BUTSEN Het Jltüttetütod slcijd Opmars naar Djokja. „Houdt fraaie moed" Te dure aankoop betonijzer in Amerika? De opdracht van Amerika in Griekenland en Turküe. een bron van nieuwe volkskracht. De Belgische Congo en het Uranium. Roep om rechtsgelijkheid. „Juridisch is er geen onderscheid tussen stedeling en platte lander. Allen zijn Nederlander, voldoen hun militaire dienstplicht hier of overzee, betalen hun belastingen en dragen bij tot het welzijn van het gehele volk. Zo is het tenminste volgens de wet", aldus Dr E. J. Zandstra in een onderhoud met een A.N.P. cor respondent. „Maar hoe is het in de practijk Is er ook daar geen onderscheid tussen stedeling en provincieman, of moeten we zeg gen dat de bestaande toestand een aanfluiting is van dit gelijk heidsideaal?" Dr Zandstra te Warfum, die voorzitter is van de „Actie rechtsgelijkheid stad en platte land" achtte het meer dan tijd hier de aandacht op te vestigen. In de practijk wordt het platte land sterk ten achter gesteld bij de stad. Terwijl de stedeling In zijn naaste omgeving alle moge lijke gelegenheid heeft tjt ont wikkeling en ontspanning, vinden we op het platteland maar zeer schaars dergelijke mogelijkheden. Wanneer op het platteland goede krachten zijn verbonden aan de instellingen van voortgezet on derwijs, dan wordt op alle moge lijke manieren getracht hen weg te lokken naar de grote lande lijke centra. Zo ontstaat er een een richtingsverkeer naar de al les verslindende groot-stad". Dr Zandstra ':af hiervan en kele sprekende voorbeelden. In vroeger jaren werden er ook in de plattelandcentra burger scholen gevestigd, die veel heb ben bijgedragen tot de ontwik keling van de streek. Nu zien we echter, dat deze scholen nauwe lijks hun deuren open kunnen houden, niet bij gebrek aan leer lingen maar tengevolge van een gebrek aan leerkrachten en outil lage. Gebrek aan leerkrachten, ouderwetse scholen, minder brandstoffen enz. Een ander symptoom van de feitelijke achterstelling was vol gens Dr Zandstra het verschil in waardering voor de landar beid ten opzichte van de stede lijke werkzaamheden. Op de eer ste plaats wordt de landarbeider in vergelijking met zijn collega in de industrie zeer slecht be taald. Dit is niet een gevolg van een geringere productiviteit doch van de rust van de landelijke be volking die hard werkt en een afkeer heeft van agitatie. Voor de oorlog was het geen zeldzaam heid dat een huisvader met 12 kinderen een weekloon had van 13 gulden en thans, nu er een looncorrectie is aangebracht is de landarbeid opnieuw lager gekwa lificeerd dan het werk van de in dustrie-arbeider. Slechte ontvangst buiten landse journalisten. Eenvoudigste plichten van gastvrijheid verzaakt. De N. R. Crt. wijst op een op 4 November ter gelegenheid van de boomplantdag op Walcheren, te genover buitenlandse gasten ge pleegd grof verzuim. Toen Dinsdagochtend de buiten landse journalisten op het station Hollandse Spoor in Den Haag in stapten in de extra trein, waarin zij evenals de hoge autoriteiten, die zich naar Walcheren begaven voor bijwoning van de plechtige boomplanting een plaats kregen, trof hen een merkwaardig schouwspel. In het voorste ge deelte van de trein waren keurige ontbijttafels in orde gebracht voor de autoriteiten, maar in het ach terste gedeelte van de trein waar in zich de pers bevond, viel hier van niets te ontdekken. En ter wijl enerzijds de passagiers voor in een ontbijt te genieten kregen, bleef dit voor de buitenlandse journalisten te enenmale achter wege. Een dergelijk meten met twee maten getuigt van zeer weinig tact en nog meer van een onhof felijkheid, die o.i. zowel met de burgerlijke beleefdheid als met een behoorlijke verzorging van het protocol te enenmale in strijd is. Voor de Engelse journalisten, die te Londen van onze ambassade een gedrukt programma hadden ontvangen, waarin o.m. vermeld stond dat het ontbijt in de trein geserveerd zou worden, was deze gang van zaken een zeer pijnlijke verrassing. Zij moeten wel een heel slechte indruk hebben gekre gen van de wijze, waarop de be wuste verantwoordelijke instan tie van het ministerie van Buiten landse Zaken, die zich met het Feuilleton. door H. Lourense. 40) o— In de Kink staan ook nog een paar fuiken, 'tls wel een lange tocht maar Aay wil zekerheid hebben. Als die ongemoeid ge laten zijn, is nog niet alles ver loren! Ze zitten hem anders wel heel nauw op de hielen! Aay roeit de Vaart op, neemt bijna de kortste weg, de Kleine polder in. Dat is te gevaarlijk! Hij vaart rechtdoor. Een vijf honderd meter voorbij de spoor brug drijft hij de boot het oever riet in, legt deze dan vast aan een in de bodem gestoken riem. Laat ze nu maar zoeken, als ze hem hierheen soms volgen. De rietkraag ligt ongebroken achter de boot. Van de water kant is er, zelfs als er meer licht was, niets te zien. En van de Kaay af ook niets, op een zo donkere avond, als deze. Aay haalt een linnen zak uit het kastje achter in de boot, ■hangt die over de schouder, evenals z'n dubbelloops. Je kunt nooit weten! Hij grijpt een dikke knuppel en stapt dan uit de boot. Tussen het griendhout door, waadt hij naar de Kaay. Er is geen ander geluid, dan dat van de wind door de twij gen. Aay loopt bij de kade neer. protocol en met andere aangele genheden o.m. betreffende deze treinreis heeft beziggehouden, zich van de eenvoudigste plichten van gastvrijheid heeft gekweten, of liever niet heeft gelsweten. De gevolgen bleven niet uit, ook hier ontstond een stroming naar de stad. De jonge plattelan ders geven er de voorkeur aan in de stad werk te zoeken en dientengevolge vertoont de op bouw van de landelijke bevol king het beeld van een omgekeer de pyramide. Waneer over enige jaren de oudste leeftijdsklassen hun werk moeten staken, dan zal het thans reeds optredende tekort aan ar beidskrachten in de landbouw acuut worden. In wezen gaat het hier bij deze achterstelling om een mentaliteit, die stamt uit de liberale periode die de mens en Vergunningen telen war moezerij ge wassen. Het bedrijfschap voor groenten en fruit heeft ten aanzien van het telen van warmoezerjjgewas- sen en fruit in 1948 bepaald, dat alle bijzondere tuinbouwteeltver gunningen per 1 Januari 1948 komen te vervallen. De voor aardbeien uitgereikte bijzondere vergunningen worden vervangen. Voor 1948 kunnen weer bijzon dere tuinbouwteeltvergunningen Het is niet alleen een recht worden aangevraagd voor de teelt van aardbeien en vroege aard appelen met of zonder nacultuur. Sla, spinazie, andijvie en augur ken mogen niet als nacultuur van vroege aardappelen worden geteeld. zijn arbeid waardeert volgens een verkeerde maatstaf, terwijl er integendeel naar gestreefd moet worden, dat deze zo spoedig mo gelijk tot het verleden gaat be horen. Dr Zandstra wil met de „Ac tie rechtsgelijkheid stad en plat teland" bereiken dat ook in de provincies mogelijkheden komen om dicht bij huis die ontwikke ling op te doen, welke de norma le burgerman in de stad ont vangt. van de dorpsbewoners als Neder landers, maar ook een groot be lang voor de evolutie van het ge hele land dat aan de culturele verzorging en de opbouw van het platteland meer aandacht wordt besteed. Een percentsgewijze zeer groot getal vooraanstaande per sonen in Nederland komen uit de provincie. De oorzaak moet vol gens vele sociologen gezocht wor den in de persoonlijkheid vor mende invloed van het platte- landsmlllieu, waar de mens tijd tot bezinning heeft en niet over donderd wordt door het snelle levenstempo, dat de moderne stad kenmerkt. Het zou zeer jammer zijn, dat deze bron van nieuwe krachten zou uitdrogen tengevolge van de sterker worden trek naar de stad. Zonder overdrijving kan gezegd worden, dat bij een voldoende woongelegenheid deze verschui ving zeer grote vormen zal aan nemen". Tegenspraak vanwege de regering. Naar aanleiding van het feit, dat de ondervakgroep groothan del in walserij-ijzer enz. publie kelijk heeft uitgesproken, dat de recente (tijdelijke) prijsverhoging voor betonijzer te wijten zou zijn aan te dure aankopen van dit materiaal door de Rijkswater staat namens het ministerie van Wederopbouw en Volkshuisves ting en dat deze aankopen aan de handel zouden moeten worden overgelaten, deelt genoemd mi nisterie de volgende feiten mede. „Hetgeen aan de walserij-pro- dueten thans in Europa, incl. Ne derland, kan worden geleverd, is bij lange na niet voldoende, om in de Nederlandse behoeften te voorzien. De Nederlandse produc tie kan in 1947 nog geen 5 pet. van onze behoefte dekken. Zou men nu op een enigermate acceptabele wijze in de zeer gro te behoeften voorzien dan restte er geen ander mogelijkheid dan te trachten het restant in Amerika te dekken. Voorzover de Neder landse regering daarvoor althans dollars ter beschikking kon stel len. Niettegenstaande de grote wereldvraag en de vrije markt prijzen in de V.S. vielen de prij zen „af-fabriek" aldaar in ver gelijking met de Europese, nogal mee. Tengevolge van de hoge trans port- en andere bijkomende kos ten, komt het Amerikaanse ijzer hie- te lande echter belangrijk duurder uit dan het Europese. Teneinde niet bepaalde verbrui kers in een ongunstiger positie te plaatsen dan de andere, is thans voor het betonijzer een mengprijs vastgesteld, voor Ame rikaans en Europees betonijzer door elkaar. Dat vooral veel t>etonijzer in Amerika moest worden gekocht, vindt zijn oorzaak in het feit, dat de regering het uit een eco nomisch oogpunt noodzakelijk achtte, dat in eerste instantie de zeer sterke gevarieerde ijzerbe hoeften voor industriële doelein den door België als ons voor naamste importland werden ge dekt, uit de overweging, dat Amerika, indien al tot levering bereid, uitsluitend interesse heeft in grotere orders met een niet te uitgebreide specificatie, terwijl voorts andere walserij-producten, zoals b.v. profielijzer aldaar in andere, van de Europese afwij kende maten worden vervaardigd, hetgeen bij de verwerking bijzon dere bezwaren oplevert. Van de aanvang af stond en ook nu nog staat voor de handel de gelegenheid open de aanko pen in Amerika zelf te verrichten voor zover deze voor gelijke of lagere prijzen kunnen plaats vin den, dan die welke bij de aan kopen namens het ministerie van Wederopbouw en Volkshuisves ting werden besteed. springt over de sloot aan de voet er van. Dan loopt hij dwars door het weiland, dë sloot aan de andere over, 't is een klei nigheid. Hij kijkt terdege uit. Hij moet de spoordijk oversteken. Aan de andere kant neemt hij weer de sloot, loopt verder, wat voorzichtiger nu. Hier moet ongeveer een grep pel zijn. Die zal wel vol water staan! Met de stok tast hij. Een paar passen. Ja, daar is zij! Nu schuin het weiland over, daar ligt een vlonder. De stok tast weer. Hier is de slootkant. De wilgen aan de overkant maken de duisternis nog zwar ter. Weer tast de stok, tikt tegen iets hards. Hout tegen hout. De vlonder! Voorzichtig schuift Aay naar de overkant. Dan ligt een stuk land voor hem zonder enige hindernis. Het betrekkelijke licht hier, wordt weer diep duis ter, naarmate Aay de Oude Dijk nadert. De elzenstoven en de populieren onderscheppen het uitzicht naar de iets lichtende hemel. De duisternis is haast tast baar. Hier is de sloot. Met een lichte sprong staat Aay aan de dijkvoet. Vlug loopt hij tegen de hel ling op, steekt de koolasweg In verband met de door de on dervakgroep uitgesproken bewe ring, dat de overheid zich ten deze beweegt op een terrein, dat aan het bedrijfsleven moet wor den overgelaten, deelt het minis terie ten overvloede nogmaals mede, dat tot dusver het aantal aanbiedingen van de handel uiterst gering is gebleven, terwijl een groot gedeelte daarvan nog tegen hogere prijzen geschiedde, of niet in beschouwing kon wor den genomen wegens gebrek aan Amerikaanse uitvoer-vergunning. Aan alle reële aanbiedingen van de handel voor gunstige prijzen is volle medewerking verleend. Wil het voorgenomen bouwplan 1948 tot uitvoering komen, dan zullen ook nu weer noodge dwongen belangrijke aankopen van ijzer en staal in Amerika moeten geschieden, omdat op de Europese markt niet voldoende verkregen kan worden. Helaas staat nog niet vast, of de regering de hiervoor nodige Onze uitvoer van land en tuinbouwproducten. Blijkens het zojuist verschellen Statistisch Bulletin van het Cen traal Bureau voor de Statistiek, bedroeg de totale uitvoer van land- en tuinbouw-producten over de eerste 8 maanden van 1947 ruim f282 millioen (akkerbouw c.a. f 131 millioen, dierlijke pro ducten c.a. f79 millioen en tuin bouw c.a. f72 millioen). In de overeenkomstige periode van 1946 bedroeg het totaal slechts f 110.5 millioen. Vergeleken met het gemiddelde van 1937-1939 bedroeg de waarde van de uitvoer over 8 maanden van 1947 126 pet., terwijl de hoe veelheid slechts 27 pet. uitmaakte (in 1946: 13 pet.). Het Nederl. Rode Kruis. Belangrijke gift van H. M, de Koningin. H. M. de Koningin heeft aan het Nederlandse Rode Kruis een gift geschonken groot f 75.000. Het is de wens van de Konin gin, dat deze som zal worden ge bruikt voor de vorming en uit rusting van de Rode Kruis teams, die tot heil der Indonesische be volking werkzaam zijn. Autobus van dijk gereden. 21 gewonden. Zaterdag is op de Oostdijk bij IJsselmonde een autobus, waarin zich 43 passagiers bevonden, van de dijk gegleden'en gekanteld. De autobus viel onder het hevig ge gil van de inzittenden op de drie meter lager gelegen oprit, waar hij op z'n kant kwam te liggen. Er waren 21 gewonden, waarvan één ernstig. dollars tijdig ter beschikking kan stellen. Mocht dit onverhoopt niet het geval zijn, dan zal dit een zeer ongunstige invloed heb ben op het tempo van de weder opbouw in Nederland". Vorming van vrije volken. Truman heeft in het eerste verslag aan het Congres, over de hulpverlening aan Griekenland en Turkije verklaard, dat de oor zaken van politieke en economi sche onrust in Griekenland, de Amerikaanse regering ernstige ongerustheid blijven baren. Truman liet doorschemeren, dat er wellicht meer dan de reeds beschikbaar gestelde 300 millioen dollar nodig zouden zijn om het Griekse hulpverleningsplan te doen slagen. Hij zeide, dat de economische ineenstorting van Griekenland door de Amerikaan se hulp voorkomen was, doch dat de toestand in wezen nog niet verbeterd was. Truman noemde zeven punten op, die de toestand sinds de Ame rikaanse hulpverlening beïnvloed hadden. „De uitbreiding der mili- haire operaties heeft het nodig gemaakt, dat de gelden inplaats voor economische doeleinden voor militaire worden gebruikt". Verder heeft de stijging der prijzen in Amerika en elders, de koopkracht der aan Griekenland beschikbaar gestelde deviezen verminderd, met het resltaat, dat grotere sommen voor de essen tiële minimum-behoeften nodig zijn, dan oorspronkelijk bedoeld was. Hij verklaarde verder, dat de uitvoering van het export programma van Griekenland niet aan de verwachting had voldaan, doch dat de moeilijkheden, welke het welslagen verhinderen over wonnen moeten worden. Volgens president Truman zou het voortgaan der hulpverlening aan Griekenland met slechts de voorziening in het allernodigste, dit land tot een vruchtbare voe dingsbodem van totalitaire ideo logieën maken. In de verklaring beschuldigde Truman „de Noorderburen van Griekenland" ervan, dat zij het verslaan der guerilla-troepen veel moeilijker maakten. De guerilla- troepen noemde hij gering in aan tal, doch fanatiek geleid door communisten, die vele verharde misdadigers gjerecruteerd hebben. Alle factoren die nodig zijn voor het herstel zijn aanwezig, zo vervolgde Truman, zij kunnen onmiddellijk in werking treden, indien de binnenlandse orde her steld is. De hulp aan Turkije is als volgt verdeeld: vijf millioen voor bouw en herstel van wegen, bij na 15 millioen voor de zeemacht, bijna 27 millioen voor de lucht macht, 48 millioen voor de land macht en 5 millioen voor de ver betering der arsenalen. Tot midden September zijn on geveer 1600 ton aan uitrustingen in Turkije gebracht. Voorts wer ken Turkse en Amerikaanse technici nog aan details van het hulpprogramma. Truman besloot met te verkla ren dat de opdracht van Amerika in beide landen hierin bestaat, dat getracht moet worden, vrije volken te heipen een regering te handhaven, zoals de meerderheid in ieder land die wenst. Aan de andere kant staat een rij wilgen langs een greppel, daarachter groeit rijshout. Aay zoekt het paadje, dat hier tussen door slingert naar de Kuik, vijf, zes pas lang. Hij weet het op de tast wel te vinden. Het water glimt flauw op. Hier moeten de fuiken staan. Een enkele greep in het wa ter is voldoende om ze boven te brengen. Leeg, allebei! Als zijn handen tastend langs de kuil gaan, merkt Aay dat hiervan de helft ontbreekt. Het garen van de mazen hangt er in einden bij! Afgesneden! Werk van de veldwachter! Zo heeft deze hem dus nage- j gaan! Maar dan kan hij hen ook ieder ogenblik verwachten, na- dat zij de fuiken bij de molen- tocht gemist hebben! Wat een geluk, dat hij de Kieine Polder niet is ingevaren. Want dan moest hij hen nu in de armen lopen! Gauw hier vandaan. Twee tegen een, en dan ook nog een flinke hond, dat wordt te riskant! Hij slaat de fuiken over de schouders en loopt dwars door het griendhout naar de Dijk Daar staat hij even. Hij kan niet terug naar de plaats waar hij over de sloot kwam. Ze kunnen zó hier zijn: Hij loopt verder in de gras berm, naar het landhek. Nauw ontwaart hjj het sil houet van een boerderij aan z'n linkerhand. Dat moet het spul van Ja nus Treurniet zijn, en dan is hier het landhek. Stil, hoort hij daar iets? Neen, 'tis het gerammel van de kluisterkettingen van het vee in de stallen, en het geluid van de wind in de bomen. Aay steekt het koolaspad over. Bij de dam is de houtsingel onderbroken, er is iets meer te zien. Gromt daar de hofhond? Laat dat beest stil blijven. Daar is het landhek, vlug er over. Schuift daar een donkere schaduw over de weg? Aay rijdt schrijlings het hek, een kort gegrom, een snauw, dan voelt hij scherpe hondentan- den door het leer van de laars- kap in z'n been. Het dier bijt zich vast, blijft grommend aan het been han gen. Aay kan het niet meer omhoog trekken. Op de weg naderen snelle voetstappen. De veldwachter met z'n hel per! Gelukkig, Aay's vuist houdt nog de knuppel omklemd! Een forse zwaai ermee, een harde slag, vlak langs het over belaste been! Jankend stuift de hond ach teruit. Aay slingert zijn been over het hek, holt het weiland in. (Wordt vervolgd.) Tropische regens verhinderen verdere actie. (Van onze Indië-redacteur.) Afgezien van buitenlandse in terventies of uitspraken van com missies, kan thans één feit met zekerheid worden gesteld: de Ne derlandse opmars naar Djokja is althans de eerste maanden definitief van de baan. Sinds enige dagen heeft n.l. dé natte periode op Java zijn intre de gedaan, en onmedogend klet teren de tropische regenbuien neer op het zo verdroogde, naar vocht smachtende land. Zowel hoofdwegen als dessa-straten staan blank, terwijl de rivieren niet in staat zijn de grote mas sa's gutsend water op natuurlij ke wijze af te voeren. Hoe kunnen daarbij in aan merking genomen, dat de repu blikeinen de bruggen over de ri vieren ongetwijfeld zullen ver nielen -lichte infanterie-eenhe- den, onder deze omstandigheden hun opmars op bevredigende wij ze volbrengen Neen Djokja is van de baan, en dat is jammer. Twee dagen hebben de Nederlandse troepen, in Augustus van dit jaar, van de republikeinse hoofdstad afge staan. Twee dagen hadden zij nog even de tanden op elkaar moeten zetten om datgene te kunnen be reiken, waarvoor zij noodzakelij kerwijs naar Indië waren geko men: om af te rekenen met de destructieve elementen en voorts om voorgoed de orde en veilig heid te brengen in het zo ver waarloosde land. Vraag het de Indonesische be volking, in de, thans door Neder landers bezette gebieden. Vraag het de Chinezen en de Arabieren en zij zullen, zonder uitzondering, verklaren, dat ze eindelijk, na vijf lange jaren, weer enigszins in staat zijn te leven en te werken op een wijze, die op zijn zachtst uitgedrukt, draaglijk is. De periode van de duimpjes- opstekerij is nu gelukkig voorbij; geen militaire wagen of particu liere auto zal meer in het bin nenland met het langgerekte „okoe" worden begroet. En daar is niemand rouwig om. Ook de soldaten niet, die wel duidelijk hebben blijk gegeven, tot de kern van de kwestie te kunnen door dringen, en die daarom allerminst verlangend waren als „overwin naars" te worden beschouwd. Afgezien nog van het feit, dat de duimpjes-opstekers in vele ge vallen niet loyaal waren, en hun geveinsd enthousiasme gebruik ten om de Nederlandse troepen een rad voor de ogen te draaien maar al te dikwijls bleek zo'n hoera-roeper in zijn mand aan de kant van de weg een landmijn te hebben verborgen is de Hol landse jongen er trots op, onge merkt zijn werk te kunnen ver richten: hij wordt niet langer als vreemdeling aangezien; hij is, in de goede betekenis van het woord Wat gebeurt er met de tandtechnici? Er op of er onder. Voor de Amsterdamse kanten- rechter wordt een proces ge voerd, van welks verder ver loop het zal afhangen, of de Ne derlandse tandtechnici hun be roep al dan niet kunnen blij ven uitoefenen. Als getuigen waren patiënten opgeroepen, wier tanden of kie zen aan bewerkingen werden onderworpen op 't ogenblik, dat politiemannen de betwiste over treding constateerden. De tand technici betwistten dan ook niet, dat zij de tandheelkunde had den uitgeoefend. Het O.M. was van mening, dat de bevoegdheid tot toepas sing van de tandprothese dooi de wetgever nu eenmaal uitslui tend aan artsen en tandartsen is toegekend en dat thans aan de bestaande onhoudbare toe stand een eind moet worden gemaakt. Hij eiste daarom tegen de 7 gedaagde tandtechnici boeten, variërende van f 75 tot f 300. De kantonrechter zal op 20 Nov. schriftelijk vonnis wijzen. De komende verkiezingen. Niet vóór 1 April 1948. Een aantal gemeenten heeft met het oog op de werkzaamhe den voor het samenstellen van de nieuwe kiezerslijst aan de Min. van Binnenlandse Zaken de vraag gesteld, wanneer ongeveer de ver kiezing voor de leden van de Tweede Kamer der Staten-Gene- raal te verwachten is, gesteld, dat de voorgenomen grondwets wijziging tot kamerontbinding aanleiding geeft. In antwoord hierop heeft de minister medegedeeld, dat ver wacht mag worden, dat deze ver kiezing niet vóór 1 April 1948, de datum waarop de nieu we kiezerslijst van kracht wordt, zal geschieden. De voorziening van kalkzandsteen. Het aantal orders voor kalk zandsteen bij het centraal ver koopkantoor voor de Kalkzand- steenindustrie is momenteel zo groot, dat het nodig was een be paalde volgorde voor de afleve ring vast te stellen. Daarom is een tijdelijke regeling voor de voorziening van dit materiaal ge troffen, aldus deelt de afdeling voorlichting van het ministerie van Wederopbouw en Volkshuis vesting mede. De regeling is overeenkomstig die voor dakpannen, welke medio October is ingegaan, met dit ver schil, dat het nu het centraal verkoopkantoor voor de Kalk- zandsteenindustrie (C.V.K.), in plaats van de Nedaco is, die de kaartjes verstrekt, waarop door de wederopbouwbureaux de ge gevens omtrent het werk, het op gegeven aantal en de termijnen van levering moeten worden aan getekend. één geworden met land en volk. Nu, ongeveer drie maanden na het staken der acties, hebben ve len, onder wie ook de oorspronke lijk meest fanatieke republikei nen, op hun beurt de reden be grepen van de komst der Neder landse troepen; men begint reeds thans te genieten van de rust, die gekomen is na de bevrijding van het republikeinse wanbeheer en alles, wat daarmee samenhing. Zeker, Djokja is nog steeds be zig de atmosfeer te vertroebelen: geheime agenten, die onrust en haat trachten te zaaien in de ver afgelegen kampongs, komen en gaan en gebruiken maar al te graag hun flux de paroles om hun meesters stem te doen door dringen in de Nederlandse gebie den; verder blijven de guerilla- benden, de restanten van de re publikeinse strijdorganisaties, die zich bij de komst der Nederland se troepen terugtrokken in bos sen en bergen, nog steeds actief, en niet het minst zijn de repu blikeinse radio-stations debet aan daden van sabotage en ter reur. Maar langzaam, heel langzaam, begint de bevolking die, ruw ge schat, voor negentig procent an alfabeet en onontwikkeld is, het holle van de Djokjase leuzen in te zien. Wim Tausent. Een voorrecht? Dezer dagen werd in eea jeugdmeting de opmerking ge maakt, dat de jonge mensen het als een groot voorrecht moeten beschouwen, in deze tijd te leven. Is dat wel juist? Deze tijd is immers een tijd van spanning en crisis. Vol van gevaren nu en voor de toekomst. Politieke en economische ge varen. Oorlogen en geruchten van oorlogen, die nog veel ver schrikkelijker zullen zijn dan wat we tot nu toe beleefden. Ja, maar er is ook nog iets anders. Het is nu de moeite waard om te leven. Onze tijd heeft behoefte aan mannen van stavast. Aan men sen die met beide voeten staan op de beginselen van het Woord Gods. Aan mensen, overtuigd van eigen zonde en zwakheid, maar sterk in het geloof in God, Die sterker is dan alle schepse len, Die alle dingen regeert. Aan mensen vol van geloof. Bezield door onwankelbare trouw omdat zij zich mogen vasthouden aan de Getrouwe. Inderdaad, het kan een voor recht zijn, te leven in deze tijd. Maar een voorrecht, dat in diepe afhankelijkheid moet worden aanvaard. Tegenspraak van geruchten. De gouverneur-generaal der Belgische Congo, Eugene Jungers, heeft tegenover journalisten verklaard, dat de voornaamste ura- niumaders zich te Sjinkolobwe, op 40 km. afstand van Jadotstad bevinden. Het personeel bestaat uit Belgen en inlanders. De ge ruchten volgens welke mijnen met prikkeldraad omgeven zouden zijn en door Amerikaanse soldaten zouden worden bewaakt, wer den door de gouverneur-generaal categorisch tegengesproken. Jungers deelde verder mede, dat het juist is, dat de totale uit voer van uranium naar de Verenigde Staten gaat, doch dat deze export een zuiver commercieel karakter draagt. Er zijn geen redenen aanwezig de uitvoer op andere landen te richten. Tenslotte verklaarde de gouverneur-generaal dat de Union Miniere een kapitaal van 20 millioen fr. ter beschikking heeft gesteld om het opsporen van nieuwe aders te financieren. Tot nu toe is er evenwel nog niets dat er op wijst, dat deze onder zoekingen met succes zijn bekroond. maande Jan Schouten de A.R.-jongeren. (Van onze Utrechtse correspondent). In een stampvolle schouwburg zaal te Utrecht heeft de jeugd, verenigd in de Anti-Revolution- naire Jongerenstudieclubs (AR- JOS) Zaterdag haar toogdag ge houden. De heren E. van Ruller, Prof. C. Veenhof, Dr J, A. H. J. S. Bruins Slot en J. Schouten spra ken de vergadering toe. „Kern en massa", dat was het onderwerp van de heer Van Rul ler, thans definitief voorzitter van de ARJOS. De massa, aldus spre ker, is altijd gemakkelijk in be weging te brengen. Zij is het, die vandaag „Hosanna" roept en mor gen „Kruist Hem". Zij liet zich eens verleiden door een schilder, later door een waterstaatsingeni eur en nu misschien door een kar- teringsprofessor. Zij is bereid om met iedere stroming mee te gaan. Daartegenover staat de kern, het binnenste deel, het zoutend zout. De massa begrijpt de kern niet en komt er steeds mee in conflict, let op de Franse revolutie, op het 19e eeuwse liberalisme, op het na- tionaal-soclalisme en op het marxisme, zoals dat momenteel door ée communisten in praktijk wordt gebracht. Toch is geen en kele revolutie in staat de massa te helpen want in haar drang naar vrijheid heeft de revolutie van de vrijheid niets begrepen. Is een overkoepeling van kerk en massa mogelijk? De heer Van Ruller verklaarde, dat het geloof een zodanige overkoepeling kan bewerken. Daarom zal de kem zich altijd met de massa moeten bezighouden. Het is echter niet een taak van de jeugd om dat te doen. De jongeren dienen eerst behoorlijk toegerust te worden al vorens zij deze taak in de toe komst kunnen vervullen. Ook de ARJOS is een oefenschool tot kernvorming. Het cardinale punt. De volgende spreker, Prof. C. Veenhof uit Kampen, hield een rede over „Gods Woord en onze politieke roeping", wat hij het cardinale punt van heel onze po litieke activiteit noemde. Wij ge loven immers, dat de politiek on middellijk aan het Woord van God verbonden is. Daarom blijft het van belang, dat wij met gans onze ziel in dat Woord leven. Het gaat in onze politiek niet om het ge bruiken van een paar tekstjes op handige wijzen. Ik vertrouw zeide Prof. Veenhof geen en kele politicus, die niet uit het Woord leeft. Fel kantte de hoogleraar zich tegen de opvatting als zouden wij de waarheidsresten welke er nog in de wereld zijn als elementen onzer politiek kunnen gebruiken en met nadruk vestigde hij er de aandacht op, dat onze politieke activiteit volstrekt afhankelijk is van de prediking der kerk. Der halve zag Prof. Veenhof de deca dentie in de politiek als een ge volg van de decadentie van de kerk. De voorwaarde voor christe lijke politiek luidtZoekt eerst t Koninkrijk Gods. Er komt dus pas uitzicht voor de politiek wanneer de ellende uit de kerk weg is! Onze jeugd en Indië. „De Indische kwestie wordt op de rug van de jeugd uitgevoch ten", aldus stelde Dr J. A. H. J. S. Bruins Slot, de hoofdredacteur van „Trouw", vast in zijn speech over „Onze jeugd en Indië". Hij bracht dit in verband met de po sitie van de Nederlandse militai ren ln Indië. In heftige bewoordin gen keerde Dr Bruins Slot zich tegen de Indtë-polltiek der rege ring, welke hij vol raadselachtige tegenstellingen noemde. In de laatste twee jaren is er in Indië meer verknoeid dan in alle jaren van de Japanse bezetting, zeide hij. Wij moeten deze dingen zien tegen de achtergrond van de Nederlandse traditie, van het recht en van onze roeping. Zullen wij, zo vervolgde dr Bruins Slot, de traditie van Coen af tot Idenburg toe laten varen? Moeten wij van ons recht op Indië afzien omdat de communisten het willen? Kun nen wij Indië verlaten voordat wij daar onze roeping hebben vervuld? Men noemt ons pra ten over traditie „hoogmoed"; men vindt onze opvatting over het recht „ruiken naar petro leum" en ten aanzien van onze roeping wordt ons verweten, dat we het koninkrijk der Ne derlanden belangrijker achten dan het Koninkrijk Gods. Dat laatste treft ons. Deze probleem stelling is foutief. Natuurlijk gaat het ten diepste om Gods Koninkrijk, maar juist omdat we Gods geboden willen gehoor zamen gaan we met de strijd voor het koninkrijk der Neder landen door. Nadat de heer B. Buddingh zich namens de christelijk-his- torische jongeren tot de verga dering had gericht, verkreeg de heer Schouten het woord om over de verhouding van de jeugd tot haar vaderland te spreken. Hij stelde de vraag „Wat bete kent Nederland voor U" en be schreef het belang van de jeugd als „hope des vaderlands". Een maal wordt men ten behoeve van het vaderland opgeroepen tot politiek partijkiezen. Tegen die tijd moet men klaargemaakt zijn. De heer Schouten adviseerde de jeugd zich hiermede veel be zig te houden om derwille van het vaderland en hij wenste haar toe „Houdt fraaie moed!" Want de tijd die we tegengaan zal veel van de jeugd vragen en men dient wel over moed te beschikken om in die tijd zijn werk voor het vaderland te kunnen doen. Het gesproken woord werd op deze vergadering telker.3 door zang afgewisseld. Uiter aard waren de vaderlandse lie deren niet van de lucht. Op fijn zinnige wijze heeft ook het Am sterdams Vocaal Kwartet onder leiding van Marinus Voorberg zijn zang doen horen. Het was verrukkelijk om een moment uit de sfeer van deze overi gens blijde vergadering vei plaatst te worden in „het hof- ken van Heer Jezus". Doodvonnis gehandhaafd De voormalige beroepskapitein van het Nederlandse leger G. D. van de Pol had dienst genomen bij het vrijwilligerslegioen Neder land, voor welk feit de Rotter damse Kamer van het Bijzonder Gerechtshof te 's-Gravenhage hem de doodstraf had opgelegd. Bij de behandeling voor de Bij zondere Raad had de procureur fiscaal de misdragingen van de requirant dermate ernstig geacht, dat hij slechts tot verwerping van het beroep kon concluderen. De raad, uitspraak doende, heeft het beroep verworpen. Doodvonnissen in België voltrokken. Gistermorgen om 7.37 is in de kazerne van Charlesroi aan ze ven en twintig gewezen Belgische S.S.-leden het doodvonnis vol trokken.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1947 | | pagina 2