vezspiigeen watei
Op 1 Augustus 1299 werd Wolfert van
Borssele te Delft vermoord.
Liever veertig kilometer over de Veluwe dan vijf kilo
meter over een smalspoor.
Goederentrein ontspoord en gedeelte
lijk verbrand.
Hjj was de eigenlijke heerser in
Holland en Zeeland.
EDNA EARL
Zeenwse Wandelingen
De tweede dag is de zwaarste dag.
Het Nederlands Beheers
instituut.
Vervaaritik gekraak wekte SS£'wt,End*,S,S
inwoners uit hun slaap. I ter plaatse.
Arts reilde vier mensen uil
Noordiiollandskanaal.
De ramp van de „Franeker".
i Brieven van een!
Emigrant
FEUILLETON
Ónze- Uve+tsstandaacd.
Schele hoofdpijn
x."AKKERTJE
Politiek bij de pannekoek.
Zaterdag 30 Juli 1949
ZEEUWSCH DAGBLAD
Pagina 3
(Door A. Nijman, Marine-correspondent.)
't Is nog donker als we de volgende morgen ontwaken. En in
't donker pak je je spullen In, kauw je haastig wat droge kakie's
die je weg spoelt met 'n mok kampongwater. Rugzak om, helm op,
strootje in je mond en daar ga je weer. „De 2e dag is altijd de
zw aarste", zeggen de jongens die 't weten kunnen. En ze hebben vallen, de bergen rondom zijn nog
gelijk, 't Terrein wordt er trouwens ook niet gemakkelijker op. 't
Is heuvelland en 't smalle paadje loopt midden door de kampongs.
Met andere woorden: blubber, 't Wordt klimmen, dalen en bagge
ren. Da's allemaal nog wel te doen. Maar dan komt een gedeelte,
dat compagnie „Y" zich nog lang zal heugen. Dat stuk „deceau-
ville-spoor".
't Is ook op deze avond, dat vloot-
predikant Stoppelaar, die de hele
tocht heeft meegelopen, een
avondsluiting houdt.
Alles komt er bij zitten: Pro
testanten en Katholieken en zij
die „nergens-an-doen". Dominee
spreekt over de plaats van de
godsdienst in het militaire leven
en het durven uitkomen voor je
geloof. De schemering is al ge-
Een spoorbaan door 't djatibos,
waarover 't hout wordt vervoerd.'
„Aha" denken we de eerste 10
meter, „harde grond onder de voe
ten. Da's zo". Maar na 50 meter
hebben we er al schoon genoeg
van en na 100 meter voelen we,
dat we gek beginnen te worden.
Tureluurs van 't overwippen van
biels op biels, die soms slechts een
onderlinge tussenruimte hebben
van nauwelijks 20 cm., duizelig
van de grond die je onder je door
ziet schuiven. Maar we moeten,
't kan niet andérs, want aan beide
zijden van de ra.ls staat het water
twee voet hoog. Na 3 kilometer
wordt de trip even onderbroken,
't Is te gek. Maar de rust duurt
niet lang. Verder moeten we, als
maar verder. En weer dezelfde
lijdensweg. Bielsen, steeds maar
bielsen. Eén struikelt er. Met een
klap slaat-ie voorover. Maar ge
lukkig geen brokken. Mopperend
krabbelt-ie overeind en huppelt
verder. Nee, je kunt beter 40 kilo
meter over de Veluwe lopen dan
5 kilometer hier over zo'n smal
spoor. Maar aan alles komt een
eind. Er staat een grote kampong
rechts van de weg. En hoopjes
klapperbomen er omheen.
't Moet voor de heer des huizes
anders wel een vreemd gezicht
zijn geweest, al die mariniers, die
als een blok z'n woning komen
binnenvallen, op stoelen, baleh-
baleh's, op de vloer,' niet meer in
staat om „pap" te zeggen.
Er wordt koffie gezet en men
draagt klappers aan; langzaam
komen we weer bij.
Ruim l',2 uur rusten we uit,
voor we aan de laatste paar kilo
meters beginnen, die ons nog van
het bivak scheiden.
Daar ontmoeten we ook onze
compagnie „W". Willem, die ge
lijk met ons uit Padangan was
vertrokken, maar die 'n andere
weg had genomen. Maar wij moe
ten verder. Wij willen bivak zoe
ken, klamboe spannen,, rust heb
ben.
't Is nog een taai endje dat
laatste, maar eindelijk dan toch
belanden we in een kampong,
waar we de nacht zullen door
brengen. De 2e en zwaarste dag
zit er op.
Verder.
De derde dag doen we 't rustig
aan. We vertrekken vroeg en leg
gen nauwelijks 10 kilometer af.
Om 11 uur liggen we alweer in
bivak. Enhier kunnen trucks
komen, wat tevens wil zeggen:
Een vette hap vanmiddag.
Baboe's worden opgescharreld
om de was te doen. Er zijn Chi
nezen, waar je nasi kan schaften
en de eieren kosten 15 cent. Kort-
Jaarverslag 1948 verschenen.
Het Nederlandse Beheersinsti
tuut is gedurende het afgelopen
jaar gekomen tot een sterk gera
tionaliseerde formatie van zijn
apparaat. Op verschillende be
langrijke gebieden is de liquidatie
van het vermogensbeheer reeds
tot stand gebracht, aldus het zo
juist verschenen verslag van de
werkzaamheden van genoemd
Instituut in 1948.
Het aantal onder beheer staan
de vermogens daalde in de ver
slagperiode belangrijk. Het be
heer over 35.211 vermogens in
eigen beheer en over 3612 ver
mogens in vreemd beheer werd
opgeheven. Bovendien werden
2444 vermogens vreemd beheer
overgenomen in eigen beheer.
De omstandigheid dat aan het
Nederlandse Beheersinstituut de
bevoegdheid werd verleend, ver
mogens beneden f 5000.zelf
standig op te heffen, is van grote
invloed geweest op het versnelde
tempo der opheffingen.
Ook de liquidatie van het vijan
delijk vermogen vorderde gestadig
per ultimo 1948 waren door de
bureaux van vertegenwoordigin
gen 1153 vermogens volledig geli
quideerd. Bovendien waren per
genoemde datum nog 332 bedrij
ven tot een bedrag van plus minas
f 35.000.000 verkocht.
ONZE VIJFDAAGSE
II en slot
om we nemen het ervan deze dag.
Wij komen bij en hebben rust.
Dan, de 4e dag komen we in de
djatibossen. Bergachtig terrein.
Maar waar bos is, is ook schaduw, j hoorlijk
maar flauw te onderscheiden.
Honderden kikkers in de sawah's
hebben hun eentonig nachtlied in
gezet. Zacht ruist de wind door 't
bamboe-doerie. En dan klinkt
plotseling een couplet van ons
volkslied. Zwaar bassen de stem
men van jonge Hollanders door de
Indische avondstilte: „Mijn schild
ende betrouwen, zijt Gij, o God,
Mijn Heer
De laatste 6 kilometer.
't Heeft geregend, de afgelopen
nacht. Zware bonken klei onder
je schoenen, gladde bodem, blub-
I berwegenEn dat is nog niet
alles. Er moeten nog even een
paar „heuveltjes" genomen wor
den, zo van 60 graden; een kwar
tier om 10 meter te stijgen, 3 se
conden om alles weer ongedaan te
maken. Tja, 't kost nog een be-
druppeltje zweet, die
En dat scheelt veel. Achttien kilo- j laatste 6 kilometer,
meter tippelen we vandaag en we Maar we zijn net paarden, die
lopen ze met plezier, ondanks 't de stal ruiken. Op de grote weg
zware terrein, ondanks het ruwe gekomen zetten we er nog even de
pad over die rotsbodem. Eigenlijk spurt in en post Mantroe weet
voor we het zelf weten, hebben niet wat ze ziet, als compagnie
we de afstand afgelegd.-Klamboe's „IJsco" daar model komt aanmar-
worden weer gespannen en gretig cheren, onder het zingen van:
happen we weer in de kaakjes. „Zie ginds komt de stoomboot".
Het blussen van de brand nam
Gisterochtend te 3.50 uur is, in geruime tijd in beslag. In de bran-
cle omgeving van het station Ede- dende wagons, die van Tsjechische
Y\ ageningen, een goederentrein en Hongaarse origine waren, be-
van zestig wagons, getrokken j vond zich een lading lompen en
door een electrische locomotief,1 oud papier,
op de lijn UtrechtArnhem ont
spoord en in brand gevlogen. De
omwonenden werden opgeschrikt
door een vervaarlijk gekraak en
een aanhoudend gerommel, dat
deed denken aan een losbarstend
onweer.
Zal de E.C.A. de verstrekking
van de aankoopmachtigingen
moeten staken?
Functionarissen van de E.C.A.
verklaarden gisteren, dat de ver
strekking van aankoopmachtigin
gen waarschijnlijk Zondag a.s. na
middernacht zal moeten worden
gestaakt, tenzij de Senaat de
E.C.A.-begroting voor 1949/50
goedkeurt, of het Congres het
verlenen van een nieuw overbrug
gingsvoorschot toestaat.
Op het ogenblik schijnt het twij
felachtig, of de Senaat, die het
begrotingsontwerp tot herover
weging aan de begrotingscommis
sie heeft teruggezonden, dit ont
werp tijdig genoeg zal terugont
vangen om nog voor Zondag een
beslissing te kunen nemen.
Stoffelijke overschotten van
Amerikaanse journalisten te
New York aangekomen.
Donderdagochtend vroeg heeft
een op het vliegveld van Idlewild
geland speciaal K.L.M.-vliegtuig
de urnen aangebracht, waarin
zich de as bevindt van de gecre
meerde stoffelijke overschotten
van tien bü de ramp van de
„Franeker" te Bombay omgeko
men Amerikaanse journalisten.
Nadat het vliegtuig met zijn
droeve last tot stilstand was ge
komen, werden eerst verscheidene
grote bloemstukken uitgeladen.
Vervolgens werd de omfloerste
kist, waarin zich de tien urnen
bevonden, eerbiedig uit het toestel
gedragen. De kist werd overge
dragen aan de vertegenwoordigers
van het Amerikaanse ministerie
van buitenlandse zaken, dat voor
doorzending van de urnen aan de
familieleden der overledenen zal
zorg dragen.
Weet U dat met de toeslag
van de „VERGEET-HEN-NIET"-
POSTZEGELS getracht wordt
leed te verzachten? Hier en in
Indonesië.
Koop daarom NU „VERGEET-
HEN-NIET"-POSTZEGELS voor
al Uw post.
,1 In de late avond van Woensdag
»rote verkeLsweg te WagStagen'is een uit 'l Zand afkomstiSe luxe
was de 24stfwagL van dSe goefe" aut0 aa" de ?yksWeS AUtmaar-
6 Den Helder tegen een langs de
weg geparekerde personenwagen
rentrein waarvan aangenomen
wordt, dat een der assen is ge
broken uit de rails gelopen,
gereden en vervolgens in het ter
,i„plaatse zeer diepe Noordhollands-
kanaal verdwenen. Even tevoren
trLn in en over^r schoof waren hier een ™t°rrüder
terwijl een vijftal wagons in brand
geraakte.
De locomotief was intussen, met
de eerste 23 wagons, nog een zes
tigtal meters doorgereden en
gevolge van het springen van een
band tegen de grond gesmakt,
waarbij medische hulp noodzake
lijk bleek. Dr Verheul uit 't Zand,
kwam vervolgens tot stilstand, w£J?f
omdat de stroom weeviel i verzorSen. beSaf zlch met de land"
Het mag als een gSeluk worden ^Mefzeer veTmo^ slaag"
wagens waLfn zkh zestig ton tende" da °"d^ wa*r
benzine bevond, werd verbroken.
De ravage op de lijn is groot.
Het bovennet is gedeeltelijk ver
nield en het treinverkeer onder
vond vertraging in beide richtin
gen. Men hoopt spoedig het ver
keer over enkel spoor te kunnen
hervatten.
De dienst van tractie uit Arn-
verdwenen auto, de bestuurder
Doenens uit 't Zand en drie vrou
welijke familieleden, op de wal te
brengen, waar zij werden over
genomen door de chauffeur van
een ziekenwagen uit Schagen, die
voor het motorongeval was ge
waarschuwd.
(Ingez. mededeling, advert.)
Door de verrekijker VI.
Door
langdurige
droogte
watervoorraden^,
beperkt!
DE DIRECTIES DER WATERLEIDINGBEDRIJVEN OP WALCHEREN
NIEUW ZEELAND.
Er zijn hier geen paarden op
de boerderij. Wel een tractor om
op het land te werken. Met de
vrachtwagen brengen we de
melk naar de kaasfabriek, niet
zo heel ver hier vandaan, en dan
is er ook nog een luxe auto.
We hebben twee dagen ge
maaid bij een zwager van de
baas, hier een paar mijl vandaan.
Eén dag bruine klaver en één
dag erwten. De klaver was goed,
maar de erwten waren het niet.
Ze waren niet slecht, maar ston
den te dun.
De andere Hollander werkt
hier in de buurt. Samen zijn we
naar het stadje geweest op een
marktdag. In de winkels vroeg
iedereen of wij Hollanders wa
ren. Het had in de krant gestaan.
Ze weten goed, dat Abel Tasman
dit land naar het oude Zeeland
noemde, toen hij het ontdekte.
Op de markt kostten de biggen
vijftien tot twintig gulden, en de
lopers waren zowat vijf en ze
ventig gulden. Grote varkens
hebben ze, geloof ik, hier niet.
Ik zag er tenminste niet één.
Alles is voor export.
De baas laat me maar zo'n
beetje doen en draagt mij zelden
wat op. Waarschijnlijk wil hij
me even tijd geven om me in te
werken.
Van de week heb ik een nieuw
mesje in het maaimachinemcs
gezet en het hele mes geslepen
op een electrisch voortbewogen
j steen. Ook zette ik een nieuwe
plank in de vrachtwagen. Wat
bij ons de smid en de timmer
man doen, doe je hier zoo'n
beetje zélf. „Aanpassen" weet je
nog? Soms krab je je wel eens
achter je oor, maar „Luctor et
Emergo" heb ik eens ergens zien
staan.
Gisteren moest ik kool planten
in de tuin.
Ik vroeg, hoe ver ze van elkaar
moesten.
„Doe het maar op zijn Hol
lands", zei de baas, „dan
groeien ze misschien beter dan
bij ons."
Over die tuin zelf vertel ik
je een andere keer wat.
Naar het Amerikaans
door BESSY KIVING
91) o—
Zij trok haar hand uit zijn
arm, toen zij bij de oranjerie
waren en zei haastig met een
verlegen blik op Edna:
„Ik ben bang, dat ik je on
verantwoordelijk lang heb la
ten wachten, maar meneer Mur
ray had zoveel mooie dingen om
mij te laten zien dat ik hele
maal vergat, dat wij je hier al
leen hadden achtergelaten."
„Ik geloof, dat je moeder zal
denken, dat ik met je ben weg
gelopen. En daar ik een af
spraak heb, moet ik je nu groe
ten en je hier in de hoede van
meneer Murray achterlaten, of
nu dadelijk met je naar het
huis teruggaan."
Edna's stem was vast en kalm
en toen zij het Franse blad te
ruggaf aan Norman, zag zij hem
vol in het gelaat.
„Heb je het al gelezen", vroeg
hij, haar met een van zijn scher
pe onderzoekende blikken aan
ziende.
„Neen, ik heb het niet eens
opengevouwen, daar ik mij niet
interesseer voor de Europese
politiek. Gertrude, wil je mee
gaan of hier blijven?"
I „Meneer Murray stak zijn
hand uit en nam die van Ger
trude in de zijne.
„Vaarwel tot morgen. En ver-,
geet uw belofte niet."
Hij wendde zich om en ging
in de richting van de stallen.
Zwijgend liep Edna op het-
huis toe tot plotseling Gertru-j
de's zachte vingers de hare om-|
sloten.
„Edna, ik hoop, dat je niet
boos op mij bent. Geloof je wer
kelijk, dat het verkeerd van mij
is om met meneer Murray te
praten en zoveel van hem te
houden?"
„Gertrude, je moet zelf oor
delen over de al of niet behoor-!
lykheid van je gedrag. Ik zal!
mij niet aanmatigen je te ra-i
den; maar het feit, dat je niet'
bereid bent je eigen moeder te
vertellen, wat je doet, moest je
waarschuwen goed toe te zien
op je hart. Als een meisje bang
is haar moeder te vertrouwen,
zou ik denken, dat er wel oor
zaak voor ongerustheid is."
Zij waren tot aan het huis
gekomen en mevrouw Powell
kwam hen tegemoet.
„Waar zijn jullie beiden toch
zolang geweest? Ik heb een half
uur op je gewacht. Edna, kom
ons eens opzoeken. Het is erg
saai in de pastorie en jouw be
zoeken worden zeer op prijs ge
steld. Ze vrolijken ons op. Kom,
Gertrude".
Toen Gertrude haar vriendin
kuste, fluisterde zij:
„Wees niet boos op mij, lieve.
Ik zal denken aan wat je gezegd
hebt en nog vanavond met
mama er over spreken."
Edna zag moeder en dochter i
de lange oprijlaan afgaan en
daarop ging zij vlug naar bo-[
ven, zette haar hoed op en liep
snel het park door in een tegen
overgestelde richting.
Ongeveer anderhalve mijl van
Le Bocage, op een kronkelend'
en weinig begaan pad, dat leid-1
de naar een zaagmolen, stond
een klein houten huisje met
slechts twee kamers. Het voor-]
tuintje was verwaarloosd en voli
onkruid en het hekje hing!
scheef in zijn roestige hengsels.]
Edna liep de vervallen stoep
op en zonder stil te staan om te
kloppen, ging zij een van de ka
rig gemeubileerde kamers bin
nen.
Op een krib in een hoek lag
een man op leeftijd, in het laat
ste stadium van tuberculose en
aan zijn zijde, druk bezig te
breien, zat een kind van onge-
veer tien jaar oud, welks lief,
bleek gelaat die roerende uit
drukking van geduld en lijd
zaamheid droeg, zo eigen aan
blinden. Hulda Reed had nooit
het licht gezien, maar een won
derlijke verandering kwam op
haar gelaat, toen zij Edna's
lichte voetstap en haar zachte,
heldere stem hoorde.
„Hulda, hoe gaat het met je
vader vandaag?"
„Niet zo goed als gisteren,
maar hij slaapt nu en zal wel
wat beter zijn, als hij wakker
wordt."
„Is de dokter hier geweest
vandaag?"
„Nee, hij is hier sedert Zater
dag niet geweest."
Edna stond een ogenblik te
kijken naar de zware, moeilijke
ademhaling van de slaper en
haar hand op Huida's hoofd leg
gende, fluisterde zij:
„Wil je graag, dat ik je van
avond wat voorlees Het is
laat, maar ik zal nog wel de tijd
hebben voor een paar verzen?
Hij wordt er niet wakker van."
Het kind stond op, spreidde
haar handen uit en tastte 'de
weg door de kamer naar een
klein tafeltje, waarvan zij een
oude Bijbel nam. De twee meis
jes gingen samen bij het raam
op het Westen zitten en Edna
vroeg:
„Is er een bizonder hoofdstuk,
dat je graag zou willen horen?"
„Lees als 't u blieft van de
blinde Bartimeüs, die aan de
weg zat" op Jezus te wachten."
Edna zocht dat gedeelte op
en las het op gedempte toon
voor. In vurige belangstelling
zonk Hulda neer op haar
knieën, liet haar magere han
den rusten op Edna's schoot en
hief haar lief gelaat met zijn
grote, lege, droevige bruine
ogen naar haar op.
(Wordt vervolgd.)
VOOR DE ZONDAG
Want ook Christus heeft zichzelven niet behaagd.
Rom. 15 3a.
Verschillend wordt er ge
sproken over onze Christen
plichten in deze tijd, maar
eenstemmigheid moet er zijn
over het beginsel van ons
christelijk leven. Voor hen die
zich bewust naar Jezus Chris
tus noemen, is er voor hun
christenstand in deze wereld
maar één standaard. Zij weten,
dat hun leven gestandaardi
seerd moet worden om ande
ren van de waarde van het
Chr. beginsel te kunnen over
tuigen.
Het definitieve beginsel is en
blijjt de Christus, Die was, Die
is en Die komen zal. Wee de
Christen, die bij het spreken
over zijn plichten dit beginsel
vergeet of verwaarloost. Het
indrukwekkende en het be
vrijdende van Christus' optre
den op aarde lag voor Zijn
tijdgenoten hierin, dat Hij
Zichzelven niet heeft behaagd,
niet zijn eigen welzijn heeft
gezocht" (vert. Brouwer). Je
zus Christus is voor de wereld,
voor Zijn gemeente, voor de
gelovige geworden, wat Hij ge
worden is, door niet zichzelf te
zoeken.
Onze samenleving en helaas
vaak pok ons kerkelijk leven,
wordt telkens weer bedreigd,
bevlekt en geschonden, door
dat mensen liefdeloos zichzelf
behagen en in het zien en ver
vullen van hun plichten alleen
met eigen gevoel rekenen. In
Christus leven was niet het
gevoel de beslissende factor,
maar de wil des Vaders tot
heil pan anderen. De Evange
liebladen berichtten ons hoe
Hij anderen hielp en daarin
de Vader wilde eren. Zo leidde
Zijn weg naar Gethsemané en
Golgotha, maar Zijn schijnbare
nederlaag werd de grootste
overwinning.
Wij moeten ons leven weer
gaan richten naar deze stan
daard, dan zullen genezende
krachten gaan werken in onze
zieke samenlevingDan kun
nen wij niet meer tevreden
zijn met een minimum-Chris
tendom.
Lezer, hebt gij op menig
terrein deze standaard losge
laten? Heeft de grote Calvijn
niet gezegd, dat de hoofdsom
van het christelijk leven de
verloochening van onszelf is?
Wie zich noemt naar Calvijn,
houde zich daaraan! Wie zich
noemt naar Jezus Christus,
wijke daarvan nooit af! Ge-
doopten, gelovigen! Wij zijn
des Heeren. Wij zj niet van
onszelf en moeten daarom ons
zelf en het onze kunnen ver
geten om onze vreugde te vin
den in Hem en de Zijnen. Pro
beert uw oude leven van zelf
zucht niet kunstmatig bij te
werken en te fatsoeneren.
Breekt daarmee radicaal en
ziet op uw enige standaard:
Jezus Christus de Gekruisigde
en Verrezene. Anderen zullen
zich aan u oriënteren, zodra
gij u geed hebt georiënteerd.
Niet zichzelven behagen, dan
werken ook nu nog de verzoe
nende, bevrijdende en herstel-.
lende krachten tot eer van
Hem, Wiens eigendom gij zijt.
Goes.
J. KARELSE.
De invlieger van de Havïlland Cy., kapitein John Cunningham,
heeft een proefvlucht gemaakt met het eerste Engelse ver
keersvliegtuig met straalaandrijving, de De Havilland Cornet
(D.H. 106). Het vliegtuig, dat in het geheim werd gebouwd,
heeft naar achter lopende vleugels en bereikt een snelheid van
800 km. per uur. Het biedt accomodatie aan 36 passagiers. Ver
wacht wordt, dat er in 1952 met zestien van deze toestellen zal
worden gevolgen op de landen van het Britse Gemenebest.
De D.H. 106 op het vliegveld Hatfield te zamen met het
dwergtoestel D.H. 108, dat een snelheid kan ontwikkelen, die
groter is dan het geluid.
(Ingez. mededeling, advert.)
Ergens in de eenzame streek
ten Noorden van Oldenzaal is een
uitspanning, die bekend is om de
lekkere pannekoeken, die er wor
den opgediend.
Dezer dagen, zo vertelt het Alg.
Handelsblad, kreeg deze ultspeo
ning bezoek van een vriendelijke,
gebrilde heer, die verklaarde, dat
hij eens van de specialiteit van de
zaak wilde genieten. Een geani
meerd gesprek ontstond, waarbij
de eigenaar vertelde, dat één ding
hem in de politiek slecht aan
stond, nl. de maatregelen van
minister Lleftlnck. En hij liet zich
over deze bewindsman in niet al
te vleiende woo «den uit.
De gebrilde heer bleef vriende
lijk, hij roemde de spekpanne-
koeken en zelde toen hij vertrok:
„Als u eens in moeilijkheden
mocht komen, kunt u wel bij m(j
terecht. Ik ben minister Lleftlnck
zelf!"
De zangver. „Nieuw Leven" te
Stavenlsse maakte haar jaarlijks
uitstapje naar Leuven, Brussel en
Antwerpen en de knapenver.
„Samuël" trok naar Wester-
Schouwen.
Maandag 1 Augustus a.s. zal
het juist 650 jaar geleden zijn, dat
Wolfert van Borssele, heer van
Veere, te Delft door een volks-
menigte werd vermoord.
Het geslacht van Borssele was
één der voornaamste adellijke ge
slachten uit Zeeland en tevens één
van de oudste. Volgens de legende
had een zekere Luitpold (of Lip-
pold) de Zeeuwse eilanden en j
schorren zó goed tegen de Noor- j
mannen verdedigd, dat hij door
Lodewijk de Vrome (838) werd
beloond met de schenking van|
enige goederen, o.a. Borssele en
het hele eiland Zuid-Beveland
„met de weiden, wildernissen en
wateren daarin gelegen". Deze
man zou dan de stamvader zijn
van het geslacht van Borssele.
Heren van Veere.
Vele eeuwen later vinden we
verschillende takken van deze fa
milie, zoals Borssele van Veere,
van Brigdamme, van Kortgene,
van Maartensdijk. De Heren van
Borssele van (der) Vere waren
ongetwijfeld de meest bekende en
machtigste edellieden gedurende
enkele honderden jaren. Zij resi
deerden op hun prachtig kasteel
Sandenburg, even ten Westen van
Veere gelegen; door mijnsHeren-
poorte voerde een met hoge en
statige eiken beschaduwde weg
erheen.
Er is niets meer van over; een
stuk land met nogal stenen er in
heette in de volksmond altijd „het
kasteel", het was de plaats waar
eens het oude kasteel stond. Toen
in 1944 de dijk bij Veere stuk ge
bombardeerd werd en Walcheren
onder water liep, zijn hier enkele
diepe kreken ontstaan, waarvan
er een juist zijn weg nam door
dit stuk land en de fundamenten
van Sandenburg bloot woelde;
enkele steenbrokken van dit
bouwwerk uit het verleden zijn nu
een armzalige herinnering van
wat eens én der mooiste kastelen
van ons land was
De Wolfert, over wie'wij thans
schrijven, was één der edelen uit
dit geslacht. Volgens sommige ge
schiedschrijvers was hij de eerste
Heer van Veere, anderen noemen
zijn vader de eerste Heer. Door
hem of zijn vader is het kasteel
gebouwd.
Beatrix van Holland, de gemalin
van Floris V, die deze schenking
bekrachtigt. En al is nu een on-
versterfelijk leen practisch bijna
hetzelfde als vrij eigendom, deze
handelwijze wekt Wolferts toorn
op en met nog een dertigtal an
dere Zeeuwse edelen zweert hij
trouw aan de graaf van Vlaande
ren, Hollands oude erfvijand. Deze
doet een inval in Zeeland, maar
de tocht verloopt slecht voor hen.
En omdat Floris V de Zeeuwse
edelen niet best missen kan, ver-
LXXXVII.
Geen vriend van Floris V.
Hij leefde in de tijd van Floris
V, de bekende graaf, die door de
edelen vermoord werd. Deze Flo
ris heeft veel gedaan voor de wel-
vaart van het land en de bloei der
steden, maar aan sommige edelen
ontnam hij hun bezittingen, waar
na zij deze weer in leen konden
terugkrijgen. Dat was één der
grieven van zijn moordenaars,
maar ook Wolfert van Borssele
werd op dezelfde manier behan
deld. We lezen dat hij en zijn
vrouw Sybille (Sibilië) hun goe-
deren te Veere en Zanddijk in on-
versterfelijk leen ontvangen van'
zoent hij zich met Wolfert en ver
geeft hem zijn ontrouw. Of deze
verzoening van de kant van Wol
fert oprecht gemeend was, is de
vraag, want er wordt wel be
weerd, dat deze ook de hand had
in de moord, die in 1296 aan het
leven van Floris V een eind
maakte.
Heerser over de jonge graaf
Jan.
Nu zal diens zoontje Jan I re
geren, een zwak en ziekelijk jon
getje van nog nauwelijks 12 jaar
oud. Hij is op 't ogenblik in En
geland bij zijn verloofde, Elisabeth
de dochter van de Engelse koning.
Dat verloven en trouwen ging
toen bij de vorsten tenminste
een beetje anders dan tegen
woordig. Zo was vanaf Jans ge
boorte al beslist, dat hij met Eli
sabeth zou trouwen, wat ook in
129? is gebeurd, Jan I was toen
pas 12 jaar geworden!
En nu wordt het de dag voor
Wolfert van Borssele, de eer
zuchtige edeleman uit Veere. Hij
zal er wel voor zorgen, dat hij dit
zwakke graafje onder zijn macnt
krijgt, en dit is hem wonderwel
gelukt.
Graaf Jan van Avennes (Hene
gouwen), de neef van de nieuwe
graaf Jan 1, biedt aan, zijn nog
minderjarige neef te heipen, hij
wil er desnoods wel voor in Hol-1
land blijven. Maar zo'n dwars-
kijker kan Wolfert niet gebruiken
eri hij geeft hem zo'n onvriende
lijk antwoord, dat de Henegouw
se graaf naar zijn eigen land
freict, Upgeruimd staat netjes, zal
Woltert gedacht hebben. Daarom
verbant hjj de edellieden Dirk van
Brederode en Jan van Renesse,
heer van Moermont, uit vrees, dat
ze te veel invloed op de jonge I
graai zullen krijgen.
En om de glorie van zijn eigen
geslacht te verhogen trouwt hij
na de dood van Sybille met Catha-
rina van Teylingen, de schone we
duwe van Heer Albert van Voor-
ne, terwijl zijn dochter trouwt
met een jonkheer van Voorne en
de familie van Voorne is een
voornaam geslacht!
Edellieden, die hem een sta-in-
de-weg waren, werden dus opge
ruimd, de kleine graaf, een kind
nog, was na zijn terugkomst uit
Engeland volkomen aan Wolfert
overgeleverd en vertoefde ook
meestal te Veere. En dan behaal
de hij nog een paar overwinningen
op de oproerige West-Friezen en
op de bisschop van Utrecht. Wol
fert van Borssele was eigenlijk
de heerser in Holland en Zeeland,
al was de onbetekenende Jan I
het in naam.
Einde van zijn macht.
't Zijn sterke benen, die de
weelde van macht en heerschappij
kunnen dragen. Echter niet sterk
genoeg voor heer Wolfert van
Borssele. Hij kreeg ook de steden,
door Floris V in vele opzichten
bevoordeeld, tegen zich en dat is
zijn ondergang geworden. Het be
gon in Dordrecht, waar de eens
gegeven privilegiën werden ge
schonden, waar zijn handlanger
baljuw Aloud de burgers in hun
rechten te kort 'deed, waar men
ook uit handelsoverwegingen
niet Zeeuwsgezind was. Na een
vergeefs beleg vertrekt hij naar
Den Haag, waar graaf Jan zich
op dat ogenblik bevindt. Hij voelt
zich daar echter niet veilig en wil
naar Veere terug. Bang dat
iemand anders invloed zal krijgen
op de graaf, voert hij hem mee en
vlucht uit Den Haag; om een ach
tervolging te doen mislukken laat
hij alle bruggen achter zich af
breken. Zo bereikt hij Vlaardin-
gen en gaat op een schip om van
daar naar Zeeland te zeilen. Te
genwind houdt hem echter tegen
en het verzamelde volk, dat van
de vlucht en de gravenroof ge
hoord heeft, bemant andere sche
pen ,ze halen hem in en brengen
hem naar Vlaardingen terug. De
graaf wordt naar Den Haag te
ruggebracht, maar Wolfert wordt
op liet Stenenhuis te Delft gevan
gengezet. Het tierende volk eist
zijn uitlevering, ook enkele edelen
zijn van de partij, onder de kreet:
„Levert de verrader uit, anders
steken we de gevangenis in
brand". En als hieraan tenslotte
wordt voldaan, grijpen bloed
gierige handen hem beet en en
kele ogenblikken later ligt er „een
onherkenbaar bloedig menselijk
overblijfsel" op de straat. Zijn om
genade smekende vrouw kan de
ruwe dood niet verhinderen. Van
zijn eerste vrouw had hij 5 zoons
en 2 dochters, zijn oudste zoon
Wolfert II volgt hem op als Heer
van Veere.
Drie maanden later sterft de
altijd sukkelende graaf Jan I kin
derloos en nu komt diens neef
Jan van Henegouwen opnieuw
naar Holland om hier als Jan II
te regeren.
Eieren aanzienlijk
goedkoper?
Op de algemene ledenverga
dering van de Vereniging van
boerderijen en pluimveefokbe-
drijven, die te Apeldoorn is ge
houden, heeft de inspecteur van
Landbouw, ir J. C. Tukker, ge
zegd te verwachten, dat de eier-
prijs binnen veertien dagen
aanzienlijk zal dalen.