert de scholen met het oog op de voorwaarden, die de re gering stelt voor het verkrijgen van subsidie. En maandelijks moet hij de onderwijzers hun salaris uitbetalen Zo hebben wij u in vogelvlucht iets verteld over de voortgang van het Evangelie in Nigeria. Van een prachtige symboliek was de titel, die zendeling Nonnekes daar kreeg, n.l. „etubom", dat is: „de vader van de kano". In een kano zit achterin de stuurman. Hij leidt ook het rhythme van de pagaaien. Is er mooier beeld denkbaar voor de zen deling? Voor hem, die zeer bijzon der de goddelijke opdracht vervult uit te gaan en de volken tot discipe len van Jezus Christus te maken. Voor hem, die steeds heenwijst naar zijn Meester, maar die het middel is in Gods hand om de leugen en de duisternis van het heidendom uit te bannen en het licht van de Blijde Boodschap te doen schijnen in de harten van de van God vervreem den. Onder V LEUGENSPROOKJE. Er was eens een man, die geld nodig had. Met dit geld wilde hij zijn indu- strietje, waar veertig man een boter ham verdienen, zo reorganiseren, dat niet alleen het bestaan verzekerd zou zijn, maar ook een uitbreiding mogelijk zou worden. En hij had daarvoor een goed en gezond plan. De man begon met naar een sigarenwinkel te stappen, waar hij heel dure sigaren en heel dure sigaretten kocht. Op rekening want hij had het geld niet om het te betalen. Maar dat zou wel komen. Met die sigaren en die sigaretten is hij naar een bank gestapt, terwijl in zijn achterhoofd woorden gonsden als „toezicht credietwezen", planbureau", „geleide economie" en dergelijke. Maar in zijn zak voelde hij de sigaren Hoe het afgelopen is weten we niet. Wel weten we dat de directeur hem ontving, een keurig gesoigneerde heer, die net zulke dure sigaren op tafel kon leggen. En dat er een procuratiehouder aan te pas kwam, wiens pak wat vaal was en die deswegen een tikkeltje minachtende blik uit de ogen van de directeur in ontvangst had te nemen. Het was een vervelende directeur! Die procuratiehouder is naar huis gegaan met een hart vol zorg; en die zorg is thuis niet minder geworden, want één van zijn jongens, lyceum leerling, had een ongelukje gehad waarbij zijn goeie pak totaal en totaal was bedorven. Dus: een costuum voor zoonlief èn voor vader. Voor vader terwille van zijn positie en voor zoon lief terwille van de stand van pa! Er was eigenlijk geen geld voor maar men besloot dat de bakker dan maar eens een maandje moest wachten! Met die bakker is het verkeerd ge gaan. Toen meurouto hem zei, dat ze volgende maand wel dubbel zou be talen, heeft hij opgewekt gezegd: „Best mevrouw, 't is in orde hoor!" En dat heeft hij op die ochtend driemaal ge zegd, steeds met dezelfde opgewekte klank in zijn stem. Als je het toch al moeilijk hebt, kun je een klant immers niet voor de kop stoten! En te laten merken, dat je hard en hard om geld verlegen zit, is de doodsteek voor je zaak, want dan is na een paar dagen je credietwaardigheid tot nul gedaald. Maar de bakker moest een wissel van de meelfabriek betalen, de bakker had het geld nieten toen is het met die bakker verkeerd gegaan, want fabrieksdirecteuren moeten ook zorgen, dat iedere week de centen voor het personeel klaar liggen; hard 'moeten ze zijn terwille van de mensen die aan hun zorgen zijn toevertrouwd! Een sprookje is geen sprookje als er geen moraal in schuilt. De moraal hiervan is dit: dat we allemaal met elkaar in een spinneweb van leugens leven, omdat we ons groot willen hou den en groot moeten houden meest al groter dan we zijn. Wie de grootste leugenaar is niet in woorden mis schien, maar wel in houding die brengt het het verst. En wie eerlijk is, wie het slechtste masker draagt, die gaat er meestal onderdoor. En zolang we daarmee doorgaan en de enke ling kan niet anders dan er meer door gaan, tenzij hij een buitenbeentje in de maatschappij wil zijn dan kun nen we alle mogelijke sociale wetten uitvaardigen, kunnen we ons laten verzekeren van de wieg tot het graf, maar de zorgen zullen er nauwelijks minder om zijn. De verzekering voor ziet in uitzonderings-gevallen, ziekte, werkloosheid, enz. Maar de ergste zor gen worden niet weggenomen: de zor gen van alle dag om zich te kunnen handhaven. "Want daarin zitten we gevangen als een vlieg in een spinne web! (Ingezonden Mededeling adv.) De 100.000ste voor de export bestemde Volkswagen heeft thans de fabrieken te Wolfsburg verlaten. Deze auto gaat naar de Nederlandse importeur, waarheen in October 1947 ook de eerste Volkswagen werd geëxporteerd. Een nieuwe paspoortinstructie is door de minister van Buitenlandse Zaken aan de Tweede Kamer gezonden. De oude van 1929 was erg onoverzichtelijk ge worden. Generaal Eisenhower heeft verklaard, dat Amerika en zijn Westelijke bondge noten de komende twee jaar een militair machtsevenwicht met de Sowjetunie amoeten bereiken. Dan konden de h-slas- tingen in Amerika worden veria- 95. De gemeentesecretaris werd naar St Michielsgestel ge bracht. Maar in diezelfde week kwam opnieuw een politie-auto in het dorp. Dominé Versendaal werd uit zijn pastorie gehaald. Het waren weken van de grootste spanning geweest. Versendaal had zijn vrouw er op voorbereid en ze wés bereid. Dat de slag onafwendbaar was, wisten ze beiden. Maar toen de gemeentesecretaris werd weggehaald, was er toch weer een schok door haar heen gegaan en had ze zich afgevraagd: wanneer zal 't de beurt van mijn man zijn? Toen de slag eenmaal gevallen was, brak althans een spanning, die ver boven haar krachten gekomen was. Dat iedere dag weer opnieuw onder de ogen te moeten zien van wat dreigde te komen als een onafwendbare zekerheid, die dodelijke schrik bij het voorbij zoemen van iedere auto, die angst elke keer wanneer er aan de bel getrokken werd, het was niet langer te dragen. Een lage, grijze auto had mevrouw Versendaal langs het raam zien schuiven en een paar huizen verder zien stoppen. Ze kende de geslepen Gestapo-taktiek. Versendaal had juist gedankt na het ontbijt en ze zaten nog even met elkaar te praten, voor hij naar zijn werk kamer zou gaan. Toen kwamen twee, zo gevreesde grijs- groen-geuniformde kerels het tuintje binnen stappen en werd er gebeld. Vrouw, dat zijn ze, zei Versendaal. De kinderen kwamen van hun stoelen en drongen zich tegen hem aan. Ook al hadden hun ouders hen zo veel mogelijk buiten het grote leed, dat hen zelf verteerde, ge houden, begrepen ze toch wel zoveel, dat er iets ergs ge beuren kon. Nu moeten we sterk zijn en waardig dragen, wat God over ons beschikt, zei hij en daarop ging hij naar de voor deur. U is dominé Versendaal? De twee Gestapo-agenten kwamen binnen. Ja. We komen u halen. Ik ben bereid. Hebt u telefoon? Ja. Daar moogt u geen gebruik van maken, ook uw vrouw niet. Ze keken naar mevrouw Versendaal. Ik zeg, dat ik bereid ben, mijn koffer stond reeds gereed. Ze grinnikten, die twee. Ze waren er al aan gewend, Hollandse predikanten en geestelijken uit hun woningen weg te halen en ze hadden al meer koffers gereed ge vonden. De éna kerel, een lange vent, met een totaal gevoelloze uitdrukking in zijn verdierlijkte ogen keek steeds naar het venster uit. Ze waren bevreesd voor een oploop. Daarom werkte de Gestapo snel, geruisloos en met vaste greep. Maar zij konden toch ditmaal niet verhinderen, dat het gehele dorp binnen enkele minuten wist, wat er gebeurde in de pastorie. En binnen tien minuten stond het al samen gedromd voor de woning van dominé Versendaal. Dokter Schaarsbergen, De Wilde en hun echtgenoten kwamen tegelijk aan en stapten de pastorie binnen. Wat betekent dat? vroeg de lange kerel bars en hij wees. met zijn wijsvinger gebiedend naar buiten. Maar de binnenkomenden stoorden zich daar weinig aan. Ik ben arts en huisvriend van de predikant, zei dokter Schaarsbergen en hij is ouderling van de kerk. We hebben hier waarschijnlijk beiden een taak. Onze vrouwen zijn vriendinnen van de pastoorse en u zult niet wensen, dat deze vrouw geheel alleen wordt achtergelaten. Zijn op treden was beslist en de Gestapo-agent liet hen door. Zij kwamen binnen en drukten Versendaal zwijgend de hand. Hij vertelde, dat hij niets meer te zeggen had. Hij was op alles voorbereid, alleen verzocht hij nog tien minu ten aan de twee kerels om op zijn studeerkamer van zijn vrouw afscheid te nemen. Eén van hen volgde beiden de trap op. Ze mochten niet meer alléén zijn. Versendaal was gevangene. Met zijn vrouw aan zijn rechterhand en zijn kinderen aan zijn linkerzijde, knielde Versendaal in zijn werkkamer neer. De Gestapo-agent stond er als een standbeeld bij. Versendaal bad Of hij geen vrees kende? Zou een vier en dertigjarige man, in de volle kracht van zijn leven, met een vurige liefde tot zijn werk en met vele banden, die hem aan het aardse leven bonden, geen vrees kennen om zich in de macht van zijn vijanden, die zijn dood zochten, over te geven? Hij wist, dat aan hem het woord van zijn Heiland bevestigd werd: Ik zend u als scha pen temidden der wolvenhet was zo echt menselijk, dat hij zijn Heiland nabad: Here, indien het mogelijk is, dat deze drinkbeker aan mij voorbij gaMaar bij bad óók: Niet mijn wil, maar uw wil geschiede (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1952 | | pagina 3