VERGETEN MENSEN Uw pluimvee vraagt doelmatige voederbakken. Hoe maken wij aardige kinderfoto's? Margery Lovell DISPLACED PERSONS weten geen uitkomst meer. Lmn vol verbittering en teleurstelling. Zorg voor de Blinden. Ua*n$tue*t. Pluimveehouder is er zelf mee gebaat. Waar en waarom? Zaterdag 16 Septenber 1950 PROTESTANTS CHRISTELIJK DAGBLAD Pagina 3 (Van onze speciale verslaggever) HANAU (BIJ FRANKFORT), September 1950 Aan de buitenkant van de stad ligt een groot complex oude kazernes van de vroegere weer- ij macht. De laatste jaren hebben ze dienst gedaan ftls vluchtelingenkamp. Twaalfduizend displaced persons waren erin ondergebracht. Een stad In een stad was het. Nu staan die kazernes prac- tisch leeg. „Vluchtelingendie zjjn er niet meer", be weert de politie-agent aan de poort. In theorie heeft h(j gelijk. Sinds enkele weken heeft de Internationale Vluchtelingenorganisatie het kamp overgedragen aan de gemeente Hanau. De overgebleven vluchtelingen hebben een Duitse legitimatiekaart gekregen. Daarmee vallen ze onder het Duitse bestuur. Voor velen betekent dat dagelijks stempelen voor werklozensteun. Zonder andere hulp zullen ze daar voortaan van moeten leven. 15 GULDEN STEUN PER WEEK. In het kale kampkantoor bladert de Lithause administrateur Karolis Morkunas de lijsten door met de namen van degenen, die nog in het kamp wonen. Alles bij elkaar zijn het zes-honderd veertig personen. Lithauers, Letten en Estlan- ders, Russen en Oekrainers, Hongaren, Polen en Joegoslaven, een enkele Spanjaard en wat Duit sers. Er zijn doktoren en ingenieurs bij, bakkers, chauffeurs, boekdrukkers, architecten, metse laars, kooplieden en verpleegsters. Velen hebben hun beroep verzwegen. Maar allen hebben één ding gemeen: ze zijn gezwo ren vijanden van het communis me. Sommigen hebben er actief tegen gevochten. Dat is nu hun ongeluk. In hun strijd tegen het communisme waren ze aan de zijde van het nationaal-socialisme. Dat stempelt hen in de voor schriften van de Internationale Vluchtelingenorganisatie tot oor logsmisdadigers. Een» tussenweg is er niet. Emigreren kunnen ze niet. Ze moeten maar zien in Dultsiand aan de slag te komen. Maar ook daar is men weinig op hen gesteld. „Duitsland.." zegt Morkunas schamper. „Luister maar eens., dit bericht stond er in de Sozii- listische Volkszeitung in Frank-" fort Het overdragen van de kampen voor displaced persons door de IRO aan de Duitse rege ring is een nieuwe last voor de Duitse belastingbetaler. Deze mensen zijn allen criminele cn politieke misdadigers. Men moet nen maar zo spoedig mogelijk naar hun geboorteland terug- Sturen." Trillend van opwinding legt hij de krant neer. „Alsjeblieft., en we hebben niets anders gedaan dan vech ten voor onze eigen vrijheid vechten tegen de communisten. Collaboratie met de nazi's ver wijten ze ons.... onzin!" Zijn ogen glinsteren als hjj het verhaal doet van de Lithause di visie, die van de Duitsers op dracht kreeg de Russen tegen te houden omdat de Duitsers er zelf geen mensen voor beschik baar hadden. In enkele dagen meldden zich duizenden vrijwil ligers voor dienst. Van school jongens tot ouden van dagen. Tien nationale beweging was het. Het mededelingenbord (met opschrift in Lithaus) geeft uitkomst voor alles: voedselver- strekking, badtijden, aangeboden betrekkingen, verloren voorwerpen. £)e Duitsers schrokken er zo van. dat alle militairen ontwapend en naar Duitsland getransporteerd werden. „En daarom zijn we oorlogs misdadigers.zucht Karolis Morkunas. „Ik had beter a;n nazi kunnen zijn...." smaalt hij cynisch, „dan was ik er nu be ter aan toe En er schuilt veel waarheid in die bewering. Vergeten In donkere, vervallen gebou wen vegeteren de mensen voort. Een zonloos bestaan is het met weinig toekomst. De gelukkigen hebben een kamer voor zichzelf. Er zijn echter ook kamers waar twee gezinnen samenwonen. Ze ven, acht mensen in een sche merachtige kamer met een mi nimum aan meubilair. In een hoek een roestig fornuis. Grote gaten in de muren. Blik tegen het plafond om de lekkage te weren. In vele vensters ontbre ken de ruiten. Er zijn planken voor getimmerd. „Hier.wijst Karolus Mor- kunsas naar een van de vele deuren. 'Met twee punaises is er een visitekaartje op geprikt. Er woont een journalist. Een Rus van geboorte, maar nu in het bezit van een Nansen-pas. In de dagen vóór Hitier vias hij een man van aanzien in Ber lijn. Medewerker aan de „Daily Telegraph" was hij. Het was door hem, dat het blad de eerste onthullingen over de Rijksdag brand kon publiceren. Maar die zelfde onthullingen hebben hem verplicht Duitsland te verlaten. Van dat ogenblik af is hij opge jaagd als een dier. Van het ene land. naar het andere. Van de ge vangenis naar een kamp. In Ne derland is hij geweest, maar men heeft hem over de grens gezet omdat hij geen geld bezat. In België was hij zonder visum en moest ook verdwijnen. Parijs heeft hij enige tijd als woon plaats kunnen behouden en Zwitserland. Tenslotte is hij Vergeten leeft de vroegere medewerker van de „Daily Tele graph" in zijn troosteloze kamertje in het kamp in Hanau. Op het ogenblik leest hij USSR van Walter Duranty. Ook de materiële .voorziening is deze week buitengewoon goed. Hij heeft juist een levensmiddelenpakket van de Lutheran World Service gekregen. weer naar Duitsland terugge gaan. De Gestapo was speciaal in hem geïnteresseerd. Een zware ziekte was hem bijna teveel. Maar hij wist vol te houden. Ar restaties waren niets bijzonders meer voor hem. Overal moest hij steeds weg. Maar uit Hanau kan hij niet weg. „Om te emigreren moet ik een bewijs hebben, dat Ik een politie ke vluchteling ben en niets met de nazi's te maken heb gehad en dat stuk papier kan ik niet krijgenzegt hjj spottend met een machteloze glimlach op zijn bruin gezicht", ik heb de „Dai ly Telegraph" geschreven, maar die antwoorden nietdie wil len niets meer tegen de nazi's ver klaren die laten Hitlers pers chef immers vrijin in ij heb ben ze-geen belangstelling meer ik ben geen atoomspeciallst en normaal-intellectuele mensen hebben ze genoeg". Een wonderlijke man is net met iets van de aristocraat on danks zijn verschoten khaki- uniform en het armzalige inte rieur van zijn kamertje. Aan één stuk praat hij. Levendig en scherp en vol sarcasme. Vier jaar heeft hij als boer geleefd. Maar ook buiten kon hij geen rust vinden. Agressieve elementen schreven Jiem dreigbrieven om te verdwijnen. Later begonnen ze de ruiten bij hem in te gooien. En nu leeft hij maar weer in een troosteloos kamp. Elke mor gen gaat hij stempelen om zes tien mark steun in de week te kunnen krijgen. Het is net ge noeg om niet te verhongeren. Maar een kledingstuk kan er niet op overschieten. Op een kookplaatje bereidt hij zijn maaltijden. Behalve een veldbed en een tafeltje met een keuken stoel heeft hij niets. Boeken en kranten leent hij bij het Infor mation Centre. Dat is zijn enige afleiding. Verder wacht hij maar. „Waarop „Ik weet 'tniet...." zegt hy onverschillig. En het kan hem ook weinig schelen. Het leven heeft voor hem niet veel meer te bieden. Maar eens In een ander kamertje woont Julius Veresegyhazy. Een Hon gaars jurist van goede familie. Evenals vele anderen was hij re- serve-officier in het Hongaarse leger. De Russen hebben hem daarom in de gevangenis gestopt. Zes maanden heeft hij er doorge bracht. Zes maanden van ver schrikking waren het. Hij heeft het overleefd. Maar vanwege zijn verleden was het hem verboden zijn beroep uit te oefenen. Met de kans weer opgesloten te worden is hij tenslotte gevlucht. Het was een vreselijke tocht. Veertig kilo meter heeft hij moeten lopen. In een moeras is hij de weg verloren. Met zijn vrouw en hun kleine zoon. „Met de hulp van God zijn we eruit gekomenzegt hij en hij meent het eerlijk. Een be schaafde en rustige man is het. Vervolging en teleurstelling heb ben hem bescheiden gemaakt. Te bescheiden eigenlijk. Onbeschrij felijk dankbaar is hij buiten be- Minimum Inkomen voorgesteld. Een in 1948 door minister Drees ingestelde Commissie voor Blin- denvraagstukken heeft een rege ling ontworpen, die beoogt de blinden sociale zekerheid te ver schaffen. Het ontwerp stelt voorop, dat de blinden zoveel mogelijk door eigen arbeid in hun levensonder houd moeten voorzien. Het wil hun echter onder alle omstandig heden een zeker minimum-inko men waarborgen. Behalve individuele uitkeringen en uitkeringen aan onderwijsin richtingen wordt voorgesteld een jaarlijks subsitne te geven aan werkplaatsen voor blinden, mits deze goed geoutilleerd zijn en des kundig worden geleid. De bedoeling is, dat de gemeen tebesturen de regeling zullen uit voeren, terwijl 75 procent van de kosten door het rijk zullen wor den gedragen. Er zjjn in Nederland ongeveer vijfduizend blinden. Slechts tien procent van hen kan zelfstandig in zijn levensonderhoud voorzien. Meer dan de helft in de leeftijd van 20 tot 64 jaar verricht in het geheel geen arbeid. Voor een be langrijk deel van hun inkomsten zijn zij tot nu toe afhankelijk van de particuliere liefdadigdheid. Tegen dit ontwerp kunnen ver schillende bezwaren worden aan gevoerd, als de hoge kosten en de consequenties die hieruit voor an dere groepen der bevolking kun nen voortvloeien. De blinden-organisaties, die zelf bij het overleg waren betrokken, wijzen er echter op, dat in bijna alle landen wettelijke regelingen voor de blindenzorg bestaan. In Nederland komt slechts 21 procent van de blinden in aan merking voor een lnvaliditeits- of ongevallenrente. Geref. (art. 81 K.O.) sociaal en economisch verband. Dinsdag a.s. wordt in het ge bouw voor K. en W. te Utrecht een vergadering gehouden, waar men wil trachten, een Gerefor meerd (art. 31 K.O.) sociaal en economisch verband op te rich ten. reik van de communisten een kleine betrekking bij de IRO te mogen bekleden. In vrijheid met zijn vrouw en kind te kunnen le ven beschouwt hij als het koste lijkste op aarde. „Men moet 't eerst zelf meege maakt hebben om te weten wat een communistische regiem is....' betoogt hij, „anders beseft men het gevaar niet". Op Kerstavond Is er een kind ln de gevangenis gestorven. Het was een kind van een paar maan den. De moeder kreeg er geen an der voedsel voor dan het gevan- genisvoedsel. Daar kon het na tuurlijk niet tegen. Een andere moeder is door de politie van haar zes weken oude baby meegeno men om verhoord te worden. Drie dagen hebben ze haar vastgehou den. Toen ze weer thuis kwam was het kind van honger gestor ven. „Barbaren zijn 'tverzekert Julius Veresegyhazy, „vijf-en- negentig procent van het Hon gaarse volk is tegen hen maar toch zijn ze lid van de com munistische partijze moeten welanders gaan ze de ge vangenis innaar Siberië of ze worden ontslagen en ver hongeren. Maar iedereen wacht op bevrijding door het westen". Karolis Morkunas knikt instem mend. „We moeten de moed niet ver liezenzegt hij, „eens zullen we naar huis kunnenen als wij het niet beleven dan onze kin deren. Maar de dag van de bevrij ding komt!" Maar vele anderen hebben de moed wel verloren. Ze geloven niet meer in een betere tijd. Ze zijn teleurgesteld en verbitterd. Vele beloften zijn nimmer nage komen. Scherpe critiek leveren ze op het Amerikaanse leger, op de vluchtelingenorganisatie en de hele wereld. Lusteloos leven ze van de ene dag in de andere. Een grauw en troosteloos bestaan is het. Slechts de herinnering aan vroeger schenkt hen nog een beetje vreugde. Een blik op een verbleekt familieportret. De ge dachten aan het geboorteland en de blijde dagen daar beleefd. Een vlag en een nationaal wapen pië teitsvol op de kale muur gedra peerd. Het is hun enige troost. Maar het is een uiterst schrale troost ALFRED VAN SPRANG (Nadruk verboden). FEUILLETON. door EMILY S. HOLT. X) o— Het was in de lente van het jaar 1395, en de zon scheen vro lijk op de kantelen en de ven sters van Lovell Tower. Het was pas zeven uur, maar in huis was iedereen reeds druk in de weer, en Vrouwe Lovell zag toe bij het bereiden van het middagmaal. Zij was een knappe vrouw, niet lang, maar ook niet klein en vrij gezet. Ze had een gevuld, vrien delijk gezicht, en op dat ogenblik een paar rode wangen van het kolossale vuur, dat in de grote haard brandde. Zij had een zwarte japon aan met een brede rand bont afgezet en droeg op haar hoofd een kegelvormig hoofdtoonsel van stijf zwart gaas, bezaaid met gouden sterren. Haar dienstboden, meisjes tus sen de 16 en 25 jaar, waren hier en daar in de keuken bezig; ter wijl juffrouw Katharina, een rustige, vrouw van middelbare leeftijd, die de betrekking van hulshoudster vervulde op een ta fel aan de muur een bijzonder ingewikkeld mengsel aan het be reiden was. Vrouwe Lovell liep van de een naar de ander; roerde nu eens in de ene pan en keek dan weer in de andere, deelde, als een van de meisjes niet op haar werk lette, een klap om de oren uit, en hield in één woord nauwlet tend toezicht. „Nan, je prei is niet fijn ge noeg gehakt; Dina, kijk naar de soep en zorg, dat die niet over kookt; Alice, jou luie meid!' meteen kreeg Alice een klap om haar oren, „je ben daar uiensaus aan het roeren zonder uien. Wat scheelt je toch? Margery! Mad ge! Madge! Waar is juffrouw Margery, meisjes? Joanne, kind, ga eens gauw kijken, of juffrouw Margery ook misschien op haar slaapkamer is." Joanne, een klein ding van 16 jaar, die bezig was peterselie te hakken, liep haastig de keuken uit, en was in een ogenblik terug. „Juffrouw Margery komt da delijk", zei ze, en in die tijd be duidde dadelijk „direct" en niet „straks". Juffrouw Margery volg de Joanne dan ook onmiddellijk Zij was het enige kind van-Sir Geoffrey Lovell en Vrouwe Ag nes en was 17 jaar oud. Ze was een slank, blond meisje, niet lang, en ze zag er teer uit. Haar trekken waren regelmatig en klassiek, haar ogen waren grijs. Het waren heldere eerlijke ogen, die je recht aankeken, en haar haar had die goudblonde tint, die in de Middeleeuwen zo gezocht was, en nu bijna niet meer ge zien wordt. Ze was ook in het zwart ge kleed. Evenals bij haar moeder, had haar rok van onderen een rand bont, en haar nauwsluitend jakje was ook afgezet met mar ter bont. Zij droeg niet het lelijke hoofdtooisel van haar moeder, maar had een gouden net, ge garneerd met paarlen, over het haar. Margery Lovell was veelzijdig ontwikkeld. Niet alleen kon zij zingen en op de luit spelen, prachtig borduren en uitstekend koken, maar zij kende ook al de wapens van de adellijke families. Nu hoorde dat toen wel bij de opvoeding van een meisje van stand en was dus niets buitenge woons; zij kende echter nog meer. Ze kon lezen en schrijven. Dit laatste vooral bezorgde haar de diepste bewondering van de ondergeschikten van Lovell To wer. Vrouwe Lovell verstond noch de kunst van lezen noch die van schrijven; maar Sir Geoffry was een ontwikkeld man en was in het bezit van een bibliotheek en wilde dus, dat zijn dochter ook lezen zou leren. De bibliotheek van Sir Geoffrey was heel groot, want zij bestond uit twee en veertig boekdelen, waaronder vijf prachtig verluchte manus cripten: Het zoeken naar de Graal, de Reizen van Sir John Maundeville, de Geschiedenis van Matthias Paris, de Stad Gods door St. 'Augustinus en een getij- boek. Vrouwe Lovell bezat geen getijboek, want ze zou het toch niet hebben kunnen lezen; maar Margery had permissie gekregen van haar vader, om zijn getij- boek over te schrijven en de ge kleurde platen na te tekenen en was juist bezig met een daarvan, toen zij weggeroepen werd naar de keuken. „Moeder u heeft me laten roe pen", zei ze. „Ja, kind", antwoordde me vrouw Lovell, „help jij Alice eens met die saus; anders komt er niets van terecht en stoof jij dan daarna de paling ook maar; want ik moet de amandelen ras pen. Rustig volbracht Margery haar taak en was heel wat zachter en geduldiger tegenover Alice dan haar moeder het geweest was. Zij was nog bezig met het sto ven van de paling, toen een jongeman, even ouder dan zij, en gekleed als page, de keuken binnenkwam. (Wordt vervolgd.) VOOR DE ZONDAG Goede olie was alles waard in de bezettingstijd; ge zoudt ze gewoonweg niet kunnen missen. Wie bang is, gaat nu al weer naar de boeren, die de nieuwe Sloepolder hebben ingezaaid met koolzaad, om een afspraak te maken voor '51. Mijn verstand zegt: wees niet bang en mijn hart zegt: denk ook om een ander! Toch hoor ik, dat er weer gehamsterd wordt; niet alleen in België, maar ook in ons land; Korea brengt koorts'. En dan raakt een mens van streek, en wordt egoist. Nu zou ik best willen, dat er nog veel meer gehamsterd werd, maar dan niet om sui ker en sigaretten en goede olie, doch om „een goede naam"! Want de Prediker zegt in Gods naam, dat een goede naam beter is dan goede olie. Beter is een goede naam dan goede olie; en de dag des doods dan de dag, dat iemand geboren wordt. Prediker 71. Het gekste is, dat juist een gewone hamsteraar helemaal niet geeft om een goede naam; velen, die in de bezettingsja ren een slechte naam hebben gekregen, leven lustig voort en hebben nog het hoogste woord. Laten we ons best doen, en God bidden om wijsheid, dat we een goede naam verkrij gen, bij de engelen in de he mel en bij de buren hier be neden. Wij moeten ons geloof tonen, en de belijdenis in daden om zetten; de gemeente van Chris tus zal toenemen in gunst bij God en bij de mensen. Dit kan, dit staat in de bij bel, dit is een werk van Gods geest. Een mens leeft niet voor zichzelf, maar voor zijn Schep per, en hij zal zijn naaste lief hebben als zichzelven. De vreze des Heeren, die 't beginsel is van alle levens wijsheid, heeft geen grijpar men, maar wel liefdearmen. Doe uw best! Ga hiermee aan 't hamsteren. Ge hebt er uw leven voor gekregen. God gaf u de jaren er voor. De Prediker zegt, dat de dag des doods beter is dan de dag, dat iemand geboren wordt. Op zichzelf een duistere zin, een paradox; maar als gij 't le ven ziet als een gelegenheid, om een goede naam te verwer ven, dan dankt gij God, in Christus, dat Hij u eiken dag nog spaart. Doe dan uw best, bid er om, en strijd er voor; dan krijgt de Heiland ook dank uit uw leven, en dan krijgt Hij ook eer; en dit moet, want immers. H{j draagt een Naam boven allen naam! Nieuwdorp. E. BEUKEMA. U EET TOCH OOK GRAAG VAN EEN SCHOON BORD? OP VELE BEDRIJVEN ziet men vaak, dat het dure opfok- voer wordt vermorst. Jonge kui kens geeft men meestal de voe derbakken met ronde gaatjes. Deze verliezen snel hun doelma tigheid, eenvoudig, omdat de dieren over de platte bakjes gaan lopen. Ze bevuilen de bak jes en dus ook het voer. Als de kuikens wat ouder zijn, geeft men hen vaak voederbakjes waarin ze kunnen staan om in het voer te krabben. Ook hier bevuiling door uitwerpselen, terwijl vaak veel voer verloren gaat doordat het er gemakkelijk uitgekrabd wordt. Bij de voederbakken voor de kippen is het haast niet anders. Als men dan zo in het strooisel kijkt, ligt er vaak zoveel kostbaar voer in dat het voor de pluimvee houder niet anders dan schade kan opleveren. Ook is vaak te weinig voerbakruimte aanwezig, met als gevolg dat de sterkste die ren zich vol eten en de rest de kruimeltjes krijgt. Practische bakken. kunt U krijgen door eens met de Rijksvoorlichtingsdienst voor de pluimveeteelt te gaan praten. Er zijn al heel wat bedrijven waar men voederbakken, gemaakt vol gens tekening van deze dienst, ge bruikt. Ze zijn getoetst aan de practijk en bevallen uitstekend. Kunt U zelf niet komen stuur-dan Uw adres; de consulent geeft U gaarne inlichtingen. Bovenstaan de geldt natuurlijk ook voor de opfokkers van piepkuikens. Schone eieren afleveren is voor vele pluimvee houders een probleem. De kip levert een product dat af is maar het wordt door vele mensen mis handeld. Vraagt U eens aan Uw verza melaar of handelaar de kalender van het Ned. Eiercontrólebureau. Uw verzamelaar kan U die gratis leveren na aanvraag en er staan hele nuttige wenken ln. Het selecteren is een zeer voornaam punt al is het momenteel wel moeilijk om afzet voor een lonende prijs te krijgen voor de uitgelegde en ver sleten dieren. Door ze door een selecteur te laten uitzoeken kunt U een voederbesparing en dus winst krijgen. Vaak gaat er 10 tot 25 uit en de uitgezochte dieren leveren vaak nog een goede prijs op. Voor hen, die nog meerdere in lichtingen wensen, staat de Rijks voorlichtingsdienst voor de pluim veeteelt, die gratis advies geeft, steeds gereed. De ast. Rijks pluimvee consulent voor Zeeland, J. WISSE. Hervormde school voor maat schappelijk werk. De generale synode der Ned. Herv. Kerk heeft besloten een school voor maatschappelijk werk te stichten, die zal worden gevestigd in Driebergen, op het terrein van „De Horst". Het ligt in het voornemen om de eerste cursus te doen aanvangen in het najaar van 1951. BEPPE ANTJE 101 JAAR. Morgen hoopt de wed. A. Bak kerTilma te Wieuwerd haar 101ste verjaardag te vieren. Beppe Antje (Opoe Antje) was kosters vrouw. Toen zij met pen sioen ging, heeft ze op 81-jarige leeftijd nog lezen en schrijven ge leerd. Zeepost voor Oost en West. Met de volgende schepen kan zeepost worden verzonden. De data, waarop de correspondentie uiterlijk ter post moet zijn be zorgd, staan, tussen haakjes, ach ter de naam van het schip ver meld: Indonesië: m.s. „Kota Agoeng" (21 Sept.); Nieuw Guinea: m.s. „Celebes" (23 Sept.); Antillen: s.s. „Boscoop" (21 Sept.); Suri name: m.s. „Hersilia" (27 Sept.). DE FOTOWEDSTRIJD. De prijzen van onze foto wedstrijd voor de meest ori ginele vacantie-opnamen blij ven nog steeds een verras sing. Wel kunnen wij onze fotograferende lezers vast verklappen, dat, buiten de andere prijzen om, door de schrijver van onze rubriek drie mappen „Wenken en Raadgevingen voor de Foto amateur", door hemzelf sa mengesteld, beschikbaar ge steld zijn voor resp. de beste sportopname, dé beste kin derfoto en de meest artistieke opname. Iedere inzending dingt automatisch ook hier naar mee, dus U ziet dat de inzendingen zeer veelzijdig kunnen zijn en wij verwach ten dan ook een overstelpend aantal. (Tngpz. mededeling advert.) HET DECOR VAN HET KINDERTONEEL. Wanneer het om topprestaties gaat by kinder foto's, dan komen wy op een terrein waarby de regie een onmisbaar iets is. Natuuriyk is het niet een kwestie van: en nu zullen we eens even een goede foto van Jantje maken", maar men moet de hele geschiedenis goed over denken en precies weten wat te maken. Het fotograferen begint dan ook niet met het ln de hand nemen van de camera, maar al de avond van te voren. U bedenkt dan vast wat U wilt maken; neem er eventueel papier en potlood by en ga enkele schetsen maken. Denk vooral aan de lichtval, omdat dit een der voornaamste pun ten is. Misschien heeft U op een bepaald punt in de tuin al eens een mooie opname gemaakt, maar als U zich weer tot die ideale plek wendt, pas dan op en vergeet niet dat de zon draait en dit mooie punt bv. een uur later onbruikbaar kan zijn of dat, dit punt midden in de zomer goed kan zijn, maar in voor- of najaar totaal onge schikt is omdat de zonnestand dan lager is. Hoe lager de zon staat, zoveel beter de resultaten want het licht is dan zachter. Bij volle zon zijn portretten zeer moeilijk te maken, zelfs met tegenlicht. Eventueel kunt U van een reflectie- scherm gebruik maken, dus door bv. met een laken oj iets dergelijks het zonlicht op de scha duwzijde van het gezicht te reflecteren. In de schaduw van een boom of huls hebben wij vaak een mooi zacht, zij het wat egaal, licht, dat heel goed kan zijn. Ook hier kunnen wij door het be wuste reflectiescherm (ook een krant of ander papier kan goede diensten bewijzen) weer een zacht effectlicht maken. Bij schaduw van bomen moeten wy wel oppassen dat er geen lichtvlekken op de figuur vallen, want dat maakt het geheel onrustig. Wat was dat een toer! ACHTERGROND EN FILTER. Een rustige achtergrond kan op verschillende manieren verkregen worden. Wy kunnen bv. het kind in een deuropening plaatsen waarachter een vry donker ver trek is; aldus krijgen wy een don kere, b«na zwarte achtergrond, die echter vaak een beetje som ber werkt. Een lichtere achter grond is meestért iets frisser wat by de jeugd beter past. Gaan wy nu de opname van een laag stand punt uit maken, dan kunnen wy de blauwe lucht als achtergrond gebruiken; na het ontwikkelen van de film en het afdrukken ontdekken wy echter vaak dat de lucht totaal wit geworden is, dus ook al niet ideaal. Wat nu? Toch de lucht gebruiken is het eenvou digste, maar nu nemen wy er een geel of oranje filter bq; hiermee wordt de blauwe lucht resp. licht of donker grys en boeken wy een heel goed resultaat. Is dit alles niet mogeiyk, dan kunnen wy een onrustige achtergrond door wei nig scherpte-diepte wazig houden waardoor wy het rustige effect ook bereiken. PROEFOPNAMEN. Wanneer wij nu goed overdacht hebben hoe wy het zullen doen en wy hebben nog een of twee opna men op de film zitten, dan gaan wq liefst eersf eens een paar proefopnamen en aan de hand van die resultaten straks de defi nitieve maken, nadat wy een scène in elkaar gezet hebben. Dan eerst instellen, lichtval, belich- tingstyd, enz. bepalen en vervol gens bv. het nieuwe jurkje voor de pop aan het kind, dat hiervan geen flauw vermoeden had, geven. Onze eerste opname is dan de expressie van het gezicht wan neer zü het jurkje krijgt; direct een volgend beeldje van de film voordraaien en weer schotklaar staan want de gebeurtenissen en gelaatsuitdrukkingen volgen elkaar nu snel op. Dan wordt haar de pop gegeven en gaat zü deze aankleden met de nieuwe aanwinst, waarvan nog menige opname gemaakt kan worden. Wij maken zo onwillekeurig een hele serie, waarvan wy straks de mooiste uitzoeken om uit te ver groten, want meestal staat ar toch nog wel iets op dat er af kan. Op deze manier zullen foto's met werkelijk goede inhoud ont staan en wy kunnen het best aan Uw regietalent overlaten om der- geiyke scènes in elkaar te zetten; U zult hier vaak wekenlang plel- zier van hebben. De foto hierbij is een aardig bewijs, dat wij steeds schotklaar moeten zijn: Deze kleine belha mel was watervlug en dus moei lijk te nemen, maar op een ge geven moment kwam hij enthou siast een staaltje van zijn katte- kwaad rapporteren enknip, dat was hèt moment om een foto te maken die beter geslaagd was dan alle resultaten van andere pogingen. Wij zien dan ook, dat elk kind op zichzelf een studie waard is. Maar, zoals ook hier het geval is, bij dergelijke opna men komen bijna altijd storende dingen voor: de contouren van de springplank hadden er beier niet op kunnen staan. Opname Exakta Var ex, volle zon aan het strand, 1 200 sec., f 8, film 32" Sch.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1950 | | pagina 3