mmsm&m Kalland op z'n smalst? De dierenwereld m de Poolzee. AKKERTJE De laatste begroting van Overzeese Gebiedsdelen Hoe zal onze vertegenwoordiging in Duitsland worden? Onderofficierencorps moet een sieraad van bet leger worden. FDNA EARL MET DE „MIJDRECHT" NAAR DE ZUIDPOOL. (VII) I Korte Berichten. Gevechten op leven en dood worden vaak geleverd. Dat gelooft tenminste oud-Min. Jonkman. FEUILLETON Zelfstandige kleine Staten. Zaterdag 28 Mei 1949 ZEEUWSCH DAGBLAD Pagina 3 - m De procureur-generaal in In- De dierenwereld heeft men zou dat niet zo gauw verwach ten aan de Poolgebieden talrijke vertegenwoordigers. De zee is er in de eerste plaats rijk aan plankton, microscopisch kleine wezens, en aan garnalen. Voor de grotere dieren vormen deze kleine dieren de grootste bron van voedsel. De gehele reis ver gezelden ons vogels in een bonte verscheidenheid. De whalebird (de walvisvogel), prachtig wit van kleur, het stormvogeltje en de Kaapse duiven, die wel iets hebben van onze scholeksters en verschillende soorten meeuwen. De albatros, de koning der vlie gers In dit gebied, die wij op de hele *eis vanaf de Kreeftkeer- kring tot aan de „roaring forties" om ons heen konden zien vliegen, heb ik in de Poolzee zelf niet gezien. Bij duizendtallen vliegen al deze vogels rond de walvisvaarder, azend op het slacht afval. Nu drijft er tijdens het visseizoen in de Poolzee genoeg afval om alle vogels van de wereld te voeden maar toch worden er om nietige stukjes hevige gevechten geleverd. Ook de vogel maatschappij schijnt niet ideaal te zijn. Zeeluipaarden en zeeolifanten, die we geregeld op het pakijs een dutje zagen doen, behoren ondanks hun mooie namen niet tot de families van olifanten en roofdieren, maar heel gewoon tjes tot de familie der robben en hebben dus niets meer adel dan onze zeehonden. Wel zijn de reehonden aan de Poolgebieden heel wat groter dan onze goed moedige robben en de Orca is terecht berucht om zijn vraat zucht. Het beest is tenminste in staat alles aan te vallen wat in de buurt van zijn verschrikke lijke kaken komt en staat dan ook algemeen als schrikbarend- #te dier van de Antarctische zee- en te boek. Alleen moet hij in een zeeluipaard een geducht tegenstander erkennen. Maar bij al deze diersoorten, die ons vaak vermaakten, gaat het voor ons en voor de „Wil lem Barendsz" toch maar uitslui tend om de walvissen en vin vissen, de jachtbuit van acht tien opererende walvisvaarders, de leveranciers van de zo zeer begeerde traan. Potvis, monster in optima, forma. De walvissen worden onder scheiden in landwalvissen en baleinwalvissen, waarbij de pot vis en de Orca behoren tot de eerstgenoemde groep. De potvis is een monster in optimaforma. Hij kan 15 meter worden en heeft een spitsvormige kop van vijf meter lengte en twee meter hoogte, die hij, zo nodig, gebruikt als stootblok. Schopt men er tegen aan, dan heeft men het idee, dat men een trap geeft tegen een buitenband van een vrachtauto. Ouder aan de kop zit een lange, doch betrekkelijk smalle kaak, met een veertigtal tanden bezet, die per stuk zo ongeveer een kilo wegen. Ook de potvis heeft zich te verdedigen. Inktvis, nog lelijker. Eén dier is nog lelijker in de hele Poolzee, de inktvis of Oc topus, die door de potvis „te vuur en te zwaard" vervolgd wordt. Een inktvis is geen slij merige massa, maar een gespierd monster met grote vangarmen en een geduchte bek. Op de koppen van geschoten potvissen kan men vaak vele lidtekens aantreffen, die de dieren hebben opgelopen in hun gevechten op leven en dood met de inktvis. Heeft de potvis zijn tegenstander goed te pakken, dan zwemt hij met een vaartje van tien mijl naar de zeebodem of, als er een ijsberg in de buurt drijft, naar dat gevaarte en drukt zijn prooi met de geweldige kop te pletter tegen de harde kanten van de bodem of van de ijsberg. Daar na verslindt hij de inktvis. Een tweede vijand van de potvis is dan de mens, die hem schiet om de spermolie, die zich in de kop bevindt. Oe Orca is een derde tegenstander van de potvis, maar over het algemeen loopt het dier weinig gevaar tegen een enkele Orca. Eerst wanneer deze roof dieren hem echter in troepen aanvallen, heeft hij weinig kans te ontkomen. Orca, intelligent beest. Een Orca is een intelligent beest. Steeds jagen ze in troe pen met alleeh de meterslange rugvin boven de waterspiegel uit. Hun strijd om het bestaan noopt hen tot aanvallen op allerlei dieren, op zeehonden, pinguins en jonge baardwalvis- sen. Voor de strijd zijn ze uit gerust met vlijmscherpe tanden. De exemplaren, die wij zagen, waren minstens zeven meter lang. Ze zwemmen veel achter de walvisvaarders aan en pro walvissen te scheuren. Nu wordt een gevangen walvis dadelijk met lucht opgepompt, zodat hy als een grote, langwerpige lucht ballon achter het schip aan- dobbert. Wanneer echter de Orca's de tong uit de bek van de walvis gescheurd hebben, zinkt de buit. Vandaar, dat achter op een walvisvaarder, ook op de .Willem Barendsz" steeds gela den karabijnen gereed staan om bij het eerste alarm direct de Orca's onder vuur te nemen. Nu heeft een karabijnkogel niet veel uitwerking op de huid van een Orca, maar de bedoeling van het schot is deze. Zodra Orca's zien, dat een van hun broeders zijn positieven niet geheel meer bij elkaar heeft, omdat het karabijn schot hem wel trof, maar niet doodde, dan gaan ze over tot de aanval op hun aangeschoten broeder. De walvistong raakt vergeten by een maaltijd van orcavlees. Blauwe walvis en vinvis, vredelievender. Heel wat vredelievender dieren zijn de blauwe walvissen en de vinvissen. De lengte van de blauwe walvis kan 30 meter worden. Het dier weegt dan on geveer 100 ton. De vinvis is iets kleiner. Men kan een walvis werkelijk bewonderen. Geheel in stroomlijn gebouwd met een prachtige staart kunnen zij een snelheid van 15 mijlen per uur en meer zelfs nog ontwikkelen. Aan de buikzijde zijn ze prach tig gegroefd; de rugzijde is glad. Aan de kop heb ik niet helemaal kunnen wennen. Tengevolge van de stroomlijn zijn oren, neus en ogen geheel ingebouwd. Wan neer het dier zijn bek opent ziet theorieën men de prachtig op een rij staan- worden, da baleinen, benen platen, die de vorm hebben van een recht hoekige driehoek. De schuine kijde van de driehoek gaat over in haren, zodat een walvisbek van binnen bekleed lijkt met een koeienhuid. Het geheel gebruikt hij als zeef. Telkens neemt hij grote happen water, drukt die met zijn tong, die zo groot is als een twee-persoonsmatras, weer weg en de garnalen en de plankton blijven voor de „zeef" hangen. Het verhaaltje, dat een walvis in een haring zou stikken, behoeft niet voor zoete koek ge geten te worden. Er zyn name lijk walvissoorten, die zich voor namelijk met haring voeden. Dwaze theorie. Er bestaat een theorie, volgens welke de walvis een tijdgenoot zou zijn geweest van de mam- mouth, de mastodont en de gro te sauriërs, die in de voorhisto rische tijdperken de aarde be volkten. De walvis zou volgens deze opvatting eveneens een landdier zijn geweest. Men heeft namelijk rudimentaire sporen van ledematen ontdekt in het geraamte van een walvis. De walvis behoorde dan dus reeds eeuwenlang uitgestorven te zijn maar, zo heet het, omdat hij de ongelijke strijd tegen de andere reuzendieren niet kon volhou den, heeft hij zijn jachtgebied verplaatst en langzamerhand de vormen en hoedanigheden ge kregen, die hem zo geschikt ma ken voor het natte element. Hier zou dus het omgekeerde hebben plaats gevonden van wat de aanhangers van de evolutie leer ons hebben willen doen ge loven, n.l. de overgang van vis op zwemmend zoogdier, die op een goede dag het strand op loopt, eeuwenlang als een hout hakkende wilde zich in de bossen ophoudt en tenslotte, in onze tijd, zich in de beschaafde wereld vestigt en daar bankdirecteur, machinist of walvisvaarder wordt. Nu is het wel zo, dat wan neer men temidden van een groep vechtende monsters aan de Polen plotseling een uitge storven voorwereldlijk dier zou zien opduiken, men in het geheel niet verwonderd zou staan te kijken. Men kan tussen mon sters nu eenmaal veel verwach ten en verbazing wijkt op de lange duur wel. Maar deze theo rieën vinden we toch wel wat al te dwaas. Afgezien nog van de achtergrond, waartegen deze dikwijls gebouwd trekken. Tot zijn opvolger is benoemd mr Urip Kartodirdjo, lid van het Hooggerechtshof van Indonesië. De minister van Handel en Nijverheid van Finland, Takki, zal, komende van de „Foire de Paris", op zijn weg naar Finland enkele dagen hier te lande door brengen, teneinde een beleefd heidsbezoek af te leggen bij de ministers Stikker en Van den Brink. In de vergadering van het col lege van curatoren van het Nederlands Economisch Instituut te Rotterdam op Maandag j.l., is Prins Bernhard geïnstalleerd als curator van dit instituut. William Wheeler, die in Januari aardbevingen in Italië voorspelde, die inderdaad hebben plaats ge vonden, heeft voor Dinsdag een nieuwe aardbeving „ergens ter wereld" voorspeld. Hij wilde het land niet verder aangeven, omdat zijn vorige voorspelling paniek veroorzaakte. (Ingez. mededeling, advert.) neem een Bij K.B. zijn de heren G. P. Luden en dr R. Flaes benoemd tot gezanten, resp. te Warschau en Oslo. (Van onze parlementaire redacteur.) Het debat over de begroting van Overzeese Gebiedsdelen stond ongetwijfeld op een hoog peil. Drie personen blonken ontegenzeggelijk in dit debat uit. Twee voorstanders van het nieuwe Regeringsbeleid, de heren Jonkman (Arb.) en Kerstens (K.V.P.) en één tegenstander, de heer Algra (A.R.). Drie afgevaardigden, die aan elkaar gewaagd zijn. De laatste twee ook wat welsprekendheid betreft, alle drie wat kennis van zaken aangaat. Voorlopig blijft militaire missie bevoegdheid meer hebban en R „,u .r moet er noodzakelijk een split te Berlijn gehandhaafd. Ising komen tussen militaire be- Nu de West-Duitse republiek zetting en burgerlijk bestuur. een feit is geworden, rijst de vraag, hoe Nederland zal han delen t.a.v. een diplomatieke vertegenwoordiging aldaar. Zo lang Duitsland een militair be- Wellicht zal het dan nodig zijn, onze militaire missie anders te betitelen. Doch één en ander hangt na tuurlijk ten nauwste samen met beren de tong uit de gevangen bezetting dan geen bëstuurs gonnen. Aanslag op Victor Reuther. Doktoren hebben het rechter oog moeten wegnemen van Victor Reuther, de broer van de presi dent der Amerikaanse unie van verenigde arbeiders in de auto industrie, die te Detroit door een onbekende is neergeschoten. Volgens zijn broer, Walter is de aanranding uitgevoerd door be taalde agenten, die deel uitmalten van een terroristische anti-Ameri kaanse campagne. stuur heeft, is het vanzelfspre-afloop der besprekingen, kend, dat de Nederlandse mili-welke thans te Parijs zijn be- taire missie gehandhaafd zal blijven. Maar ook, als er na de over gangstoestand van het ogenblik een Duitse regering zal zijn, kan Nederland, voor zover naar de huidige omstandigheden be oordeeld kan worden, geen bur gerlijke vertegenwoordiging in stellen, want het Bezettings statuut reserveert de buiten landse betrekkingen van Duits land voor de bezettingsmogend- heden. De oplossing dezer aan gelegenheid hangt thans nog in de lucht, omdat te Parijs ook hierover overleg wordt gepleegd, aldus schrijft een politieke mede werker varÉ'het A.N.P. De militaire missie blijft dus voorlopig in Berlijn gevestigd, al heeft het steeds verder doorvoeren van de demilitarise ring het noodzakelijk gemaakt, dat een economische afdeling dezer missie in Frankfurt haar zetel kreeg, waar nu ook een Nederlandse consul gevestigd is, terwijl onlangs de heer Van Panhuys tot consul-generaal te Bonn werd benoemd. Als binnen kort de geallieerden Hoge Com missarissen zullen gaan benoe men, gaat het militaire karakter der bezetting grotendeels verlo ren. Immers zal de militaire COMMUNISTISCH CONGRES TE PRAAG. Het negende congres van de Tsjecho-Slowaakse communisti sche partij is Woensdag te Praag geopend. President Gottwald werd tot voorzitter gekozen. Hij hield een dusdanige rede, dat men er het voornemen der partij in ziet de gelederen nauwer aaneen te sluiten en de ontwikke ling van het communisme in Tsjecho-Slowakije te bespoedigen. Voormalige Amerikaanse oor logscorrespondenten, die de geal lieerde Invasie in Normandië ver sloegen, zullen 5 Juni de plech tigheden ter herdenking van D Day bijwonen. De R.K. Tweede Kamerfractie voorzitter, Prof. Romme, zal zijn hoofd echter wel meewarig geschud hebben toen hij de rede van zijn partijgenoot Kerstens las. Had Prof. Romme alle mo gelijke bedenkingen moeten uiten en een afwachtende hou ding moeten aannemen voordat hij zjjn steun aan het nieuwe beleid kon geven, de heer Ker stens zei het ronduit; „Deze koerswijziging is de eerste zwakke lichtstraal in de Indo nesische politiek". M.a.w.: tot nu toe heeft de Regering het nog steeds fout gedaan. Het was een geluid, dat uit deze links-r.k. mond niet onverwachts kwam. I De heer Algra (A.R.) greep j hem direct in de kraag. Hij deed dit aan de hand van een uit spraak van dr A. Kuyper: „Het boetekleed ontsiert de man niet". Daarmede wilde hij maar zeggen, dat ook de heer Ker stens verantwoordelijk is voor de vroegere Regeringspolitiek, die hy nu zo graag van zich af wilde zetten. Min. v. Maarseveen Nationale Christen-onderofficierenvereniging vergaderde. (Van onze Utrechtse correspondent) Een verbazend gezellige vergadering maakten wij deze week mee te Amersfoort. Daar hield de Nationale Christen-Onderofficieren vereniging haar 47e jaarvergadering. De gezelligheid bestond in de aanwezigheid van talrijke dames, die met hun echtgenoten waren meegekomen. En voorts in de gemoedelijke wijze, waarop men de verenigingszaken besprak. De voorzitter, de heer F. van der Meulen uit Groningen, wist de vergadering met de nodige vlotheid door de huishoudelijke zaken heen te werken. In zijn openingswoord me moreerde de voorzitter de krachtige opleving .die er in de N.C.O.O.V. te bespeuren viel In het afgelopen jaar. Nog altijd is het doel van de vereniging actueel: elk lid zal er het zijne aan moeten doen om de Neder landse militair in de gelegen heid te stellen zijn godsdienst plichten waar te nemen. Voorts blijve elk lid getuigen tegen de schending van Gods Heilige Naam in de militaire samenle ving. Daarnaast werkt de N.C. O.O.V. op sociaal terrein. De heer Van der Meulen toonde aan, dat er voor een christelijke organisatie wel degelijk recht van bestaan is en hij wekte de leden op niet te rusten voordat alle christen onderofficieren hun plaats in de vereniging hebben ingenomen. SALARISREGELING KLAAR. Voor wat de sociale arbeid aangaat, was het „sociale praat je" van het hoofdbestuurslid, de heer H. J. Windgassen van belang. Deze spreker ging in het kort de wensen na, die er in de kring van de N.C.O.O.V. bestaan. Hij begon met het in stituut der tijdelijke rangen. In een vredesorganisatie ho ren tijdelijke rangen niet huis. Dat zij er zijn, geeft aanleiding tot klachten. Het is namelijk zo, dat beroepsonderofficieren die in Indonesië in een hogere rang worden geplaatst, hun rang be houden bij terugkeer in Neder land tot het tijdstip waarop zij er werkelijk recht op hebben. Daardoor blokkeren zij dikwijls hen die na hen komen en die op normale wijze opklimmen. Een ander punt vormden de aanspraken by ziekte. De voort schrijdende sociale voorzienin gen in het vrije bedrijf hebben de militaire bepalingen sterk doen verouderen. Uitbreiding van de aanspraken in geval van ziekte is vereist. Want op het ogenblik moet de militaire ambtenaar van zijn jaarwedde een zeker bedrag afzonderen voor ziekenfondsen. De vraagstukken rondom de gezinshereniging houden de N.C.O.O.V. eveneens wakker. Vele onderofficieren leven al Naar het Amerikaans ■•ir BESSY KIVING iu/ o Deze woorden werden luid gesproken en de echo van haar eigen stem klonk als werd zy weerkaatst in een grafkelder. Daarop viel opnieuw een ijzige stilte in. Zij glimlachte om haar eigen dwaasheid en dacht, dat haar verbeelding haar parten speelde door de oude tekenin gen, die zy had bestudeerd, en dat de nerveuze rilling, die door haar leden was gevaren, niets was dan een gevolg van de kou trok zich steeds verder terug en eindelijk nam zij het sleuteltje uit haar zak en stak het ver ge noeg in de opening om de in dringer te verdrijven, die zich trouwde. Het moet zeker een eigenaardige gril geweest zijn, die hem deze zaak in mijn han den deed stellen, maar ik wil tenminste het vertrouwen met neerliet aan een van zijn zijden beschamen, dat hij in mij ge- draden en haastig uit het ge-' steld heeft. Met de inhoud van zicht verdween. dat grafgewelf kan ik niets ta Zij trok de sleutel terug en; maken hebben en toch wilde ik, speelde er mee, terwijl zij j dat de sleutel weer veilig in zijn nieuwsgierig naar het mauso sprookjesachtig mooi in het milde kaarslicht en overscha duwd door de zware wimpers. Weer schrok het meisje en keek over haar schouder, onder de indruk van diezelfde marte lende overtuiging dat er iemand in de kamer aanwezig was. Ze greep de kandelaar, stak de gou den sleutel in haar zak en keer- handen terug was. Ik vind hetder zich om, ten einde de kamer onaangenaam hem te verbergen i te verlaten. Plotseling stond zij 0en heb al dien tijd het gevoel,stil, want ditmaal vingen haar spirmewebben af, die zich om de1 dat ik zijn moeder bedrieg." I sterkgespannen gehoorzenuwen leum keek. Zij nam haar zak doek en wreef zorgvuldig de minaretten hadden geslingerd en daarbij mompelde zij een stukje Perzische poëzie, dat zij eens de afwezige eigenaar dezer kamers voor zijn moeder had horen opzeggen en dat zij nog slechts enkele dagen tevoren had gevonden, aangehaald in een Oosterse reisbeschrijving: „De Het kaaslicht scheen nu juist spin heeft haar web geweven in Deze woorden werden haif het onmiskenbare geluid op van onbewust geuit, terwijl zij de j het breken of het springen van sleutel betastte en gedurende] een vioolsnaar, enkele seconden stond zij daar Zij kon niet zeggen, waar denkend aan de heer van dit huis en zich afvragend, welk een jammerlijke invloed zo vroeg zijn leven had verduisterd en 't vandaan kwam en dacht bij zichzelf, dat misschien een muis, die zijn verblijf ergens in deze kamer had, verschrikt door haar over 't zwart marmeren stand beeldje, dat afschuwelijk grijns de, terwijl het de wacht hield over de Taj.' Mahal. Edna ging er heen, plaatste de kandelaar op de steen, waar op de tombe rustte en er voor neerhurkend onderzocht zy het slot. Een spin had zich genesteld In het gouden slot en een fijn •*'«b gesponnen over de voor kant van het tempeltje. Edna veegde het luchtige weefsel weg en trachte de kleine wever uit zijn hol te verjagen, maar by keizerlijke paleizen; en de uil heeft haar nachtelijk lied gezon gen op de torens der Afraslab." „Het is juist vier jaar geleden vandaag, dat mijnheer Murray mij deze sleutel gaf, maar hy beval mij de Taj niet te ope nen, tenzy ik reden had te ge loven, dat hij dood was. Zijn brief deelt mee, dat hy in leven is en in goede welstand en dien tengevolge is de tijd voor mij niet gekomen om het geheim te ontzegelen. Het is vreemd, dat hy dit geheim aan my toever- verwoest en of het waarschijn- tegenwoordigheid, opgelopen was lijk was, dat hij nog zou terug-1 tegen een van de talloze glazen keren naar Le Bocage voor zij het zou verlaten om in het ru moer der grote wereld haar ge luk te beproeven. Het licht danste op en neer over haar gelaat en gestalte en verlichtte de brede plooien van haar rood-wollen kleed, met de Perzische kant langs haar blan ke hals en dunne polsen en het scheen liefkozend te toeven op haar glanzend, vol haar, op het schone, gladde voorhoofd, de vastberaden en toch tedere mond. Haar grote ogen leken en porseleinen vazen op de étagère. Zij plaatste het boek weer op de plank, waar zij het had weg genomen, sloot de kast, waarin de manuscripten geborgen wa ren, af, en keek de kasten na, die zy alle op slot vond. Toen haastte zij zich de kamer uit, sloot de deur en nam de sleutel mee. Zij ging naar haar eigen kamer met haar zenuwen meer van streek, dan zij zich wel wil de bekennen. (Wordt vervolgd,) jaren gescheiden van hun gezin. Woningnood in garnizoensste den en veelvuldige verplaat singen van onderdelen zijn daar de oorzaak van. De heer Wind gassen vroeg zich af of het dienstbelang dat met deze gang van zaken gemoeid is, de ge- zinsbelangen te boven gaat. Betreffende de bezoldi gingen kan worden opge merkt, dat een nieuwe sala risregeling al lang in uit zicht gesteld deze week het licht ziet. De moeilijkheden inzake de kledingvoorziening zullen wel dra tot het verleden behoren; althans wanneer de opheffing der textieldistributie op 1 Jan. 1950 doorgaat. De heer Windgassen betrok ook de bevorderingen in zyn causerie. Hij meende, dat het in de toekomst afhankelijk zal worden gesteld van de kundig heden. Hij wekte daarom de leden op zich door het volgen van cursussen e.d. meerdere kennis te verwerven, opdat het onderofficierencorps een sie raad van het leger worde. VROUWEN LID? Bij de bespreking van dit onderwerp kwam een voorstel van de afdeling Amersfoort ter tafel om ook vrouwelijk perso neel in de rang van onderoffi cier tot de vereniging toe te laten, „waarlijk niet alleen om koffie te zetten op onze verga deringen". Voor de doorwer king van het Evangelie in de krijgsmacht kan een vrouw minstens evenveel doen als een man. Hoewel de statuten for meel toelating niet uitsluiten, zal aan elke afdeling een oor deel over deze zaak worden ge vraagd. In de vergadering, die na. mens de minister van Oorlog werd bijgewoond door de lui tenant-kolonel Manten, voerde ook de heer M. J. W. Speelman het woord; hij wees op de pers pectieven die er voor de onder officieren zijn. Hoofdlegerpre- dikant kolonel ds A. T. W. de Kluis sloot het samenzijn met een opwekkende rede. „Het verlaten van de zelfstandig- heidspolitiek door Nederland moet niet worden begrepen als 't opgeven van de handhaving van een eigen zelfstandige positie te midden van de mogendheden. Voor een succesrijke samenwer king in West-Europa acht de mi nister een grote zelfstandigheid van de kleinere staten van aan zienlijk belang". Aldus minister Stikker in zijn M.v.A. aan de Eerste Kamer. viel de heer Algra bij. Als wij ons in een boetekleed moeten steken moeten we dat gezamen lijk dragen, zo zeide hij. Daar op krabbelde Kerstens terug. Na tuurlijk voelde hij ook zijn ver antwoordelijkheid, maar hij stemde altijd voor het Rege ringsbeleid omdat er niets meer inzat. De heer Kerstens zeide uitdrukkelijk, dat zijn gehele fractie het Regeringsbeleid steunt, zij het dat sommigen dat doen langs andere wegen dan hij had uitgestippeld. En dat zal niemand verwonderen. Mr Jonkman zag in deze nieuwe koerswijziging een over winning voor de socialisten. Eindelijk zijn hun wensen ver vuld. De heer Algra (A.R.) kon het niet anders zien, al zijn nog niet alle wensen van de P.v.d.A. vervuld, met name die, die be trekking hebben op de over dracht van de souvereiniteit in Indonesië. Dat zal pas gebeuren als de veiligheid gewaarborgd is. Minister v. Maarseveen wierp een schaduw over deze socialis tische feestgezangen. Vergeet niet, aldus de bewindsman, dat ook dr Beel aan deze nieuwe wijziging heeft medegewerkt. De heer Kerstens werd in zijn speech zeer Bijbels. Eindelijk zijn wij zo wijs geworden ons vrienden te maken uit de on rechtvaardige Mammon. O, zei de heer Algra, dat betekent dus, dat de Regering zich nauwer dan gewenst heeft aangesloten bij de Amerikaanse-economische poli tiek. Minister v. Maarseveen moest deze conclusie terecht of ten onrechte tegenspre ken. Overigens zeide hij er niet veel over. Hij bleef evenals in de Tweede Kamer er maar aan vasthouden, dat de Regering haar koers gewijzigd heeft, om dat zij vol vertrouwen in de re publikeinse leiders is. Het was logisch, dat over deze vertrou wenskwestie de meningen bot sten. Door de wijziging in de Re geringskoers is het centrum van de internationale druk ver plaatst naar de Republiek, zo zeide de strijdvaardige heer Kerstens. Dat vond de Friese afgevaardigde, Algra, een ge vaarlijke uitdrukking, want daar volgt uit, dat deze nieuwe koexs niet het gevolg is van een vrij overleg zoals in de Ko ninklijke rede van 1942 tot uit drukking werd gebracht maar dat er gehandeld werd on der internationale druk. Maar ook nu weer sprak de Minister zich daar niet volledig over uit. Er is wantrouwen bij de repu blikeinen geweest, omdat zij ons niet vertrouwen. Wij gaan hun nu een kans geven om ons te vertrouwen, door hen Djogja te rug te geven. Een kronkelende redenering, die voor de heer Algra geen bewijs was van een vast beleid. Daarom kon hij deze politiek in 't geheel niet bewon deren. Toch stemde de A.R. niet tegen deze begroting, omdat zij op het standpunt staat, dat men geen begroting mag verwerpen om redenen buiten de begroting zelve gelegen. Prof. de Zwaan (C.H.) was evenmin erg enthousiast. Hij on derstreepte nogmaals 't weinige vertrouwen, dat de C.H.U. in dit Kabinet heeft. Zijn rede ontlok te Minister v. Maarseveen de opmerking, 'dat de instemming met de benoeming van de nieuwe Hoge Vertegenwoordiger van de Kroon de eerste en laatste juich toon in de rede van deze tweede voorzitter der C.H.U. was. Aan het eind van zijn rede deed de heer Kerstens nog een inte ressant voorstel aan de Regering Laat niet alleen de leden van het Nederlandse Kabinet deel uitmaken van de Nederlandse delegatie op de Ronde Tafel conferentie, zeide hij. Hij vond de Ministers achtenswaardige mensen, doch op één uitzonde ring na Götzen zyn het geen Indië-kenners en als het kan laat dr v. Royen het voor zitterschap van de conferentie bekleden. Minister v. Maarse veen ging vrij gretig op dit voorstel in. Hij zou het voorstel in het Kabinet bespreken. Of dr v. Royen wegens persoonlijke omstandigheden wel in staat zou zijn het voorzitterschap te be kleden was voor hem wel een grote vraag. Toch schijnt dit voorstel geen slechte kans te maken. Zo zijn er vele interes sante dingen gezegd. Natuurlijk werden ook onze militairen weer DE GROTE VIER TE PARIJS BIJEEN. De conferentie van de vier ministers van Buitenlandse Zaken in het Palets Rose te Parijs. Persfotografen en filmoperateurs beheersten de eerste ogenb ds biJssTikoinst» vim LEGERCOMMANDANT, Toen vaststond, dat Djogja door onze troepen ontruimd zou worden, was generaal Spoor voornemens ontslag te «ragen. Hij heeft echter van dit voor nemen afgezien, terwille van het leger, van zijn soldaten, die deze dingen waarschijnlijk niet had den kunnen verwerken. Voor generaal Spoor betekende dit een groot offer. Niet on waarschijnlijk, dat de spannin gen die dit veroorzaakte van in vloed geweest zijn op zijn ziekte. Het orgaan van de Partij v. d. Arbeid dringt er nu op aan, een opvolger te benoemen, voor wie een dergelijk offer niet nodig is. Een man, die geheel achter de regeringspolitiek staat en die van harte aan de afbraak kan mee werken. Zulke figuren zijn minder ge makkelijk te vinden, dan ande ren, zegt „Het Vrije Volk". Waaruit volgt, dat de meerder heid van de officieren in Indië, mannen die midden in de prac- tijk staan, en die dus tot oor delen beuoegd zijn, evenals wij len generaal Spoor, de regerings politiek funest achten. Nadere toelichting. In ons nummer van 9 Mei hebben wy een bericht overge nomen uit „Ons Noorden" over de wijze waarop een uit Indië teruggekeerd soldaat zou zijn ontvangen. Thans ontvangen wij van de Legervoorlichtingdienst 'n schrij ven, waaruit blijkt, dat de wer kelijke feiten toch enigszins an ders liggen. Wij laten bedoeld schrijven hier volgen. Hoe was de loop van zaken? Eind Januari demobiliseert de soldaat le klasse H. uit Gronin gen. Bij zijn demobilisatie te Huis ter Heide ontvangt hij een ere-certificaat van de Minister van Oorlog Het blijkt achteraf, dat hem biervoor f 2.van zijn soldij wordt afgetrokken. Maar verzuimd wordt hierbij te ver melden, dat het certificaat gratis wordt uitgereikt, doch dat ieder, die dit wenst, tegen betaling van f 2.dit certificaat in een hou ten lijstje kan ontvangen, welk. lijstje door een gedemobiliseerd militair wordt vervaardigd. Nie mand is derhalve verplicht het lijstje te kopen en dit wordt ieder militair nadrukkelijk ge zegd. Blijkbaar is dit H. ont gaan. Vervolgens kje inhouding van f 120.Iedere demobilisant moet zijn tropen-kleding aan boord van het thuisvarend troe penschip inleveren. Van elke inname wordt de man een in- leveringsbewijs overhandigd. H. kon dit bewijs in Huis ter Hei de niet overleggen. Er wordt bij de inname en de verrekening van kleding zeer soepel opgetreden, maar wanneer de man geen enkel bewijs kan overleggen, dan kan men moei lijk verwachten, dat het Demo bilisatie-Centrum zich daarbij maar zonder meer neerlegt. Eerst nadat men onderzocht had, of H. inderdaad aan boord zijn tropenkleding had ingele verd welk onderzoek uiter aard enige tijd vorderde kon hem het ingehouden bedrag worden gerestitueerd. Dat van dit bedrag enige tientallen gul dens werden afgetrokken, vindt zijn oorzaak in het feit, dat enige uitrustingsstukken, die te Huis ter Heide moesten worden inge leverd, ontbraken. Hierbij dient in aanmerking te worden geno men, dat de uit Indonesië terug kerende militair een belangrijk deel van zijn kleding- en uitrus tingstukken mag behouden of bij vermissing niet behoeft te ver goeden, zoals al het ondergoed, twee paar schoenen, drie paar sokken, een pullover, een kahki- hemd, een paar bretels, een das, verder zakmes, haarkam, scheer- apparaat, bril, tandenborstel en scheerkwast. Wat het inleveren van de kleding betreft, kunnen de gerepatrieerde militairen zich dus zeker niet beklagen! Tenslotte de 31 cent porto-on- kosten. Wanneer er critiek zou moeten worden uitgeoefend, zou dit misschien op dit punt kun nen geschieden. Anderzijds zou men het ook als een bewijs kun nen zien, dat ook de Staat op da kleintjes let. In elk geval kan hier worden medegedeeld, dat dergelijke porti voortaan niet meer op da demobilisant zullen worden ver haald. nauw in het debat betrokken. Vooral in de heen Algra (A.R.) vonden ze een warm pleitbezor ger. Evenals de Minister van Oorlog en Marine, Schokking, maakte ook Minister v. Maarse veen gewag van de grote waar dering die de Regering voor het vele werk, dat deze afgevaardig de als voorzitter van de Bond van Jongelingsverenigingen op Geref. grondslag, voor hen doet. Deze begroting kon Minister v. Maarseveen dus vrijwel zon der moeite in zijn zak steken. Hoeveel begrotingen van Over zeese Gebiedsdelen zullen nog volgen? Als men Mr Jonkman moet geloven bestaat er een ge rede kans, dat dit de laatste is geweest. Maar dat zullen we maar afwachten. TREIN LOOPT OP TREKBOM. Donderdagochtend is een ge combineerde personen- en goe derentrein van Soerabaja naar Malang en Dj ember even buiten Bangil op een trekbom gelopen, waarbij 3 passagiers werden ge dood, zeven zwaar en vier licht gewond.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1949 | | pagina 3