VERGETEN MENSEN
Uw pluimvee vraagt doelmatige
voederbakken.
Hoe maken wij aardige kinderfoto's?
Margery Lovell
DISPLACED PERSONS
weten geen uitkomst meer.
Lmn vol verbittering en teleurstelling.
Zorg voor de Blinden.
Ua*n$tue*t.
Pluimveehouder is er zelf
mee gebaat.
Waar en waarom?
Zaterdag 16 Septenber 1950
PROTESTANTS CHRISTELIJK DAGBLAD
Pagina 3
(Van onze speciale verslaggever)
HANAU (BIJ FRANKFORT), September 1950
Aan de buitenkant van de stad ligt een groot
complex oude kazernes van de vroegere weer- ij
macht. De laatste jaren hebben ze dienst gedaan
ftls vluchtelingenkamp. Twaalfduizend displaced
persons waren erin ondergebracht. Een stad In
een stad was het. Nu staan die kazernes prac-
tisch leeg.
„Vluchtelingendie zjjn er niet meer", be
weert de politie-agent aan de poort. In theorie
heeft h(j gelijk. Sinds enkele weken heeft de
Internationale Vluchtelingenorganisatie het
kamp overgedragen aan de gemeente Hanau. De
overgebleven vluchtelingen hebben een Duitse
legitimatiekaart gekregen. Daarmee vallen ze
onder het Duitse bestuur. Voor velen betekent
dat dagelijks stempelen voor werklozensteun.
Zonder andere hulp zullen ze daar voortaan van
moeten leven.
15 GULDEN STEUN PER WEEK.
In het kale kampkantoor bladert de Lithause
administrateur Karolis Morkunas de lijsten door
met de namen van degenen, die nog in het kamp
wonen. Alles bij elkaar zijn het zes-honderd
veertig personen. Lithauers, Letten en Estlan-
ders, Russen en Oekrainers, Hongaren, Polen en
Joegoslaven, een enkele Spanjaard en wat Duit
sers. Er zijn doktoren en ingenieurs bij, bakkers,
chauffeurs, boekdrukkers, architecten, metse
laars, kooplieden en verpleegsters.
Velen hebben hun beroep
verzwegen. Maar allen hebben
één ding gemeen: ze zijn gezwo
ren vijanden van het communis
me. Sommigen hebben er actief
tegen gevochten. Dat is nu hun
ongeluk. In hun strijd tegen het
communisme waren ze aan de
zijde van het nationaal-socialisme.
Dat stempelt hen in de voor
schriften van de Internationale
Vluchtelingenorganisatie tot oor
logsmisdadigers. Een» tussenweg
is er niet. Emigreren kunnen ze
niet. Ze moeten maar zien in
Dultsiand aan de slag te komen.
Maar ook daar is men weinig op
hen gesteld.
„Duitsland.." zegt Morkunas
schamper. „Luister maar eens.,
dit bericht stond er in de Sozii-
listische Volkszeitung in Frank-"
fort Het overdragen van de
kampen voor displaced persons
door de IRO aan de Duitse rege
ring is een nieuwe last voor de
Duitse belastingbetaler. Deze
mensen zijn allen criminele cn
politieke misdadigers. Men moet
nen maar zo spoedig mogelijk
naar hun geboorteland terug-
Sturen."
Trillend van opwinding legt
hij de krant neer.
„Alsjeblieft., en we hebben
niets anders gedaan dan vech
ten voor onze eigen vrijheid
vechten tegen de communisten.
Collaboratie met de nazi's ver
wijten ze ons.... onzin!"
Zijn ogen glinsteren als hjj het
verhaal doet van de Lithause di
visie, die van de Duitsers op
dracht kreeg de Russen tegen te
houden omdat de Duitsers er
zelf geen mensen voor beschik
baar hadden. In enkele dagen
meldden zich duizenden vrijwil
ligers voor dienst. Van school
jongens tot ouden van dagen.
Tien nationale beweging was het.
Het mededelingenbord (met opschrift in
Lithaus) geeft uitkomst voor alles: voedselver-
strekking, badtijden, aangeboden betrekkingen,
verloren voorwerpen.
£)e Duitsers schrokken er zo van.
dat alle militairen ontwapend en
naar Duitsland getransporteerd
werden.
„En daarom zijn we oorlogs
misdadigers.zucht Karolis
Morkunas. „Ik had beter a;n
nazi kunnen zijn...." smaalt hij
cynisch, „dan was ik er nu be
ter aan toe
En er schuilt veel waarheid in
die bewering.
Vergeten
In donkere, vervallen gebou
wen vegeteren de mensen voort.
Een zonloos bestaan is het met
weinig toekomst. De gelukkigen
hebben een kamer voor zichzelf.
Er zijn echter ook kamers waar
twee gezinnen samenwonen. Ze
ven, acht mensen in een sche
merachtige kamer met een mi
nimum aan meubilair. In een
hoek een roestig fornuis. Grote
gaten in de muren. Blik tegen
het plafond om de lekkage te
weren. In vele vensters ontbre
ken de ruiten. Er zijn planken
voor getimmerd.
„Hier.wijst Karolus Mor-
kunsas naar een van de vele
deuren. 'Met twee punaises is er
een visitekaartje op geprikt. Er
woont een journalist. Een Rus
van geboorte, maar nu in het
bezit van een Nansen-pas.
In de dagen vóór Hitier vias
hij een man van aanzien in Ber
lijn. Medewerker aan de „Daily
Telegraph" was hij. Het was
door hem, dat het blad de eerste
onthullingen over de Rijksdag
brand kon publiceren. Maar die
zelfde onthullingen hebben hem
verplicht Duitsland te verlaten.
Van dat ogenblik af is hij opge
jaagd als een dier. Van het ene
land. naar het andere. Van de ge
vangenis naar een kamp. In Ne
derland is hij geweest, maar men
heeft hem over de grens gezet
omdat hij geen geld bezat. In
België was hij zonder visum en
moest ook verdwijnen. Parijs
heeft hij enige tijd als woon
plaats kunnen behouden en
Zwitserland. Tenslotte is hij
Vergeten leeft de vroegere medewerker van de „Daily Tele
graph" in zijn troosteloze kamertje in het kamp in Hanau. Op
het ogenblik leest hij USSR van Walter Duranty. Ook de
materiële .voorziening is deze week buitengewoon goed. Hij heeft
juist een levensmiddelenpakket van de Lutheran World Service
gekregen.
weer naar Duitsland terugge
gaan. De Gestapo was speciaal in
hem geïnteresseerd. Een zware
ziekte was hem bijna teveel.
Maar hij wist vol te houden. Ar
restaties waren niets bijzonders
meer voor hem. Overal moest hij
steeds weg. Maar uit Hanau kan
hij niet weg.
„Om te emigreren moet ik een
bewijs hebben, dat Ik een politie
ke vluchteling ben en niets met
de nazi's te maken heb gehad
en dat stuk papier kan ik niet
krijgenzegt hjj spottend
met een machteloze glimlach op
zijn bruin gezicht", ik heb de „Dai
ly Telegraph" geschreven, maar
die antwoorden nietdie wil
len niets meer tegen de nazi's ver
klaren die laten Hitlers pers
chef immers vrijin in ij heb
ben ze-geen belangstelling meer
ik ben geen atoomspeciallst
en normaal-intellectuele mensen
hebben ze genoeg".
Een wonderlijke man is net
met iets van de aristocraat on
danks zijn verschoten khaki-
uniform en het armzalige inte
rieur van zijn kamertje. Aan één
stuk praat hij. Levendig en
scherp en vol sarcasme. Vier jaar
heeft hij als boer geleefd. Maar
ook buiten kon hij geen rust
vinden. Agressieve elementen
schreven Jiem dreigbrieven om
te verdwijnen. Later begonnen
ze de ruiten bij hem in te gooien.
En nu leeft hij maar weer in
een troosteloos kamp. Elke mor
gen gaat hij stempelen om zes
tien mark steun in de week te
kunnen krijgen. Het is net ge
noeg om niet te verhongeren.
Maar een kledingstuk kan er
niet op overschieten. Op een
kookplaatje bereidt hij zijn
maaltijden. Behalve een veldbed
en een tafeltje met een keuken
stoel heeft hij niets. Boeken en
kranten leent hij bij het Infor
mation Centre. Dat is zijn enige
afleiding. Verder wacht hij
maar.
„Waarop
„Ik weet 'tniet...." zegt hy
onverschillig. En het kan hem
ook weinig schelen. Het leven
heeft voor hem niet veel meer
te bieden.
Maar eens
In een ander kamertje woont
Julius Veresegyhazy. Een Hon
gaars jurist van goede familie.
Evenals vele anderen was hij re-
serve-officier in het Hongaarse
leger. De Russen hebben hem
daarom in de gevangenis gestopt.
Zes maanden heeft hij er doorge
bracht. Zes maanden van ver
schrikking waren het. Hij heeft
het overleefd. Maar vanwege zijn
verleden was het hem verboden
zijn beroep uit te oefenen. Met de
kans weer opgesloten te worden
is hij tenslotte gevlucht. Het was
een vreselijke tocht. Veertig kilo
meter heeft hij moeten lopen. In
een moeras is hij de weg verloren.
Met zijn vrouw en hun kleine
zoon.
„Met de hulp van God zijn we
eruit gekomenzegt hij en
hij meent het eerlijk. Een be
schaafde en rustige man is het.
Vervolging en teleurstelling heb
ben hem bescheiden gemaakt. Te
bescheiden eigenlijk. Onbeschrij
felijk dankbaar is hij buiten be-
Minimum Inkomen voorgesteld.
Een in 1948 door minister Drees
ingestelde Commissie voor Blin-
denvraagstukken heeft een rege
ling ontworpen, die beoogt de
blinden sociale zekerheid te ver
schaffen.
Het ontwerp stelt voorop, dat
de blinden zoveel mogelijk door
eigen arbeid in hun levensonder
houd moeten voorzien. Het wil
hun echter onder alle omstandig
heden een zeker minimum-inko
men waarborgen.
Behalve individuele uitkeringen
en uitkeringen aan onderwijsin
richtingen wordt voorgesteld een
jaarlijks subsitne te geven aan
werkplaatsen voor blinden, mits
deze goed geoutilleerd zijn en des
kundig worden geleid.
De bedoeling is, dat de gemeen
tebesturen de regeling zullen uit
voeren, terwijl 75 procent van de
kosten door het rijk zullen wor
den gedragen.
Er zjjn in Nederland ongeveer
vijfduizend blinden. Slechts tien
procent van hen kan zelfstandig
in zijn levensonderhoud voorzien.
Meer dan de helft in de leeftijd
van 20 tot 64 jaar verricht in het
geheel geen arbeid. Voor een be
langrijk deel van hun inkomsten
zijn zij tot nu toe afhankelijk van
de particuliere liefdadigdheid.
Tegen dit ontwerp kunnen ver
schillende bezwaren worden aan
gevoerd, als de hoge kosten en de
consequenties die hieruit voor an
dere groepen der bevolking kun
nen voortvloeien.
De blinden-organisaties, die zelf
bij het overleg waren betrokken,
wijzen er echter op, dat in bijna
alle landen wettelijke regelingen
voor de blindenzorg bestaan.
In Nederland komt slechts 21
procent van de blinden in aan
merking voor een lnvaliditeits- of
ongevallenrente.
Geref. (art. 81 K.O.) sociaal en
economisch verband.
Dinsdag a.s. wordt in het ge
bouw voor K. en W. te Utrecht
een vergadering gehouden, waar
men wil trachten, een Gerefor
meerd (art. 31 K.O.) sociaal en
economisch verband op te rich
ten.
reik van de communisten een
kleine betrekking bij de IRO te
mogen bekleden. In vrijheid met
zijn vrouw en kind te kunnen le
ven beschouwt hij als het koste
lijkste op aarde.
„Men moet 't eerst zelf meege
maakt hebben om te weten wat
een communistische regiem is....'
betoogt hij, „anders beseft men
het gevaar niet".
Op Kerstavond Is er een kind
ln de gevangenis gestorven. Het
was een kind van een paar maan
den. De moeder kreeg er geen an
der voedsel voor dan het gevan-
genisvoedsel. Daar kon het na
tuurlijk niet tegen. Een andere
moeder is door de politie van haar
zes weken oude baby meegeno
men om verhoord te worden. Drie
dagen hebben ze haar vastgehou
den. Toen ze weer thuis kwam
was het kind van honger gestor
ven.
„Barbaren zijn 'tverzekert
Julius Veresegyhazy, „vijf-en-
negentig procent van het Hon
gaarse volk is tegen hen
maar toch zijn ze lid van de com
munistische partijze moeten
welanders gaan ze de ge
vangenis innaar Siberië
of ze worden ontslagen en ver
hongeren. Maar iedereen wacht
op bevrijding door het westen".
Karolis Morkunas knikt instem
mend.
„We moeten de moed niet ver
liezenzegt hij, „eens zullen
we naar huis kunnenen als
wij het niet beleven dan onze kin
deren. Maar de dag van de bevrij
ding komt!"
Maar vele anderen hebben de
moed wel verloren. Ze geloven
niet meer in een betere tijd. Ze
zijn teleurgesteld en verbitterd.
Vele beloften zijn nimmer nage
komen. Scherpe critiek leveren ze
op het Amerikaanse leger, op de
vluchtelingenorganisatie en de
hele wereld. Lusteloos leven ze
van de ene dag in de andere. Een
grauw en troosteloos bestaan is
het. Slechts de herinnering aan
vroeger schenkt hen nog een
beetje vreugde. Een blik op een
verbleekt familieportret. De ge
dachten aan het geboorteland en
de blijde dagen daar beleefd. Een
vlag en een nationaal wapen pië
teitsvol op de kale muur gedra
peerd. Het is hun enige troost.
Maar het is een uiterst schrale
troost
ALFRED VAN SPRANG
(Nadruk verboden).
FEUILLETON.
door
EMILY S. HOLT.
X) o—
Het was in de lente van het
jaar 1395, en de zon scheen vro
lijk op de kantelen en de ven
sters van Lovell Tower. Het was
pas zeven uur, maar in huis was
iedereen reeds druk in de weer,
en Vrouwe Lovell zag toe bij het
bereiden van het middagmaal.
Zij was een knappe vrouw, niet
lang, maar ook niet klein en vrij
gezet. Ze had een gevuld, vrien
delijk gezicht, en op dat ogenblik
een paar rode wangen van het
kolossale vuur, dat in de grote
haard brandde. Zij had een
zwarte japon aan met een brede
rand bont afgezet en droeg op
haar hoofd een kegelvormig
hoofdtoonsel van stijf zwart gaas,
bezaaid met gouden sterren.
Haar dienstboden, meisjes tus
sen de 16 en 25 jaar, waren hier
en daar in de keuken bezig; ter
wijl juffrouw Katharina, een
rustige, vrouw van middelbare
leeftijd, die de betrekking van
hulshoudster vervulde op een ta
fel aan de muur een bijzonder
ingewikkeld mengsel aan het be
reiden was.
Vrouwe Lovell liep van de een
naar de ander; roerde nu eens
in de ene pan en keek dan weer
in de andere, deelde, als een van
de meisjes niet op haar werk
lette, een klap om de oren uit,
en hield in één woord nauwlet
tend toezicht.
„Nan, je prei is niet fijn ge
noeg gehakt; Dina, kijk naar de
soep en zorg, dat die niet over
kookt; Alice, jou luie meid!'
meteen kreeg Alice een klap om
haar oren, „je ben daar uiensaus
aan het roeren zonder uien. Wat
scheelt je toch? Margery! Mad
ge! Madge! Waar is juffrouw
Margery, meisjes? Joanne, kind,
ga eens gauw kijken, of juffrouw
Margery ook misschien op haar
slaapkamer is."
Joanne, een klein ding van 16
jaar, die bezig was peterselie te
hakken, liep haastig de keuken
uit, en was in een ogenblik
terug.
„Juffrouw Margery komt da
delijk", zei ze, en in die tijd be
duidde dadelijk „direct" en niet
„straks". Juffrouw Margery volg
de Joanne dan ook onmiddellijk
Zij was het enige kind van-Sir
Geoffrey Lovell en Vrouwe Ag
nes en was 17 jaar oud. Ze was
een slank, blond meisje, niet
lang, en ze zag er teer uit. Haar
trekken waren regelmatig en
klassiek, haar ogen waren grijs.
Het waren heldere eerlijke ogen,
die je recht aankeken, en haar
haar had die goudblonde tint, die
in de Middeleeuwen zo gezocht
was, en nu bijna niet meer ge
zien wordt.
Ze was ook in het zwart ge
kleed. Evenals bij haar moeder,
had haar rok van onderen een
rand bont, en haar nauwsluitend
jakje was ook afgezet met mar
ter bont.
Zij droeg niet het lelijke
hoofdtooisel van haar moeder,
maar had een gouden net, ge
garneerd met paarlen, over het
haar.
Margery Lovell was veelzijdig
ontwikkeld. Niet alleen kon zij
zingen en op de luit spelen,
prachtig borduren en uitstekend
koken, maar zij kende ook al de
wapens van de adellijke families.
Nu hoorde dat toen wel bij de
opvoeding van een meisje van
stand en was dus niets buitenge
woons; zij kende echter nog
meer. Ze kon lezen en schrijven.
Dit laatste vooral bezorgde haar
de diepste bewondering van de
ondergeschikten van Lovell To
wer.
Vrouwe Lovell verstond noch
de kunst van lezen noch die van
schrijven; maar Sir Geoffry was
een ontwikkeld man en was in
het bezit van een bibliotheek en
wilde dus, dat zijn dochter ook
lezen zou leren. De bibliotheek
van Sir Geoffrey was heel groot,
want zij bestond uit twee en
veertig boekdelen, waaronder
vijf prachtig verluchte manus
cripten: Het zoeken naar de
Graal, de Reizen van Sir John
Maundeville, de Geschiedenis
van Matthias Paris, de Stad Gods
door St. 'Augustinus en een getij-
boek. Vrouwe Lovell bezat geen
getijboek, want ze zou het toch
niet hebben kunnen lezen; maar
Margery had permissie gekregen
van haar vader, om zijn getij-
boek over te schrijven en de ge
kleurde platen na te tekenen en
was juist bezig met een daarvan,
toen zij weggeroepen werd naar
de keuken.
„Moeder u heeft me laten roe
pen", zei ze.
„Ja, kind", antwoordde me
vrouw Lovell, „help jij Alice
eens met die saus; anders komt
er niets van terecht en stoof jij
dan daarna de paling ook maar;
want ik moet de amandelen ras
pen.
Rustig volbracht Margery haar
taak en was heel wat zachter en
geduldiger tegenover Alice dan
haar moeder het geweest was.
Zij was nog bezig met het sto
ven van de paling, toen een
jongeman, even ouder dan zij,
en gekleed als page, de keuken
binnenkwam.
(Wordt vervolgd.)
VOOR DE ZONDAG
Goede olie was alles waard
in de bezettingstijd; ge zoudt
ze gewoonweg niet kunnen
missen.
Wie bang is, gaat nu al weer
naar de boeren, die de nieuwe
Sloepolder hebben ingezaaid
met koolzaad, om een afspraak
te maken voor '51.
Mijn verstand zegt: wees
niet bang en mijn hart zegt:
denk ook om een ander!
Toch hoor ik, dat er weer
gehamsterd wordt; niet alleen
in België, maar ook in ons
land; Korea brengt koorts'. En
dan raakt een mens van streek,
en wordt egoist.
Nu zou ik best willen, dat er
nog veel meer gehamsterd
werd, maar dan niet om sui
ker en sigaretten en goede olie,
doch om „een goede naam"!
Want de Prediker zegt in
Gods naam, dat een goede
naam beter is dan goede olie.
Beter is een goede naam dan goede olie; en de dag des doods
dan de dag, dat iemand geboren wordt. Prediker 71.
Het gekste is, dat juist een
gewone hamsteraar helemaal
niet geeft om een goede naam;
velen, die in de bezettingsja
ren een slechte naam hebben
gekregen, leven lustig voort en
hebben nog het hoogste woord.
Laten we ons best doen, en
God bidden om wijsheid, dat
we een goede naam verkrij
gen, bij de engelen in de he
mel en bij de buren hier be
neden.
Wij moeten ons geloof tonen,
en de belijdenis in daden om
zetten; de gemeente van Chris
tus zal toenemen in gunst bij
God en bij de mensen.
Dit kan, dit staat in de bij
bel, dit is een werk van Gods
geest.
Een mens leeft niet voor
zichzelf, maar voor zijn Schep
per, en hij zal zijn naaste lief
hebben als zichzelven.
De vreze des Heeren, die
't beginsel is van alle levens
wijsheid, heeft geen grijpar
men, maar wel liefdearmen.
Doe uw best! Ga hiermee
aan 't hamsteren. Ge hebt er
uw leven voor gekregen. God
gaf u de jaren er voor.
De Prediker zegt, dat de dag
des doods beter is dan de dag,
dat iemand geboren wordt.
Op zichzelf een duistere zin,
een paradox; maar als gij 't le
ven ziet als een gelegenheid,
om een goede naam te verwer
ven, dan dankt gij God, in
Christus, dat Hij u eiken dag
nog spaart.
Doe dan uw best, bid er om,
en strijd er voor; dan krijgt de
Heiland ook dank uit uw
leven, en dan krijgt Hij ook
eer; en dit moet, want immers.
H{j draagt een Naam boven
allen naam!
Nieuwdorp. E. BEUKEMA.
U EET TOCH OOK GRAAG VAN EEN SCHOON BORD?
OP VELE BEDRIJVEN ziet
men vaak, dat het dure opfok-
voer wordt vermorst. Jonge kui
kens geeft men meestal de voe
derbakken met ronde gaatjes.
Deze verliezen snel hun doelma
tigheid, eenvoudig, omdat de
dieren over de platte bakjes
gaan lopen. Ze bevuilen de bak
jes en dus ook het voer. Als de
kuikens wat ouder zijn, geeft
men hen vaak voederbakjes
waarin ze kunnen staan om in
het voer te krabben. Ook hier
bevuiling door uitwerpselen,
terwijl vaak veel voer verloren
gaat doordat het er gemakkelijk
uitgekrabd wordt.
Bij de voederbakken voor de
kippen is het haast niet anders.
Als men dan zo in het strooisel
kijkt, ligt er vaak zoveel kostbaar
voer in dat het voor de pluimvee
houder niet anders dan schade
kan opleveren. Ook is vaak te
weinig voerbakruimte aanwezig,
met als gevolg dat de sterkste die
ren zich vol eten en de rest de
kruimeltjes krijgt.
Practische bakken.
kunt U krijgen door eens met
de Rijksvoorlichtingsdienst voor
de pluimveeteelt te gaan praten.
Er zijn al heel wat bedrijven waar
men voederbakken, gemaakt vol
gens tekening van deze dienst, ge
bruikt. Ze zijn getoetst aan de
practijk en bevallen uitstekend.
Kunt U zelf niet komen stuur-dan
Uw adres; de consulent geeft U
gaarne inlichtingen. Bovenstaan
de geldt natuurlijk ook voor de
opfokkers van piepkuikens.
Schone eieren
afleveren is voor vele pluimvee
houders een probleem. De kip
levert een product dat af is maar
het wordt door vele mensen mis
handeld.
Vraagt U eens aan Uw verza
melaar of handelaar de kalender
van het Ned. Eiercontrólebureau.
Uw verzamelaar kan U die gratis
leveren na aanvraag en er staan
hele nuttige wenken ln.
Het selecteren
is een zeer voornaam punt al
is het momenteel wel moeilijk om
afzet voor een lonende prijs te
krijgen voor de uitgelegde en ver
sleten dieren. Door ze door een
selecteur te laten uitzoeken kunt
U een voederbesparing en dus
winst krijgen. Vaak gaat er 10 tot
25 uit en de uitgezochte dieren
leveren vaak nog een goede prijs
op.
Voor hen, die nog meerdere in
lichtingen wensen, staat de Rijks
voorlichtingsdienst voor de pluim
veeteelt, die gratis advies geeft,
steeds gereed.
De ast. Rijks pluimvee
consulent voor Zeeland,
J. WISSE.
Hervormde school voor maat
schappelijk werk.
De generale synode der Ned.
Herv. Kerk heeft besloten een
school voor maatschappelijk
werk te stichten, die zal worden
gevestigd in Driebergen, op het
terrein van „De Horst". Het ligt
in het voornemen om de eerste
cursus te doen aanvangen in het
najaar van 1951.
BEPPE ANTJE 101 JAAR.
Morgen hoopt de wed. A. Bak
kerTilma te Wieuwerd haar
101ste verjaardag te vieren.
Beppe Antje (Opoe Antje) was
kosters vrouw. Toen zij met pen
sioen ging, heeft ze op 81-jarige
leeftijd nog lezen en schrijven ge
leerd.
Zeepost voor Oost en West.
Met de volgende schepen kan
zeepost worden verzonden. De
data, waarop de correspondentie
uiterlijk ter post moet zijn be
zorgd, staan, tussen haakjes, ach
ter de naam van het schip ver
meld:
Indonesië: m.s. „Kota Agoeng"
(21 Sept.); Nieuw Guinea: m.s.
„Celebes" (23 Sept.); Antillen:
s.s. „Boscoop" (21 Sept.); Suri
name: m.s. „Hersilia" (27 Sept.).
DE FOTOWEDSTRIJD.
De prijzen van onze foto
wedstrijd voor de meest ori
ginele vacantie-opnamen blij
ven nog steeds een verras
sing. Wel kunnen wij onze
fotograferende lezers vast
verklappen, dat, buiten de
andere prijzen om, door de
schrijver van onze rubriek
drie mappen „Wenken en
Raadgevingen voor de Foto
amateur", door hemzelf sa
mengesteld, beschikbaar ge
steld zijn voor resp. de beste
sportopname, dé beste kin
derfoto en de meest artistieke
opname. Iedere inzending
dingt automatisch ook hier
naar mee, dus U ziet dat de
inzendingen zeer veelzijdig
kunnen zijn en wij verwach
ten dan ook een overstelpend
aantal.
(Tngpz. mededeling advert.)
HET DECOR VAN HET KINDERTONEEL.
Wanneer het om topprestaties gaat by kinder
foto's, dan komen wy op een terrein waarby de
regie een onmisbaar iets is. Natuuriyk is het
niet een kwestie van: en nu zullen we
eens even een goede foto van Jantje maken",
maar men moet de hele geschiedenis goed over
denken en precies weten wat te maken. Het
fotograferen begint dan ook niet met het ln de
hand nemen van de camera, maar al de avond
van te voren. U bedenkt dan vast wat U wilt
maken; neem er eventueel papier en potlood by
en ga enkele schetsen maken. Denk vooral aan
de lichtval, omdat dit een der voornaamste pun
ten is.
Misschien heeft U op een bepaald punt in de
tuin al eens een mooie opname gemaakt, maar
als U zich weer tot die ideale plek wendt, pas
dan op en vergeet niet dat de zon draait en dit
mooie punt bv. een uur later onbruikbaar kan
zijn of dat, dit punt midden in de zomer goed
kan zijn, maar in voor- of najaar totaal onge
schikt is omdat de zonnestand dan lager is. Hoe
lager de zon staat, zoveel beter de resultaten
want het licht is dan zachter. Bij volle zon zijn
portretten zeer moeilijk te maken, zelfs met
tegenlicht. Eventueel kunt U van een reflectie-
scherm gebruik maken, dus door bv. met een
laken oj iets dergelijks het zonlicht op de scha
duwzijde van het gezicht te reflecteren. In de
schaduw van een boom of huls hebben wij vaak
een mooi zacht, zij het wat egaal, licht, dat heel
goed kan zijn. Ook hier kunnen wij door het be
wuste reflectiescherm (ook een krant of ander
papier kan goede diensten bewijzen) weer een
zacht effectlicht maken. Bij schaduw van bomen
moeten wy wel oppassen dat er geen lichtvlekken
op de figuur vallen, want dat
maakt het geheel onrustig.
Wat was dat een toer!
ACHTERGROND EN FILTER.
Een rustige achtergrond kan op
verschillende manieren verkregen
worden. Wy kunnen bv. het kind
in een deuropening plaatsen
waarachter een vry donker ver
trek is; aldus krijgen wy een don
kere, b«na zwarte achtergrond,
die echter vaak een beetje som
ber werkt. Een lichtere achter
grond is meestért iets frisser wat
by de jeugd beter past. Gaan wy
nu de opname van een laag stand
punt uit maken, dan kunnen wy
de blauwe lucht als achtergrond
gebruiken; na het ontwikkelen
van de film en het afdrukken
ontdekken wy echter vaak dat de
lucht totaal wit geworden is, dus
ook al niet ideaal. Wat nu? Toch
de lucht gebruiken is het eenvou
digste, maar nu nemen wy er een
geel of oranje filter bq; hiermee
wordt de blauwe lucht resp. licht
of donker grys en boeken wy een
heel goed resultaat. Is dit alles
niet mogeiyk, dan kunnen wy een
onrustige achtergrond door wei
nig scherpte-diepte wazig houden
waardoor wy het rustige effect
ook bereiken.
PROEFOPNAMEN.
Wanneer wij nu goed overdacht
hebben hoe wy het zullen doen en
wy hebben nog een of twee opna
men op de film zitten, dan gaan
wq liefst eersf eens een paar
proefopnamen en aan de hand
van die resultaten straks de defi
nitieve maken, nadat wy een
scène in elkaar gezet hebben. Dan
eerst instellen, lichtval, belich-
tingstyd, enz. bepalen en vervol
gens bv. het nieuwe jurkje voor
de pop aan het kind, dat hiervan
geen flauw vermoeden had, geven.
Onze eerste opname is dan de
expressie van het gezicht wan
neer zü het jurkje krijgt; direct
een volgend beeldje van de film
voordraaien en weer schotklaar
staan want de gebeurtenissen en
gelaatsuitdrukkingen volgen
elkaar nu snel op. Dan wordt
haar de pop gegeven en gaat zü
deze aankleden met de nieuwe
aanwinst, waarvan nog menige
opname gemaakt kan worden. Wij
maken zo onwillekeurig een hele
serie, waarvan wy straks de
mooiste uitzoeken om uit te ver
groten, want meestal staat ar
toch nog wel iets op dat er af
kan. Op deze manier zullen foto's
met werkelijk goede inhoud ont
staan en wy kunnen het best aan
Uw regietalent overlaten om der-
geiyke scènes in elkaar te zetten;
U zult hier vaak wekenlang plel-
zier van hebben.
De foto hierbij is een aardig
bewijs, dat wij steeds schotklaar
moeten zijn: Deze kleine belha
mel was watervlug en dus moei
lijk te nemen, maar op een ge
geven moment kwam hij enthou
siast een staaltje van zijn katte-
kwaad rapporteren enknip,
dat was hèt moment om een foto
te maken die beter geslaagd was
dan alle resultaten van andere
pogingen. Wij zien dan ook, dat
elk kind op zichzelf een studie
waard is. Maar, zoals ook hier
het geval is, bij dergelijke opna
men komen bijna altijd storende
dingen voor: de contouren van
de springplank hadden er beier
niet op kunnen staan. Opname
Exakta Var ex, volle zon aan het
strand, 1 200 sec., f 8, film 32"
Sch.