Vijfjaar geleden verscheen in Zeeland weer een „vrije" krant Het zesde Nat. Ghr. Schoolcongres. Goede gronden mogen niet verloren gaan. jUT" Christelijke schilders bjjeen. Verschijningsuur werd geregeld naar de waterstand. PLOUVIER HEEFT DE WARME PANTOFFELS EDNA EARL Pionierswerk kort na de bevrijding. Tuinbouwvestigingsplan voorkomt verkeerd bodem gebruik. HUIUETON Europa moet zijn prijzen veriagen, HOEST Ce Bond vertoont snelle groei. Woensdag 16 November 1949 PROTESTANTS CHRISTELIJK DAGBLAD Pagina 3 Hebt U wel eens gehoord van een dagblad, dat het uur van verschijning regelde naar de waterstanden? Vermoedelijk nooit. Toch heeft er zo'n krant bestaan en nog wel in Zeeland. Bijna vijf jaar is het geleden, dat dit blad „De Vrije Zeeuw", voor het eerst verscheen. Het was de eerste „vrije" krant, die na de jaren der bezetting het Zeeuwse publiek kwam voorlichten over de stand van zaken. Op 6 November 1944, de dag waarop Middelburg werd bevrijd, vonden de eerste besprekingen plaats en op 16 November 1944 verscheen het eerste nummer met een oplaag van 15.000 exemplaren. Op 6 November 1944 ontbood overste Slot als hoofd van het Militair Gezag in Zeeland de he ren J. C. Corver, J. van Alten, P. de Kam en J. de Smit, om met hen te overleggen zo spoedig mogelijk te komen tot de uitgifte van een dagblad voor Walche ren. De Nederlandse regering had te Londen het besluit geno men, dat geen enkel blad, dat in de oorlog, althans na 1943, nog was verschenen, direct na de be vrijding mocht her verschijnen. Eerst moest de zuivering afge wacht worden, hetgeen nog wel enige tijd kon duren. Zowel de „Provinciale Zeeuwsche Cou rant" als „De Zeeuw" vielen on der dit zuiveringsbesluit en mochten dus voorlopig niet ver- ichijnen. Er waren destijds in Zeeland twee vooraanstaande illegale bladen, n.l. „De Vrije Stemmen uit de Ganzestad", een blad, dat (n Goes en omstreken werd ver spreid en het illegale „Trouw". Men voelde weinig voor een omzetting van beide bladen tot gewoon dagblad en zo kwam het (temeer, daar men slechts één krant mocht uitgeven), dat er een neutraal blad gin& verschij nen, dat de naam droeg „De Vrije Zeeuw". Grote moeilijkheden. Wanneer men enigszins op de hoogte is van wat er heden ten dage in een dagblad-bedrijf om gaat, dan staat men verstomd van de grote moeilijkheden, die destijds moesten worden over wonnen. Deze eerste krant na de bevrijding is dan ook a.h.w. uit de grond gestampt. De drukkerij was de eerste moeilijkheid. Het M.G. wist hiervoor raad en vor derde de drukkerij van de fa. v. de Velde te Vlissingen, welk be- diijf in staat was dagelijks een blad af te leveren. Het gebouw was echter beschadigd en moest zo goed mogelijk worden gerepa reerd. Personeel was moeilijk te vinden. Maar toen men dit vraagstuk had opgelost, bleek, dat er geen gas aanwezig was. „Dan maar Butagas", zeiden de ondernemers, en zo kon men, zij het zeer sober, een begin ma ken. Gezegd moet worden, dat ondanks het vorderingsbesluit, van de zijde van de drukkerij alle mogelijke medewerking werd verleend. Zo verscheen op 16 November de eerste krant, huis aan huis verspreid. En men greep er even begerig naar als naar een stuk brood. Bezorgers en agenten had men niet; het gehele appa raat moest nog worden opge bouwd, doch geen nood, de be volking kwam de krant wel ha len, zowel op de dorpen als in de stad cn men had vaak de krant van A tot Z gelezen voor men thuis kwam. Het is niet te veel gezegd, wanneer we opmerken, dat dez eerste kranten werden stuk gelezen. Expeditie. De grootste moeilijkheid was de expeditie van het blad. Wal cheren immers was in een bin nenzee herschapen en de enige verbinding over land bestond tussen Vlissingen en Middelburg, n.l. via het Jaagpad en de spoor dijk. De dorpen moesten per schip van het nodige worden voorzien en deze bootjes voeren alleen als het vloed was. Zodoen de moest men met twee factoren rekening houden. De expeditie van Vlissingen naar Middelburg via Jaagpad of spoordijk moest vanwege de waterstand mogelijk zijn en in de tweede plaats moest de expeditie zó tijdig ge schieden, dat de bootjes de kran ten vanuit Middelburg naar de dorpen konden meenemen. Zo hing de verschijning van „De Vrije Zeeuw" niet af van de dagbladdirectie en nog minder van de eisen, die het publiek aan de verschijning kon stellen, doch louter en alleen van de stand van het water. Dan weer ver scheen de krant 's morgens om tien uur, dan weer was het pas tegen het vallen van de avond, dat de pakketjes de agenten op de dorpen bereikten. Inmiddels hobbelde men tussen Vlissingen en Middelburg heen en weer met iets, dat de naam van bestelauto nauwelijks dragen kon. Eerst werd een oude Renault van de Duitsers, die in Middelburg was achtergebleven, als bestelwagen gebruikt, daarna kreeg men de beschikking over een „luxe" Chevrolet, waarmee menig ritje tussen de beide steden en ook wel verder is gemaakt, Vaak ge beurde het, dat het water zó snel opkwam, dat het onverantwoor delijk-was om door te rijden. Dan stond men twee uur lang tegen de spoordijk of op het Jaagpad te wachten tot het wa ter enigszins zakte. Een wel uiterst zeldzame ge schiedenis vormt in dit relaas het feit, dat men eens een gehele nacht in de modder heeft geze ten tussen Souburg en Vlissin gen. Bij een rit van Vlissingen naar Oost-Souburg bleek n.l. on derweg, dat de dijk was doorge broken en dat men niet in Sou burg kon komen. Geen nood; men kon de wagen wel niet ke ren, maar dan achteruit naar Vlissingen. Een prikkeldraadver sperring werd geramd en ten slotte zat men zó vast in de mod der, dat men er een gehele nacht moest blijven wachten, tot het daglicht uitkomst bracht. Redactie en copy. De redactie van het blad was in het begin samengesteld uit de heren J. van Alten als algemeen leider en de heer J. C. Corver, hoofdredacteur, die door drukke bezigheden korte tijd later werd opgevolgd door drs H. Sinnema. Verder was er een commissie be noemd, die voor de exploitatie zorg droeg, bestaande uit de he ren J. M. Maljers, voorzitter en de heren W. Poppe, J. C. Corver, J. van Alten en J. de Smit, le den. Het formaat was, zoals velen zich nog levendig zullen herin neren, niet groter dan een halve pagina van dit blad. Copy was er in overvloed en het werd uit verschillende bronnen betrok ken. In de eerste plaats had men drie radio's een telex was er toen natuurlijk nog niet en tele foon was ook nog luxe terwijl verder het Militair Gezag vanuit Brussel nieuws liet brengen, dat per vliegtuig naar Woensdrecht werd vervoerd en daar moest worden afgehaald. Tenslotte kon gerekend worden op de zender Herrijzend Neder land te Eindhoven, waar ook nieuwspakketten vandaan kwa men. Bovendien werd het Wal- cherse nieuws verzameld door de heren drs Sinnema en Meeldijk. Papier. Eén der grootste zorgen was wel het papier, waardoor de re gelmatige verschijning van het blad kon worden gewaarborgd. De in Vlissingen aanwezige voor wacht. Plotseling ontdekte men een papierdepót van de Duitsers, dat bij Grave was achtergeble ven. Men ging er op af, doch het formaat was te groot. Geen nood men zaagde de rollen op maat en daarmee was het voortbestaan van de krant weer gewaarborgd, want liefst 100 rollen papier werden uit dit depót beschikbaar gesteld. Zo leefde men in die dagen in de Zeeuwse krantenwereld. Men dacht niet aan primeurs, men had andere zorgen. Men dacht niet aan ingezonden stukken, want het kleine formaat krant was sneller vol dan men zich wel wenste, men dacht slechts aan één ding: het herstel van de vrije pers in Zeeland en de goede voorlichting van het Zeeuwse publiek te herstellen. Zo werkte men van 16 Novem ber 1944 tot 1 April 1945, de dag, waarop zowel Jiet Zeeuwsch Dagblad als de Prov. Zeeuwsche Courant verseheen. Met dit artikul willen we een ere-saluut brengen aan hen, die raad was snel uitgeput en men in de moeilijke dagen als pioniers ging op zoek naar nieuwe bron- in Zeeland op de bres hebben nen. De papierfabrieken liggen alle boven de Moerdijk, zodat hiervan niets kon worden ver- gestaan voor het herstel van de vrije pers in onze provincie Om onmiddellijk na 3 con gresdagen een korte beschou wing te geven over dit congres is een zeer hachelijke onderne ming. Het congresbestuur heeft ge meend in deze tijden, waarin de verschillende krachten, welke op ons Chr. Onderwijs en de verschillende geesten, die in ons onderwijs inwerken, aan de orde te moeten stellen: „De mensbeschouwing van het Chr. onderwijs". De 7 verschillende onderwerpen, welke zijn behan deld gingen alle van deze doei- stelling uit. De religieuze-, in tellectuele-, sociale-, de sexuëlc-, de aesthetische- en lichamelijke opvoeding kwamen soms gelijk tijdig aan de orde. Dat de be langstelling hij de religieuze op voeding hét grootst was kan een verheugend verschijnsel zijn, maar kan ook voortvloeien uit de zware kost, welke bij de overige onderwerpen werd ge boden. Sommigen klaagden, dat de inleidingen te geleerd van opzet waren, anderen dat te weinig vakmensen aan het woord wa- althans gelet op de blijvende pro ductiviteit. Er gaat onnoemelijk veel grond verloren tengevolge van verveningen, verzandingen, steden- en wegenbouw. Bovendien leveren de verstuivingen telkens schade op (dit jaar negen mil- lioen gulden). Gemiddeld gaat jaarlijks 2800 hectare grond verloren. Daar staat practisch alleen maar de landaanwinning in de Zuiderzee polders tegenover. Doch hiervan moet men zich vooral niet teveel voorstellen. In de 33 jaar dat de Zuiderzeewerken aan de gang zijn, (Van onze Utrechtse corres pondent.) De Christelijke Boeren- en Tulndersbond, die verleden jaar ter gelegenheid van het tienjarig bestaan der pachtwet een confe rentie belegde, welke zeer goed mocht slagen, heeft thans weder om op Birkhoven bij Amers- ilZLr een ranf?rentle eehouden, aldüs"prof" Edelman,' er al heel gew(jd aan grond- en pachtzaken. wat m^er grond verl'oren dan men De heer Chr. van den Heuvel hoopt te winnen, te Leiden, voorzitter van de C. B. j Dat wij grond verliezen moge T. B., was de eerste spreker. Hoe-te betreuren zijn; er valt evenwel wel een nieuwe pachtwet op weinig aan te doen. Het is echter komst is, leek het hem toch nut- niet onbelangrijk wat we kwijt- tig enkele actuele vraagstukken raken. Kwamen we maar van het eens te bekijken. Allicht zullen slechte land af! Want er bestaan verschillende bepalingen in de gronden, die de volksgemeenschap nieuwe wet worden opgenomen. niets opleveren, doch alleen geld Met het releveren van alle mo-1 kosten, aangezien de mensen, die gelijke voorvallen uit de practijkdaarop arbeiden, noodlijdend zijn en de discussie daarover ging een en derhalve de steun van de ge hele middag heen. Want er* waren ter conferentie wel twintig per sonen die op grond van eigen er varing met de spreker van ge dachten wilden wisselen! Op deze conferentie werd ech- meenschap behoeven. Konden we deze grond maar kwijt aan de stedenbouwers. Dan zouden de beste gronden voor agrarische doeleinden gebezigd I kunnen blijven. Als voorbeeld ter niet alleen gesproken over hetnoemde prof. Edelman de bloem- pachten van de grond maar ook bollenstreek. Er ligt in dit gebied over het gebruik van de grond. Hiervoor had men zich verzekerd van de voorlichting van prof. dr C. H. Edelman, hoogleraar in de regionale bodemkunde aan de landbouwhogeschool te Wagenin- gen en directeur van de Stichting voor Bodemkartering. Onvervreemdbaar eigendom De hoogleraar, die op een aan trekkelijke manier zijn causerie hield, begon met een aanval op de vaak gehoorde bewering „grond is onvervreemdbaar eigendom van een volk". Daar is niets van waar, slechts 500 hectare prima grond, d.w.z. geschikt voor het kweken van hyacinten. Maar juist op die beste gronden legt men sportvel den, begraafplaatsen en wegen aan, juist daar verrijzen villatjes voor mensen die niets met de bloembollenteelt te maken heb ben. En dat terwijl de bloembol ons voornaamste agrarische ex portartikel is! Agrariërs zelf schuldig. De hoogleraar wilde zijn verwij ten niet het eerst richten tot de ambtenaren, die dit bekokstoofd NAAR HET EINDE VAN DE STRIJD OM DE ATOOMBOM (Ingez. mededeling, advert.) Naar het Amerikaans door BESSY KIVING 182) fl ik vergeef je alles wat je mij misdaan hebt maar jou terug nemen, jou liefhebben? O, ik kan nooit iemands anders lief hebben. Ik heb nooit, zelfs jou niet, in mijn jeugd, zo lief ge had, als ik nu mijn veine lieve ling, mijn eigen Edna, liefheb! De herinnering aan haar, ;s al, wat ik heb te koesteren, en wat mij kracht geeft te werken. Ik geloof niet, dat zij getrouwd is; neen, neen, neen, maar zij is in haar graf Reeds verscheidene dagen ga ik gedrukt door een ontzettend voorgevoel, dat zij in de ruste des eeuwigen levens is ingegaan, bij haar Zaligmaker en dat de eerstvolgende mail mij het bericht zal brengen. Raak mij niet aan Agnes! Ik heb jou vergeven dat je mij zo lijden deed, en hoop, dat God je de vergeving en de troost zal geven, die ik, na verschrikke lijke worstelingen eindelijk ge vonden heb. Verscheidene ma len heb je je op mijn weg ge plaatst maar als er nog iets van vrouwelijke teerheid in je over gebleven is, dan zul je mij nu voortaan mijden, als ik je zeg, dat ik het gezicht vervloek van haar, wier onvrouwelijkheid mij het geloof in de vrouw had be nomen, en mij zo diep heeft doen zinken, dat ik de achting verloor van Edna Earl. Agnes, ga daar heen waar ik zo vele uren van wroeging heb doorworsteld daar, naar de graven van hen, die even goed jouw slachtoffers zijn als de mijne. Ga daar heen, en val op de knieën, en bid voor je zelf, en moge God je genadig zijn!" Hij wees naar de grijze graf steen, die Annie en Paul Ham mond's graf bedekte; en zich losmakend uit haar vingers, die nog steeds zijn mouw vasthiel den, keerde hij zich ijlings van haar af en spoedde zich huis waarts. HOOFDSTUK XXXVI. De dood van Felix. „O, hoe mooi! Ik had niet kunnen denken, dat er op aarde een plaats zou bestaan, waar het j half zo mooi is, als het hier is." j Met het hoofdje op zijn moe-' ders borst geleund, lag Felix voor het raam van een der bo- i venverdiepingen van het hotel, dat het uitzicht had op de Golf van Genua. De met olijven begroeide Apennijnen vormden een halve cirkel om de stad. En zo op een afstand gezien, geleken die bergtoppen precies, elk afzon derlijk, op hoge torens van schitterend edelgesteente, ge huld in een gouden nevelen- J Over het spiegelvlak van de golf, gleden vlug en sierlijk de ranke bootjes, waarin levens lustige Italianen de vrolijke strofen van de baracole deden horen, en de zilveren echo klank, door het water voortge dragen, hield gelijke tred met de glinsterende kronkelingetjes door het regelmatig neerkomen van de roeiriemen te voorschijn geroepen. „Beur mij eens op, mama! Ho ger, nog hoger. Ik moet de zon kunnen zien. Kijk! Nu is ze al weg al ondergegaan in de zee. Ik kan het vandaag niet verdragen haar niet meer te zien. Het is of ze mij voor altijd voorwei heeft gezegd. O, mama! Ik wil nog niet sterven. De we reld is zo mooi, en het leven is zo weldadig hier in die vriende lijke zonneschijn, en bij het licht der fonkelende sterren, maar in het graf daar beneden is het zo donker en koud. O! Waar is Edna? Wil haar vragen, mama, toch spoedig bij mij te komen en iets voor mij ie zingen." Een huivering voer door de leden van de kreupele, en hij sloot de ogen. Hij was al zo ver weggekwijnd, dat hij wel op de; schaduw van een menselijk we-' zen geleek, en zijn gouvernante boog zich over hem heen, en nam hem uit zijn moeders ar men alsof hij een baby was. „Edna, spreek jij eens tot mij. O! als ik maar niet zo bang was voor de dood. Ik Zij sloot zijn lippen met de hare, en reeds die aanraking deed zijn huiveren bedaren; en na een ogenblik van stilte begon zij hem te vertellen van de heerlijkheid Gods in de hemel. „En daar zal het nooit meer nacht zijn; daar zal geen kande laar meer nodig zijn, noch het licht van de zon, want het is de Heere God zelf die het Licht is; en het zal licht zijn voor eeuwig en altijd.' „Maar Edna, daar in het graf, daar beneden is het zo donker. Als jij maar met mij mee zou kunnen gaan „Een beter en nog veel zorg voller vriend zal je vergezellen, Felix." Met een wondervolle uitdruk king in haar stem, zong zij nu voor hem dat mooie lied: „De Heer is mijn Herder." Toen zij aan het gedeelte kwam, waar stond: „al ga ik ook door het dal der schaduwen des doods", toen voegde de zachte, bevende stem van de zieke zich bij de hare, en toen zij eindelijk zweeg, was het uitgemergelde gezichtje kalm geworden, zijn grote vrees was voor altijd voorbij. Verlangend om zijn gedachten af te leiden, gaf zij hem een tuiltje oranjebloesem in de hand, dat zij die dag van meneer Manning had ontvangen; daarop nam zij de Bijbel en verzorgde haar voorlezing van het verhaal van de Goede Herder, waar de zieke nooit genoeg naar kon luisteren. (Wordt vervolgd.) zouden hebben. Integendeel, het was hem gebleken, dat de ambte lijke wereld meermalen openstond voor argumenten. Doch de land en tuinbouwers zelf verzetten zich niet als groep. O ja, zij kraaiden als ze geknepen werden, merkte prof. Edelman op. Maar dan was het vaak te laat. Zelfs in gemeen ten waar de agrariërs in de raad zitten of waar ze wethouder zijn is het menigmaal gebeurd, dat de kostelijke bodem een verkeerde bestemming heeft gekregen. Natuurlijk zijn er uitzonderin gen. Te Venlo en te Breda heb ben agrariërs in de gemeenteraad tijdig wijzigingen in de plannen weten te brengen. Cultuurgron den bleven in stand en droge zandgronden werden gebruikt voor woningbouw. Het is noodzakelijk, dat men als land- en tuinbouw en bloc zijn wensen ten aanzien van het ge bruik van de bodem te kennen geeft, nog voordat de stadsuit breidingen op de kaart zijn ge projecteerd. Vooral de tuinbouw die vanouds rondom de steden ligt wordt telkens bedreigd. Prof. Edelman noemde in dit verband het tuinbouwvestigings plan. Bij de samenstelling van dit plan is men uitgegaan van de vraag: waar in Nederland liggen goede tuinbouwgronden Voor Gelderland heeft men bijv. de stroken langs de Ysel, in een ge deelte van de Betuwe en hier en daar in de Gelderse Vallei aange wezen. Daarentegen is o.a. de Achterhoek ongeschikt geacht voor tuinbouw. Zo zijn overal plekjes ontdekt, waar de bodem prima is, niet duur, niet schaars en waar men geen stedenbouw te vrezen heeft. Tegelijk zijn ook de minderwaar dige gronden, waar geen enkele agrariër een renderend bedrijf zou kunnen vestigen, aangewezen. Men hoopt in de komende jaren resultaten op dit nuttige werk te kunnen zien. zegt Truman. President Truman heeft het Congres een raport over 't Mars hall-plan toegezonden, waarin lijj zegt, dat West-Europa zijn prij zen moet verlagen om op de Ame rikaanse markt te kunnen con curreren. „De Ver. Staten moeten van zelfsprekend bereid zijn, grotere concurrentie van Europese leve ranten te aanvaarden, teneinde Europa financieel onafhankelijk te helpen maken", zo wordt o.m. in dit, door de E.C.A. opgestelde, rapport verklaard. (Ingez. mededeling, advert.) Rode Hoestpoeders van Mijnhardt Doos 45 Ct. WEZP— Korte Berichten. Het posttarief voor geschenk- paketten uit de Ver. Staten naar Nederland is verlaagd van 14 tot 6 cent per pound. Voor zeven an dere Marshall-landen geldt een dergelijke tariefsverlaging. In Engeland is een 3-jarig kind na een ziekte van een uur gestor ven aan een buitengewoon snel- dodende vorm van kinderverlam ming. De oorzaak van de ziekte werd na de dood door een mocros- kopisch onderzoek van hersenen en ruggemerg vastgesteld. De Britse „Cornet" van de Ha- villand, een lijnvliegtuig met straalaandrijving, heeft een non- stop-vlucht gemaakt van ruim 5 uur op een hoogte van 11.600 tot 13.3000 meter. Op het laatste deel van de vlucht werd in een uur 940 km afgelegd. De moordenaar van Gandhi, Nathoeran Godse, en diens mede plichtige Narayan Apte, zijn Dins dagochtend in de gevangenis van Ambala (Oost-Pendsjaab) opge hangen. Een nieuwe Engelse fabriek voor atoomenergie wordt gebouwd op een terrein bij Capenhust in de buurt van Chester (Noord-West Engeland) Volgend jaar wordt met de bouw begonnen, waar eni ge duizenden arbeiders bij betrok ken zullen zijn. Stalin heeft Pandit Nehroe, mi nister-president van India, zijn gelukwensen met diens 60ste ver jaardag doen toekomen. Te Hannover Is een trein uit Polen aangekomen met 902 Duitse vluchtelingen uit de voormalige Oost-Duitse provincies. Volgens een dezer, de voormalige Duitse politie-inspecteur Lorsemann, be vinden zich ongeveer 5.000 Duitse vrouwen en mannen in Poolse ge vangenissen en concentratiekam pen. ren. Het zal ook wel een moei lijke taak geweest zijn de juiste man op de juiste plaats hier te stellen. Wij betreurden het persoon lijk, dat geen theoloog ons in leidde „De religieuze opvoe ding". Niet dat de inleider van deze sectie geen behartenswaar- dige dingen heeft gezegd, doch ik zoek altijd in zo'n referaat naar de kern van sprekers be toog. Mijn buurman op bijna het gehele congres was een zeer be kend onderwijsman uit G., ook een Zeeuw. Wij hadden te zamen al ge concludeerd, dat we het met de strekking van het gebodene niet eens waren. We behoorden dan ook, bij de 21 debatters, waar van sommigen, ik hoop niet van wij, het de vergadering moei lijk maakten, door „breedspra kig te zijn". De inleider gaf wel aan, dat het kind in zonden ontvangen en geboren is, maar in zijr. ver dere beschouwing leak het ons soms of deze eerste uitspraak slechts een term was, dus een vlag om een zekere lading te dekken. We moeten toch de waarheid aan durven. In zonden ontvangen en geboren, gus van nature „kinderen des toorns". Hoe sommige kinderen nu on der die toorn Gods uit komen en in Christus aangenomen en Zijn eigendom werden, bleef steeds achterwege. Een der de batters stuurde het bewust daarop aan en vroeg of er dan toch van buiten al niet iets in de mens geplant moest worden. Wij zouden gewoon zeggen, of een mens niet wederom geboren moest worden. We meenden, dat bij de mannen van het Re veil en om niet meer te noemen Groen van Prinsterer e.a. in die tijd daaromtrent geen twijfel en geen misvatting bestond. Die raakten altijd de kern der zaak. Nu hoorden wij veel mooie woorden en handige zetten, maar wij waren onvoldaan. Bij de 21 debatters was ook ver scheidenheid. De een beweerde slechts de hulst te kennen van de inleider de heer V. Hulst, de ander beweerde, dat hij nu v. Hulst grondig kende. Jammer was voor de duidelijkheid en de oprechtheid, dat we Bart de deur zagen wijzen. We hadden eens graag met hem gesproken. Wellicht had dit verhelderend kunnen werken. De Voorzitter oordeelde er anders over. Ook in de overige secties was We zouden ze graag geven, maar Amerikaanse ijsbrekers vast in het ijs. Rusland heeft het Amerikaanse departement van Buitenlandse Zaken medegedeeld, dat het twee op grond van de Leen- en Pacht wet geleende ijsbrekers niet tegen 1 December zoals beloofd, kan te ruggeven. daar zij „in het ijs vast zitten". Waar wordt niet gezegd. De Amerikaanse marine-auto- toriteiten hebben, naar gemeld wordt, uiting gegeven aan hun verbazing hierover, gezien het feit, dat de ijsbrekers speciaal zijn uitgerust om door het zwaar ste Ijs heen te breken. Zij behoren tot de modernste ter wereld en werden in 1944 nagenoeg nieuw aan Rusland geleend. een goede belangstelling. Het waren dagen waarvan een sterke stimulans uitging voor onze dagelijkse arbeid, welke zozeer op de eeuwigheid ge richt is. Er waren een 1000 congres sisten. Waaronder professoren, doodgewone schoolmeesters uit alle oorden des lands, kweek schooldirecteuren en onderwij zeressen bij het kleuteronder wijs. Veel dominé's zagen wij en een der inleiders lichtte ons in, dat als in ons land één mens woont, hij een theoloog is, wo nen er twee mensen, dus twee Nederlanders, dan hebben wü een kerk en zijn er drie, dan hebben wij een scheuring. Bij de debatten bleek wel, dat de tegenstellingen groot zijn. Me nigeen zat soms zijn hoofd te schudden. Ik meen, dat de liefde tot ons Chr. onderwijs ons sa menbond bij alle verschil van inzicht. De regelingscommissie deed voortreffelijk werk. De ont vangst ten gemeentehuize was allerhartelijkst. Het was wel een zeer bont gezelschap dat ge meentebestuur van Amsterdam. We zagen er naast elkander ■staan: Mr A. Roos, wethouder, zijn collega Franke, In 'tVeld en Sleinmets en de Raadsleden Mr A. B. Roosjen en tenslotte de heer Gortzak, die demonstratief in werkpak binnenkwam. Het waren in 't kort gezegd goede dagen voor ons Chr. On- derwijs, dat we lief hebben en waar we dagelijks aan mogen i werken. Geve de Heere ons te i verstaan, wat we zongen: Bij U is des levens fontein, in Uw I licht zien wij het Licht. M. H. J. (Van onze Utrechtse correspondent) Ter gelegenheid van zijn dertig jarig bestaan heeft de Bond van Christelijke Schilderspatroons in Juli te Utrecht aandacht ge vraagd voor het werk, dat door do vakgenoten dagelijks wordt verricht. Velen hebben de kleur rijke expositie bezocht, die toen in de Jaarbeurshallen werd ge houden. Thans kwam do boud wederom naar Utrecht. Deze keer merkte het publiek er weinig van; de al gemene jaarvergadering is im mers alleen voor insiders bestemd. Toch mag er wei iets van door dringen naar buiten. Vooral dit, dat de organisatie der christelijke schilderspatroons in het afgelo pen jaar snelle groei heeft ver toond. Er zijn thans 881 leden, waarvan er in dit jaar 172 toe traden. Deze belangrijke vooruitgang is te danken aan het op de vorige jaarvergadering genomen besluit een eigen bondsbureau en propa gandist te benoemen. De heer P. S. Schaafsma te Leeuwarden, die met de leiding van het bondsbureau en de daar aan verbonden werkzaamheden werd belast, heeft zich op ener gieke wijze van zijn nieuwe taak gekweten. Hij reisde metterdaad stad en land af om christelijke pa troons te bewegen tot aansluiting bij de organisatie waarin zij thuis horen. Zijn activiteit, die zich vooral tot het Westen des lands uitstrekte, had tot gevolg, dat bij voorbeeld in Rotterdam op één na alle christelijke schilderspa troons zich schaarden onder het vaandel van de bond. Niet overal was de heer Schaaf sma blijkens zijn eigen getui genis ter jaarvergadering even gelukkig. In Zeeland geeft juist de man, die de christelijke orga nisatie omhoog zou moeten wer ken, zijn beste krachten aan een neutrale bond. Weer elders zit men zo vastgeroest in plaatselijke verenigingen, dat men tot aan sluiting bij een landelijke bond niet komt. Maar de heer Schaafsma zeide ervan overtuigd te zijn, dat de christelijke organisatie binnen af zienbare tijd haar duizendste lid kan inschrijven. Daarbij mag het niet alleen op zijn werk aanko men. Grotere activiteit van de le den is gewenst. Bovendien moet er propaganda-materiaal voor handen zijn. Om die reden juichte de heer Schaafsma de totstand koming van een daartoe bestemd fonds toe. ALGEMENE INSTEMMING. De werkzaamheden van de heer Schaafsma werden, gelet op het luide applaus, ten zeerste door de vergadering gewaardeerd. Er was eveneens algemene instemming, toen het beleid van het bestuur ter sprake kwam. Met genoegen nam de heer F. van der Wey te Leeuwarden, bondsvoorziter, hiervan kennis. Overigens liet ook hij de leden niet zonder vermaan. In zijn ope ningswoord „Zeifhelp of Over heidshulp" zette hij uiteen, dat ie der die zichzelf (door middel van een organisatie) wil helpen, ook ten volle moet medewerken. Hieruit kan men wel conclude ren, dat de voorzitter helemaal niets hebben moest van Over heidshulp. Sterke vrije organisa ties, dat leek hem ideaal. Vandaar dat hij over de Vakgroep geen en kel goed woord had. Gekomen zonder begeerd te zijn en (als zé verdwijnt) gegaan zonder bê- treurd te wezen! Aldus typeerde de heer Van der Wey het optre de Vakgroep. Ook de secretaris van de bond, de heer C. C. Hengeveld te Zwol le kwam menigmaal aan 't woord op de jaarvergadering. Des mid dags gaf hij een verhandeling over vrije organisaties en publiek rechtelijke bedrijfsorganisatie. Buiten de huishoudelijke zaken werden ter vergadering nog eiit kele voorstellen behandeld, af komstig van de ondernemers in het bedrijfsleven. Het eerste be trof de viering van de nationale feestdag. Voorgesteld ls de eerste Zaterdag na 4 Mei hiervoor per manent te bestemmen. De pa troons zouden dan hun personeel een halve dag vrijaf moeten ge ven. Het bondsbestuur ging hier mede accoord, doch meende, dat niet alleen de patroons een offer moeten brengen. Het stelde daar om voor de gezellen in de vijf voorafgaande dagen een half uu£ langer te laten werken, opdat da werkgever én de werknemer er iets voor doet. Het tweede voorstel betrof de vacantiespreiding. Men wil de pa troons in het Noorden, Midden en Zuiden des Lands op verschillende tijden vacantie laten nemen. De Gaulle wil volksstemming in Europa. Generaal De Gaulle heeft gis teren in een pers-conferentie er op aangedrongen dat er onder de Europese volken een volksstem ming zal worden gehouden, ter beantwoording van de volgende 3 vragen 1. Bent u voor een Verenigd Europa, speciaal op de gebieden van economie, cultuur en lands verdediging? 2. Wenst u mede te werken aan het tot stand komen van een fe deraal orgaan van Europese vol ken, dat tot taak zal krijgen lei ding te geven aan deze eenheid? 3. Wenst u dat er verkiezingen zullen worden uitgeschreven voor een Europese wetgevende verga dering? Volgens Generaal De Gaulle is de bestaande „Raad van Europa" interessant als studie-groep, doch waardeloos als instrument, waar van daadwerkelijk actie moet uit gaan.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1949 | | pagina 3