JACOBA VAN BEIEREN, vrouw niet een mannenkarakter. „Samen uit, samen thuis" Kiezen Wijziging Lager Onderwijswet in de Tweede Kamer. Kerkelijk en godsdienstig leven in Denemarken. Haar leven tussen de Zeeuwse edelen. Zeeose Wandelingen maar onze vrienden moeten terug. Reactie in Indië. Wacht Kostof eenzelfde lot als Rajk Uaasfa wu naac AfciUa. Motto voor traject Nancz-Oran is„Haast, haast, haast'" Het kwam niet tot een eindstemming. Fraaie kerken met weinig kerkgangers. Maandag 5 December 1949 PROTESTANTS CHRISTELIJK DAGBLAD Pagina 2 vrouwen in korte jakjes en lange rokken met witte voorschoten brengen haar geschenken en zij geeft op haar beurt vrijdom van vlastienden aan de bewoners van de dorpen rond de PoeL DIE JACOBA is niet zo maar een of andere schone uit Goes 't Is of ons oog haar ziet, als ze, ompepinp, die voorbereidin gen treft voor het feest van [uit de strijd gekeerd, volgend jaar, u weet wel uit het vorige artikel: voor de her- In 't vorstelijk verblijf verheugd aenking van het ontstaan van Goes van 1175 jaar (min één [is neergezeten, jaartje!) geleden. wijl 't opgewonden volk, bij luide Het is de bekende gravin Jacoba van Beierenvooral bekend I [jubelkreten, or.-i haar 4 huwelijken en haar mannelijk karakter in de strijd tegen haar vijanden. Daarom wordt ze dikwijls in oude boe ken „vrouw Jacob" genoemd. En voor ons Zeeuwen is ze vooral bekend door haar verblijf in Goes op het Slot Oostende. Haar eerste drie mam Nog maar 16 jaar oud, is ze al weduwe (1417). Een schitterende toekomst lachte haar tegen: door haar huwelijk met Jan-van Tou- raine, kroonprins van Frankrijk scheen ze bestemd te zijn de Franse troon te bestijgen. Maar de dood van haar vier jaar oude re echtgenoot (vermoedelijk door vergiftiging) maakte een eind aan dit heerlijk ideaal Veel tijd tot treuren had ze niet, staatszaken namen haar in beslag. Ze moest immers zelf gaan regeren na de dood van haar vader in 1417. En haar re gering is allesbehalve rustig: de Hoekse en Kabeljauwse twisten breken weer met vernieuwde hevigheid uit. Jacoba plaatst zich aan het hoofd van de Hoeksen tegen haar oom Jan van Beieren (een broer van haar vader), wel genoemd bisschop van Luik, hij heeft zich echter nooit laten wij den tot bisschop. In deze strijd zoekt ze steun bij haar neef Jan van Brabant. Ze trouwt hem zelfs, niet uit lief de, maar vooral ook op aandrang van haar moeder uit staatkundi ge overwegingen. De zozeer verlangde hulp geeft h(j niet en als hij bovendien meer attentie heeft voor de hof dames dan voor haar, verlaat ze hem. Humphrey van Glocester, Mischien kan Humphrey van Glocester, de broer van de En gelse koning, beter helpen. Ze laat het huwelijk met haar vo rige man onwettig verklaren en waagt de levensreis met Humphrey. Maar ook deze valt bitter tegen, hij laat haar in de steek en keert terug naar Enge land, waar hij trouwt met zijn vriendin Eleonore Cobham. En hulp is zo dringend nodig, Wel weet ze een paar mooie overwinningen te behalen, maar tegen haar neef Filips van Bour- gondië is ze niet opgewassen. Deze heeft de zaak van Jan van Beieren na diens dood (1425) overgenomen en neemt Jacoba zelfs gevangen. In manskleren weet ze, geholpen door haar vrienden, echter uit de gevan genis te Gent te ontsnappen. Na nog een paar jaar van strijd moet ze echter met Filips het Verdrag (de Zoen) van Delft sluiten, waarbij ze gedwongen wordt hem de regering over haar landen af te staan, al mag ze dan ook de titel van gravin nog behouden. Op haar kasteel Oostende. Genoeg krijgsgeschiedenis. We willen Jacoba eens zien in haar huiselijk leven en daartoe bezoe ken we haar op het slot Oosten de, waar ze als Vrouwe van Zuid- Naar de correspondent te Boe dapest van de Times meldt, ver wacht men, dat het proces tegen de voormalige Bulgaarse vice- premier Traitsjo Kostof, binnen 10 dagen te Sofia zal beginnen. Het zou in grote trekken de lijnen van het proces-Rajk vol gen in zoverre, dat de voornaam ste beschuldigden ook hier weer maarschalk Tito en zijn Engels- Amerikaanse „medeplichtigen" zijn, aldus de Times. Kostof, die algemeen als de eerste communistische Bulgaar se leider na Dimitrof werd be schouwd, was sinds 1924 lid van het centrale comité der Bulgaar se communistische partij. In 1935 werd hij lid van het politbureau en in 1940 tevens secretaris van het centrale comité. In 1944 werd hij secretaris-generaal van de gehele Bulgaarse communisti sche partij, waardoor hij de eer ste verantwoordelijkheid droeg voor de opbouw van het partij apparaat. In Augustus j.l. werd te Sofia bekend gemaakt, dat de in Maart gearresteerde Kostof zeer bin nenkort terecht zou staan. Het proces is tweemaal uitgesteld. Beveland dikwijls vertoeft midden der Zeeuwse edelen. Hier woont ze onder de een voudige landbevolking, beoefent er de valkenjacht, „het vlieghen metten vogele", zoals men toen Cl. zei. Was er beter gelegenheid voor dit jachtvermaak dan in de moerassige omgeving van Goes, waar het wemelde van water- volgels? Hier doet ze ook wel eens mee aan het vogelschieten of gaai schieten, dat nog altijd in Zuid- Beveland wordt beoefend. Eens gelukt het haar zelfs de vogel van de hoge paal af te mikken: ze is dus de koningin van het schuttersfeest. Van alle kanten wordt ze geluk gewenst met deze proeve van schietvaardigheid, Als schutters-koningin haar [huldigt en vereert". In het begin van haar regering had ze Goes het recht gegeven 1 een jaarmarkt te houden en de te stad te versterken met wallen, muren en poorten. De moerbeiboom is nog bekend. In de tuin van het oude kasteel zaait en plant ze, geniet ze van bloemenpracht en vruchtenrijk dom. Bekend is de moerbeiboom, waarvan beweerd wordt, dat zij hem geplant heeft. Hoor, de boom spreekt: „Geplant, gekoesterd en verzorgd Door een vorstinne-hand, Vroeger 't sieraad van de tuin, Jacoba's lievelingsplant. 'k Nijg nu de eens zo fiere kruin Als van de last der jaren moe, Hier in dit vergeten hoekje, Weer naar moeder aarde toe". Lang heeft de boom vruchten gedragen, Koningin Wilhelmina heeft er bij een bezoek aan Goes zelfs van gegeten, maar de stren ge winter van 1929 heeft voor goed een eind gemaakt aan Jacoba's planting. (Wordt vervolgd.) DE TREINBOTSING TE DE VENTER leverde flinke schade op. De locomotief van de ene en een aantal wagons van de andere trein werden volkomen vernield. Een overzicht van de ravage. IN DE VLIEGERIJ IS de uitdrukking „Samen uit, samen thuis" een heel belangrijke. „Niét samen thuis" betekent maar al te dikwijls, dat er iets ernstigs gebeurd is... Naast de blijdschap, die we gevoelen, omdat Groen en Beek er zo ongedeerd afgekomen zijn bij het ongeluk met de PH-UCV, Is er bij ons het schrijnend besef, dat we nu de zware tocht naar Afrika alleen moeten maken, zonder onze sportvrienden. Zij gaan naar Nederland terug met de trein en met het onbevredigde ge voel in zich van iemand, die zijn doel niet heeft bereikt. Maar hun echtgenoten zullen bij hun thuiskomst geen traan laten, of het moest zijn van blijdschap nu zij hun mannen weer veilig bij eigen haard weten! „Contact", roept Theo, als hij onze motor aanslaat. „Contact", herhaalt Joe en het motortje, dat nu nog minstens tien maal de af stand YpenburgNancy zal moe ten draaien alvorens we bij de Afrikaanse havenstad Oran zul len landen, begint te ronken. Ons resten nog slechts drie en een halve dag voor een reis naar een ander werelddeel der Piper Cub.... Groen en Beek blijven zwaaien, tot we uit het zicht (dat overi gen redelijk is) zijn verdwenen. Joe stijgt tot 2300 voet, de Vo gezen aan onze linkerhand zijn goed te zien. Op vijf en twintig kilometer ten Zuiden van Nancy vliegen we boven Vezelise, waar het hoge, witte beeld, dat op een kerktoren staat opgesteld, als een trouwe wachter boven de lage huisjes uitsteekt. We moeten hier de koers wijzigen voor laaghan gende wolken, die ons de weg versperren. Het wordt echter een vliegen met hindernissen: dan weer om laag, dan weer omhoog, naar links, naar rechts, zigzaggend, om de wolken te ontwijken. Vermoeiend is dat gelaveer en voor de navigatie is het ook al niet bevorderlijk. Hoofdpijn krijg je van dat ingespannen turen op de kaart en op de stukjes land, die, zo tussen de wolken door ge zien, onder ons langs glijden. Deze landerijen vullen de wijn kelders van de gehele wereld. Haute Saöne, links, Haute Mar- ne rechts en voor ons de beroem de streek Cóte d'or. Vampires. Zonder veel bijzondere gebeur- vliegveld staat vol militaire toe stellen en bij onze landing (we passeerden rakelings een Spit fire) startten er tientallen Vam pires, prachtige straaljagers van Brits fabrikaat met motoren, die als neusgaten in een snavel naast de cockpit liggen ingebouwd. Na onze landing op een van de reusachtige betonbanen hollen we naar de verkeerstoren, om onze papieren in orde te laten maken; we kunnen nu nergens meer tijd verliezen. Naar Lyon vliegen we boven het prachtige Saóne-Loire gebied. De hele, op school uit het hoofd geleerde landkaart van dit mooi ste deel van La belle France zien we nu in levenden lijve onder ons langs trekken. We vliegen op 1200 meter hoogte. Links zien we de witte kuif van de Mont Blanc, achter de punten van de Jura. Voorbij Bourg vliegen we over Pays de Dombes, een sponsachtig terrein, dat bezaaid is met ontelbare meertjes. En dan zijn we al door het helpende Noordenwindje bo ven de rokende fabrieksstad Lyon. We landen er op Bron, het machtige vliegveld, dat een stop plaats is voor de Slcymasters, die van Afrika naar Parijs vliegen. En nu is het een pleisterplaats voor dat nietige Piper Cubje uit Nederland, dat de Middellandse Zee wil oversteken. In Lyon eten we 's avonds in onze hemdsmouwen op een ter rasje. Het is er warm en toen wij uit Nederland vertrokken, had den we thuis de kachel al aan. De volgende morgen om 5 uur Een „verloren stad" teruggevonden. (Speciale correspondentie) New-York. In Afghanistan is verloren stad" teruggevonden die een oppervlakte heeft van 48 vier kante kilometer, bericht een groep geleerden van het American Mu seum of Natural History die een ontdekkingsreis in dit gebied ma ken. Zij zijn van mening dat de moskeeën, forten en andere ge bouwen van deze stad die prac- tisch onbeschadigd in de woestij nen ten Zuiden van Herat gevon den zijn de resten vormen van wat eens de keizerlijke residentie geweest is. De geleerden zijn van mening dat deze stad eertijds ongeveer 100.000 inwoners gehad moet heb ben doch eeuwen geleden plotse ling verlaten is, wellicht omdat er geen drinkwater meer was. De stad is ontdekt door- een onderzoekers bestaande uit Wal ter A. Fairservis van de afdeling anthropologie van het Museum en twee deskundigen die resp. Harvard en Yale afgestudeerd zijn. Zij zijn onlangs in de Ver. Staten teruggekeerd na 3 maan den lang in het Zuid-Westen van Afghanistan gegevens verzameld te hebben over de oudste culturen in dit gebied. tenissen naderen we Dijon. Het zijn we al op het veld en moeten (Ingez. mededeling, advert.) we weer op de mist wachten. Als we vóór twaalf uur niet kunnen vertrekken, dan moeten \fe vol gens onze berekeningen onher roepelijk terugkeren: dan halen we de reis niet meer! Eindelijk, om tien voor elf, mogen we starten en dan begin nen we een ware snelheidsrace. We stijgen tot ongeveer 300 me ter en al is het zicht niet zo als we wel wensten, we komen toch nog voor twaalf uur in de nou gatstad Montelimar aan. O, die papieren. Ze zijn een vijand van ieder die reizen maakt, maar vooral voor de sportvlieger Joe Barendsen, die er wel een brand stapel van zou willen maken. Ruim een half uur worden we op het veld opgehouden. Vijf voor twee zijn we in Mont- pellier en een half uur later vlie gen we al weer. Haast, haast, haast! Naar Perpigan mogen we het eerste eind niet over zee, want daar wordt met scherp ge oefend door de Franse luchtaf weer. Onder ons de vreemde la- gunenkust van Languedoc, met de vele zoutpannen. Op de plaats waar volgens de militaire aan wijzingen geen afweergeschut meer in werking is, gaat Joe toch maar over zee, om de grote bocht naar Perpigan af te snijden. „Dat is meteen een goede oefe ning", zegt hy. Stel je voor als we nu toch nog een granaat door het Piper Cubje krijgen. Het wordt een spannende vlucht, deze eerste over water, en we slaken een zucht van verlich ting als we de Pyreneën in zicht krijgen. „Je hebt hier wel eens fata morgana's", opper ik. „Maar dit is er geen", zegt Joe zeker van zijn zaak. En vijf over half vier staan we in Perpignan; Joe. had gelijk. Dan om half vijf in de middag log van Perpignan. We hebben een zeer moeilijk traject voor de boeg: over de Pyreneën. Spanje is een prachtig land, maar voor een Piper Cub is het „terra in cognita". We gaan het toch maar proberen, al begint de zon aardig te dalen (Wordt vervolgd.) Ze mag voor zijn part alles hier komen regelen en besturen zoals 't haar goed dunkt. Hij stelt het volste vertrouwen in deze zuster van Marie. Rust verlangt hij voor zichzelf, rust, wen, zodat ik wéér aleen blijf zitten. Mischien is het scherts. Mis schien ernst. In elk geval vindt Bep dat hij te ver gaat. „Vin den de kinderen op school je en verder niets. Maar dat is dan! niet onuitstaanbaar, als je daar ook ontzaglijk veel na zijn ho- I peloos getob van de laatste ja- Marie heeft Bep ren „Je blijft toch meteen?' óók zo'n toon aanslaat?" zegt ze scherp. Hij kijkt haar verwonderd aan. „Wat bedoel je?" „Die be schermende, zelfgenoegzame toon die je aanslaat", verduide lijkt ze kwaad. „Je moet me „Nee, van weinig weg", constateert Wimj onderwijl, langzaam z'n thee; vraagt hij haar. drinkend. Marie had 'n teer, fijn! Heel even kijkt Bep hem gezichtje, met zjjïg, ietwat kroe-j over de tafel heen aan, dan ver zend haar. Ze had iets van eenbergt ze haar onzekerheid, door niet -kwalijk nemen, maar je be - theeroos, vond hij altijd, zonder) zich over de rand van de box handelt me of ik een kind te weten hoe hij aan die ver-te buigen en Tineke te drin-ben gelijking kwam. En haar aardken te geven,,'k Weet niet",Deze keer is het Wim Zwart was waarschijnlijk ook afhan-1 antwpordt ze, „ik weet je be-die rood wordt. „Zo zo", denkt keiijkerZe had nooit van doeling niet.... Ik kreeg je hij, „ze wil dus, dat ik haar au hem weg mogen gaanboodschap uit de tweede hand, serieux neemWat een vin- Bep maakt een veel forser en moet je rekenen...." nigheid! Ik moet oppassen, er ,,'t Zou een uitkomst wezen i zit méér pit in die meid dan ik als je bleef", verzekert hij. „Al dacht; 'tis niet meer het zes- m'n hoop is erop gevestigd." tienjarige kind dat zich op de „Goed danMaar morgen-) achtergrond hield toen ik Marie middag om een uur of vier moet bezocht, en voor wie ik wel eens gezonder indruk. 'Ze schijnt temperamentvoller ook, en daarbij is ze echt moederlijk.. Kijk es hoe ze Hans dadelijk j al voor zich weet te winnen! j Toch doet ze niets bijzonders. Maar er gaat voor een kind on tegenzeggelijk iets prettigs, iets) geruststellends van haar uit. ik weg.' „Lang?" „Tot een uur of elf. Zeg maar niks meer, ik be- chocola of zoiets meebracht. ,,'k Zei toch niets verkeerds?" mompelt hij verontschuldigend. ,Nee, misschien niet.maar Wim constateert dit met grote grijp het al. Dan moet je naar mensen zoals jij zeggen meer voldoening. Blijft ze, dan zullen je vrijer, hè?'-' z'n kleuters nu eindelijk weer Bep bloost. eens de verzorging krijgen die ze „Raad ik het goed?Pro- reeds te Jang ontberen moesten, ficiat hoor!.... Als jullie nou En hij zélf? maar niet te gauw gaan trou- met de tóón dan met hun woor den Ze vindt het zelf nog onaan genamer dan hij, dat dit het be gin moest zijn. Maar hjj moet thuis komt." maar dadelijk goed weten dat ze volwassen is, zesentwintig jaar, en dat ze recht heeft op haar zelfstandigheid. Goede mensen worden gauw voor gek versletenEn al wil ze zich zelf niet goed noemen, ze heeft toch offers moeten brengen, om deze zwager te komen hel penZe had het bij dokter van Asperen goed naar haar zin. Het werk was daar ook veel minder zwaar, dan het hier waarschijnlijk zal zijn. En Frits Dijkers moet nu genoegen ne men met een haastig gekrab beld briefje, terwijl ze anders vanavond samen zouden zijn ge weest Wie weet hoe kwaad Frits is „Hoe laat eet je altijd, Wim?" vraagt ze om het gesprek op iets anders te brengen. „Oh", doet hij onverschillig. „We eten de laatste tijd als we iets klaar hebbenwat pap, gebakken aardappelen, net naar het uitkomt. Is 't niet waai, Janny?" „Ja meneer", zegt het kihd gedwee. „Zullen we deze keer maar brood eten?" stelt Bep voor. „Morgen, als ik een beetje ge wend ben hier zal ik zorgen dat er warm eten klaar is als je (Van onze parlementaire redacteur.) Onderwijsmensen zijn altijd lang van stof. Tenminste in de Tweede Kamer is dit het geval. Zo kon het gebeuren dat het Vrijdag reeds na zes uur in de middag was voordat Minister Rutten de wijziging van de Lager Onderwijswet in zijn zak mocht steken. Voor het zover was kreeg hjj zulke ingewikkelde amendementen te verwerken, dat zy'n geringe Kamertechniek op sommige momenten bepaald te kort schoot. Hetgeen echter niet verhinderde dat alles in de grootst mogelijke harmonie verliep. Men begon met de replieken. Geen der Kamerleden was door de minister overtuigd. Als het duidelijkste bewijs daarvan kwam de K.V.P.er Peters met een motie waarin uitgesproken werd dat moet worden aange stuurd op gelijktijdige vaststel ling en invoering van richtlijnen Een ander amendement sneef de roemrijk. De heer van Sleen wilde n.L subsidie geven aan een V.G.L.O.-school als er minstens 31 leerlingen aanwezig zijn. Komt de school echter beneden dit aantal dan kan onder zekere voorwaarden toch nog drie jaar lang subsidie gegeven worden. gecoördineerde leerplans f Voor de grotere plaatsen ligt dit aantal leerlingen hoger. De Mi nister sprak echter in zijn wets ontwerp van minstens 61 leerlin gen. Maar hij was niet zo on vriendelijk of hy wilde er wel tien af doen. Minimum 51 leer lingen dus. Toen was er geen plaats meer voor het amende- voor scholen van voortgezet ge woon lager onderwijs, lager nij verheidsonderwijs en lager land en tuinbouwonderwys. Tevens zeide deze motie, dat een slui tend geheel deze onderwijsvoor zieningen ook moet omvatten het stellen van bevredigende wette lijke normen voor de oprichting 1 ment van de heer v. Sleen Met en instandhouding van dergely- 31—43 stemmen werd het ke bijzondere en openbare scho len, terwijl de heer Peters en de mede-ondertekenaars oordeelden, dat de regeling voor de toelating van leerlingen tot de ambachts school gehandhaafd moet blijven. Door deze motie is het duide lijk dat de Kamer het V.G.L.O. onderwijs primair stelt. De on- derwijsspecialist Tilanus (C.H.) spak over staatsbemoeienis en staatsinmeniging. Voor hem was het onaanvaardbaar dat men van bovenaf de leerplannen zou gaan invoeren. Minister Rutten's antwoord. Minister Rutten zeide in zijn antwoord, dat de voorbereidende klas in ieder geval nodig bleef om ervaring op te doen, maar het uitgangspunt is toch de V.G. L.O.-schoöl. Tegen de algemene strekking van de motie had hy geen bezwaar, daar hij deze in overeenstemming achtte met zyn eigen denkbeelden. Z.h.s ging deze motie erdoor, met aantekening dat de C.H. er tegen waren. De heer van Sleen (Arb.) was deze middag wel buitengewoon actief. Zijn amendement om in principe een grondschool van zes jaar te hebben en daarboven een tweejarige V.G.L.O.-school werd z.h.s. aangenomen. worpen. Tegen waren de K.V.P., A.R., C.H. Alleen de K.V.P.-leden Peters en de Haas stemden voor. De eindstemming van dit wets ontwerp werd opgeschort tot een nader tijdstip. Dinsdag a.s. komt de Kamer weer bijeen. Dan wordt het ont werp inzake de souvereiniteits- overdracht behandeld. Daarvoor zal wel een enorme belangstel ling bestaan. IN HENGSTENKEURING DEN BOSCH. Op 20 Januari 1950 zullen te 's-PIertogenbosch in de veemarkt hallen vanweg de Kon. Vereniging „Het Nederlandse Trekpaard" keuringen worden gehouden van tot dekking benoemde hengsten ingeschreven in het stamboek. KINDERBIJSLAG. Er is in de laatste tijd een streven om te konten tot een wettelijke regeling van de kin derbijslag ook voor zelfstandi gen. Begrijpelijk dit streven. Maar is het juist? Ik vrees dat de middenstan ders, die in deze richting ageren, bezig zijn het paard te spannen achter de wagen. Immers het ideaal van een ge zonde middenstand is, zoveel mogelijk vrij te blijven; een eind te maken aan de veelvuldige overheidsbemoeiingmeer arm slag te krijgen door de staats bemoeienis terug te dringen. Maar wat nu gedaan wordt, wijst in omgekeerde richting. Het is een verdere stap op de weg naar de almachtige staat, die heel het leven beheerst en waarvan iedereen afhankelijk is. Het ideaal moet zijn, zelf zijn gezin verzorgen; ook zijn kinde ren. Maar dan moet men inplaats van de staat voor zijn karretje te spannen, er met alle macht naar streven, de ontzettend zware belastingdruk die de on- dernemerslvst benauwt, te ver minderen. Dat schijnt mij beter en prin cipieel meer juist, dan de staat te verzoeken een nieuwe ketting te smeden. TSJECHO-SLOWAKIJE ANT WOORDT OP BRITSE NOTA. Tsjeeho-Slowakije heeft in een antwoord op een Britse nota ver klaard, dat het deel wenst te blij ven nemen aan de Donaucommis sie, welke in Augustus 1948 te Belgrado werd ingesteld. Tien jaar is geëist tegen de kunstschilder J. C. Nachenius te Bennekom. Vormingsleider der S.S. gedurende de bezetting. In het dezer dagen bij Boom en gewoon, dat in een dorp van on- Zn te Meppel verschenen boekI geveer 800 zielen de gewone kerk- „Denemarken, oase in Europa", diensten slechts door plm. 20 is ook een hoofdstuk gewijd aan mensen worden bijgewoond, het kerkelijk en godsdienstig De toestand van de kerk is dan leven. j ook niet rooskleurig. Enkele bijzonderheden laten wij Het kerkelijk leven gaat meer hier volgen. jin de breedte dan in de diepte. De Denen zijn trots op hun Men vindt het nog wel normaal, eeuwenoude stoere kerken, die zo dat men door doop, aanneming fraai het landschapsbeeld beheer- en huwelijk aan de kerk gebonden sen. En wanneer dan de statis-is, maar in de grotere plaatsen tieken vermelden, dat 98 procent I wordt bijna de helft der huwe- der bevolking tot de ene volks- lijken niet meer in de kerk ge- kerk behoort, maakt men zich wel een ideaal beeld van een rots in de branding dezer woelige wereld en van de centrale krachtbron van het Deense leven. Dit beeld beantwoordt echter niet aan de huidige werkelijkheid. Volgens de Grondwet is Evangelisch Lutherse kerk nationale kerk van Denemarken en als zodanig wordt zij door de staat gesteund. De koning moet tot deze kerk behoren en de Kerkorde wordt bij de wet gere geld. Er zijn in deze kerk verschil lende richtingen: de „Hoogkerke lijke" riohting die voorstandster is van een sterke staatskerk; de aanhangers van de „Vrije Ge meenten" die de nadruk leggen op een eenvoudig vroom geloofsleven de „Indere Mission", een actieve eenvoudige kring, bij wie het mis siehuis met zijn bidstond, de kerk op het tweede plan heeft gedron gen. De kerkinrichting heeft een ge heel eigen karakter. De kerkera den zijn eigenlijk alleen belast met het beheer; de predikant is practisch eigen baas; hij is de be slissende figuur, wiens positie door de staatskerk gewaarborgd is. De Denen zijn in genen dele een theologisch volk. Van theologische kwesties hebben zij een afkeer. De liturgie en met name de kerk zang heeft de volksaandacht. Hoewel de bevolking sinds de 13e eeuw sterk is toegenomen, bieden de oude kerkgebouwen, met name op het platteland, meer dan voldoende ruimte, wat er op wijst, dat het kerkbezoek naar evenredigheid gedaald is. Op het sloten. Men woont op feestdagen de kerkdiensten wel bij, maar op ge wone Zondagen, laat het over grote deel der bevolking verstek gaan. Op Goede Vrijdag gaat men niet aan het werk, maar de stede- de ling hangt alleen de vlag halfstok de en gaat daarna gezellig naar bui ten in de ontwakende natuur. Ook de officiële wereld toont een zekere mate van onverschil ligheid. Sinds 1921 bestaan er geen statistieken meer van de godsdienstige verhoudingen al thans het lijvige statistische jaar boek met zijn ruim 250 uitge werkte tabellen, waarin men een schat van gegevens bijeen vindt, rept er met geen woord meer over. Natuurlijk bestaan er op de al gemene onverschilligheid ten op zichte van kerk en godsdienst wel uitzonderingen. Hiertoe behoort in de eerste plaats wel de kring rond de „In dere Mission", die haar volgelin gen tot meeleven en opoffering wist te brengen en die zowel in de steden als in het buitenland de zending heeft ter hand genomen. In haar strijd voor soberheid en onthouding heeft zij juist onder de laagste volksklassen invloed gekregen, vooral onder de arme vissers en kleine boeren in West- Jutland. Vooral aan het jeugd werk heeft zij aandacht geschon ken met het gevolg dat talrijke jongelingsverenigingen zijn ont staan met een twee-ledige drang: zendingsijver en sociale ijver. Dit jeugdwerk heeft zich lang zamerhand zelfstandig ontwik keld, in de K.F.U.M. (Kristelig Forening for Unge Maend) en haar vrouwelijke tegenhander, de Ned. planter: „Onze stemmingT Twee woorden: verachting en schaamte. Verachting voor onze landgenoten; schaamte om trou we Indonesiërs te ontmoeten, die zo dom waren de regering in Den Haag te vertrouwen!" Directeur: „Dat hebben ze mooi klaar gespeeld. Vier jaar praten, twee keer vechten, tien duizenden doden en tot slot: een fraai cadeau!" Ambtenaar: „Wat moeten we nu? Naar Holland terug? Naar dét land dat ons in de steek laat Nog liever als koeli naar Zuid- Amerika!" K.N.I.L.-officier: „Als Holland se jongens my vragen: „Waar voor hebben we nu gevochten?" dan zeg ik: „Jullie maken maar dat je thuis komt en waarvoor je vocht weten ze in Den Haag wel!" Maar als mijn Ambonezen, Me- nadonezen vragen: „Waarvoor vochten we?" dan zwijg ik en word rood van schaamte." Vooral de Indo-Europeanen zit ten in grote verslagenheid. Ze ge voelen zich geheel verlaten en verraden. Toezeggingen werden gedaan; er is niets van overge bleven. Nederland heeft hen afge stoten. Trouw waren ze aan de driekleur. Als die straks voorgoed wordt neergehaald, zullen ze tra nen storten. Maar het zullen tra nen zijn van verbittering. Vraag ook niet hoe de Timore- zen, Ambonezen, Menadonezen, Sumatranen over ons denken. Schaamrood moet óns Nederlan ders naar de kaken wellen, we moesten het uitschreeuwent „Trouwe Indonesiërs, zó hebben wij, gewone mensen uit het volk, het niet gewild!" Och, zwijg maar! Zwijg, zoals het hele land, het hele volk bijna zweeg en zwijgt! Wat geeft hetT Democratie regeert! (Nederl.) Korte Berichten. Het bestuur van het Neder lands „Jack London" verbond heeft de minister van Justitie verzocht te bevorderen de spoe dige totstandkoming van een wet, waarbij 't optreden van kunsten- makende dieren verboden wordt. In Indonesië zullen met ingang van 1 Januari 1950 de voor 1949 uitgegeven frankeerzegels dus ook de frankeerzegels met opdruk Indonesia" niet meer gang baar en derhalve waardeloos wor den voor frankering. Deze zegels worden uit de verkoop genomen. Nederlandse en Duitse politie zal, aldus is thans te Osnabrück besloten samen gaan werken in de strijd tegen misdadigers in de Ne derlands-Duitse grensgebieden. De geallieerde hoge-conimissie heeft een verklaring gepubliceerd, waarin de elf landen van de W. Duitse republiek gewaarschuwd worden, hun politie-organisaties niet de kenmerken van para-mili taire formaties te laten aanne men. De organisatie van de politie mag, aldus de verklaring, niet zo gecentraliseerd worden, dat zij 'n bedreiging zou gaan vormen van de democratische regering of de veiligheid van de bezettings troepen. platteland van Zeeland is het heel IK.F.U.K. Unge Kvinder"). Terwijl de „Indere Mission" meer in piëtistisch vaarwater bleef koersen, stonden de jonge ren-organisaties die samen onge veer 60.000 leden tellen meer open voor allerlei cultureel werk, waar door de horizon verruimd werd, zonder dat het Christelijk fun dament op de achtergrond werd geschoven. Tenslotte nog enkele cijfers. Buiten de Volkskerk stonden In 1921 ruim 67.000 Denen, waarvan 12.700 opgaven tot geen enkele geloofsgemeenschap te behoren, dus 0,4 procent. Van de overige kerkgenootschappen telden de R. Katholieken 22.000, de Baptis ten 7.000, de Joden 6.000 en de Methodisten 5.000 leden. De R. Katholieken tellen dus ruim 0,5 procent der bevolking, doch in Kopenhagen heeft hun aantal reeds de 1 procent over schreden. Jaarlijks maakt men ongeveer 200 „bekeerlingen". Dit missiegebied wordt vanuit Neder land bediend. Het Gereformeerde type schijnt in Denemarken te ontbreken. En uit niets blijkt, dat van deze kant pogingen worden aangewend, om in Denemarken, dat zoveel pun ten van overeenkomst met ons land heeft en dat door zijn toene mend ongeloof steeds meer af drijft, aanhangers te winnen.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1949 | | pagina 2