ff -bed is ook voor ideaal! Wpi-i pij p een stad van sprookjesachtige V wl I wil w bekoring in de Adriatische zee Instelling van een jachtraad aanbevolen V*IL herdacht Groen van Prinsterer Waarover Churchill en Eden vermoedelijk gaan praten VAART DER STILTE [TEN waar cultuur en romantiek door de eeuwen heen bewaard bleven Italië verzoekt herziening vredesverdrag Verhoging Ziekenfondspremie Pagina 2 Maandag 10 December 1951 portemonnaic zijn onderstaande egeven: ceintuurs, heren- jmet bloemmotief, viel, enkele vul- sjes, wollen das, tie's, enkele bank- diverse ballpoint- kele riemen, rode <elen dames-pols- knipbeurs, ver en gezangen en handschoenen. ZEEUWSCH DAGBLAD Pagina 3 die grap uit gaan?" .het Turkj* npelde hij. greep vader iween weer ?A IN IEN. ling aan en hebben Sij 150.000 Velke naar estemd wa- „Champolli- gt sehip was ,en zou xandrië Red aan- geregis- Eanse re den uit eerst op- Bver de Jijk land* neel nog ghe lan- Parijs 3e Franse gekregen gerzoeken Egypt* een offi- Egyptt» ad. jeeft Vrijdag |n de mi- Segers. in België lister aan gd stelsel Sr de uit laai en S25 gen in het iet stelsel 11e Bel- Ivenals de penties wer- met 819 en fcssing zal het gsten, die te- zone van Jie van een can beide ontvangen. Jgings- en jeling, Jhting van de ninister van |zondheid ge- gedrongen San rente- £ven voor de pnsumptiebe- jfeschied met fkenden. Hoe- slechts een eist naar de sbestuur een de in Maart iet betrek- de sociale bk een com- erstrekt aan l'erbruggings- |andsregeling Ver volgens Eeid beslist), gie uitkering Jde noodwet langdurige ongevallen- iderkleding. an het Ame- bnd, dat een fan plastic is Ivocht tegen- Jeratuur kan ling te water de koude te |n het water een bewe- Iven met de len genomen atiën KT EN. hn Goes maken a.s. Kerstfeest hrkt in de Ge lden op Maan- ■December 1951. Rode kool 11. looi 18; Witte 1 12; Koolrapen Knolselderij 10; Ipels en Peren: Lucas 20; Gie- 1 10—32Ponds- Itte 5-22; Ster- Iger Kroon 9— ligaard 43; Ali- stuks. (Van één onzer redacteuren.) Over de wereldberoemde Ponte della Liberta, die, dwars door de golven van de Adriatische Zee, Venetië met de Oostelijke oever van het Italiaanse vasteland verbindt, denderen onophoudelijk lange, volle treinen af en aan. Op de autostrada rijden lichtgekleurde trolley's, die temidden van een intens beweeg van auto's, motoren en fietsen van allerlei nationaliteit, drukke tien minuten-diensten onderhouden met Mestre-Venezia, het oude vriendelijke stadje aan de grillige kuststrook. Over deze ongeveer acht kilometer lange pier is het, dat jaarlijks een ontelbaar aantal mensen voor een ogenblik de vlucht neemt van de stoffige velden en de brandende wegen van het „binnenland" naar Venetië, waar een luchtig zeewindje breekt tegen majestueuze paleizen en bouwvallige torens. Venetië... de kostbare wonderstad, tussen wier muren heden en verleden elkander ontmoeten; de stad, op wier prachtige pleinen de geheimen ruisen van een eeuwenoude historie en op wier wateren de meest schone vormen van romantiek trouw zijn bewaard gebleven. Venetië... aanschouwd en bewonderd door velen, in kostbare her innering bij hen, voor wie dagenlange wandelingen niet voldoende waren om moe te worden van de sprookjesachtige bekoring, die uit gaat van dit onvergetelijke plekje Italiaanse grond. Vijf volle dagen ben Ik In Venetië geweest en van 's morgens vroeg tot dikwijls diep ln de nacht heb ik ge dwaald door een onbegrijpelijk warnet van smalle straatjes en donkere steeg jes, heb ik honderden stenen trapbrug getjes over evenveel „waterstraatjes' beklommen, heb ik geboeid staan kijken naar het druk beweeg der gondels of heb ik verrukt mijn hoofd tot luisteren opgeheven naar het lied van een gon. delier in de verte. Hoewel de meeste plattegronden van Venetië tot ln de puntjes zijn verzorgd (ln tegenstelling overigens met vele an dere Italiaanse kaarten), ls het nergens gemakkelijker verdwalen dan ln deze stad. Het is mg dan ook telkens weer, wanneer lk mij „huiswaarts" wilde spoe den, overkomen, dat lk de weg naar het station volkomen bijster was. De Venetlanen zijn echter gewend de vreemdelingen in hun stad wegwijs te maken; zij c'oen dit met plezier en veel omhaal van woorden, ook al ls het twee uur ln de nacht Niettemin heb lk mij telkens, wan neer lk weer met de trolley naar Mes- tre-Venezia terug ging (een hotelkamer ln Venetië ls niet alleen moeilijk te krij gen, maar ook erg duur), opnieuw afge vraagd, hoe lk weer uit het enorme spin- neweb ben te voorschijn gekomen! EEN WANDELING DOOR VENETIë. Direct al bij aankomst voor het station San Lucia heeft men een prachtig gezicht op het Canale Gran de, waarop honderden bootjes en gon dels rustig deinen op de golfslag van de grote lijnboten. Geboeid staart de tourist naar dit prachtige schouwspeltot zijn oog getrokken wordt door de zonnige boulevard aan de overzijde van het Canale Grande, waarachter de eigen lijke stad Venetië is gelegen. En meteen komt er in hem een onbeschrijflijk verlangen op, de zon te verlaten en onder te duiken in de geheimzinnige donkerte van de stad. De Ponte dl Scalzl, de grote stenen trapbrug die links van het station de oevers van het Canale Grande verbindt, biedt daartoe de gelegenheid: recht te genover deze brug geeft een zeer smal straatje toegang tot Venetlë's beroem de stadsgedeelte Marin. Hij, die voor het eerst ln Venetië komt, wordt hier meteen getroffen door een echt Veneti- aanse sfeer. In Marln ziet hij de meest romantische tafereeltjes. En wanneer hij eenmaal vanaf een der vele bruggetjes zijn blik geworpen heeft over een aan trekkelijk „waterstraatje", dan komt hij niet meer los van de geweldige be koring, die hiervan uitgaat. Gondels drijven af en aan, op kun stige wijze voortbewogen door de gon delier, die zyn toeristen, zijn groenten of zijn druiven vervoert. De straatjes staan vol met kramen, waarachter de schreeuwende mannen en vrouwen hun waren ten verkoop bieden. Men „strui kelt" over bruinogige zwartharige kin dertjes, die met blote btbsjes spelen in de schaduw van een bouwvallige hui zenrij. lilt een klein geopend raam klinkt een chanson door de aether, zo nu en dan het geschreeuw en geroezemoes in de straatjes overstemmend. Marin! Hier gonst het meest schrille leven van Venetië! Treffend is een wandeling door Marin vla San Rocco en San Polo naar de wereldberoemde Ponte dl Rialto, een grote stenen trapbrug over het Canale Grande, waarvan de leuningen bestaan uit kleine gezellige winkeltjes! Op het Piazza San Marco (Sint Marcusplein) na. is dit het meest drukke punt van heel de stad. De mooiste wandeling was echter die van de Ponte di Rialto naar het Piazza San Marco, kortweg San Marco genaamd, wellicht het meest bekoorlijke plein ter wereld! „Chiuso!" De „parrucchieri per signori" (herenkapper) scheert van daag niet! Hij heeft de afgelopen dagen goed verdiend en daarom be vindt hij zich met vrouw en kinderen aan het zonnige strand in Lido Ve- nezia. Wanneer hij terug komt? Is moeilijk te zeggen. Doorgaans komt de „parrucchieri per signori" pas te rug, als zijn lires op zijn. Dan smijt hij het bordje met het toverwoord „chiuso" in een hoek en de toeristen met lange haren of een kriebelende baard kunnen weer bij hem terecht! steund. Ronde koepels en tientallen kleine torentjes, prachtig beeldhouw werk, mooie schilderingen en smeed werk, alles met goud overtrokken, zijn open ln de kerk aangebracht. Een be schrijving van dit bewonderenswaardige staaltje van architectuur uit de oude tijd ls niet te geven. Een ander zeer bekend gebouw op San Marco is het Dogenpalets, dat naast de San Marco-kerk staat. Dit palels werd vermoedelijk (zekerheid bestaat hierover niet) gebouwd in het jaar 813 door Agnello Parteclpazlo. Het schone gebouw werd eens door brand verwoest, maar later weer opgetrokken. Aan de andere kant van de San Marco-kerk bevindt zich de beroemde klokkentoren van Venetië, die vooral bekendheid geniet door de twee ijzeren mannen, die elk uur de tijd aangeven, door met zware hamers op een klok te slaan. San Marco ligt aan de uitmonding van het Canala Grande, om precies te zijn aan het Canale di San Marco. Sta tig staan de Marcus-zullen aan de wa terkant, gelijk bewakers, die een zeer kostbaar goed te beschermen hebben. Op dit San Marco heb ik uren ge zeten, stil verrukt als een kind, luis terende naar de romantische muziek, naar de gouden stem van Tinl Rossi, dwars door het geroezemoes van dui zenden stemmen ln tientallen talen. Dikwijls heb ik mjj, na lange interes sante wandelingen door de stad, neer gezet op één der bankjes langs het Ca. nale di San Marco, waarover de mtlli- oenen lichtpuntjes twinkelden ln de nacht en heb ik geluisterd naar het lied van een gondelier. Men werd het niet eens over de Uitgeester klok. Over het lot van de ruim 3 eeuwen oude Hemony-klok van de Ned. Herv. Kerk in Uitgeest, die door de New Yorkse Alfred University wordt begeerd als basisklok voor een carillon in de toren van het universiteitsgebouw, is nog geen beslissing gevallen. Ruim 90 lid maten van de gemeente van ds mr G. D. Boerlage zijn Vrijdagavond in de kerk bijeen geweest om hun oordeel te geven over de verkoop van de klok, waarvoor twee nieu we klokken en een bedrag van f 10.000 worden geboden. Gebleken is, dat een groot deel der gemeen te er fel tegen is. De kerkelijke autoriteiten hebben ds Boerlage echter het advies ge geven: „verkopen". De kerkeraad staat nu voor de moeilijke keuze: een onvervangbaar cultuurgoed aan het buitenland afstaan of de klok houden en daarmee de moge lijkheid van de bouw van een ver enigingshuis prijsgeven. De uit eindelijke beslissing zal waar schijnlijk volgende week vallen, waarbij uiteraard het standpunt van Monumentenzorg een belang rijk gewicht in de schaal legt. Ontwerp voor een nieuwe jachtwet Strafmaat voor stropen etc, verhoogd De commissie tot herziening van de jachtwet 1923, welke in 1948 door de minister van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening is Ingesteld, heeft thans een rapport uitgebracht, behelzende een concept-wetsontwerp, waarin de jacht- wetgeving aan de veranderde omstandigheden wordt aangepast met het oogmerk de bescherming van een zekere wildstand met Inachtneming van de landbouw belangen mogeiyk te maken. In de memorie van toelichting geeft zal bjj de uitvoering daarvan een grote de commissie te kennen, dat het waken voor de belangen van de landbouw één van haar belangrijkste oogmerken is geweest. De geldende wet heeft terzake aan de grondgebruiker zekere bevoegd heden gegeven en de overheid de macht verleend in te grijpen, waar zulks nood zakelijk mocht blijken. De commissie heeft gemeend verder te moeten gaan dan de jachtwet 1923, o.a. door het leg gen van een deugdelijke grondslag voor de vergoeding van schade, door de wild stand aan landbouwgewassen toege bracht. Daarnaast zal verarming van de natuur moeten worden tegengegaan, ook wat het wild betreft. Indien dit ontwerp tot wet mocht worden verheven, aldus de commissie, „Tegen de Revolutie het Evangelie" „Zijn tijd vooruit" aldus Prof, Donner; „Minder leider dan leidsman" - Prof, Goslinga un Marco met de St. Marcuskerk en het Dogenpaleis. RIJKDOM EN ARMOEDE. Men komt door een aaneenschakeling van hel verlichte winkelstraatjes, waar in uitstekend verzorgde étalages met de fijnste Italiaanse gerechten en dran ken, de sappigste vruchten en kleren naar de laatste mode k la Paris, een geweldige rijkdom ademen. Evenals ln alle wereldsteden het geval ls, heerst er naast rijkdom ook armoede en dit komt wel op bijzonder krasse en onver wachte wijze tot uitdrukking in Vene tië. Marin: arm. San Rocco: arm. San Polo: arm. En plotseling staat men voor de Ponte di Rialto: rijkdom. Deze rijkdom blijft tot aan San Marco. Het stadsgedeelte, dat ligt tussen de twee Venetlaanse centra Ponte dl Rialto en San Marco, profiteert het meest van de mlllloenen lires, die de toeristen naar Venetië brengen. Toch is ook hier de Venetiaan Itali aan. Dat wil zeggen: onbezorgd voor de dag van morgen en werken, ais er wat verdiend moet worden. Zelfs de winkeliers van San Marco, die dagelijks duizenden lires kunnen verdienen, maken op de doorsnee Itali aan geen enkele uitzondering. Ook voor hen is het woordje „chiuso" een tover woord en als zij genoeg verdiend heb ben, om weer een paar weken „vooruit" t® kunnen, vissen zij een bord met het woord „chiuso" op en sluiten hun win kel. „Gesloten! Gesloten!" Zelfs op San Dit eenvoudige voorbeeld maakt duf delrjk, hoe de doorsnee Italiaan leeft en het ls al gezegd de zakenmensen van Ponte dl Rialto tot San Marco ma ken hierop veelal geen uitzondering. SAN MARCO: OM NOOIT TE VERGETEN, Het was tien uur ln de avond, toen lk opdook uit een stil, donker steegje en plotseling, geheel onverwacht, voor het eerst van mijn leven op San Marco stond. Nog nooit was ik zó verrast Van San Marco had lk hoge verwach tingen, maar zy werden tienvoudig ge slagen. Ik meen me nog te herinneren, dat lk een kreet van bewondering heb geslaakt bij het zien van zoveel schoon heid, zoveel vormen van cultuur en zo veel romantiek, gedompeld ln een zee van licht en overgoten door de klanken van 's werelds orkesten. San Marco! Een machtig groot plein, gevormd voor de wereldberoemde Sint Marcuskerk (waarnaar het plein werd genoemd), monumentale gebouwen en palelzen, omgeven door lange brede pi- laargalerijen, waaronder uitstekend ver zorgde, helder verlichte winkels de duurste artikelen étaleren. Ik bleef als vastgenageld staan. Hier was het, alsof eeuwen van kunst, cul tuur, romantiek en geluk opeengestapeld voor het grijpen lagen. Ik heb mjj laten vallen op een der wei nige onbezette terrasstoeltjes en onder het genot van een glas koele „aranci- ata" (soort sinaasappelsap) heb lk mjj enigszins vertrouwd gemaakt met de Indrukwekkende sfeer van San Marco. Ik Het mijn ogen dwalen langs de prach tige San Marcokerk, een buitengewoon fraai -bouwwerk. Ruim 40Ö0 vierkante meter verguld metaal is over de mozaïekwanden ge trokken, die door 800 zuilen van het kostbaarste marmer worden onder- Naar San Marco ben ik vele malen teruggekeerd, omdat ik door dit plein werd getrokken, steeds weer. De laatste avond verliet ik San Marco om half drie in de nacht, niet wetende, dat ik de vol gende dag met opzet de trein zou missen, om nog één keer San Marco te zien..1 (Van onze speciale verslaggever). Talloze malen is in het jaar 1951 herdacht, dat mr G. Groen van Prinsterer anderhalve eeuw geleden werd geboren en 75 jaar geleden stierf. Thans heeft ook de Vrije Uni versiteit in een publieke zitting van haar Senaat de staatsman herdacht De plechtigheid werd o.m. bijgewoond door dr J. Schouten en de Leidse hoogleraar dr L. W. G. Scholten. Prof dr D. Th. Vollenhoven, rector- magnificus van de V.U., meende in zijn openingswoord, dat de Universi teit alle reden heeft Groens nagedach tenis te eren. Immers is Groen de calvinistische staatsman bij uit nemendheid. Zijn beginselen zijn ook de principes waarop de Vrije Univer siteit is gesticht. Zijn tijd vooruit! „Menselijkerwijs gesproken zou deze Universiteit niet in 1880 zijn gesticht, wanneer Groen niet had geleefd!" verklaarde prof. mr A. M. Donner, die de eerste spreker bij deze herden king was. Prof. Donner, die als jurist het woord voerde, bleek de mening te zijn toegedaan, dat Groen zijn tijd vooruit was, al heeft men hem dan conservatief genoemd. Al zei Thor becke van Groen, dat hij steeds bui ten de orde was, in werkelijkheid begreep Groen het parlementaire stel sel beter dan zijn tijdgenoten. De ontwikkeling van het partijwezen is voor een belangrijk deel aan hem te danken. Groens betekenis als criticus van de liberale opvattingen In zijn tijd zou groter zijn geweest wanneer hij het bij de critiek alleen gelaten had. In dat geval zou hij ook vrij wat Van bepaalde, nlet-officiële, zjjde wordt te Parys vernomen dat Churchill en Eden met hnn Franse collega's Fleven en Schaman, ln elk geval de volgende punten zullen bespreken: 1) De Amerikaanse hulpverlening. Mien wil komen tot een zodanige ge dragslijn, dat Engeland en Frankrijk bij het ontvangen van Amerikaanse hulp niet als concurrenten tegenover Was hington zullen staan. 2) Het Midden-Oosten en het hand haven van een gemeenschappelijk Brits- Frans front in dit gebied. Frankrijk en Engeland zouden gaarne zien, dat ook de V.S. zouden besluiten deel te nemen aan de verdediging der Westerse be langen in dit gedeelte van de wereld. 3) De houding van Groot-Brlttannië t.a.v. het streven naar Europese een heid. Tot haar eenvoudigste vorm te ruggebracht is de Britse positie aldus: Groot-Brittannië staat welwillend te genover de plannen van Schuman en Pleven voor het onder een gemeen schappelijk beheer stellen der Europese steenkool- en staalindustrie en het tot stand brengen van een Europees leger. Naarmate deze plannen het stadium der verwerkelijking bereiken, zal de Britse samenwerking groter worden. Men acht het te Parijs niet uitgesloten dat Engeland toch zal besluiten in de één of andere vorm mede te werken aan de tenuitvoerlegging van de Franse ontwerpen, wanneer deze zijn gereali seerd. 4) Da betrekkingen met de Sowjet- Unle. Churchill's denkbeelden op dit punt zijn bekend. Eden is van mening dat bij besprekingen met de Sowjet- Unie eerst de het meest voor de hand liggende problemen, die het gemakke lijkst zijn op te lossen, moeten worden behandeld. Hierdoor zou een sfeer wor den geschapen, die bevorderlijk is voor het aansnijden en eventueel oplossen van de moeilijker vraagstukken. meer waardering hebben gevonden. Hij zou dan stellig toch wel tot de grote mannen zijn gerekend, maar wij zouden hem niet hebben herdacht, aldus prof. Donner. Want Groens be tekenis voor ons ligt in het getuigenis, dat hij op zijn critiek liet volgen. Groen zei niet alleen „Tegen de revolutie", maar hij ging verder „Tegen de revolutie het Evangelie' Zijn adviezen waren getuigenissen en daarvan wilden de liberalen niet we ten. Voor ons is zijn persoonlijkheid er te dierbaarder om. Als Evangeliebelijder verwierf hij invloed op de consciëntie van het christenvolk. Hij bracht het tot be zinning en samenbinding en nog hul digen wij zijn paradoxale uitspraak, die zo in strijd schijnt te wezen met de leus „Eendracht maakt macht", namelijk Groens adagium „ln ons iso lement ligt onze krachtt". Leidinggevende persoonlijkheid. Prof. dr A. Goslinga herdacht Groen van Prinsterer als historicus. Deze spreker typeerde Groen als een leidinggevende persoonlijkheid. Groen was echter minder leider in die zin, dat hij ook als zodanig werd erkend, dan dat hij zich geroepen achtte een leidsman te zijn. Hij was niet in staat het volk te electriceren. Ook ver mocht hij niet populair te schrijven. Groen had een tussenlaag van medewerkers nodig en die ontbrak. Da Costa, Van der Brugghen, Hel dring, Elout van Soeterwoude lieten hem op beslissende momenten vaak alleen staan. Stellig lag dit ook wel aan Groen zelf. Hij kon lastig wezen. Maar in elk geval voelde hij zich eenzaam. Wel trok hij, evenals Bil derdijk, jonge mensen aan, doch dezen volgden hem niet in de poli tiek, of zij stierven op jeugdige leef tijd. Smartelijke jaren maakte Groen aan het eind van zijn leven door, toen hij zich een vreemdeling in eigen vaderland voelde. Daar hem een goe de partij-organisatie en een orgaan ontbrak, kreeg zijn leiderschap meer het aanzien van lijderschap. Tenslotte werd een zekere moedeloosheid zijn deel. Dit alles neemt niet weg, dat hij bleef strijden en de ideeën bleef voorstaan, die hij rusteloos had ge predikt. De gedachten van Groen heb ben 75 jaar ra zijn dood hun waarde gehouden. Laat ons als zijn geestes kinderen daarop letten en er onze houding naar bepalen, zei prof. Goslinga. (Ingez. mededeling, advert.) svmRurr tre De Duitse bondsraad heeft de bonds regering verzocht over te gaan tot op heffing van de douanerechten op vee en vlees. Men verwachtte moeilijkheden in verband met de enorm gestegen be hoefte. (Ipgez. mededeling, adv.) Lekker wdrrfi en volkomen geruisloze vering. ifr'z Vraat dê originele flacon Alr-Wick f 2.40 ONS FEUILLETON. De man lachte om die vraag. „Gaat het soms niet over de dochter van onze burgemeester?" vroeg hij. Karei knikte. „Ja aan haar was die brief gericht", gaf hg toe. De hotelhouder legde zijn vlezige hand op Kareis schouder. „Je moet niet den ken dat je zo'n kind de stoep van de burgemeester opkrygt", zei hij. „Dat durven die apen niet. Bovendien zijn ze veel te nieuwsgierig om te weten wat in zo'n brief staat". Hij wees naar buiten. „Kijk, nu weet het hele dorp er van. Je kan beter weggaan, want juf frouw Marianne zal nu niet meer ko en". Karei dacht daar over na. Om het belachelijke van deze geschiedenis voel de hij zich telkens opnieuw kleuren. Kleuren uit schaamte, wist hij dat te zijn. Maar weggaan? Weer opnieuw de onzekerheid van wachten op Iets, dat misschien nooit meer kwam Nee, daar voelde hfj toch ook niet voor. Marianne zou nu toch horen, dat hij hier was. „Wat moet U hebben, als U dat brief je voor me wegbrengt?" vroeg hij za- kelyk. „Ooh, mynheer, lk wou je wijzer heb ben. Je maakt de zaak kapot zo". Hij knipoogde. „Ik heb jullie wel zien wan delen een paar maanden terug. Eten mooi stel, heb lk gedacht. Jonge ja, een mooi stel en een goede party, dat ver zeker lk je. Maar vandaag moet je niet verder gaan. Je verknoeit de boel, ge loof me". Tegen dat betoog had Karei niets ln te brengen. Hg ook voelde hoe zyn kan sen klein waren. Hy wilde een beslis sing forceren. Daarom hield hy vol: ,,'t Is misschien beter dat lk haar spreek, voordat het praatje het dorp rond ls. Zeg het maar, wat U ervoor hebben moet". „Een ogenblik, mijnheer", zei de ho even inpeperen, die grappen". Dankbaar en opgelucht, nam Karei het verfomfaaide briefje van hem over. „Ik zal een nieuwe schrijven", besloot hy en hg nam zleh voor om dan maai te zwygen over de watermolen en een andere plaats van ontmoeting af te spreken. Haastig schreef hy. Nu hy weinig meer te verliezen, maar alles te winnen had, keerde zyn zelfvertrouwen vlug terug. Uit zyn brief bleek dat. Ook uit zyn verzoek aan de hotelhouder was dit te merken. Hy vroeg niet meer, hy GO VERBURG 20. telhouder plotseling. Vlugger dan Ka- rel verwacht had dat hy lopen kon, rende hy de deur uit. „Hier dat ding, zeg lk je", schreeuwde hy. Een Jongen bleef aarzelend staan, treuzelde dan na der. In zyn hand hield hy het openge vouwen briefje van Karei. Hy legde het ln de hand van de hotelhouder, dook dan rap weg voor de dikke hand die hem wilde slaan en vluchtte terug naar de anderen, ,,'t Komt vanavond wel goed, denk erom"; dreigde de man. Voldaan kwam hy weer binnen. „Toe vallig mijn zoon", zei hy. „Zal lk hem gaf opdracht. De man merkte die verandering op. Hg hield zgn advies verder voor zich. Gewillig, hoewel hoofdschuddend wan delde hy weg. De jongens hadden zich verspreid. Het nieuwtje zou nu zijn ron de doen door het dorp, maar onmerk baar voor de buitenwacht. Het kwartier wachten scheen einde loos, Karei kreeg het er warm en be nauwd van. Hy verlangde naar Iets te drinken: een kop thee, liever nog een glas limonade, maar er was niemand om te helpen, Nog onverwachts, want van een an dere kant gekomen, dan waarheen hy was weggegaan keerde de hotelhouder te rug. Triomfantelijk droeg lüj een briex ln zgn hand. ,,'t Is een vreemd beroep", glunderde hg, „maar onaardig, nee dat is het toch niet. Hier, lk denk dat lk het ln orde gemaakt heb voor je". Met de brief vluchtte Karei weg. Een paar woorden maar stonden er ln. Een telegram leek het: „Heb weinig tya, maar kom op voorgestelde plaats en uur". Verder niets: geen groet en geen naam, simpel haar paraaf. 't Was bijna meer dan Karei had dur ven verwachten. Hij had geen geduld meer om te wachten nu. Over de verla ten dorpsstraat kuierde hij alvast naar de bossen. Achter de gordijnen zag hij hier en daar iets bewegen en hij wist zich bespied om het verhaal dat rond. ging: een mynheer heeft een briefje aan Marianne van de burgemeester geschre ven. Hij wilde haar naar de watermolen laten komen. Alsof dat alles hem niet aanging liep hy door. Wel maakte hg een omweg, op dat niemand raden kon, dat de afspraak toch doorging, ondanks alles. Eten half uur voordat Marianne ko men zou, zat hy al op een pulnbrok van de ruïne. Toen wandelde hij weer, om even later weer te zitten. Rusteloos, voortdurend piekerend over wat hy zeg gen en haar vragen zou, wachtte hy. (Wordt vervolgd). mate van deskundigheid van de over heid worden verlangd. Met het oog hierop voorziet het ontwerp in de in stelling van een adviserend college, de jachtraad, hetwelk, waar het nodig is, de overheid van deskundige voorlichting kan dienen. In dit college dienen be halve de belangen van de jacht en van de landbouw ook die der natuurbe scherming vertegenwoordigd te zyn. UITBREIDING WILDLIJST. De commissie stelt voor wijziging te brengen in de opsomming van de dier soorten, die tot het „wild" worden ge rekend. Krachtens het ontwerp zyn o.a. de fazanten en de otters thans in de wet gebracht onder het niet-schadelijk klein wild. Voor het „waterwild" bepleit de com missie overbrenging van de zwanen naar de vogelwet. Hetzelfde wordt voorgesteld voor de kemphaan, de wulp, de scholekster, de grutto, de tureluur en het waterhoentje. Onder „schadelijk wild" acht de com missie de eekhoorn, de houtduif, de zwarte en de bonte kraai, de Vlaamse gaai en de ekster te moeten rekenen. De commissie acht het ongewenst, dat het genot van de jacht ook wordt toegekend aan degene, die een ander persoonlijk recht tot gebruik van de grond geeft. Mede daarom is thans ale enig persoonlijk gerechtigde, welke ia beginsel aanspraak op het genot van d® jacht kan maken, de pachter van de grond genoemd. Evenwel wordt tot ui ting gebracht, dat de erfpachter, d® vruchtgebruiker en/of de eigenaar zich ook een gedeelte van het genot van de jacht kunnen voorbehouden. De aanvang van de geldigheidsduur der jachtacte is van 1 Juli naar 1 April verschoven in de verwachting, dat d® meeste gegadigden hierdoor zullen wor den gebracht tot het aanvragen van d® acte reeds vroeg in het voorjaar. D« aan het verkrijgen van de acte verbon den kosten zullen maximaal f 50 be dragen. In het ontwerp wordt de mogelijkheid geschapen, op de regel, dat op schade- lyk wild gedurende het gehele jaar mag worden gejaagd, voor één of meer soor ten daarvan een uitzondering te maken, Als wettelyke neerslag van de ook internationaal gepropageerde gedachte, dat in het broed- en werpseizoen rust moet heersen ls de bepaling opgenomen, dat in beginsel de jacht tussen I Maart en 15 Juli niet wordt geopend. Ten aanzien van de eendenkooien is een voorziening aangebracht, waarby het vangen met de kooi in gesloten jachttijd onmogelijk wordt gemaakt. Ten aanzien van het vervoer en d® handel in wild geeft het ontwerp enkel® bepalingen, die er op zgn gericht het stropen tegen te gaan, o.a. door het in voeren van een stelsèl van geleidebil- jetten. De commissie acht de strafmaxima in de bestaande wet niet toereikend voor een krachtige handhaving van d® in dit ontwerp vervatte bepalingen, welke voor een verbetering van de toe standen op het gebied van de jacht on- ontbeerlyk is. Een algemeen strafmaxi mum van één jaar hechtenis of duizend gulden komt de commissie wenselijk ea verantwoord voor. Italië heeft Zaterdag aan de 20 mo gendheden, die het Italiaanse vredes verdrag hebben ondertekend, nota's overhandigd, waarin officieel wordt gevraagd het vredesverdrag te herzien en te erkennen, dat Italië „een vry en democratisch land is, en in staat van volkomen gelykheid met alle andere vrye staten in de wereld'*. Men verwacht, dat de Sowjet-Uni® het verzoek zonder meer van de hand zal wijzen, ondanks de verlegenheid, waarin de communistische party in Italië, de grootste in West-Europa, hierdoor zou kunnen worden gebracht. De Verenigde Staten, Engeland en Frankrijk hebben reeds hun steun toe gezegd. Volgens het communiqué van het Italiaanse ministerie van Buitenlandss Zaken wordt in de nota gezegd, dat Italië, doordat het „tengevolge van het herhaalde veto van één der vgf per manente leden van de Veiligheidsraad" (de Sowjet-Unie) niet lid is van de V.N., geen herziening van het vredesverdrag kan verkrijgen door middel van deze organisatie, zoals in het verdrag is voorzien. (Van onze Haagse redacteur.) Naar wij vernemen overweegt men thans als oplossing van de grote moei lijkheden waarmede de ziekenfondsen thans te kampen hebben om de zie kenfondspremie te verhogen van 3,6 tot 3,8 Deze verhoging zal uiter aard vooral drukken op het bedrijfs leven. Daarom wordt tegelijkertijd bekeken of het niet mogelijk is om de premie voor de kinderbijslag terug te brengen van 6 op 5.8 IS HUIDIGE PROGRESSIEVE KINDER BIJSLAG VOLDOENDE? (Van onze Haagse redacteur.) De commissie VerrijnStuart, een jubcommissie van de S.E.R., is klaar gekomen met de bestudering van het probleem der progresieve kinder bijslag. Op aandrang van de Kamer heeft de Regering dit vraagstuk des tijds aan de S.E.R. opgedragen. Het rapport van haar bevindingen zal in de December-vergadering van de .E.R. worden besproken. Naar wij vernemen staat de meerderheid van deze commissie op het standpunt, dat de huidige progressiviteit voldoende is. Er ligt echter ook een minder heidsrapport van katholieke zijde, dat het tegendeel beweert.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1951 | | pagina 3