De conferentie te Moskon.
Tribunaal te Middelburg.
Avontuur in Oud-China.
d&fo
Rusland en Polen eenstemmig
over de Oostgrens
van Dultsohland.
Staatsgreep in Paraguay 1
FEUILLETON.
Loop dor bevolking in 1946.
Diplomaten reizen naar Mps.
kou. De groote politieke wor
steling met het oude Kremlin
als arena gaat beginnen. Het
is bekend genoeg, dat het een
strijd' zat worden met volstrekt
tegenstrijdige opvattingen bij
de verschillende partijen: Rus
land tegen Engeland én Amie-,
rtka, terwijl Frankrijk een
beetje als in 't nauw gedron
gen vierde zal fungeereD, niet
goed wetend, welken kant te J
kiezen.
Het onderwerp la Duitsch-
land. Want niet over Oosten
rijk zal verschil van meening
bestaan. De Groote Vier zijn
het er zelfs over eens, dat die
staat weer een leger mag heb
ben. Merkwaardig genoeg blijkt
uit Weensche persstemmen, j
dat men zich daar ojp het
oogenblik voor een eigen leger
niet bijster interesseert I Mpn
heeft genoeg militairisme mee
gemaakt.
De groote kluif, dat is dus
Duitschland. Bij de voorbe
sprekingen te Londen is geen
enkele overeenstemming be
reikt.
Een slecht voorteeken 1
Het doel der Moskousche
conferentie zal dan ook voor-
loopig slechts zijn: eikaars
meening te peilen en te onder
zoeken of thans kans bestaat
op overeenstemming. Maar het
is begrijpelijk, dat ieder van
de Groote Vier in de afgeloo-1
pen maanden heeft getracht
zijn positie zoo sterk moge-
lijk te maken. Op de valreep
is de Sovjet-Unie erin ge
slaagd een succes mogelijk te
maken, dat weliswaar niet
moeilijk te behalen was, maar
dat toch een flinke ruggesteun
beteekent.
Terwijl de ministers Mars
hall, Bevin en Bidault reeds op
weg waren gegaan naar Mos
kou, werd daar een verdrag
gesloten tusschen de Sovjet-
Unie en Polen, Het voorneem-
«te was, dat de twee landen in
principe het een» werden over
de regeling van d« Duitsche
kwestie. Die mededeeling zul
len de Russen hun gasten met
een kunnen doenl
De kern ervan is, dat de Sov
jet-Unie, die na veel aarzeling
toegegeven 'heeft betreffende
het hooren van de kleinere lan
den, met één daarvan tot over
eenstemming is gekomen. Ken
diplomatiek succes I
Rusland kan dus optreden
als verdediger der belangen van
een kleine mogendheid en het
mooiste is, dat de Sovjet-plan
nen dezelfde zijn als die van
Polen: De 'huidige Oostgrens
moet zoo blijven.
Dat is de kern van dit ver
drag, maar die grens is tevens
een onderwerp, waarover de
Amerikanen en Engelschen het
niet met Moskou eens zijn.
GEEN DUITSCHE
JOURNALISTEN
NAAR MOSKOU.
De Russische afgevaardigde bij
de politieke afdeeling van den ge
allieerden bestuursraad heeft ver
klaard, dat met het oog op de be
perkte accomodatie geen vertegen- i
woordigers van de Duitsche pers
de conferentie te Moskou mogen
bijwonen.
BOETE VAN LEWIS
GEHANDHAAFD.
Het Hooggerechtshof van de
Ver. Staten heeft de uitspraak
tegen John Lewis den leider van
den mijnwerkersbond, die door de
rechtbank sohuldig was bevonden
aan ongehoorzaamheid jegens het
Hof, juist bevonden. Lewis was
veroordeeld tot een boete van
10.000 dollar, zijn organisatie tot
een boete van 3.5 millioen dollar.
Het Hooggerechtshof hand
haafde de tegen Lewis geëischte
boete, doch oordeelde, dat de
boete van den bond tot 700.000
dollar verlaagd moet worden. Bo
vendien zal de bond 2.8 millioen
dollar extra moeten betalen in
dien hij zich niet binnen vijf da
gen volledig accoord verklaart
met de uitspraak van de gewone
rechtbank.
Wanneer de mijnwerkers op 31
Maart weer in staking gaan, zal
de 2.8 millioen dollar, waarmede
dd 'boete verminderd is, alsnog
worden opgelegd.
Welingelichte kringen te
Washington zijn van meening,
dat deze uitspraak vermoedelijk
een noodlottige staking in April
heeft Sfgewend.
m Britsche onderwijsdeskundigen
zullen de volgende maand naar
Duitschland gaan, waar zij drie
maanden zullen verblijven om on
derwijzers en organisaties in de
Britsche zone van advies te die
nen in kwestie betreffende op
voeding van volwassenen.
Niet bevestigde berichten van de
Argentijnsch-Paraguayaansche
grens zeggen, dat zich in Para
guay een militaire staatsgreep
heeft voltrokken met het doel een
einde te maken aan het president
schap van generaal Higinio Mori-
nigo.
De berichten houden in, dat et
in de Paraguayaansche hoofdstad
'Auncion schietpartijen hebben
plaats gehad; nabij het hoofdbureau
van politie. Alle verkeer in de stad
is gestremd en het ministerie van
Marine is door een cordon van be
wakers omgeven.
Generaal Morinigo heeft den
steun van de nationale republie-
keinsche partij en het leger.
De revolutionnaire uitbarsting
zou te Asuncion hebben plaats ge
had. Na een hevig vuurgevecht
hebben de aanhangers van de „Fe-
beirista" (de ami-Morinigo-partij)
het hoofdbureau van politie bezet
De politie heroverde het bureau in
een tegenaanval en alie daders
zouden in hechtenis zijn genomen.
De „Febeirista" wordt geleid
door kolonel Rafael Franco, een
leidende figuur in den oorlog van
de Gran Chaco met Bolivia, welke
oorlog eindigde in 1935. Franco
is president van Paraguay geweest
tusschen twee revoluties. In 1937
is hij verbannen. Eenige maanden
geleden was hij na amnestie naar
Asuncion teruggekeerd.
DE LEIPZIGER MESSE.
Volgens den Britscben nieuws
dienst in Duitschland zouden de
Sowjetrussische autoriteiten „hun
belofte voor extra toewijzingen
van grondstoffen" ter uitvoering
van de orders voor artikelen, die
momenteel op de Leipzigef Messe
worden tentoongesteld, ingetrok
ken hebben.
Deze „onverwachte maatregel"
zou een groote beperking van leve
ranties van de tentoongestelde ar
tikelen naar de andere zones en
het buitenland beteekenen.
DE DOOR JOEGO-SLAVIfi
IN BESLAG GENOMEN
ITALIAANSCHE
SCHEPEN.
Volgens een woordvoerder van
het Amerikaansche ministerie van
Buitenlandsche Zaken zouden de
nota's der Engelsdie en Ameri
kaansche regeeringen aan Joego
slavië, waarin protest wordt aan-
geteekend tegen het inbesiag ne
men van Italiaansche schepen de
actie van Joego-SIavische recht
banken als in strijd met de voor
waarden van het Italiaansche vre
desverdrag bestempelen. Volgens
dit verdrag moeten alle Italiaan
sche schepen ter beschikking blij
ven van het geallieerde oppeAevel.
Vijf der betrokken schepen zou
den zich in Joegq-Slavië bevinden.
w Da Deensehe en Zv^eedsche re
geering zijn onderling overeenge
komen hun respectieve gezant
schappen tot ambassade» te ver
heffen.
GR1EKSCH SCHIP AAN
DEN GROND.
Het 7000 ton metende Grieksche
stoomschip Ira, dat op weg is van
Amerika naar Antwerpen, heeft
geseind, dat het ten Zuiden van
de Goodwin Sands aan den grond
geloopen is en onmiddellijk assi
stentie noodtg heeft. Een reddings.
boot uit Londen heeft zich op weg
naar het schip begeven.
BRITSCHE ALLIANTIE
MET NEDERLAND?
Keuter meldt, dat een woord
voerder van het Britsche mini
sterie van Buitenlandsche Zaken
heeft verklaard, dat de mogelijk
heid dat Engeland ook met Ne
derland een alliantie wil sluiten,
ingeval van een Britsch-Belgische
alliantie, „zeker niet uitgesloten
is".
Hij voegde hieraan toe, dat hij
geloofde, dat Bevin, de Britsche
minister van Buitenlandsche Za
ken, zich te Brussel ten gunste
van de sluiting van een alliantie
niet alleen met België, maar ook
met andere geallieerde mogend
heden had uitgelaten. Tot dus
verre echter waren er nog geen
stappen bij eenige andere regee
ring gedaan.
Tribunaal legt boete op
van 500.000.
De meubelhandelaar Smarius
te Nijmegen, die tijdens den oor
log zeer veel goederen aan de
Duitschers had verkocht, is door
het Tribunaal te Nijmegen Ver
oordeeld tot een geldboete van
f 500.000,en ontzetting uit de
kiesrechten. Wegens zijn hoogen
leeftijd werd geen interneerings-
straf opgelegd.
Leerlingen van Radersefreten.
De Legenvoorlichtingsdienst
deelt mede: De leerlingen van de
kaderscholen der artillerie en van
(het artillerie meetregiment, die
aangewezen zijn voor het volgen
van den rimi-curstis aan de school
Technische troepen, Kromhout-
kazerne te Utrecht en zich altlaar
10 Maart, zouden moeten meiden,
moeten a.s, Woensdag 12 Maart
de avondbladen lezen of luiste
ren naar de uitzending voor de
Nederlandsche Strijdkrachten te
18.30 uur, waarin nadere orders
zullen worden bekend gemaakt.
Zij moeten zich Maandag 10
Maart dus niet te Utrecht
melden. Zij zulten van hun school-
commandant maaltijdbonnen ont
vangen voor de periode tot en met
16 Maart a.s.
Kruidenier knoeide met
bonnen.
Een Haagsche kruidenier deed
in 1945 aangifte van een inbraak,
I waarbij f. ij n brandkast, waarin
de oppiakvellen met bonnen ge-
1 horgen waren, verdwenen was. De
man gaf op, dat hy 29.600 bon-
1 nen voor verschillende artikelen
j vermiste, waarvoor hy van don
distributiedienst eon vergoeding
in toewijzingen ontving.
Bij een nader onderzoek is ech
ter gebleken, dat hy de brandkast
I had weggebracht om diefstal te
i kunnen voorwenden.
De bonnen had hy met behulp
van een distributie-ambtenaar op
het code-nummer van een anderen
winkelier ingewisseld tegen toe
wijzingen. Alleen de suikerbonnen
hadden een anderen weg gevon
den. Een tweede handlanger had
deze bonnen in den zwarten han
del laten verdwijnen. Alle drie
in deze zaak betrokken mannen
hebben volledig bekend.
gemeentehuis re St. OeSenroBe
den opperwachtm. Bonman opge
beld, om te zeggen, dat deze ten
gem. huize moest komen. Hij wist
toen niet, dat het onderzoek Bou-
man zelf betrof, want een week
daarvoor had Bonman een lijst
met namen van zwarthandelaren
Ingediend. Zoodoende bad hij er
ivict aan gedacht 13. te waarschu
wen.
Mr P. C. Adriaanse, verd.,
noemde de zaak te St. Oedcnrode
gevolg van een noodlottigen sa
menloop der omstandigheden; de
beschuldiging daarvan kan z.i. ver
vallen. Verd. wees nog op den
jeugdigen leeftijd van besch. en
verzocht clementie.
Uitspraak over 14 dagen.
76
(Slot.)
„Ja vader is niet meer in
Yong-Foo", zei hij kalm. „Hij
is uit China vertrokken."
„Is hij weg uit China?"
vroeg zij verschrikt door het
onverwachte van deze tijding.
„Ja,, hij is terug naar Enge
land."
„Hoe weet Je dat, Dick?"
Als antwoord overhandigde
Forsyth haar den brief van
Barrington. Zij las hem vlug
en keek vragend naar haar
man.
„Hoe wist hij dat, Dick? Hoe
kreeg je dien brief? Heb je
hem gesproken?"
„Ja", antwoordde hij. „Ik heb
hem gesproken, toen wij «n
■Yunnan aankwamen. Hij had
opium gesmokkeld en omdat
hij als Chinees was verkleed
was hij veroordeeld tot het
dragen van het schandbord".
„Vrees elijk."
„Zeker, het was vreesellj'k.
Ik Leb verzocht om zijn tavrij-
hültuUlafl m da
verbond daaraan de voorwaar
de, dat hij China zou verlaten.
Daartoe heeft hij de noodige
stappen gedaan. Je vader
schreef mij dien brief tot af
scheid."
„Wist vader, waar ik was?"
„Ik denk van niet."
„Vroeg hij ook naar mij?"
„Neen", fantwoordde Forsyth
kalm.
„En heb je hem ook iets
verteld?"
„Neen. Ik vroeg hem, waar
je was en hij zei, dat Je goed en
wel in Yong-Foo was, hoewel
ik kon merken, dat hij beter
witt,"
„Wat denk je dan, dat hij
werkelijk dacht?"
Forsyth stond in tweestrijd-
Zou hij trachten haar tevreden
te stellen met een halve waar
heid, Neen. 't Zou voor Kath
lyn, hoe pijnlijk ook, het best,e
zijn, dat hij haar alles vertelde.
„Ik denk, dat je vader ge
loofd., dat J« bü U-Weng-Hoo
ia H-Cha* ma". aai hij.
De laatste der fam.
Brakman stond te
recht. Poelman Jr.
dacht, dat de W.A.
een sportvereeniging
was. Fusilleering op-
perw.meester Bouman
gevolg van noodlotti
gen samenloop van
omstandigheden?
Als eerste stond Vrijdag voor
bet Middeiburgsche Tribunaal te
recht de 37-jarige Middeiburgsche
drogist H. A. B r a k m a n, die al
vóór 1940 N.S.B.-er was gewor
den in de bezetting lid werd van
de Ned. Duitsche Kultuurgemeen-
schap, den N.V.D. en het Econ. I
Front. Hij beëindigde zijn brie
ven met „Heil Hitier" en ging
met een lid der Grüne Polizei
om. Voorts gaf hij zich op voor
het overnemen van een inbeslagge-
nomen Joodsche zaak.'
Besch. was de laatste van de
fam. Brakman, die tereoht stond.
Nooit had hij een. vergadering der
N.S.B. bezocht en ook bij de W.
A. had hij zich niet aangesloten.
Mr Kuipers wees erop, dat deze
besch. geen actieve rol in de N.
S.B. heeft gespeeld. Hij heeft
echter zijn naam tegen zich. Reeds
in 1942 verbrak hij alle relaties
met de N.S.B. Met klem werd
spoedige invrijheidsstelling ver
zocht.
De 26-jarige kantoorbeidende J.
M. Poelman te Middelburg
hoorde zich een zeer uitgebreide
dagvaarding voorlezen. Het ern
stigste feit, hem ten laste gelegd,
was wel, dat hij op 23 Aug. 1944
te St. Oedenrode zijn medewer
king verleende aan de arrestatie
van den opperw. meester der
Staatspolitie Bouman, door de D.
politie wegens illegaal werk. Bou
man is een maand later gefusil
leerd.
Eind 1940 was bij' lid der N.S.
B. geworden, omdat hij (naar hij
nu verklaarde) 'bang was, op het
stadhuis te worden ontslagen. Hij
was groepsadministraf eur der
N.S.B. en colporteerde met Vova,
ook schilderde hij N.S.B.-leuzen
op straat.
Van de W-A. dacht hij, dat het
een sportvereeniging was. Voor
zijn lidmaatschap van den N.V.D.
en het N.A.F. kon hij geen reden
opgeven.
Als afdeelingsleider van den N.
J. S. was hij in Zeeuwsah-Vlaan-
deren opgetreden. Voorts had hij
zich voor keuring voor het Oost
front opgegeven. Op het vliegveld
Haamstede was hij kantoorbe
diende geweest. Op de beschuldi
ging, zijn bemiddeling te hebben
verleend bij het koopen van
Joodsch eigendom, antwoordde
besch., niet te hebben geweten, dat
het Joodsch eigendom wasde
koopcontracten had hij niet ge
lezen.
In Axel had hij meegewerkt aan
huiszoekingen, maar de verant
woording daarvoor wentelde besch.
geheel af op den N.S.B.-burge
meester, die hem de opdrachten
had gegeven.
Op 23 Aug. '44 had hij op ver
zoek van twee S.D.-ers vanuit het
TRIBUNAAL TE
ZIERIKZEE.
Als eerste verscheen op de zit
ting van Dinsdag A. N. L i n d-
h o u t te Haamstede, die zich bij
de N.S.B. en de W.A. had aan
gesloten. Verder werkte hij voor
de D. W. en trad toe tot de staats-
brandweer, een bluschorganisatie,
uiteraard onder Mofsche regie.
De verdediger Mr Kuipers zag
besch. als slachtoffer van de aan-
wervingspolitiek.
De volgende gedagvaarde was
B. J. M e d d e 1 e r te Burgh, die
eveneens lid van de N.S.B. was,
propaganda voerde en den vijand
chauffeursdiensten verleende.
Mr Kuipers aflhtte de veronder
stelling, hier met een N.S.K.K.-
geval te doen te hebben, begrijpe
lijk, maar onjuist. Pleiter vroeg
onmiddellijke invrijheidstelling,
hetgeen het tribunaal toestond.
Op de middagzitting verscheen
P. A. K o r t te Noordgouwe, die
zich aansloot bij de N.S.B. en
de W.A. Hij voerde propaganda
em ift een schrijven aan den hop
man van de W.A. te Goes, gaf
hij uiting aan .zijn verlangen al
het mogelijke ten gunste van de
W.A. te doen. Als voorman bij
den Wehrmachtsaannemer Stouten
spoorde hij de werklieden tot
grooter activiteit aan. Bij een 'rel
riep hij de hulp in van een Bau-
Ieiter, die maatregelen nam.
Besoh. had zijn medearbeiders
aangespoord alleen als de Duit
schers liun dreigement „einsper-
ren" lieten hooren.
De verdediger, Mr Adriaanse
maande tot voorzichtigheid met
verklaringen van getuigen, die zelf
toch min of meer collaboratiewerk
verrichtten.
Het is verder niet bewejeo, dat
öestfi. in W.A. verband, het den
menschen lastig maakte.
Pleiter vroeg clementie.
Uitspraken 18 Maart.
Uitspraken
Wijlen J. C. N e 1 i s se te Oos-
terland, f 750 te betalen van de
nalatenschap.
Aan het Statistisch Bulletin van
het Centraal Bureau voor de Sta
tistiek betreffende de voorloopige
cijfers van den loop der bevol
king gedurende JanuariDecem
ber 1946, onticencn wij het vol
gende:
Het aantal huwelijken in bet
geheele jaar bedroeg 107.074; het
totaal aantal levendgeborenen was
283.802, waarvan 6951 onwettig.
Overleden zijn in dit tijdvak
79.784 personen.
De gemiddelde aantallen voor
deze rubrieken, gerekend over het
tijdvak 1936-1939 bedroegen resp.
69.178, 174.910, waarvan 2447 on
wettig en 74.688.
Mei spant de kroon wat het
aantal huwelijken betreft, n.l.
13.999. Ook het aantal levendge
borenen was in deze maand het
grootst, nl. 28.116, waarvan 805
onwettig. Dit wat betreft de abso
lute cijfers.
Gerekend per 1000 inwoners
per jaar, krijgen we het volgende
beeld.
Huwelijken 11.4 tegenover het
gemiddelde van 8,0 in de jaren
1936-1939. Levendgeborenen 30.2,
waarvan eerstgeborenen 8.2
Overledenen 8.5. Deze drie laatste
rubrieken gaven over 1936-1939
resp. het volgende beeld: 20.3,
5.9 en 8.7.
Tenslotte het aantal onwettig
geborenen per 1000 inwoners,
overledenen berieden 1 jaar per
1000 levendgeborenen en overle
denen aan T.B.C. der ademha
lingsorganen per 10.000 inwoners.
Deze aantallen resp. 25.2, 38.6 en
3.3.
Het gemiddelde over de jaren
1936-1939 geeft de volgende cij
fers: 14.1, 37.1 en 3.2.
De uitbarsting van de Etna. Inwoners van Musumeci slaan de lang
zaam naderende gloeiende lavastroom, die hun hulzen en have
bedreigt' gade- De schade, welke tengevolge van de jongste uit
barsting werd aangericht, wordt op 1 milllofen pond-sterling geschat.
Kathlyn sprak niet. Hij 'keek
haar aan en zag wel, dat zij
zijn meening deelde. Ev.en la
ter zeide zij„Wat moéten we
doen, als Li-Weng-Hoo weer
in Yong-Foo is teruggekomen? i
Zal het niet gevaarlijk zijn
voor ons, als we daar een kort
bezoek brengen?"
„Misschien wel. Maar we
kunnen op de sampan blijven
en Chin met een boodschap
naar dokter Wang-Hi sturen.1
Ik moet hem, als het eenigszins
mogelijk is, spreken. We moe
ten het een en ander regelen,
als we naar Yunnan terug wil
len gaan."
•„Ja!, laten we vóo-ral naar
Yunnan teruggaan. De kleine
Nang-Kun heeft het mij zoo
gevraagd."
„Dlain mdet'en we eventj|es
Yong-Foo aan doen."
Toen zij de stad bereikten
met hun sampan, bleek hun
vree* ongegrond. Li-Weng-
Hoo wa* werkelijk naar Yong-
Foo teruggekeerd, maar zou
het niet meer in oproer kun
nen brengen tegen hen. 't Was
in de avondschemering. Plotse.
Ung brandde een groot, papie-
ad den h«uv.«i ach»
ter -het paleis van Li-Weng-
Hoo af. Forsyth zag het. Hij
wist, dat dit de gewoonte was,
wanneer iemand gestorven
was.
Ineens maakte een gedachte
zich van hem meester. Een
paar m,eter vóór hen lag een
andere sampani voor anker. Hij
riep den Chinees, die bij het
roer stond: „Voor wien is die
doodstempel verbrand?"
„Voor Zijne Excellentie Li-
Weng-Hoo."
„Is hij gestorven?"
„Door eigen hand, een week
geleden. Er wordt gefluisterd,
dat hij in ongenade is gevallen
Toen hij uit Pi-Chow terugkeer
de kwam hier een hooge offi
cier met zijn soldaten. Dien
zelfden nacht is Li*Weng-Hoo
gestorven, door zich in zijn
zwaard te laten vallen. Hij was
een slechte man."
„Heel slechte man", beaamde
Ghin hartgrondig.
Forsyth keek naar Kathlyn.
„Dat is het einde van onze ge
varen. Chin behoeft niet naar
het zendingshuis te gaan, maar
morgenochtend zullen we allen
samen gaan."
Zoo d«4*a Ba enlnl.
dagen -later kwam dokter Bur
nt met zijn sampan de rivier
op. Zij ontmoetten hem bij
Wang-Hi. Toen hij hoorde van
het plan, zich in Yunnan te
vestigen, stemde hij daarin toe.
„Maar we gaan niet verder
de rivier op dan tot Yong-
Foo, zei Kathlyn glimlachend.
„Wel) waarom niet? Het is
de beste weg."
„Dat is mogelijk. Maar er is
een vroom Boedhistisch abt
tusschen de heuvels bij Pi-
Chow en dien willen we graag
een bezoek brengen."
„Een Boedhistisch abt? Maar
hoe komt u.
Toen dokter Burrit de his
torie gehoord had, begreep hij
hun verlangen.
„Als ik de een of andere mil-1
lionair was, zou ik dat klooster
^begiftigen", zei hij, „Forsyth
is een zendeling, Wang-Hi is
er een; ik ben er een, maar,
mevrouw Forsyth, in weerwil
van zijn heidensche leer, be
schaamt die oude abt menig
een, die zich met den Chris-
tennaam tooit."
En misschien Jjad hij wel ge-
tijdc.
Katholiek Comité
„Handhaving
Rijkseenheid".
Het Katholiek comité voor
de handhaving Rijkseenheid
heeft een open brief gericht aan
den heer W. J. Andriessen,
voorzitter van. de K.V.P., zulks
naar aanleiding van diens in
de pers verschenen mededee
ling namens het bestuur der
K.V.P. dat de actie van het
voorlodpig 'katholiek comité
ter beoordeeling zal worden ge
steld van deni 'Partijraad. In
den brief van het comité wordt
o.m. gezegd:
„Artikel 35 van het partij-
reglement waarborgt het recht
van vrije klacht in de partij,
zooals in - een democratische
partij uiteraard vanzelf spreekt.
En wat het recht is van één
lid", zoo voert het comité aan,
„is ook het recht van 1000 en
van 10000 leden".
Het schrijven gaat clan als
volgt verder:
„Het betreft hier niet een
of ander locaal belang, of
een daarboven uitgaand min
of meer principieel vraag
stuk, waarover verschillend
kan worden gedacht, neen,
het betreft hier het alles
overheerschende vraagstuk
van het voortbestaan en de
toekomst van ons Konink
rijk, dat van vitaal belang
is voor iederen Nederlander,
geen uitgezonderd, en voor
zeventig millioen\lndonesiërs.
Hoe kan men nu te boven
komen, dat er in de partij
t a.v. dit punt verschil van in
zicht is met de leiding der
partij En ook, hoe kan men
te weten komen hoe d i 80 pet.
van de Nederlandsche katholie
ken, die niet in de K.V.P. zijn
georganiseerd, maar die in den
regel op die partij stemmen,
t.a.v. dat punt denken?
Natuurlijk alleen door een
telling te organiseeren en de
genen, die van hun verschil
van inzicht willen doen blijken
op te roepen. Hoe kan dit an
ders geschieden, dan doojr een
comité ad hoe op te roepen?
Is dit een organisatie binnen
de partij Dit is naar onze
meening niet in ernst vol te
houden.
Zou dan deze telling moeten
gesohieden door middel van de
organisaties der partij, dus via
de kieskringen, afdeelingen
enz.? Ook dit is niet in ernst
vol te houden, omdat het be
gaan van dezen weg zooveel
tijd zou kosten, dat het punt in
kwestie het .Indische vraag
stuk reeds lang zou zijn be
slist, voordat die weg tot het
einde toe zou zijn afgelegd.
Hier wordt nog daar gelaten,
dat de bovenbedoelde 80 pet.
katholieken langs dien weg in
het geheel niet zouden worden
bereikt, Of behooren dezen
niet in dc gelegenheid te wor
den gesteld te doen blijken of
de door hen aan de partij ge
geven macht overeenkomstig
hun inzichten is of wordt ge
bruikt?
Wij hadden een zakelijk
scherp geformuleerd antwoord
op onze vraag verwacht. In
stede daarvan,spreekt u na-
8Uwa bestuur, dme K.V.P.?
Weinig is er wat algemeener
gevonden wordt dan het gebed.
Zelfs daar, waar schier niets meer
is, dat herinnert aan den eisch des
Hecren, Hem te dienen naar Zijn
Woord, is vaak een zekeren- vorm
van gebed nog over, Dit i» meest
al het laatste wat losgelaten
wordt.
En toch is het goed, dat wij
ons rekenschap geven op dezen
dag van de vraag, wat eigenlijk
bidden is. Er is immers weinig,
waaromtrent zooveel onkunde
heerscht, en waaraan zooveel on
heilig gebrek kleeft dan aan het
gebed.
Wij lezen in den brief van Ja
cobus: „Gij bidt en gij ontvangt
niet, omdat .gij kwalijk bidt
Daartegenover lezen wij ook in
dienzelldcn brief: „Een krachtig
gebed des rechtvaardigen vermag
veel. Elia was een mensch van ge
lijke beweging als wij, en hij bad
een gebed, dat het niet zou rege
nen en het regende niet op de
aardei in drie jaren en zes maan
den. En hij bad wederom en de
hemel gaf regen en de aarde
bracht hare vrucht voort".
Elia bad een gebed. Het is
goed, daar acht op te geven. Hebt
gij u wel eens rekenschap gege
ven, dat men ook nog wat anders
kan bidden dan een gebed. Hoe-
velen bidden in het openbaar tot
menschen inplaats van tot God,
zooals de farizeër in den tem
pel. Zij gaan uit van de gedachte,
hoe zullen de menschen het vin
den. Zoo kan men ook een preek
bidden, ja men kan van alles bid
den zonder dat het maar iets van
een gebed heeft. Daarbij kan men
het gebed gebruiken om anderen
te kastijden, te vloeken, te verne
deren en tevens zichzelven te
rechtvaardigen.
Elia bad een gebed. Waarachtig
gebed is een wandelen op den
verborgen weg, waarop wij ge
meenschap met den Heere oeie-
nen,- Daarin wordt de verborgen
omgang met den Heere gekend.
Daar, waar dc ziel in waarheid
bidt, is het roeds goed, daar heeft
ze reeds ontvangen, hoe de uit
komst ook zijn zal. Daar is het,
mij geschiede naar Uw wil; Gij
zult mij leiden door Uwen raad.
Tot dit waarachtig gebed be
hoort, dat wij onzen nood en el
lendigheid recht kennen, ojfclat wij
ons voor het aangezicht Zijner
Majesteit verootmoedigen. En zoo
is het ook niet moeilijk te ver
staan, welke de prediking is wel
ke deze dag vraagt. En hoe om
vangrijk is dan de stof voor
dezen biddag. Daar zijn talrijke
en groote stoffelijke nooden. De
wereld krimpt ineen onder de
vreeselijke gevolgen vah het oor
logsgeweld. De geheele samenle
ving is ontwricht. De vooruit
zichten zijn somber en donker.
De vragen vermenigvuldigen zich,
waarmede wij ons zullen voeden,
kleeden en dekken. Als kerk Gods
mogén wij ons daarbij niet los-
denken van de nooden der kerk
over het geheele wereldrond. Wij
denken daarbij in het bijzonder
ook aan de stoffelijke nooden in
de Indische gewesten.
Niet minder groot zijn de
geestelijke nooden. Wie niet blind
is voor de werkelijkheid moet de
geweldige geestelijke verarming
der 'kerk in onze dagen zien. Op
pervlakkigheid, wereldgelijkvor
migheid, opgaan in de dingen de
zer wereld, een doodig en vorme
lijk leven des geloofs.
Ook hier heeft de oorlog on
gunstig beïnvloed het proces der
vervlakking van het geestelijk le
ven, dat voor den oorlog al zicht
baar werd. Vooral in het leven
van de jeugd komt dit duidelijk
tot openbaring. In welk een' crisis
verkeert het kerkelijke en geeste
lijke leven niet in de overwonnen
landen, maar ook niet minder in
Indië. Ook die nooden zullen ons
als kerk zwaar moeten wegen.
Waar de prediking des Woords
ons inleidt en ontdekt aan deze
groote nooden en ellendigheid en
wij; met een levende kennis deze
mogen verstaan, daar vindt de
kerk op dezen biddag geen ge
paster bede dan de bede op Ezra's
biddag: „Mijn God ik ben be
schaamd en schaamrood om mijn
aangezicht tot U op te heffen
mijn God, want onze ongerechtig
heden zijn vermenigvuldigd boven
ons hoofd en onze schuld is groot
geworden tot aan den hemel".
Dan kan het niet uitblijven of
wiji bidden een gebed en wij wek
ken elkander daartoe op mef de
zelfde woorden van Ezra: „op
dat wij ons verootmoedigen voor
het aangezicht onzes Gods om
van Hem te verzoeken een rech
ten weg voor ons en voor onize
kinderen en Voor al onze have".
W. V.
In het uitwisselingsprogram
van do „World Friendship Asso
ciation" zullen 5000 Britsche
mannon, vrouwon en kinderen dit
jaar in Doonsche gezinnen logeo-
ren.
Te Londen is een wetsont
werp gepubliceerd, volgens het
welk penicilline en soortgelijke
geneesmiddelen slechts oj? dok
tersrecept verstrekt zullen mo
gen worden.
een machtswoord uit. De
beslissing in deze aangelegen
heid van een democratisch ge
organiseerde partij als de
KVI.P. ton niet twijfelachtig
zijn, tenzij dc K.V.P. zou'op
houden een democratisch geor
ganiseerd* partij 4» zijn."