Hoe Goebbels propaganda-minister werd.
Radio-rede van Gen. Spoor.
De Zeeuwen by Padang in actie.
De pootaardappelen zijn tijdig geoogst
Slechts één stem mocht Duitsland hoeren:
de stem van Joseph Goehbels.
De- feu-tyd vo-vt
Wie betaalt
de Omzetbelasting?
fóuHst in 't lead.
Goebbels wilde helemaal geen minister van Propaganda worden.
Goebbels wilde minister van Binnenlandse Zaken worden. Hitier
zelf praatte het hem uit het hoofd.
Toen Hitier Rijkskanselier werd, kon hij maar twee van zijn
kameraden in zgn eerste kabinet Installeren: Goering kreeg Lucht
vaart, Frlck Binnenlandse Zaken. Goebbels, zoals vele andere nazi's
werd helemaal niets. Ja, het had zelfs de schyn, dat Goebbels
ook later niets zou., worden, want president Hindenburg vond hem
nog onsympathieker dan de andere nazi's.
Tussen de machtsovername 30 Januari 1933 en de eerste
Maart kwam het tot een uitvoerige bespreking tussen Hitier en
Goebbels, waarover slechts bekend werd wat Goebbels later zelf
vertelde. Het schijnt, dat Hitler hem min of meer stellig het mini
sterie van Binnenlandse Zaken heeft beloofd. Nu trok de Führer
zijn belofte in. De uiterlijke reden was, dat hg tegenover Frick
zekere verplichtingen had. Maar dat was maar de uiterlijke reden.
Propaganda:
een machtig wapen.
De diepere oorzaak was, dat
Hitler Goebbels alleen gebruikte
als het noodzakelijk was. De post
.van minister van Propaganda be
stond toen nog niet. Er bestond
op de gehele wereld geen mini
sterie van Propaganda. In Enge
land was er gedurende de eerste
wereldoorlog een geweest maar
dat was lang geleden. Desalniet
temin zag niemand dan Hitler
zelf beter in, hoe belangrijk de
oprichting van zo'n ministerie
was. Men moet in dit verband
niet vergeten, dat hijzelf de eerste
propaganda-chef van zijn party
was nog voordat hij Führer
werd. Men mag ln dit verband
niet vergeten, dat hg altijd de
belangrijkste mannen der partij
tot propagandaleiders had ge
maakt: Gregor Strasser en na
hem Joseph Goebbels. Men mag
niet vergeten, dat een der be
langrijkste hoofdstukken uit
„Meln Kampf" het hoofdstuk
over propaganda is.
Hitler wist, dat hij een minis
ter van propaganda nodig had en
wie was daartoe meer geschikt
dan Joseph Goebbels, die als Pro-
paganda-chef der party in de
laatste jaren het ongelooflijke
had gepresteerd?
Decreteren.
Goebbels
onderhoud
zei
met
later over dit
Hitier, dat de
Führer hem Iets „geheel nieuws,
geheel buitengewoons" had voor
gesteld. Hij was onder de indruk
van dit voorstel. Hij heeft later
ook gezegd, dat het Ministerie
van Binnenlandse Zaken te klein
zou zijn geweest. Het Duitse mi
nisterie van Binnenlandse Zaken
was inderdaad nooit van grote
betekenis, daar de belangrijkste
politie, de Pruisische, niet onder
het Duitse, maar onder het Prui
sische ministerie van Binnen
landse Zaken ressorteerde. Daar
enboven had het voor Goebbels
meer bekoring Iets nieuws op te
bouwen, dan een oude organisa
tie over te nemen.
Dus werd hg op 13 Maart 1933
tot Minister van Propaganda en
Volksvoorlichting benoemd.
Het duldelgke onderscheid voor
Goebbels tussen het ambt van
propaganda-chef der partij en
die van het ministerie van Pro
paganda Is: tot op heden moest
hij werven, overreden, overtuigen.
Nu kan hij decreteren.
Een tweede niet minder belang
rijk verschil is: tot op heden was
hij één stem tegen velen, de na-
tionaal-socialistische bladen wa
ren in de jaren voor de machts
overname niet de enigen, in
tegendeel, de beste en meest-
gelezcn Duitse bladen schreven
dageiyks tegen de nazi's en we
zen hen op hun verdraaiingen en
leugens. De Duitse radio was
voor de nazi's zo goed als geslo
ten. Nu hoeft Goebbels zich niet
meer te laten becrltiseren of te
honen. Nu is er geen enkel publl-
catiemiddel der openbare mening
meer, dat voor hem gesloten
blijft. Nu ls er niemand meer,
die hem openlijk kan tegen
spreken.
Het woord „totaal" is later
veel door de nazi's .gebruikt en
misbruikt. Later was alles to
taal, in het begin was alleen het
rijk van Goebbels totaal.
Hij begreep: Duitsland ligt in
het midden van Europa, Duits-
land's grenzen worden voort
durend van beide kanten over
schreden. Duitsland ls geen land,
dat men in vredestijd kan af
grendelen, zoals Rusland of Ja
pan. Maar geestelijk kan men het
afgrendelen.
Men kan er voor zorgen, dat
tegenovergestelde beweringen,
die de buitenlandse pers brengt,
eenvoudig niet worden gelezen.
Men kan er zelfs voor zorgen,
dat dergelijke beweringen, die
buitenlandse zenders brengen,
niet worden, gehoord
men op het luisteren
zenders straf stelt.
Elan en ellebogen.
De totaliteit van Goebbels, op
gesteld ln het jaar 1933, ls de
totaliteit der Informatie en der
beïnvloeding. De onderdanen van
het Derde Rgk zullen niets we
ten, dan wait hg Goebbels wil dat
zij weten, zij zullen alleen naden
ken over de dingen, waarvan hg
Goebbels wil, dat zij er over na
denken. Hg wil een geheel volk
in een cel opsluiten en hg wil de
enige verbindingsman zgn tussen
de gevangenen en de buiten
wereld.
Om dit gigantische plan te kun
nen doorvoeren, moet hij onbe
perkt heerser zgn over alle mid
delen der -informatie en beïnvloe
ding. Dat ls de voorwaarde. En
hij begint er dadelijk aan te
werken. Hij neemt het oppertoe
zicht over het gehele Duitse
perswezen over. Hg verzekert
zich van de controle over de
Duitse radio. Hg neemt de leiding
over de Duitse boekenindustrle
over. Hij maakt zichzelf dictator
van film en theater. Zgn machts
gebieden strekken zich uit tot
terreinen, die tot nu toe nie-
mands machtsgebieden waren of
het machtsgebied van andere
ministeries. Die opponeren en
protesteren. Goebbels bekommert
zich er niet om. Hij gebruikt zijn
ellebogen. Hij heeft veel te veel
elan, dan dat iemand hem kan
weerstaan.
Ministerie van Propaganda.
Uiteraard ls de naam zelf al een
tegenspraak. Alle experts der
propaganda zijn het er over eens
en zijn dit altijd geweest, dat
propaganda des te meer uitwer
king heeft, naarmate zij minder
als propaganda onderkend wordt;
hoe minder de- te beïnvloeden
kringen weten, dat zij worden be-
invloed. Natuurlijk weet Goebbels
dat ook. Maar hg is ln een
dwangpositie. Hij is veel te ijdel,
Duitsland is het eerste land
dat een ministerie van Propa
ganda kreeg. Dat was op 13
Maart 1933, toen Goebbels
door Hitier tot minister van
Propaganda en Volksvoorllch-
-g werd benoemd en vanaf
dat ogenblik heeft hg getracht
het Duitse volk alleen te doen
horen wat hij het beliefde te
zeggen. Hg beheerste alle ter
reinen van publicatie en wist
op geraffineerde wijze het
Duitse volk dat hem volgde
als waren zg kuddedieren
te misleiden.
hij heeft veel te veel zucht om
mee te te'len, dan dat hg anoniem
achter de coulissen zou kunnen
meewerken. Dat geeft hij natuur
lijk niet openlijk toe en zo zoekt
en vindt hij een gegronde reden
voor zgn enigszins openlgke en
toegestane propaganda.
„Veel eerlijker".
Fritsche zegt hy:
Tegen Fritsche zegt hy: „Ik
ben van mening dat propaganda
niet Iets verborgens moet zijn. Ik
kom er voor uit, dat ik de men
sen wil beïnvloeden. Dat is veel
eerlijker".
Goebbels spreekt in deze tgd
van het ministerie van Propagan
da veel over propaganda. Enige
redevoeringen van hem handelen
hierover. Maar veel Interessanter
is het, wat hij ln engere kring te
gen Fritsche zegt: „Propaganda
betekent herhalen. Pas wanneer
de lntelligentia zegt: „Mijnheer,
houdt op, wij kunnen het niet
meer horen, eerst dan merkt de
kleine houthakker in Hlntertup-
flng het ook ~p en vraagt: „Hé,
daar heb lk nog niets van gewe
ten". (De houthakker ls een 11e-
velingsfiguur, die in alle gesprek
ken van Goebbels om zo te zeg
gen als kenteken opduikt).
Een andere keer „Propaganda
is de kunst der vereenvoudiging.
Propaganda moet in grove trek
ken iets weergeven. Het ls veel
eenvoudiger voor mannen van de
wetenschap een geleerde verhan
deling te houden, dan hetzelfde
complex in een heel eenvoudige
en voor leder duidelijk verstaan
bare vorm te brengen".
Steeds weer komt zijn ijdel-
held boven. In de oorlog zei hij
vaak op conferenties: „Mijne he
ren, begeef -u onder het volk en
vraag hun eens hoe de Engelse
minister van propaganda heet.
Niet een op de twintig zal het u
kunnen zeggen. Maar ik geloof,
dat ze mij aan de overkant wel
kennen!"
Nadruk verboden.
Onder leiding van majoor
De Kam en kapitein Bom.
Geheel onverwacht voor de be
volking kwam de door de militai
re autoriteiten uttgestippele actie.
Dat bleek wel toen te twaalf
uur verschillende N.R.I.-lelders
werden geïnterneerd. Allen waren
verrast. Wel hadden zij dezer da
gen iets verwacht, doch dat dit
zo snel zou komen, bleek een gro
te verrassing te zijn.
De radio-telegrafist bijvoor
beeld, had Fort de Koek medege
deeld om half één weder ln de
lucht te komen, doch reeds voor
half één was de N.R.I.- radio geen
N.R.I.-radio meer. Slechts een
persoon bood tegenstand, dit
kostte hem het leven.
Zo brak de D-dag aan. Reeds
ln de vroege morgen was een
druk gerg naar de beide verza
melpunten waar te nemen.
De Zeeuwen van Emmahaven
openden de dag toen het nog duis
ter was. Hen was opgedragen
naar het Zuiden op te rukken, ten
eind- de bron voor de waterlei
ding, die de Iaaste dagen nogal
Oort.
Het was nog donker en de lich
ten van carriers, weaponcarriers,
drietonners, vyf- en twintlg-poun-
ders, pantserwagens, jeeps, etc.,
waarby zeker'als novum in de In
dische actievoering twee beach-
masters niet vergeten mogen
worden, priemden zich door de
duisternis.
Op tgd gaf de artillerie vuur
af op de voorgeschreven stellin
gen. Dof dreunden de schoten
door de vroege ochtend, de be
volking wakker schrikkend. Op
dat ogenblik ronkten de Piper-
cubs door de lucht, makloemats
(pamfletten) uitwerpend, waarin
de noodzaak en het doel der actie
uiteen gezet werden.
In de kotta werden deze mak
loemats eveneens verspreid.
Zowel de spits der Noord-groep
als die van de Zuid-groep rukten
op. Men mocht vele mijnen en
booby-traps verwachten, terwgl
ook de tegenstand, althans af
gaande op de van hoger republl-
eens het mikpunt der T.R.I. was I kelns-niveau gegeven bevelen,
geweest, veilig te stellen.
Onder leiding van Kapitein
Bom uit Ierseke verliep deze zg-
waartse actie zo vlot, dat te
kwart voor zeven daar alles oké
genoemd worden. De bron is
thans in Nederlandse handen,
waardoor een geregelde water
voorziening van Padang verze
kerd is.
Intussen hadden de jagers ver
sterkt met carriers van 1-8 R.I.
en pantserwagens van het 5e Es
kadron onder commando van Ma
joor den Ouden zich op punt x
opgesteld, eerwijl de Zeeuwen,
versterkt met Genie, onder com
mando van Majoor P. de Kam op
Indien j punt Y verzamelden,
naar deze Het geheel stond onder com
mando van de Lult. Kolonel van
FEUILLETON
door
NEL VERSCHOOR.v. d. VLIS.
48) 0—
Een struise kerel loopt ernaast
en trekt het paard behoedzaam
in de bocht langs het water.
Ze moet even stil staan om
die wagen te laten voorbijgaan,
het pad is maar net breed ge
noeg.
De kerel tikt aan zijn pet, kijkt
haar aan en houdt plotseling
het paard in.
Ze blijft hem verbijsterd be
kijken.
„Wat nou?" zegt hij, „zie ik
dat goed? Ben jij
„Jazegt ze.... „en zie ik
goed
Hij steekt een grove boeren
hand uit, ze legt de hare daar in.
Ze staan wat bedremmeld en
vc. -gen tegenover elkaar.
„Je bent niet meer zo dik als
vroeger", zegt ze eindelijk.
„En jij bent nog even mager!"
Ze is nooit ijdel geweest, ze
glimlacht en kijkt naar de wa
gen.
Hij wijst met zijn duim ach
terom langs de Lek: „Je ouwe
zal het niet lang meer maken,
zeggen ze. Kwam je daarvoor
hier?"
„Ja daarvoor. Wat doe jij te
genwoordig, Janus?"
Hij trekt zijn kiel bij de hals
omlaag.
„Boeren, ik heb een eigen boe-
renbedoening en een vrouw èn
twee kinderen."
Ze slaat de handen in elkaar,
volkomen verrast: „Twee kin
deren? Jij? Hoe is het mogelijk!"
Ze hebben de oude toon ge
vonden, ze staan naast de wa
gen, de ruggen tegen de lading.
„Wat doe jij, vertel me dat es."
„Ik ga trouwen", zegt ze,
„met een schilder
Hij lacht en klopt het paard,
dat onrustig wordt, op de flank.
„Da's het beste wat je doen
kan, geloof me. Nou, je zal het
beter hebben dan vroeger."
„Ja", zegt ze langzaam en kijkt
naar het water van de Lek.
Hij is Janus Dorrestein, daar
om mag hij dit zeggen. Hij is
haar kameraad van de Lek, die
haar jeugd heeft meegemaakt,
die haar getroost heeft met een
appel en met een spel bij het
groot kon zijn.
Het eerste werd gedeeltelgk be
waarheid. Er waren vele mgnen
die vooral de Jagers op te ruimen
kregen. De Zuid-groep stootte
meer op versperringen en opge
blazen bruggen. Dit laatste was
dan ook oorzaak dat de Zuid-
groep langzamer oprukte naar
het einddoel, Indaroeng, dan de
Noord-groep. Voor deze groep
werd het meer een actie der Ge
nie, dan voor de veldsoldaat. De
Noord-groep stuitte op weinig te
genstand. Slechts bg Passer Ba-
roe hielden zich enkele kleine
groepjes op, die fel op de Neder
landse troepen vuurden. Doch ook
deze tegenstand werd spoedig op
geruimd, zodat Majoor den Ouden
te ongeveer elf uur kon melden
water. Maar hij is het ook, die
haar heeft bang gemaakt, met
God en de hel.
Ze moet even een aarzeling
overwinnen.
„Weet je nog", zegt ze, „dat je
me van je opa vertelde? Wat
heb je me dikwijls bang ge
maakt met je verhalen. Nou ken
ik de bijbel, daar staat heel wat
anders in."
Hij slaat nog eens met de
vlakke hand op de flank van het
paard: „O ja? Daar doe ik al
lang niet meer aan. Je moet je
zo druk niet maken meid, niks
gedaan. Maar ik moet zien dat
ik verder kom. Jammer dat ik
de andere kant uit moet, anders
kon je meerijden, Jannigje.
Geef me de hand en de groeten
aan je schilder."
„Ja, en jij aan je vrouw en
kinderen. Jammer dat ik geen
tijd heb, dan ging ik even gen-
dag zeggen. Ik moet verderop."
„Ja, natuurlijk, het beste met
de oude!"
Hij springt op de bok en zwaait
achterom met de zweep, dan
verdwijnt zijn lichaam achter de
hoogopgetaste lading.
Ze kijkt de wagen na, tot die
om een bocht van het smalle
pad verdwijnt. Langzaam ver
volgt ze haar weg.
Het is nu zo ver niet meer,
misschien nog 20 minuten, hoog
stens een half uur.
I Een plotseling opkomend ver
dat zijn doel bereikt was. De ver
schillende objecten waren bezet,
terwgl de hoofdmacht In reserve
bleef voor eventuele hulp aan de
Zuid-groep.
D"~e hulp was echter niet no
dig. Wel rukte deze groep als ge
volg van de wegobstakels lang
zaam voorwaarts, doch van te
genstand was hier geen sprake.
Allereerst stuitte men op de op
geblazen brug ongeveer 200 me
ter buiten de demarcatielgn. De
zware humbers der Cavallerle
konden de kali niet nemen, ter
wijl ook de carriers moeite had
den met de slgkoevers en diepe
kullen ln de kali.
Terwijl de Genie zich inspande
een Baley-brug over de kali te
leggen, was de commandant van
het Zeeuwse carrlerspeleton met
zijn mannen druk in de weer om
de kali voor zijn wagens begaan
baar te maken. Het werd een
strijd tussen Genie en carrier
manschappen, die door de laat-
sten gewonnen werd. Zij kwamen
aan de overzijde te ongeveer 10
uur. toen reeds een deel van de
brug over de kali hing.
Intussen waren mijnenzoekers
druk ln de weer het terrein te
zuiveren.
Te half elf was de brug gereed
en kon het zware wagenmaterlaal
voortgaan. Doch niet ver, want
zeshonderd meter verder op de
weg was een zware versperring
van gzeren staven ln zware be
tonnen beddingen. Zg moesten
met sprffigstof opgeblazen wor
den.
\v-lerom rukten de wagens
verder. De carriers hadden deze
versperring weten te omzeilen,
door de kali te nemen.
Van tegenstand was geen spra-
j ke. Het mortiervuur en het artil
lerievuur was afdoende geweest,
j De republikeinse troepen gaven
er de voorkeur aan snel te ver-
dwgnen, liever dan een gevecht
aan te gaan. Ook de bevolking
was grotendeels verdwenen, naar
wg van de achtergebleven bevol
king vernamen, voornamelijk door
T.R.I. en N.R.I.-lntimidatle. Met
belangstelling luisterde de bevol
king naar de omroep van de
beachmasters, die grote afstan
den overschreeuwden. In deze
omroep werd de bevolking aan
geraden rustig aan de arbeid te
blgven, wapens ln te leveren, aan
te geven waar mgnen waren etc.
Eindelijk werd Indaroeng be
reikt en daarmede de cementfa
briek, een Nederlandse Industrie
die volgens Llnggadjati terugge
geven moest worden.
De fabriek was Intact, doch erg
verwaarloosd. De Zeeuwen plaat
sten er de Nederlandse driekleur
op, die fier in de bergwind wap
perde.
Het doel van de actie was be
reikt. Een belangrgk deel der
Padangvlakte ls thans ln Neder
landse handen, waardoor voor een
groot deel een einde is gekomen
aan de voedselblokkade, die de
laatste dagen veel strenger werd
toegepast. Ook de cementfabriek
is veilig gesteld en dit alles ging
zonder verlies aan Nederlandse
zijde.
Er ls weinig geschoten en wan
neer er geschoten werd dan ge
schiedde dit zoals wg melden om
kleine tegenstand biedende groep
jes te verjagen.
Het aantal doden en gewonden
aan republikeinse zgde ls niet be
kend. Het kunnen er niet veel ge
weest zgn, daar zij te hard liepen.
Groot aantal Nederlanders stelde zich
spontaan beschikbaar.
Zoals gemeld, is zij het met
de grootste inspanning de
pootaardappeloogst in veilige
haven gebracht. Dit jaar moest
in Nederland een ongekend
grote oppervlakte pootaardap-
pelen worden gerooid, terwijl
het aantal beschikbare arbeids
krachten op het platteland ge
ringer was dan ooit tevoren.
Een belangrijke, dringende fac
tor is, dat de kwaliteit van poot-
aardappelen mede wordt bepaald
door de periode waarin zij zijn
gerooid. Er is vooral naar ge
streefd om de poters van de
A-klasse, waarvan de laatste
soort op 30 Juli is gerooid, op
tijd te oogsten, want pootaard-
appelen van de A-klasse leveren
de grootste geldelijke opbrengst
ook bij export.
Het bureau Oogstvoorziening
van het min. van Landbouw had
tot taak, de spanningen, welke
als gevolg van het tekort aan
arbeidskrachten optraden, op te
vangen door naar behoefte werk
van de boeren over te nemen.
Voor het eerst heeft de geor-
Het Tweede Kamerlid, de heer
van den Heuvel, heeft aan de
ministers van Economische Za
ken en van Financiën de volgen
de schriftelijke vragen gesteld:
1. Is het juist, dat niet aan
alle verkopers van artikelen,
vallende onder de per 1 Juli
1947 ingegane verhoogde omzet
belasting is toegestaan deze ver
hoogde belasting de consument
in rekening te brengen?
2. Indien vraag 1 bevestigend
mocht worden beantwoord, wil
de minister dan mededelen, wel
ke motieven hem hebben geleid
tot deze beslissing, welke geheel
strijdt met het standpunt, dat
van de invoering der omzetbe
lasting af is ingenomen, zowel
door opeenvolgende ministers
van Financiën als door die van
Economische Zaken?
3 Is het juist, dat nog in Maart
j.l. door de minister van Finan
ciën aan de Middenstandsraad
is bericht, dat de verhoogde om
zetbelasting in de prijzen wel
zal worden verdisconteerd?
4. Is over deze afwijking van
een jarenlange practijk overleg
gepleegd met het middenstands
bedrijfsleven?
5. Indien de ministers "van oor
deel mochten zijn, dat bepaalde
winstmarges zo groot zijn, dat
daaruit de verhoogde omzetbe
lasting kan worden voldaan, is
het dan niet rationeler de be
doelde winstmarges te wijzigen,
doch vast te houden aan het be
ginsel, dat de omzetbelasting
niet is een bedrijfsbelasting,
maar een, welke door de consu
ment moet worden opgebracht?
ganiseerde landbouw voorna
melijk door middel van de plaat
selijke commissies van de Stich
ting voor de Landbouw een
belangrijke bijdrage geleverd bij
de organisatie en de uitvoering
dezer oogstwerkzaamheden.
Het zal de landbouw ongetwij
feld voldoening schenken te we
ten, dat het tijdig bergen van de
pootaardappeloogst en de hand
having van de C.A.O., mede
dank zij de werkzaamheid van
het bedrijfsleven zelf, vrijwel
overal is bereikt.
Op de daarvoor vastgestelde
data waren de arealen met poot-
aardappelen gerooid. De 30ste
Juli werden dan ook bijna alle
militairen, alsmede de jeugdi
gen met inbegrip van de pad
vinders en de gedetineerden
aan de oogstwerkzaamheden
onttrokken, aangezien de reste
rende werkzaamheden door ar
beiders konden worden verricht.
Voorts is in de afgelopen we
ken duidelijk gebleken, dat een
zeer groot aantal Nederlanders
bereid is zich spontaan beschik
baar te stellen om gedurende
een korte tijd onder voor hen
ongewone omstandigheden en
meestal met opoffering van va-
cantiedagen het platteland de
helpende hand te bieden. Platte
land en overheid brengen dank
aan allen, die in de afgelopen
week in de brandende zon op
het onbeschutte veld hun beste
krachten hebben gegeven om de
voor de Nederlandse export en
de deviezenpositie zo belangrijke
pootaardappeloogst tijdig te kun
nen bergen.
Nederl.-Belgische
militaire samenwerking.
In antwoord op een schrifte
lijke vraag heeft de Belgische
minister van Landsverdediging
geantwoord, dat als gevolg van
een inkrimping der begroting
en de omvang der Belgische
deelneming in de bezetting van
Duitsland, het niet mogelijk is
geweest volledig het opgesteld
program van proefdiensten en
leergangen in Nederland, waar
voor een som van fr. 330.000 was
uitgetrokken, te verwezenlijken.
Men heeft zich er toe moeten
beperken, leden van het leraren
corps van de Kon. Mil. school
en van de wapenscholen naar
Nederland te zenden, teneinde
de Nederlandse taal te leren en
hen in staat te stellen de leer
gangen in beide landstalen op
te stellen. Sedert begin 1947
werden vijf officieren en een
onderofficier naar Nederland
gezonden.
Onlangs meldde radio Hilver
sum, dat de jonge Noorse schrijf
ster Maria Brekker de Nobelprijs
1947 voor litteratuur had gekre
gen voor haar roman „Moeder
Maria". Dit bericht kwam van
radio Stockholm en werd ook
door de buitenlandse persagent
schappen overgenomen.
Thans blijkt, dat hier van een
nogal pijnlijke vergissing sprake
is. De roman „Moeder Maria" is
geschreven door Synnoeve Chris-
tensen alias Mai Lindegaard, die
voor dit boek een prijs van 25.000
kronen heeft ontvangen. De prijs
was uitgeloofd door de Noorse
filmmaatschappg „Europa Film"
en het weekblad „Hemets Jour
nal".
In Noorwegen heeft het be
vreemding gewekt, dat een litte
raire prijs aan de betreffende
schrijfster is uitgekeerd. Haar
boeken zijn bijzonder populair,
maar missen iedere litteraire
waarde. Voor de oorlog was de
schrijfster toneelspeelster in
Oslo.
Herfst 1945 publiceerde zij in
Noorwegen een ander boek on
der de titel „Zoon uit het eerste
huwelijk". De litteraire critiek
van Noorwegen heeft het werk
gekraakt.
Het is onbegrijpelijk, dat deze
mystificatie betreffende do No
belprijs door radio Stockholm
kon worden uitgezonden. Ver
moed wordt, dat achter het ge
val een reclamestunt van een
filmmaatschappij schuilt.
In het Koninklijk Museum voor
Schone kunsten te Antwerpen
zal van 11 October tot 9 Novem
ber een tentoonstelling worden
ingericht van schetsen en teke
ningen van Rubens.
Dezelfde tentoonstelling zal
daarna naar Rotterdam worden
overgebracht, waar zij van 20
November tot 15 December zal
worden gehouden. Van daar uit
gaat zij naar Amsterdam.
De regeringen van Uruguay en
San Salvador hebben de secre
taris van de V. N. getelegra
feerd, dat zij het voorstel van
Chili om een economische com
missie voor Zuid-Amerika in het
leven te roepen, steunen. Ook
Bolivia heeft van zijn instem
ming doen blijken.
Te Wenen was de tempera
tuur 38 graden -in de schaduw.
De hoogste temperatuur sedert
1775 aldaar.
Een terugblik op wat door onze troepen
is gepresteerd.
Dinsdagavond heeft de legercommandant, loit.-gen. S. A. Spoor,
over radio-Batavia een kort woord gericht tot vrouwen, verloofden
en verder familieleden van de soldaten in Indië.
Generaal Spoor sprak als volgt:
„Landgenoten, evenals bij het
begin van de militaire acties op
Java en Sumatra op de 21e Juli
is het mij thans, nu door het bevel
onzerzijds „staakt het vuren" op
nieuw een mogelijkheid is gescha
pen de vgandelijkheden te beëin
digen, wederom een behoefte het
woord tot u te richten. Want nu
de operaties met groot succes en
ln recordtgd zijn verlopen en de
beoogde objectleven alle binnen
de daarvoor gestelde tgd zijn be
reikt, is er voor mij alle gelegen
heid en aanleiding een terugblik
te werpen op hetgeen door uw
mannen, uw zoons en uw verloof
den hier in het leger is gepres
teerd.
En dan moet lk aanvangen met
langen doet haar vlugger voort
gaan, doet haar tenslotte lopen
op een draf. Dat ze daar niet
eerder aan gedacht heeft. De
veerman! Zijn vriendelijk ge
zicht verlangt ze te zien en zijn
kleine, oude blauwe ogen. Ze
wil met hem praten en hem ver
tellen, dat alles heel goed is uit
gekomen, na die ene middag
toen ze is weggevlucht van de
„Leksteiger". Die middag toen
hij haar heeft nageroepen van
de Lekdijk ai. Ze hijgt van het
lopen en drukt een hand in de
zij. Herinneringen komen le
vend en groot voor haar staan, j
De steiger komt in 't zicht, ze
heeft een ogenblik het gevoel
niet langer verder te kunnen:
een oud bijna vergeten gevoel
van vroeger.
Maar ze moet verder nu en
daarom gaat ze door, een hand
boven de ogen.
Ze staat eindelijk stil boven
aan de steiger en trappelt onge
duldig met de voeten. Van de
overkant komt de pont nader;
ze houdt nog eens een hand bo
ven de ogen. Een stoere jonge
kerel legt de pont vast en kijkt
omhoog naar de Lekdijk.
Ze loopt verslagen de steiger
af, de pont op, en blijft tegen
het zijbankje staan, de ogen
donker van teleurstelling.
„Waar is de veerman?"
vraagt ze.
De kerel schiet in de lach.
Zijn zwart, glad haar hangt met
een lok schuin over zijn linker
oog, zijn pet staat scheef op een
oor.
„Mot ik soms effe op dat
bankie gaan staan? Dan ken je
me -beter zien?"
Maar ze lacht niet
„Ik bedoel de andere veer
man", zegt ze mat.
De klank van haar stem maakt
hem ernstig. Hij zet een voet op
het bankje en bekijkt haar aan
dachtig.
„Is dat familie van je? Die is
al jaren dood."
Ze kijkt over het water, daar
na naar de grijze lucht daarbo
ven.
Ze wordt zich bewust van de
kleine tijd tussen leven en dood.
„Was dat familie van je?"
Ze schudt het hoofd en zwijgt.
„Heb je 'n dan gekend vroe
ger?"
Ze knikt en kijkt hem aan.
Er is iets in die blik dat hem
verhindert verder te gaan.
Als hij de pont vastlegt en ze
de steiger opgaat, kijkt hij
haar na.
Ze steekt recht de Lekka over
en doet de deur van het café
open. Het bord is verweerd en
verkleurd, het rammelt boven
haar hoofd.
Ze doet de deur weer dicht en
staat onbeweeglijk in het café,
waar een volmaakte stilte hangt.
(Wordt vervolgd.)
u te danken voor de grote morele
steun, die gg allen, vaders en
moeders, vrouwen en verloofden,
hebt geschonken aan mijn solda
ten in de moeilijke weken, welke
achter ons liggen. Want het zgn
Inderdaad weken geweest, die het
uiterste hebben gevraagd van
hun toewijding, hun plichtsbe
trachting en hun zelfbeheersing.
Hetgeen gij ouders aan onze sol
daten hebt meegegeven in hun
jeugd heeft de proef glansrijk
doorstaan. Hetgeen gij vrouwen en
verloofden, weliswaar misschien
ongezien en ongezegd voor hen
betekent, heeft hen de kracht ge
geven de beproeving te dragen en
hun taak te volbrengen.
Alle hetze- en leugencampag
nes, waarin uw mannen en zonen
ln de afschuwelijkste kleuren
werden geschilderd, zijn niet be
stand gebleken tegen de werke-
lgke feiten. De bevolking heeft
hen ln het algemeen met vreugde
begroet en met groeiend vertrou
wen in haar midden opgenomen.
Ondanks alle provocaties heb
ben zij steeds volhard ln hun po
gingen het Indonesische volk als
vriend tegemoet te treden.
Dat zij, in vrijwel alle gevallen,
hun pogingen met succes be
kroond zagen heeft de ln de ach
ter ons liggende weken door ons
gevoerde actie duidelijk bewezen.
Zeker, ik weet het, dat de Djok-
jase propaganda nog steeds de
meest aperte leugens het lucht
ruim lnslingert over moord en
roof en over het terugslaan van
onze troepen en over het herove
ren van door ons bezette plaatsen.
Ik kan er slechts één antwoord
op geven: laat hen zelf komen
zien, laat hen de door de republi-
keien bezette plaatsen bezoeken
en vaststellen, hoe onze jongens
daar rustig en vrijelijk zich be-
I wegen temidden van de bevolking
en hun de helpende hand reiken.
Komt met de bevolking praten
over de door Djokja verspreide
moord- en roofverhalen en gij
zult de waarheid horen; een
waarheid, die lk u niet behoef
te vertellen. Onze jongens roven
noch moorden. Zij zijn de strgd
niet ingegaan om er op los te
slaan, maar om in samenwerking
dit land weer op te bouwen.
Met verbeten gezichten heb lk
Riemen van Sternen*
Staak de strijd!
Veiligheidsraad*!
Terug of beter: Er mk
(RuslamS),
EEN STOK IN 'T WIEL.
Keerde juist in Insulinde
Langzaam aan weer terug de
Trouwt
Hechtte men bij de rood-wltte
Vlag nu fluks een strookje
blauw?
Zou men nu in enk'le weken
Gaan beginnen aan de Bouw;
Kom dat zou te mooi toch wezen,
Geef het maar een ferme knauw!
Kleine landen grote Heren,
Dat verslaat zich niet zo gauw;
Stop, of 'k zal je mores leren:
Streken, waar ik niet van hou!
Pas vgf jaartjes maar geleden
Gingen in de Java-zee
Onze jongens strijdend onder.
Voor 't behoud van volk en vreê.
Maar nu ga je aanstonds spreken
Van je plicht en van je recht;
'k Wil geen woord daarover
horen:
Hoofdzaak is, dat je nu vecht!
Moet ik dan maar vrijheid lakten
Voor de rover en bandiet
Och, dat weet ik nog zo net niet:
Hoofdzaak is, dat je nu schiet!
En als ik m'n actie doorzet,
Tot bevrijding van wie hoopt?
Wel dan schiet en vecht ik
met je
Tot je zaak in 't honderd loopt!
Kleintjes horen maar te zwijgen!
't Zij je eens voor goed gezegd:
Groten hebben het voor 't
zeggen.
Want wie sterk is, die heeft
Recht.
S. v. d. G.
onze mannen zien staren naar de
vernielingen, welke zinloze en
op vernielzucht ingestelde, en
door propaganda! opgezweepte
groepen vandalen ten koste van
land en volk hebben tot stand
gebracht.
Landgenoten, gij moogt trots
zijn op uw mannen. Zij zijn het
ook op u, want zij weten dat gij
steeds ln gedachten bg hen zgt
geweest en hen ln uw gebeden
hebt herdacht, omdat gij dit hebt
aanvaard en gedragen, wetend
dat het onvermijdelijk was, aan
gezien zonder deze acties geen
uitzicht meer bleef om onze taak
en plicht te vervullen. Hoewel de
gevoerde actie zeker in verhou
ding tot haar omvang en tot de
daaraan deelnemende troepen
sterkte met geringe verliezen ge
paard ging, toch hebben een aan
tal van onze kameraden het hoog
ste offer moeten brengen. Zij heb
ben ln de vervulling van hun
plicht zich echter geofferd om
tienduizenden en honderdduizen
den veilig te stellen en om voor
mllUoenen voorwaarden voor een
menswaardig bestaan te schep
pen.
Zij hebben hun plicht als sol
daat met blijmoedigheid gedragen
Zij hebben hun offer in grootheid
gebracht.
Niet ik alleen dank u voor dit
otfer, dat gij met hen en ln hen
hebt gebracht op het altaar der
menselijkheid. De duizenden die
door hen verlost zijn van chaos
en terreur, zullen met uw en mijn
gebed ook hun gebeden omhoog
doen stijgen tot ons aller Vader
en Meester, die u de troost moge
schenken, waaraan gij thans be
hoefte hebt.
En dat geldt evenzeer voor hen,-
die voor de aanvang van de actie
reeds beroofd werden van hun ge
liefden. Vaak zullen zij zich heb
ben afgevraagd, of dit offer ge
rechtvaardigd was en steeds heb
ben zg slechts moeten vertrouwen
op het woord „het is nodig", dat
hen gegeven werd.
Maar than9 spreken de feiten
door de mond der bevolking, door
de puinhopen en de verkoolde res
ten van ondernemingen en wel
varende dorpen, vernield door hen
die zich noemden „strijders voor
de vrjjheid".
Een vrijheid echter, die noch
rust, noch geluk, noch voosspoed
bracht aan de gebenlficeerden.
De grootste glorie en de groot
ste dank voor hetgeen bereikt
werd, is 't scheppen van normale
levensverhoudingen en het op
bouwen van de nieuwe beginselen
van een herbouwde en welwillen
de gemeenschap, welke aan hen
ten deel vallen, die vielen voor dit
ideaal.
Dat deze gedachte u tot troost
en sterkte mogen zgn in de moei
lijke ogenblikken, ls mijn stille
bede".
Papier voor
„De Hervormde Kerk".
Door het Tweede Kamerlid,
de heer van Walsum, zijn aan
de minister van Onderwijs de
volgende schriftelijke vragen
gesteld
1. Is het de minister bekend,
dat de Nederl. Herv. Kerk, af
gezien van een weekblad van
meer ambtelijk karakter, bui
ten het weekblad „De Hervorm
de Kerk" over geen ander lan
delijk persorgaan beschikt?
2. Is het de minister bekend,
dat bezwaar wordt gemaakt dit
weekblad regelmatig 12 pagina's
ter beschikking té stellen, op
grond van de overweging, dat
het weekblad niet onder de opi
niebladen wordt gerekend?
3. Is de minister bereid mede
te delen de redenen waarom ge
noemd weekblad niet als een
opinieblad wordt beschouwd?
4. Is de minister niet van oor
deel, dat het, gezien in het licht
van de verhouding van kerk en
staat, niet zonder bedenking kan
zijn, dat, wanneer de kerk haar
weekblad wel als een opinieblad
beschouwt, de overheid het te
gendeel uitmaakt?
5. Is de minister bereid, als
nog te overwegen, of wegen kun
nen worden gevonden om tot
een uitbreiding van de omvang
van het weekblad te komen, te
meer, daar dat de enige moge
lijkheid is om de bezwaren, op
grond waarvan het weekblad
niet als een opinieblad wordt
aangemerkt, te ondervangen?