Communisten zien Westerse journalisten
met argwaan en haatdragende ogen*
Bevredigende resultaten
voor K*L*M* in 1950*
Haar Held
Staat van oorlog met Duitsland
beëindigd*
„We not like...", zegt sergeant Pak ontstemd.
Spervuur van fototoestellen en
filmcamera's*
ZIJN HELE HUIS
DOOK VOOROVER
Jl
WAALBANDDIJK TE TIEL DOORGEGRAVEN.
Over 1951 een winst te verwachten van
enkele millioenen.
Korea-detachement
blijft in stand.
Dc „schade" werd nog groter.
Vrijdag 27 Juli 1951
ZEEUWSCH DAGBLAD
Pagina 4
(Van onze correspondent Alfred van Sprang)
KAESONG (COMMUNISTISCH KOREA), Juli 1951. - Kae-
song Is ineens vol leven. Mannen, vrouwen en vooral kinderen stro
men uit de huizen en gaan langs de weg staan. Sommigen lachen en
wuiven en roepen een groet. Anderen kijken stil en strak voor zich
uit. Ze zijn blijkbaar bang om zich te uiten. Op één punt draaien de
mensen zelfs op commando hun rug naar de weg.
„Daar loopt een militairwjjst Iemand.
„Gewapend
„Nee
Dit de hulzen aan weerskanten van weg komen steeds meer nieuwsgierige
burgers naar buiten.
„Dagroepen wij.
Op vele gezichten verschijnt een lach. En als we rolletjes zuurtjes en repen
chocolade gooien vechten de kinderen op leven en dood erom.
„Ze zien er niet ondervoed uitmerkt er een op.
„Helemaal nietbeamen de anderen.
„En geen communistische propaganda
„Neeniets".
Hobbelend rijden we door.
Eerste kennismaking.
Zo is de eerste indruk van een com
munistische stad in Korea als ons con-
vool van witbevlagde jeeps en drieton
ners langzaam tussen de schamele hul
zen en hutten schuift op weg naar het
wat aan de buitenkant in de heuvels
gelegen conferentiehuls, waar de verte
genwoordigers van de democratische en
de communistische legers beraadslagen
over het beëindigen van de oorlog.
We stoppen.
„Iedereen kan zijn gang gaan
kondigt de kapitein aan, die als reislei
der optreedt. Onmiddellijk springen alle
correspondenten van de drietonner en
zwermen uit over het terrein om het
hoofdkwartier van de delegatie van de
Verenigde Naties: een alleen op een
heuvel staand stenen huls. In een hou
ten gebouwtje aan de kant zetelt een
communistische commissie van ont
vangst: een paar Chinezen en Noord-
Koreanen in uniform inclusief een vrou
welijke militair. Alle aandacht concen
treert zich op hen. Ze zijn er echter al
lerminst op gesteld. Met woedende blik
ken kijken ze ons aan. En als de foto
grafen een opname willen maken draai
en ze zich om en verdwijnen naar bin
nen.
„We not like...." zegt het meisje ont
stemd. Ze draagt een keurig bruin uni
form en een platte pet met een com
munistische ster erop. Een verre van
aantrekkelijke figuur is het. Een blik
uit haar ogen verraadt meer dan duizend
woorden hoe ze ons haat. Maar als de
drukte een beetje afgenomen is trekt
ze wat bij. Ze spreekt zelfs Engels.
„Wie ben jeprobeer ik een ge
sprek met haar aan te knopen.
„Als jij jouw naam zegt vertel lk de
mijneantwoordt ze.
Ik noem de mijne.
„Amerikaan
„NeeNederlander".
Blijkbaar weet ze niet waar Neder
land ligt. Dat kan ik haar moeilijk
kwalijk nemen. Er zijn genoeg Ameri
kanen, die het evenmin weten. Maar als
lk het omschrijf gaat haar een licht op.
„En hoe heet Jij noudring lk
aan.
„Miss Pak
,,En je rang
Dat wil ze niet zeggen.
„Dat weet je beter dan lkvoert
ze aan. Ik kan alleen zien, dat ze twee
gekruiste gouden strepen op een brede
épaulette draagt. Het blijkt, dat ze
(Ingez. mededeling, advert.)
maar alles kwam goed
in het eind.
Zijn hele huis helde vreemdsoortig
voorover. Zijn interieur werd een
zandverstuiving. Het landschap ver
anderde in een nevelbank. Nee, van
fotograferen bracht hij niet veel te
recht. Dat alles is echter voor goed
achter de rug, nu hij gewapend is met
een Philips Flitscamera. Het mislukken
van foto's is daarmee practisch on
mogelijk geworden, omdat de bediening
de eenvoud zelf is. Overdag (zonder
flitslamp) schitterende foto's en des
avonds of binnenshuis (met flitslamp)
brillante opnamen.
Uw handelaar laat U gaarne zo'n
Philips Flitscamera zien.
sergeante-majoor is. Misschien ls ze niet
trots op die lage rang en wil hem daar
om niet noemen. Veel anders heeft ze
trouwens evenmin te vertellen. Evenals
de anderen ls ze erg gesloten.
Vermoedelijk hebben ze opdracht om
niet vertrouwelijk met ons te worden.
Fotofeest.
Het conferentiehuls ziet er niet kwaad
uit. Het moet vroeger aan een rijke
Koreaanse familie behoord hebben. Het
heeft iets van een bulten met een op
rijlaan en een voortuin met een priëei
erin. Verscholen achter de bomen staat
dan het eigenlijke huis met de bijgebou
wen. Er ls een voorgalerij met allerlei
spreuken, zoals: „Ge kunt hier uw ver
moeide lichaam ter ruste leggen op de
pilaren". De voorgalerij staat vol met
fauteuils, waarvan er geen twee gelijk
zijn. Waarschijnlijk heeft men ze van
overal b(j elkaar moeten slepen om een
paar zitjes ln te richten. Van de voor
galerij kijkt men op een binnenplaats
waarin het huls zelf staat; het heilig
dom van de onderhandelaars en streng
verboden terrein voor ieder ander.
„Kijk daar....!" waarschuwt iemand.
Een hele batterij communistische fo
tografen en filmoperateurs wacht ons
ln de tuin op. Ze zijn stuk voor stuk in
legeruniform. Het merendeel zijn Noord-
Koreanen. Het verschil ls gemakkelijk
aan de uniformen te zien. De Noord-
Koreanen dragen goedpassende unifor
men van bruine en zwarte stof met
platte petten met sterren erop en brede,
kleurige épauletten met sterren en stre
pen. Ze lijken als twee druppels water
op de Russische uniformen. Sommige
officieren bederven echter het hele ef
fect door onder een wijd uitstaande
rijbroek van blauw laken een paar gum
mi baseballschoenen met witte veters te
dragen.
Bij de Chinezen ls het daarentegen
een en al eenvoud: bruinachtige broe
ken en hooggesloten jassen van inféri
eure stof en slappe petten en geen en
kele verslering of onderscheiding. Het
ls waarschijnlijk de bloem van de com
munistische legers. En naar hun hou
ding te oordelen moeten het vuurvaste
partijgenoten zijn met een Ingeboren
haat tegen de westerlingen. Ze kijken
tenminste uitgesproken vijandig als we
naderen.
Sommigen hebben een rood of geei
lint op hun borst met in het Engels en
Chinees erop: „Ontvangst-Commissie".
Maar ze zijn er zeker niet om ons te
ontvangen. Het zijn bijna uitsluitend
leden van de legerfilm- en fotodienst,
te oordelen naar de grote camera's, die
ze stuk voor stuk hebben. Of ze daar
gisteren ook al bij waren valt ernstig
te betwijfelen en men ziet hoe onhandig
en amateuristisch de meesten met hun
apparaten omgaan.
Een Chinees ls bijvoorbeeld druk be
zig met een splinternieuwe en kostbare
filmcamera opnamen te makenmet
de beschermingsdoppen voor alle drie
zijn lenzen. Anderen komen zo dichtbij,
dat het onmogelijk is om een scherpe
foto te maken. Maar dat schijnt hen
allemaal niet te hinderen. Ze knippen
maar raak. Misschien ls er ook geen
film ln de camera's. In ieder geval zijn
ze enorm actief. Ze rennen heen en weer
om iedereen te fotograferen en soms is
het net een dans als onze fotografen
hen weer trachten te fotograferen. Wij
lachen er hartelijk om. Zij blijven ech
ter doodernstig en begluren ons met
venijnige blikken.
Russische jeeps.
De tuin staat vol met jeeps.
Limousines spelen in deze militaire
BEZOEKT KAESONG IN COM
MUNISTISCH KOREA kan men
zo langzamerhand wel adver
teren. Het is merkelijk net een
gezelschap toeristen: de twintig
met camera's en verrekijkers
omhangen oorlogscorresponden
ten, die elke morgen van de
perstrein ten Noorden van Seoel
naar de vergaderplaats van de
wapenstilstandscommissies rijden.
Zoals het dagjesmensen betaamt
hebben ze volop eten en drinken
bij zich. In bijgaand artikel be
schrijft onze correspondent Al
fred van Sprang, die bij de eer
ste groep behoorde, welke de
stad Kaesong kon binnengaan,
hoe zo'n dag in communistisch
gebied verloopt.
wereld geen rol. Maar jeeps zoveel te
meer. Ze zijn er ln soorten. In de eerste
plaats de onze: keurig ln de bruine verf
met een witte vredesvlag op het rechter
spatbord. Maar ook de andere kant be
schikt over jeeps. Het zijn meest Jeeps
van Russische makelij: zwartgespoten
en lager en breder van constructie. Ze
hebben echter ook enkele op de Ameri
kanen buitgemaakte jeeps, waarin ze
provocerend door Kaesong rijden met de
oorspronkelijke registratietekens er nog
op. Sommigen van de chauffeurs zijn
Chinezen, maar voornamelijk zijn er toch
Noord-Koreanen aanwezig. Een Ameri
kaanse tolk helpt me om een gesprek
met een paar van die Koreanen aan te
knopen. Het is eerst het gebruikelijke
uitwisselen van namen en rangen en
nationaliteiten.
„Waarom gooi Je niet je geweer weg
en ga naar hulsstelt de Kore-
aan dan voor.
„Dat wil lk wel als jij 't dan ook
doetgeeft de Amerikaan hem ten
antwoord. En meteen Informeert hij of
hij veel Amerikanen doodgeschoten
heeft. Dat blijkt wel mee te vallen.
Maar wel heeft h(j een hoge onderschei
ding voor heldhaftig gedrag gekregen.
„That's allrightknikt de Ame
rikaan, „dat ls oorlog".
Ze komen over de luchtmacht te pra
ten. Dat ls een wapen waar de commu
nisten meer dan genoeg van hebben.
„Waarom blijven jullie vliegtuigen ons
bombarderenvraagt de commu
nist op scherpe toon.
„Dat Is oorloggeeft de ander
hem laconiek ten antwoord.
„Maar wij hebben toch ook geen
vliegtuigen
„Dan moet je ze maar aan je Rus
sische vrienden vragen
Zo praten ze een beetje.
„Noulk ga mijn geweer weg
gooien!" zegt de Amerikaan tenslotte
en loopt door.
„Goed!" roept de Koreaan hem na. En
misschien gelooft hij het ook wel, dat h(j
het werkelijk doet. Maar de sfeer blijft
toch in elk opzicht vijandig. Van onze
kant proberen we op alle mogelijke ma
nleren toenadering. Sommigen trachten
een gesprek aan te knopen. Anderen
bieden sigaretten of een rol film aan,
We stuiten steeds op een muur van an
tipathie en achterdocht. Er is absoluut
geen geestelijk contact.
Misschien zouden sommigen van de
communisten zelf wel anders willen. Ze
(Ingez. mededeling, advert.)
U blijft monter
en fris wanneer u
geniet van de
verkwikkende
FEUILLETON
door G. P. BAKKER.
76) o—
„De meester?" vroeg Saxon. „Ken
jij de meester?"
„Hij bracht me dadelijk een bezoek,
toen ik hier kwam, vertelde mij dat
hij je vriend was, dat ik geen angst
behoefde te hebben, daar je spoedig
weer op vrije voeten zou zijn. Hij zei:
„We hebben een plan dat moet slagen.
Maar bovendien, het leven van de
overste loopt niet het minste gevaar.
Von Pappenheim weet dat hij rijk is,
dat u en zijn vrienden elke som zou
den bijeen brengen als losprijs. Over
ste Saxon is voor hem van veel te
veel waarde. De keizerlijken, ver
volgde hij, hebben veel geld nodig.
Keizer Ferdinand ziet geen kans meer
te lenen, zelfs niet bij de Joodse geld
schieters, van welke hjj velen tot vij
and gemaakt heeft. Wat een grote
domheid was. Wallenstein is de enige
man, die hem zou kunnen helpen. De
keizer heeft hem ontslagen. Hij zal
hem moeten terugroepen, maar de
beroemde veldheer is niet meer te
yertrouwen. Hij vergaat van eer
zucht. Hij heeft getracht een verbond
met de koning van Zweden te slui
ten, doch de koning vertrouwt hem
evenmin."
„Dat is alles volkomen waar", be
aamde Saxon.
„Dat zal wel zo zijn", antwoordde
Marion. „Maar mijn vrees, dat zo'n
deugniet als jou iets zou overkomen,
werd er niet door verminderd, of
schoon de meester en Bernhard mij
steeds moed trachtten in te spreken.
Ik vond het beter zelf de koe bij de
horens te pakken, doch daarvan wil
den ze niets weten. Geen van beiden.
Ze zeiden, dat ik dan jouw kansen
zou bederven en dat, als wij beiden
in zijn handen waren, alles verloren
zou zijn en Von Pappenheim geheel
meester van de toestand zou zijn. „De
overste zou honderdmaal liever ster
ven. Bingumstein is onneem
baar, zeide Bernhard. Mocht 't ver
woest worden, dan waren er veilige
geheime uitgangen".
„Gelukkig, dat ze je tegen wisten
te houden. Jij in de handen van Von
Pappenhelm", zei hij met trillende
stem en drukte haar stijf tegen zich
aan. „Ik durf er niet aan denken".
„En toen vanmorgen, toen het nog
duister was, plotseling dat krijgsru
moer, het tumult van de strijd, het
gekerm der gewonden, de schrille
kreten der stervenden! Wij stonden
op de tinnen van het kasteel. Eerst
konden we niets zien in de duister
nis, maar toen het later werd, begon
nen we iets te onderscheiden, een
veldslag van schimmen. En toen zag
ik jou, vrij hoog te paard, op Balder's
rug, te midden der ruiters en mijn
hart sprong op van vreugde. En nu
ben ik zo dankbaar en blij". Ze kuste
hem op beide ogen. „Nooit, nooit laat
ik je er weer alleen op uit trekken."
„Ik heb de schat nog niet gevon
den", wierp Saxon haar tegen.
„O neen?" vroeg ze en keek hem
met haar donkere kijkers aan. „Ik kan
niet zeggen dat je erg galant bent
teruggekomen. Menig man zou er an
ders over denken, als h(j mij in de
armen hield."
„Je weet, dat ik dat niet bedoel,
ondeugd. Jij weet heel goed, dat je
mijn alles bent" en hij kuste mar
weer. „Ik meen de kostbaarheden, die
wij voor de koning wilden zoeken,
Ze zjjn voor hem van het grootste
belang."
„Je hebt genoeg gedaan. Je inlich
tingen hebben je tocht tot een succes
gemaakt."
„Maar ik moet de schat trachten te
vinden. We hebben het op ons geno
men. Voel je niet dat we moeten sla
gen. Het geld zal een goed einde van
deze oorlog mogelijk maken."
„Moeten we slagen? Goed, dan ga
ik met je mee."
„Dat gaat niet. Ik wil je niet bloot
stellen aan...."
„Aan wat?"
„Aan alles. Je weet het van onze
ontvluchting uit Maagdenburg."
„Weet je wel", zei ze, „dat ik ei
genlijk nooit in mijn leven zo'n heer
lijke tijd heb beleefd. Maar vertel me
eerst alles wat je intussen is overko
men."
Saxon, de armen om Marion'
schouders, begon zijn verhaal. Zij viel
hem niet in de rede, zelfs toen freule
Verona in het verhaal genoemd werd
sprak ze geen woord.
Maar toen hij de tocht in zijn droom
vertelde, de tocht met Verona in de
onderaardse gang en zijn ontwaken,
vroeg ze: „En jij bent nooit achter
die ridderhofstede geweest?"
„Nooit in mijn leven."
,Dat is vreemd, je volgde die weg
in je droom?"
„Ja en die tocht staat me zo helder
voor de geest alsof ik hem werkelijk
gemaakt heb."
(Wordt vervolgd)
Het werk aan Europa's grootste binneiisltiis vordert gestadig. De baggermolen Montgomery is thans bezig met
het doorgraven van een gedeelte van de eeuwenoude Waalbanddijk, welke de voorhaven van het Amsterdam
Rijnkanaal te Tiel tot dusver in twee helften scheidde. De gebaggerde grond zal dienen om „De Strengeen
onrendabel gebied boven de Echteldse steenoven, een nuttige bestemming te geven. Op de foto, welke van de
baggermolen af gemaakt werd, ziet men het doorgraven van de Waalbanddijk (op achtergrond).
hebben echter kennelijk instructies ge
kregen, waar ze niet van durven af
wijken. Een enkeling slechts beant
woordt onze tegemoetkomendheid met
een glimlach of een verstandig woord.
Vervelend.
Binnen vergadert men maar.
Het is beginnen te regenen. Een tries
te, trage motregen. Dat maakt alles nog
kleurlozer dan het al ls. We zoeken
allemaal een schuilplaats op de voor
galerij en onder het afdak van de bij
gebouwen. Daar kunnen we nu en dan
een zin uit de vergadering opvangen als
een tolk met stemverheffing een ver
taling voorleest. We vervelen ons stier
lijk. Iedereen heeft iedereen bekeken en
gefotografeerd. We hebben het huis van
alle kanten bestudeerd. Er valt verder
niets anders te doen dan te wachten
op het einde van de bijeenkomst.
„Een dooie boel...", merkt een Franse
correspondent op.
„Het is nauwelijks al het stof en het
botsen waard..." beamen anderen.
De pers heeft gevochten om in Kae
song te mogen. De Amerikanen heb
ben zelfs de vrijheid van de pers erbtj
gesleept. Nu ze er is moet ze eigenlijk
toegeven, dat het allemaal weinig op
windend ls. Het is een dagje uit ln
communistisch gebied. Meer niet. En
voor de rest ls dat communistisch Kae
song een even dode, troosteloze en on
aanzienlijke Koreaanse stad als duizen
den andere aan deze en gene zijde van
de veelomstreden 38e breedtegraad. Maar
het ls een plaats om er geweest te moe
ten zijn. Evenals Scheveningen, Knocke
en Bali
DATA
UTRECHTSE JAARBEURZEN 1953.
De data voor de Utrechtse jaarbeur
zen zijn als volgt vastgesteld: Voor-
jaarsbeurs 25 Maart3 April en Na-
jaarsbeurs 211 September.
Oproep tot juist begrip.
Maar er zijn een aantal voorbehouden gemaakt.
Met ingang van Donderdag 26 Juli te half twaalf is de staat van oorlog
tussen Nederland en Duitsland beëindigd. Een desbetreffend Koninklijk Besluit,
waaraan tevens het karakter van een proclamatie is gegeven, is heden in het
Staatsblad gepubliceerd, aldus heeft het ministerie van buitenlandse zaken
bekend gemaakt.
Het is van de aanvang af de bedoe
ling geweest, dat Nederland ongeveer
gelijktijdig met de mogendheden, die
enige weken geleden de staat van oor
log met Duitsland beëindigden, daartoe
zou overgaan. Dit bleek echter niet mo
gelijk i.v.m. het feit dat de behandeling
in het parlement van een wetsontwerp,
waarvan de inwerkingtreding aan de
beëindiging van de staat van oorlog
vooraf diende te gaan, meer tijd in be
slag nam dan aanvankelijk was ge
raamd. Nu dit wetsontwerp, waarin
o.m. de nog in het Nederlandse recht
bestaande discriminerende bepalingen
t.a.v. Duitsland en Duitse onderdanen
worden opgeheven, inmiddels het
Staatsblad heeft bereikt, is de beëindi
ging van de staat van oorlog mogelijk
geworden.
In het besluit-proelamatie worden een
aantal voorbehouden gemaakt t.a.v.
Nederlandse rechten en aanspraken,
welke noodzakelijk zijn i.v.m. het feit
dat nog geen vredesverdrag gesloten
kan worden. De beëindiging van de
staat van oorlog betekent echterwel een
formele bevestiging van het herstel van
normale betrekkingen tussen Nederland
en Duitsland dat na de oorlog geleide
lijk heeft plaatsgevonden.
Zoals gezegd, zijn hiermede echter
niet alle problemen opgelost, welke da
oorlog heeft doen ontstaan. Hiertoe zul
len van weerszijden geduld, een juist
begrip voor hetgeen in het verleden is
geschied en vertrouwen in de toekomst
nodig zijn. Op deze wijze zal aan de be
ëindiging van de staat van oorlog tus
sen beide landen inhoud dienen te wor
den gegeven.
De K.L.M. maakte in 1950 een bevredigende ontwikkeling door. De omzet
steeg tot f 188 millioen, het passagiersvervoer breidde zich uit het vracht
vervoer zelfs in bijzondere mate en men wist geleidelijk-aan de gevolgen
van de devaluatie en de stillegging van de lijn AmsterdamDjakarta te boven
te komen. Ondanks de prijsstijgingen kon door rationalisatie en vergroting van
de omzet worden bereikt, dat in de tweede helft van het jaar het niveau van
de kosten en dat van de inkomsten met elkaar in evenwicht kwamen.
Over 1950 was, zo deelt de directie in
haar jaarverslag mee, een exploitatie
verlies van f 2.230.188.dat voorname
lijk is ontstaan in de eerste helft van
het jaar, nog onvermijdelijk. Het kon
echter uit de in 1950 nagekomen baten
uit vorige jaren worden gedekt, zodat
de winst- en verliesrekening kon worden
afgesloten met een winstsaldo van
f 56.000.—.
Naar dr Plesman, de president-direc
teur, in een nadere toelichting mede
deelde, was de K.L.M. in de eerste helft
van dit jaar weer een rendabel bedrijf
wanneer men de seizoensinvloeden in
aanmerking neemt.
Het eerste kwartaal van 1951 leverde
een winst op van f 800.000.en wan
neer de toestand zo bljjft is over 1951
een winst te verwachten van enkele
millioenen guldens.
Naar verwachting zal de omzet dit
jaar ongeveer f 220 millioen bedragen
bjj een bezettingsgraad van gemiddeld
65 proeent.
LUCHTVERVOER.
Over het luchtvervoer wordt gezegd,
dat men verwacht dat het gebruik van
vliegtuigen voor het publiek, de ver
schepers van goederen en de pos'auto-
riteiten verder zal toenemen. Betreurd
wordt, dat sommige regeringen de
luchtvaart onvoldoende vrijheid laten en
zelfs remmende beperkingen opleggen.
Het komt voor dat op bepaalde trajec
ten waarop de K.L.M. vliegt, de vraag
naar vervoer die van het aanbod verre
overtreft maar dat de betrokken rege
ringen weigeren uitbreiding van de
diensten toe te staan.
De Garuda Indonesian Airways N.V.,
in Indonesië ontwikkelde zich in het
eerste jaar gunstig.
NIEUWE VLIEGTUIGEN.
Met betrekking tot 1951 wordt ge
zegd dat de K.L.M.-vloot ternauwer
nood toereikend kan zjjn om te voldoen
aan de vraag naar luchtvervoer. Door
het aanschaffen van nieuwe vliegtuigen
hoopt men aan de vraag vooral van
het vrachtvervoer te kunnen voldoen.
De productie in 1950 werd opgevoerd
tot 189.653.000 ton-kilometer, door het
openen van nieuwe lijnen vnl. op Duits
land en het Verre Oosten en het ver
hogen van de frequentie op bestaande
verbindingen.
Ten opzichte van 1948 nam het passa
giersvervoer met 6 toe, het vracht
vervoer met 70 en het charterver-
voer met 300 Het postvervoer daar
entegen nam, door het wegvallen van
Indonesië af met 31 Het charterver-
voer was vooral van belang door het
inschakelen van de K.L.M. bij de uit
voering van het emigrantenvervoer. Dit
jaar zullen er 5000 door de lucht naar
Australië worden gebracht.
Eind 1950 werden twee bestellingen
voor nieuwe viermotorige vliegtuigen
geplaatst nl. voor zeven D.C. 6 Bs en
negen Lockheed 1049-C super-constella-
tions, te leveren in 1952 en 1953.
Bij de studie, die aan de bestellingen
vooraf is gegaan, is bijzondere aandacht
besteed aan de ontwikkeling van de
voortstuwingstechniek.
Eind 1950 omvatte het grondperso
neel in Nederland 6795 man, hetgeen
een vermindering van 897 man in 1950
betekent. In het buitenland, exclusief
het voormalige interinsulair bedrijf in
Indonesië, bedroeg het grondpersoneel
per ultimo 1949 331 man en per ultimo
1950 3274 man, waaruit een verminde
ring van 37 man gedurende het ver
slagjaar blijkt.
Bij de Garuda Indonesian Airways
Airways N.V. was per ultimo 1950 346
man grondpersoneel en 202 man vlie
gend personeel gedetacheerd.
Blijft Duitse kolenuitvoer
gehandhaafd?
Op de gisteren gehouden bijeenkomst
van de Raad van het internationale ge
zagsorgaan voor het Ruhrgebled is nog
geen beslissing genomen over het Duit
se verzoek tot vermindering van het
Duitse exportquotum voor het derde
kwartaal van 1951 met 1 millioen ton
tot 5.2 millioen ton.
De Duitse delegatie acht de kansen
op een verlaging niet gunstig, daar ook
de Franse regering zich tegen een ver
mindering verklaard heeft.
Geen verdere troepenopleiding voor
Ver. Naties.
Onlangs werd namens de secretaris
generaal der Ver. Naties de vraag ge
steld in hoeverre door de betrokken re
geringen uitvoering was gegeven aan de
maatregelen, die werden aanbevolen in
de resolutie „Uniting for Peace", die
door de Algemene Vergadering werd
aangenomen op 3 November 1950. On
der de aanbevelingen dezer resolutie
valt het ter beschikking stellen van
speciale troepeneenheden door de natio
nale regeringen, die in geval van agres
sie voor een gemeenschappelijke tegen
actie der Ver. Naties zullen kunnen
worden ingezet.
De Nederlandse permanente vertegen
woordiger bü de Verenigde Naties te
Lake Success heeft thans opdracht ont
vangen in antwoord op deze vraag mede
te delen, dat sedert November 1950 een
Nederlands vrijwilligers-detachement in
Korea strijdt en nog onlangs verster
king heeft ontvangen.
De Nederlandse regering be
schouwt het vormen en in stand
houden van dit detachement als
een eerste stap ter bereiking van
het doel van genoemde aanbeveling
van algemene vergadering.
Daarnaast heeft Nederland bijzondere
verplichtingen uit hoofde van de ge
meenschappelijke defensieve maatrege
len van het Noord Atlantisch Verdrag,
dat gegrond is op art. 51 van het Hand
vest der Ver. Naties.
Aangezien deze verplichtingen reeds
een volledige, nationale inspanning ver
gen, overweegt de Nederlandse regering
thans niet ook nog verdere troepeneen
heden op te leiden, speciaal bestemd om
dienst te doen bjj de Ver, Naties. (En
geland, Frankrijk en andere landen ga
ven reeds overeenkomstige antwoor
den).
Bij de landbouwersfamilie O te Lun-
teren klopte enige dagen geleden een
keurig geklede man aan, die zich voor
deed als ambtenaar van het departe
ment van Landbouw. Hij deed de
heuglijke mededeling, dat de familie
een bedrag van ongeveer f1300 tegoed
had voor schade, die de veestapel tij
dens de oorlogsjaren had geleden.
Verder verklaarde de bezoeker, dat
hij het geld wel zou meegebracht heb
ben, wanneer de boerenleenbank ter
plaatse „gemachtigd tot uitbetaling",
niet te kampen had gehad met een
tekort aan klein geld. Men had daar
slechts biljetten van duizend gulden
in kas.
Het verhaal werd zo geloofwaardig
voorgesteld, dat de landbouwersfami
lie de afgezant van het ministerie grif
een bedrag van f 750 ter hand stelde,
waarna deze heenging om de schade
vergoeding te incasseren en.niet
meer terug keerde.
Onmiddellijk werd de politie in de
arm genomen en al spoedig kwam aan
het licht, dat deze pseudo-ambtenaar
ook elders in de gemeente Ede ge
tracht had zijn slag te slaan, zij het
dan ook zonder succes. In Barneveld
had een landbouwer zich echter laten
verleiden op de aanbiedingen van de
ze oplichter in te gaan, hetgeen hem
f700 kostte. Verder blijkt de man ge
opereerd te hebben in de provincie
Utrecht en werd hij laatstelijk gesig
naleerd in de Betuwe.