Vijfjaar geleden verscheen in Zeeland
weer een „vrije" krant
Het zesde Nat. Ghr. Schoolcongres.
Goede gronden mogen niet verloren
gaan.
jUT"
Christelijke schilders bjjeen.
Verschijningsuur werd geregeld naar de
waterstand.
PLOUVIER HEEFT DE WARME PANTOFFELS
EDNA EARL
Pionierswerk kort na de
bevrijding.
Tuinbouwvestigingsplan
voorkomt verkeerd bodem
gebruik.
HUIUETON
Europa moet zijn prijzen
veriagen,
HOEST
Ce Bond vertoont snelle
groei.
Woensdag 16 November 1949
PROTESTANTS CHRISTELIJK DAGBLAD
Pagina 3
Hebt U wel eens gehoord van een dagblad, dat het uur van
verschijning regelde naar de waterstanden? Vermoedelijk nooit.
Toch heeft er zo'n krant bestaan en nog wel in Zeeland. Bijna
vijf jaar is het geleden, dat dit blad „De Vrije Zeeuw", voor het
eerst verscheen. Het was de eerste „vrije" krant, die na de jaren
der bezetting het Zeeuwse publiek kwam voorlichten over de
stand van zaken. Op 6 November 1944, de dag waarop Middelburg
werd bevrijd, vonden de eerste besprekingen plaats en op 16
November 1944 verscheen het eerste nummer met een oplaag van
15.000 exemplaren.
Op 6 November 1944 ontbood
overste Slot als hoofd van het
Militair Gezag in Zeeland de he
ren J. C. Corver, J. van Alten,
P. de Kam en J. de Smit, om met
hen te overleggen zo spoedig
mogelijk te komen tot de uitgifte
van een dagblad voor Walche
ren. De Nederlandse regering
had te Londen het besluit geno
men, dat geen enkel blad, dat in
de oorlog, althans na 1943, nog
was verschenen, direct na de be
vrijding mocht her verschijnen.
Eerst moest de zuivering afge
wacht worden, hetgeen nog wel
enige tijd kon duren. Zowel de
„Provinciale Zeeuwsche Cou
rant" als „De Zeeuw" vielen on
der dit zuiveringsbesluit en
mochten dus voorlopig niet ver-
ichijnen.
Er waren destijds in Zeeland
twee vooraanstaande illegale
bladen, n.l. „De Vrije Stemmen
uit de Ganzestad", een blad, dat
(n Goes en omstreken werd ver
spreid en het illegale „Trouw".
Men voelde weinig voor een
omzetting van beide bladen tot
gewoon dagblad en zo kwam het
(temeer, daar men slechts één
krant mocht uitgeven), dat er
een neutraal blad gin& verschij
nen, dat de naam droeg „De
Vrije Zeeuw".
Grote moeilijkheden.
Wanneer men enigszins op de
hoogte is van wat er heden ten
dage in een dagblad-bedrijf om
gaat, dan staat men verstomd
van de grote moeilijkheden, die
destijds moesten worden over
wonnen. Deze eerste krant na de
bevrijding is dan ook a.h.w. uit
de grond gestampt. De drukkerij
was de eerste moeilijkheid. Het
M.G. wist hiervoor raad en vor
derde de drukkerij van de fa. v.
de Velde te Vlissingen, welk be-
diijf in staat was dagelijks een
blad af te leveren. Het gebouw
was echter beschadigd en moest
zo goed mogelijk worden gerepa
reerd. Personeel was moeilijk te
vinden. Maar toen men dit
vraagstuk had opgelost, bleek,
dat er geen gas aanwezig was.
„Dan maar Butagas", zeiden de
ondernemers, en zo kon men, zij
het zeer sober, een begin ma
ken. Gezegd moet worden, dat
ondanks het vorderingsbesluit,
van de zijde van de drukkerij
alle mogelijke medewerking
werd verleend.
Zo verscheen op 16 November
de eerste krant, huis aan huis
verspreid. En men greep er even
begerig naar als naar een stuk
brood. Bezorgers en agenten
had men niet; het gehele appa
raat moest nog worden opge
bouwd, doch geen nood, de be
volking kwam de krant wel ha
len, zowel op de dorpen als in de
stad cn men had vaak de krant
van A tot Z gelezen voor men
thuis kwam. Het is niet te veel
gezegd, wanneer we opmerken,
dat dez eerste kranten werden
stuk gelezen.
Expeditie.
De grootste moeilijkheid was
de expeditie van het blad. Wal
cheren immers was in een bin
nenzee herschapen en de enige
verbinding over land bestond
tussen Vlissingen en Middelburg,
n.l. via het Jaagpad en de spoor
dijk. De dorpen moesten per
schip van het nodige worden
voorzien en deze bootjes voeren
alleen als het vloed was. Zodoen
de moest men met twee factoren
rekening houden. De expeditie
van Vlissingen naar Middelburg
via Jaagpad of spoordijk moest
vanwege de waterstand mogelijk
zijn en in de tweede plaats
moest de expeditie zó tijdig ge
schieden, dat de bootjes de kran
ten vanuit Middelburg naar de
dorpen konden meenemen. Zo
hing de verschijning van „De
Vrije Zeeuw" niet af van de
dagbladdirectie en nog minder
van de eisen, die het publiek aan
de verschijning kon stellen, doch
louter en alleen van de stand
van het water. Dan weer ver
scheen de krant 's morgens om
tien uur, dan weer was het pas
tegen het vallen van de avond,
dat de pakketjes de agenten op
de dorpen bereikten. Inmiddels
hobbelde men tussen Vlissingen
en Middelburg heen en weer met
iets, dat de naam van bestelauto
nauwelijks dragen kon. Eerst
werd een oude Renault van de
Duitsers, die in Middelburg was
achtergebleven, als bestelwagen
gebruikt, daarna kreeg men de
beschikking over een „luxe"
Chevrolet, waarmee menig ritje
tussen de beide steden en ook
wel verder is gemaakt, Vaak ge
beurde het, dat het water zó snel
opkwam, dat het onverantwoor
delijk-was om door te rijden.
Dan stond men twee uur lang
tegen de spoordijk of op het
Jaagpad te wachten tot het wa
ter enigszins zakte.
Een wel uiterst zeldzame ge
schiedenis vormt in dit relaas het
feit, dat men eens een gehele
nacht in de modder heeft geze
ten tussen Souburg en Vlissin
gen. Bij een rit van Vlissingen
naar Oost-Souburg bleek n.l. on
derweg, dat de dijk was doorge
broken en dat men niet in Sou
burg kon komen. Geen nood;
men kon de wagen wel niet ke
ren, maar dan achteruit naar
Vlissingen. Een prikkeldraadver
sperring werd geramd en ten
slotte zat men zó vast in de mod
der, dat men er een gehele nacht
moest blijven wachten, tot het
daglicht uitkomst bracht.
Redactie en copy.
De redactie van het blad was
in het begin samengesteld uit de
heren J. van Alten als algemeen
leider en de heer J. C. Corver,
hoofdredacteur, die door drukke
bezigheden korte tijd later werd
opgevolgd door drs H. Sinnema.
Verder was er een commissie be
noemd, die voor de exploitatie
zorg droeg, bestaande uit de he
ren J. M. Maljers, voorzitter en
de heren W. Poppe, J. C. Corver,
J. van Alten en J. de Smit, le
den.
Het formaat was, zoals velen
zich nog levendig zullen herin
neren, niet groter dan een halve
pagina van dit blad. Copy was
er in overvloed en het werd uit
verschillende bronnen betrok
ken. In de eerste plaats had men
drie radio's een telex was er
toen natuurlijk nog niet en tele
foon was ook nog luxe terwijl
verder het Militair Gezag vanuit
Brussel nieuws liet brengen, dat
per vliegtuig naar Woensdrecht
werd vervoerd en daar moest
worden afgehaald.
Tenslotte kon gerekend worden
op de zender Herrijzend Neder
land te Eindhoven, waar ook
nieuwspakketten vandaan kwa
men. Bovendien werd het Wal-
cherse nieuws verzameld door de
heren drs Sinnema en Meeldijk.
Papier.
Eén der grootste zorgen was
wel het papier, waardoor de re
gelmatige verschijning van het
blad kon worden gewaarborgd.
De in Vlissingen aanwezige voor
wacht. Plotseling ontdekte men
een papierdepót van de Duitsers,
dat bij Grave was achtergeble
ven. Men ging er op af, doch het
formaat was te groot. Geen nood
men zaagde de rollen op maat
en daarmee was het voortbestaan
van de krant weer gewaarborgd,
want liefst 100 rollen papier
werden uit dit depót beschikbaar
gesteld.
Zo leefde men in die dagen in
de Zeeuwse krantenwereld. Men
dacht niet aan primeurs, men
had andere zorgen. Men dacht
niet aan ingezonden stukken,
want het kleine formaat krant
was sneller vol dan men zich wel
wenste, men dacht slechts aan
één ding: het herstel van de vrije
pers in Zeeland en de goede
voorlichting van het Zeeuwse
publiek te herstellen.
Zo werkte men van 16 Novem
ber 1944 tot 1 April 1945, de dag,
waarop zowel Jiet Zeeuwsch
Dagblad als de Prov. Zeeuwsche
Courant verseheen.
Met dit artikul willen we een
ere-saluut brengen aan hen, die
raad was snel uitgeput en men in de moeilijke dagen als pioniers
ging op zoek naar nieuwe bron- in Zeeland op de bres hebben
nen. De papierfabrieken liggen
alle boven de Moerdijk, zodat
hiervan niets kon worden ver-
gestaan voor het herstel van de
vrije pers in onze provincie
Om onmiddellijk na 3 con
gresdagen een korte beschou
wing te geven over dit congres
is een zeer hachelijke onderne
ming.
Het congresbestuur heeft ge
meend in deze tijden, waarin de
verschillende krachten, welke
op ons Chr. Onderwijs en de
verschillende geesten, die in ons
onderwijs inwerken, aan de
orde te moeten stellen: „De
mensbeschouwing van het Chr.
onderwijs". De 7 verschillende
onderwerpen, welke zijn behan
deld gingen alle van deze doei-
stelling uit. De religieuze-, in
tellectuele-, sociale-, de sexuëlc-,
de aesthetische- en lichamelijke
opvoeding kwamen soms gelijk
tijdig aan de orde. Dat de be
langstelling hij de religieuze op
voeding hét grootst was kan een
verheugend verschijnsel zijn,
maar kan ook voortvloeien uit
de zware kost, welke bij de
overige onderwerpen werd ge
boden.
Sommigen klaagden, dat de
inleidingen te geleerd van opzet
waren, anderen dat te weinig
vakmensen aan het woord wa-
althans gelet op de blijvende pro
ductiviteit. Er gaat onnoemelijk
veel grond verloren tengevolge
van verveningen, verzandingen,
steden- en wegenbouw. Bovendien
leveren de verstuivingen telkens
schade op (dit jaar negen mil-
lioen gulden).
Gemiddeld gaat jaarlijks 2800
hectare grond verloren. Daar
staat practisch alleen maar de
landaanwinning in de Zuiderzee
polders tegenover. Doch hiervan
moet men zich vooral niet teveel
voorstellen. In de 33 jaar dat de
Zuiderzeewerken aan de gang zijn,
(Van onze Utrechtse corres
pondent.)
De Christelijke Boeren- en
Tulndersbond, die verleden jaar
ter gelegenheid van het tienjarig
bestaan der pachtwet een confe
rentie belegde, welke zeer goed
mocht slagen, heeft thans weder
om op Birkhoven bij Amers-
ilZLr een ranf?rentle eehouden, aldüs"prof" Edelman,' er al heel
gew(jd aan grond- en pachtzaken. wat m^er grond verl'oren dan men
De heer Chr. van den Heuvel hoopt te winnen,
te Leiden, voorzitter van de C. B. j Dat wij grond verliezen moge
T. B., was de eerste spreker. Hoe-te betreuren zijn; er valt evenwel
wel een nieuwe pachtwet op weinig aan te doen. Het is echter
komst is, leek het hem toch nut- niet onbelangrijk wat we kwijt-
tig enkele actuele vraagstukken raken. Kwamen we maar van het
eens te bekijken. Allicht zullen slechte land af! Want er bestaan
verschillende bepalingen in de gronden, die de volksgemeenschap
nieuwe wet worden opgenomen. niets opleveren, doch alleen geld
Met het releveren van alle mo-1 kosten, aangezien de mensen, die
gelijke voorvallen uit de practijkdaarop arbeiden, noodlijdend zijn
en de discussie daarover ging een en derhalve de steun van de ge
hele middag heen. Want er* waren
ter conferentie wel twintig per
sonen die op grond van eigen er
varing met de spreker van ge
dachten wilden wisselen!
Op deze conferentie werd ech-
meenschap behoeven.
Konden we deze grond maar
kwijt aan de stedenbouwers. Dan
zouden de beste gronden voor
agrarische doeleinden gebezigd
I kunnen blijven. Als voorbeeld
ter niet alleen gesproken over hetnoemde prof. Edelman de bloem-
pachten van de grond maar ook bollenstreek. Er ligt in dit gebied
over het gebruik van de grond.
Hiervoor had men zich verzekerd
van de voorlichting van prof. dr
C. H. Edelman, hoogleraar in de
regionale bodemkunde aan de
landbouwhogeschool te Wagenin-
gen en directeur van de Stichting
voor Bodemkartering.
Onvervreemdbaar eigendom
De hoogleraar, die op een aan
trekkelijke manier zijn causerie
hield, begon met een aanval op de
vaak gehoorde bewering „grond is
onvervreemdbaar eigendom van
een volk". Daar is niets van waar,
slechts 500 hectare prima grond,
d.w.z. geschikt voor het kweken
van hyacinten. Maar juist op die
beste gronden legt men sportvel
den, begraafplaatsen en wegen
aan, juist daar verrijzen villatjes
voor mensen die niets met de
bloembollenteelt te maken heb
ben. En dat terwijl de bloembol
ons voornaamste agrarische ex
portartikel is!
Agrariërs zelf schuldig.
De hoogleraar wilde zijn verwij
ten niet het eerst richten tot de
ambtenaren, die dit bekokstoofd
NAAR HET EINDE VAN DE STRIJD OM DE ATOOMBOM
(Ingez. mededeling, advert.)
Naar het Amerikaans
door BESSY KIVING
182) fl
ik vergeef je alles wat je mij
misdaan hebt maar jou terug
nemen, jou liefhebben? O, ik
kan nooit iemands anders lief
hebben. Ik heb nooit, zelfs jou
niet, in mijn jeugd, zo lief ge
had, als ik nu mijn veine lieve
ling, mijn eigen Edna, liefheb!
De herinnering aan haar, ;s al,
wat ik heb te koesteren, en wat
mij kracht geeft te werken. Ik
geloof niet, dat zij getrouwd is;
neen, neen, neen, maar zij is in
haar graf Reeds verscheidene
dagen ga ik gedrukt door een
ontzettend voorgevoel, dat zij in
de ruste des eeuwigen levens is
ingegaan, bij haar Zaligmaker
en dat de eerstvolgende mail
mij het bericht zal brengen.
Raak mij niet aan Agnes! Ik
heb jou vergeven dat je mij zo
lijden deed, en hoop, dat God je
de vergeving en de troost zal
geven, die ik, na verschrikke
lijke worstelingen eindelijk ge
vonden heb. Verscheidene ma
len heb je je op mijn weg ge
plaatst maar als er nog iets van
vrouwelijke teerheid in je over
gebleven is, dan zul je mij nu
voortaan mijden, als ik je zeg,
dat ik het gezicht vervloek van
haar, wier onvrouwelijkheid mij
het geloof in de vrouw had be
nomen, en mij zo diep heeft
doen zinken, dat ik de achting
verloor van Edna Earl.
Agnes, ga daar heen waar
ik zo vele uren van wroeging
heb doorworsteld daar, naar
de graven van hen, die even
goed jouw slachtoffers zijn als
de mijne. Ga daar heen, en val
op de knieën, en bid voor je
zelf, en moge God je genadig
zijn!"
Hij wees naar de grijze graf
steen, die Annie en Paul Ham
mond's graf bedekte; en zich
losmakend uit haar vingers, die
nog steeds zijn mouw vasthiel
den, keerde hij zich ijlings van
haar af en spoedde zich huis
waarts.
HOOFDSTUK XXXVI.
De dood van Felix.
„O, hoe mooi! Ik had niet
kunnen denken, dat er op aarde
een plaats zou bestaan, waar het j
half zo mooi is, als het hier is." j
Met het hoofdje op zijn moe-'
ders borst geleund, lag Felix
voor het raam van een der bo- i
venverdiepingen van het hotel,
dat het uitzicht had op de Golf
van Genua.
De met olijven begroeide
Apennijnen vormden een halve
cirkel om de stad. En zo op een
afstand gezien, geleken die
bergtoppen precies, elk afzon
derlijk, op hoge torens van
schitterend edelgesteente, ge
huld in een gouden nevelen- J
Over het spiegelvlak van de
golf, gleden vlug en sierlijk de
ranke bootjes, waarin levens
lustige Italianen de vrolijke
strofen van de baracole deden
horen, en de zilveren echo
klank, door het water voortge
dragen, hield gelijke tred met
de glinsterende kronkelingetjes
door het regelmatig neerkomen
van de roeiriemen te voorschijn
geroepen.
„Beur mij eens op, mama! Ho
ger, nog hoger. Ik moet de zon
kunnen zien. Kijk! Nu is ze al
weg al ondergegaan in de
zee. Ik kan het vandaag niet
verdragen haar niet meer te
zien. Het is of ze mij voor altijd
voorwei heeft gezegd. O, mama!
Ik wil nog niet sterven. De we
reld is zo mooi, en het leven is
zo weldadig hier in die vriende
lijke zonneschijn, en bij het licht
der fonkelende sterren, maar in
het graf daar beneden is het zo
donker en koud.
O! Waar is Edna? Wil haar
vragen, mama, toch spoedig bij
mij te komen en iets voor mij ie
zingen."
Een huivering voer door de
leden van de kreupele, en hij
sloot de ogen. Hij was al zo ver
weggekwijnd, dat hij wel op de;
schaduw van een menselijk we-'
zen geleek, en zijn gouvernante
boog zich over hem heen, en
nam hem uit zijn moeders ar
men alsof hij een baby was.
„Edna, spreek jij eens tot mij.
O! als ik maar niet zo bang was
voor de dood. Ik
Zij sloot zijn lippen met de
hare, en reeds die aanraking
deed zijn huiveren bedaren; en
na een ogenblik van stilte begon
zij hem te vertellen van de
heerlijkheid Gods in de hemel.
„En daar zal het nooit meer
nacht zijn; daar zal geen kande
laar meer nodig zijn, noch het
licht van de zon, want het is de
Heere God zelf die het Licht is;
en het zal licht zijn voor eeuwig
en altijd.'
„Maar Edna, daar in het graf,
daar beneden is het zo donker.
Als jij maar met mij mee zou
kunnen gaan
„Een beter en nog veel zorg
voller vriend zal je vergezellen,
Felix."
Met een wondervolle uitdruk
king in haar stem, zong zij nu
voor hem dat mooie lied: „De
Heer is mijn Herder."
Toen zij aan het gedeelte
kwam, waar stond: „al ga ik ook
door het dal der schaduwen des
doods", toen voegde de zachte,
bevende stem van de zieke zich
bij de hare, en toen zij eindelijk
zweeg, was het uitgemergelde
gezichtje kalm geworden, zijn
grote vrees was voor altijd
voorbij.
Verlangend om zijn gedachten
af te leiden, gaf zij hem een
tuiltje oranjebloesem in de
hand, dat zij die dag van meneer
Manning had ontvangen; daarop
nam zij de Bijbel en verzorgde
haar voorlezing van het verhaal
van de Goede Herder, waar de
zieke nooit genoeg naar kon
luisteren.
(Wordt vervolgd.)
zouden hebben. Integendeel, het
was hem gebleken, dat de ambte
lijke wereld meermalen openstond
voor argumenten. Doch de land
en tuinbouwers zelf verzetten zich
niet als groep. O ja, zij kraaiden
als ze geknepen werden, merkte
prof. Edelman op. Maar dan was
het vaak te laat. Zelfs in gemeen
ten waar de agrariërs in de raad
zitten of waar ze wethouder zijn
is het menigmaal gebeurd, dat de
kostelijke bodem een verkeerde
bestemming heeft gekregen.
Natuurlijk zijn er uitzonderin
gen. Te Venlo en te Breda heb
ben agrariërs in de gemeenteraad
tijdig wijzigingen in de plannen
weten te brengen. Cultuurgron
den bleven in stand en droge
zandgronden werden gebruikt
voor woningbouw.
Het is noodzakelijk, dat men als
land- en tuinbouw en bloc zijn
wensen ten aanzien van het ge
bruik van de bodem te kennen
geeft, nog voordat de stadsuit
breidingen op de kaart zijn ge
projecteerd. Vooral de tuinbouw
die vanouds rondom de steden
ligt wordt telkens bedreigd.
Prof. Edelman noemde in dit
verband het tuinbouwvestigings
plan. Bij de samenstelling van dit
plan is men uitgegaan van de
vraag: waar in Nederland liggen
goede tuinbouwgronden Voor
Gelderland heeft men bijv. de
stroken langs de Ysel, in een ge
deelte van de Betuwe en hier en
daar in de Gelderse Vallei aange
wezen. Daarentegen is o.a. de
Achterhoek ongeschikt geacht
voor tuinbouw.
Zo zijn overal plekjes ontdekt,
waar de bodem prima is, niet
duur, niet schaars en waar men
geen stedenbouw te vrezen heeft.
Tegelijk zijn ook de minderwaar
dige gronden, waar geen enkele
agrariër een renderend bedrijf
zou kunnen vestigen, aangewezen.
Men hoopt in de komende jaren
resultaten op dit nuttige werk te
kunnen zien.
zegt Truman.
President Truman heeft het
Congres een raport over 't Mars
hall-plan toegezonden, waarin lijj
zegt, dat West-Europa zijn prij
zen moet verlagen om op de Ame
rikaanse markt te kunnen con
curreren.
„De Ver. Staten moeten van
zelfsprekend bereid zijn, grotere
concurrentie van Europese leve
ranten te aanvaarden, teneinde
Europa financieel onafhankelijk
te helpen maken", zo wordt o.m.
in dit, door de E.C.A. opgestelde,
rapport verklaard.
(Ingez. mededeling, advert.)
Rode Hoestpoeders van Mijnhardt
Doos 45 Ct. WEZP—
Korte Berichten.
Het posttarief voor geschenk-
paketten uit de Ver. Staten naar
Nederland is verlaagd van 14 tot
6 cent per pound. Voor zeven an
dere Marshall-landen geldt een
dergelijke tariefsverlaging.
In Engeland is een 3-jarig kind
na een ziekte van een uur gestor
ven aan een buitengewoon snel-
dodende vorm van kinderverlam
ming. De oorzaak van de ziekte
werd na de dood door een mocros-
kopisch onderzoek van hersenen
en ruggemerg vastgesteld.
De Britse „Cornet" van de Ha-
villand, een lijnvliegtuig met
straalaandrijving, heeft een non-
stop-vlucht gemaakt van ruim
5 uur op een hoogte van 11.600
tot 13.3000 meter. Op het laatste
deel van de vlucht werd in een
uur 940 km afgelegd.
De moordenaar van Gandhi,
Nathoeran Godse, en diens mede
plichtige Narayan Apte, zijn Dins
dagochtend in de gevangenis van
Ambala (Oost-Pendsjaab) opge
hangen.
Een nieuwe Engelse fabriek
voor atoomenergie wordt gebouwd
op een terrein bij Capenhust in de
buurt van Chester (Noord-West
Engeland) Volgend jaar wordt
met de bouw begonnen, waar eni
ge duizenden arbeiders bij betrok
ken zullen zijn.
Stalin heeft Pandit Nehroe, mi
nister-president van India, zijn
gelukwensen met diens 60ste ver
jaardag doen toekomen.
Te Hannover Is een trein uit
Polen aangekomen met 902 Duitse
vluchtelingen uit de voormalige
Oost-Duitse provincies. Volgens
een dezer, de voormalige Duitse
politie-inspecteur Lorsemann, be
vinden zich ongeveer 5.000 Duitse
vrouwen en mannen in Poolse ge
vangenissen en concentratiekam
pen.
ren. Het zal ook wel een moei
lijke taak geweest zijn de juiste
man op de juiste plaats hier te
stellen.
Wij betreurden het persoon
lijk, dat geen theoloog ons in
leidde „De religieuze opvoe
ding". Niet dat de inleider van
deze sectie geen behartenswaar-
dige dingen heeft gezegd, doch
ik zoek altijd in zo'n referaat
naar de kern van sprekers be
toog.
Mijn buurman op bijna het
gehele congres was een zeer be
kend onderwijsman uit G., ook
een Zeeuw.
Wij hadden te zamen al ge
concludeerd, dat we het met de
strekking van het gebodene niet
eens waren. We behoorden dan
ook, bij de 21 debatters, waar
van sommigen, ik hoop niet van
wij, het de vergadering moei
lijk maakten, door „breedspra
kig te zijn".
De inleider gaf wel aan, dat
het kind in zonden ontvangen
en geboren is, maar in zijr. ver
dere beschouwing leak het ons
soms of deze eerste uitspraak
slechts een term was, dus een
vlag om een zekere lading te
dekken. We moeten toch de
waarheid aan durven. In zonden
ontvangen en geboren, gus van
nature „kinderen des toorns".
Hoe sommige kinderen nu on
der die toorn Gods uit komen
en in Christus aangenomen en
Zijn eigendom werden, bleef
steeds achterwege. Een der de
batters stuurde het bewust
daarop aan en vroeg of er dan
toch van buiten al niet iets in
de mens geplant moest worden.
Wij zouden gewoon zeggen, of
een mens niet wederom geboren
moest worden. We meenden,
dat bij de mannen van het Re
veil en om niet meer te noemen
Groen van Prinsterer e.a. in die
tijd daaromtrent geen twijfel en
geen misvatting bestond. Die
raakten altijd de kern der zaak.
Nu hoorden wij veel mooie
woorden en handige zetten,
maar wij waren onvoldaan. Bij
de 21 debatters was ook ver
scheidenheid. De een beweerde
slechts de hulst te kennen van de
inleider de heer V. Hulst, de
ander beweerde, dat hij nu v.
Hulst grondig kende. Jammer
was voor de duidelijkheid en de
oprechtheid, dat we Bart de
deur zagen wijzen. We hadden
eens graag met hem gesproken.
Wellicht had dit verhelderend
kunnen werken. De Voorzitter
oordeelde er anders over.
Ook in de overige secties was
We zouden ze graag geven,
maar
Amerikaanse ijsbrekers vast
in het ijs.
Rusland heeft het Amerikaanse
departement van Buitenlandse
Zaken medegedeeld, dat het twee
op grond van de Leen- en Pacht
wet geleende ijsbrekers niet tegen
1 December zoals beloofd, kan te
ruggeven. daar zij „in het ijs vast
zitten". Waar wordt niet gezegd.
De Amerikaanse marine-auto-
toriteiten hebben, naar gemeld
wordt, uiting gegeven aan hun
verbazing hierover, gezien het
feit, dat de ijsbrekers speciaal
zijn uitgerust om door het zwaar
ste Ijs heen te breken. Zij behoren
tot de modernste ter wereld en
werden in 1944 nagenoeg nieuw
aan Rusland geleend.
een goede belangstelling. Het
waren dagen waarvan een
sterke stimulans uitging voor
onze dagelijkse arbeid, welke
zozeer op de eeuwigheid ge
richt is.
Er waren een 1000 congres
sisten. Waaronder professoren,
doodgewone schoolmeesters uit
alle oorden des lands, kweek
schooldirecteuren en onderwij
zeressen bij het kleuteronder
wijs. Veel dominé's zagen wij en
een der inleiders lichtte ons in,
dat als in ons land één mens
woont, hij een theoloog is, wo
nen er twee mensen, dus twee
Nederlanders, dan hebben wü
een kerk en zijn er drie, dan
hebben wij een scheuring. Bij
de debatten bleek wel, dat de
tegenstellingen groot zijn. Me
nigeen zat soms zijn hoofd te
schudden. Ik meen, dat de liefde
tot ons Chr. onderwijs ons sa
menbond bij alle verschil van
inzicht.
De regelingscommissie deed
voortreffelijk werk. De ont
vangst ten gemeentehuize was
allerhartelijkst. Het was wel een
zeer bont gezelschap dat ge
meentebestuur van Amsterdam.
We zagen er naast elkander
■staan: Mr A. Roos, wethouder,
zijn collega Franke, In 'tVeld en
Sleinmets en de Raadsleden Mr
A. B. Roosjen en tenslotte de
heer Gortzak, die demonstratief
in werkpak binnenkwam.
Het waren in 't kort gezegd
goede dagen voor ons Chr. On-
derwijs, dat we lief hebben en
waar we dagelijks aan mogen
i werken. Geve de Heere ons te
i verstaan, wat we zongen: Bij U
is des levens fontein, in Uw
I licht zien wij het Licht.
M. H. J.
(Van onze Utrechtse
correspondent)
Ter gelegenheid van zijn dertig
jarig bestaan heeft de Bond van
Christelijke Schilderspatroons in
Juli te Utrecht aandacht ge
vraagd voor het werk, dat door
do vakgenoten dagelijks wordt
verricht. Velen hebben de kleur
rijke expositie bezocht, die toen
in de Jaarbeurshallen werd ge
houden.
Thans kwam do boud wederom
naar Utrecht. Deze keer merkte
het publiek er weinig van; de al
gemene jaarvergadering is im
mers alleen voor insiders bestemd.
Toch mag er wei iets van door
dringen naar buiten. Vooral dit,
dat de organisatie der christelijke
schilderspatroons in het afgelo
pen jaar snelle groei heeft ver
toond. Er zijn thans 881 leden,
waarvan er in dit jaar 172 toe
traden.
Deze belangrijke vooruitgang is
te danken aan het op de vorige
jaarvergadering genomen besluit
een eigen bondsbureau en propa
gandist te benoemen.
De heer P. S. Schaafsma te
Leeuwarden, die met de leiding
van het bondsbureau en de daar
aan verbonden werkzaamheden
werd belast, heeft zich op ener
gieke wijze van zijn nieuwe taak
gekweten. Hij reisde metterdaad
stad en land af om christelijke pa
troons te bewegen tot aansluiting
bij de organisatie waarin zij thuis
horen. Zijn activiteit, die zich
vooral tot het Westen des lands
uitstrekte, had tot gevolg, dat bij
voorbeeld in Rotterdam op één
na alle christelijke schilderspa
troons zich schaarden onder het
vaandel van de bond.
Niet overal was de heer Schaaf
sma blijkens zijn eigen getui
genis ter jaarvergadering even
gelukkig. In Zeeland geeft juist
de man, die de christelijke orga
nisatie omhoog zou moeten wer
ken, zijn beste krachten aan een
neutrale bond. Weer elders zit
men zo vastgeroest in plaatselijke
verenigingen, dat men tot aan
sluiting bij een landelijke bond
niet komt.
Maar de heer Schaafsma zeide
ervan overtuigd te zijn, dat de
christelijke organisatie binnen af
zienbare tijd haar duizendste lid
kan inschrijven. Daarbij mag het
niet alleen op zijn werk aanko
men. Grotere activiteit van de le
den is gewenst. Bovendien moet
er propaganda-materiaal voor
handen zijn. Om die reden juichte
de heer Schaafsma de totstand
koming van een daartoe bestemd
fonds toe.
ALGEMENE INSTEMMING.
De werkzaamheden van de heer
Schaafsma werden, gelet op het
luide applaus, ten zeerste door de
vergadering gewaardeerd. Er was
eveneens algemene instemming,
toen het beleid van het bestuur
ter sprake kwam.
Met genoegen nam de heer F.
van der Wey te Leeuwarden,
bondsvoorziter, hiervan kennis.
Overigens liet ook hij de leden
niet zonder vermaan. In zijn ope
ningswoord „Zeifhelp of Over
heidshulp" zette hij uiteen, dat ie
der die zichzelf (door middel van
een organisatie) wil helpen, ook
ten volle moet medewerken.
Hieruit kan men wel conclude
ren, dat de voorzitter helemaal
niets hebben moest van Over
heidshulp. Sterke vrije organisa
ties, dat leek hem ideaal. Vandaar
dat hij over de Vakgroep geen en
kel goed woord had. Gekomen
zonder begeerd te zijn en (als zé
verdwijnt) gegaan zonder bê-
treurd te wezen! Aldus typeerde
de heer Van der Wey het optre
de Vakgroep.
Ook de secretaris van de bond,
de heer C. C. Hengeveld te Zwol
le kwam menigmaal aan 't woord
op de jaarvergadering. Des mid
dags gaf hij een verhandeling
over vrije organisaties en publiek
rechtelijke bedrijfsorganisatie.
Buiten de huishoudelijke zaken
werden ter vergadering nog eiit
kele voorstellen behandeld, af
komstig van de ondernemers in
het bedrijfsleven. Het eerste be
trof de viering van de nationale
feestdag. Voorgesteld ls de eerste
Zaterdag na 4 Mei hiervoor per
manent te bestemmen. De pa
troons zouden dan hun personeel
een halve dag vrijaf moeten ge
ven. Het bondsbestuur ging hier
mede accoord, doch meende, dat
niet alleen de patroons een offer
moeten brengen. Het stelde daar
om voor de gezellen in de vijf
voorafgaande dagen een half uu£
langer te laten werken, opdat da
werkgever én de werknemer er
iets voor doet.
Het tweede voorstel betrof de
vacantiespreiding. Men wil de pa
troons in het Noorden, Midden en
Zuiden des Lands op verschillende
tijden vacantie laten nemen.
De Gaulle wil volksstemming
in Europa.
Generaal De Gaulle heeft gis
teren in een pers-conferentie er
op aangedrongen dat er onder de
Europese volken een volksstem
ming zal worden gehouden, ter
beantwoording van de volgende 3
vragen
1. Bent u voor een Verenigd
Europa, speciaal op de gebieden
van economie, cultuur en lands
verdediging?
2. Wenst u mede te werken aan
het tot stand komen van een fe
deraal orgaan van Europese vol
ken, dat tot taak zal krijgen lei
ding te geven aan deze eenheid?
3. Wenst u dat er verkiezingen
zullen worden uitgeschreven voor
een Europese wetgevende verga
dering?
Volgens Generaal De Gaulle is
de bestaande „Raad van Europa"
interessant als studie-groep, doch
waardeloos als instrument, waar
van daadwerkelijk actie moet uit
gaan.