„De Vliegende Hollander" Van een professor ZÊEUWSCH DAGBLAD METEN Noodgebieden. GEMEENTERAAD van GOES Avontuur in Oud-China. TWEEDE BLAD die op tijd ziek werd, FEUILLETON. De ongeluksrels van Joost van der Doeken. No. 553 ZATERDAG 25 JANUARI 1S47 KoofdV.ar.toor L. Vorstsir., Goes. Bijkantoren Middelburg, Rouaan- sche Kaai; Vlissingen Walstraat; Terneuzen Vlooswijckstraat. van deze maand een begin nemen. Aan de winkeliers, welke im port-sigaretten verkoopen, is ga de zullen lijden, wanneer niet alle import-sigaretten worden ver kocht. In verband met loopende ge ruchten wordt' ontkend, dat bin nenkort andere import-sigaretten voor den verkoop beschikbaar zouden worden gesteld. Do over heid denkt er niet aan, om im- per week zullen worden verstrekt. (Van onzsn parlementairen redacteur). Bij den aanval op het finara- onder het mom van de eenheid cieol-politiek verleden van de prot. dier opvatting in dc Katholieke Christel ij ko partijen, door den Volkspartij, zelf een persoonlijke heer Kerstens ondernomen tijdens meening uit en plaatste daardoor rantie gegeven, dat zij geen Bcha- de algemeens politieke beschou- zijn collega-financieel expert '1n wingen over de rijksbegrooting in een dwangpositie. Of Prof van 1947 stelde deze zich uitdrukka- den .Brink, die naar onze stellige lijk achter het (beleid van den overtuiging indien hij aanwezig huidigen minister van Financiën, zou zijn geweest, namens de ge- Hij constateerde nadrukkelijk; heele Katholieke fractie zou heb- „Hij (dat is de Minister van iben gesproken zou zijn wnd. Financiën) stelt oen beweeglijke fractieleider vierkant hebben op economische klimaat- en con- moeten tegenspreken, junctuurwisselingen mede-reagee- In beide gevallen lcwam de on- i port-sigaretten beschikbaar te rende begrootingspolltiek tegen-1 gesteldheid van dezen professor stellen, alvorens vier rantsoenen Over een star-monetair en jaar juist op tijd. voor jaar budgetbeleid. Wij scha- ren ons achter hem en niet achter de oude deflationisten, nen dé- lm|]OFtS] 0 3F6lt611- plaise denzelfden wortel ^des ge- l l'oofs, waarop wij stoelen". De heer Kerstens sprak toen als waarnemend fractieleider, na mens zijn geheele fractie, naar wij mogen aannemen. De financieels beschouwingen plegen voor de Katholieke fractie in de Eerste Kamer gehouden te worden door Prof. van den Brink. Ongelukkigerwijze kon deze hooggeleerde op het laatste ©ogen blik niet ter vergadering verschij nen omdat hij door plotselinge ongesteldheid verhinderd was. Nu moest opnieuw de heer Kerstens het woord voeren. Hij deed dit op zeer merkwaardige wijze. Na te hebben Verklaard, waar om de Katholieke financieele ex pert niet aanwezig kon zijn ver volgde hij: „Indien hij zijn rede had kunnen houden, zou hij eenige bezorgdheid hebben uitgesproken over het feit, dat een duidelijke koers naar het doel der sluitende begrooting nog niet in 's ministers beleid zichtbaar is, en over, het feit, dat de Staatsschuld maar blijft stijgen. Ook zoii hij zichzelf en de minister hebben afgevraagd of geen versnelling noodig en mogelijk is in het tempo, waarin gestreefd wordt naar vernauwing dier gaping tusschen uitgaven en middelen anders dan voornamelijk döor belastingheffing. De hoogte der belastingen, die op het oogen- blik op het bedrijfsleven drukken, is thans reeds een beletsel voor met twee maten. De groote grief van talrijke middenstanders is, dat door de Overheid de grootbedrijven to-opbrengst van f 3.000.000 zal voortdurend worden ontzien en voor de extra-textielvoorzieningbevoordeeld. Dit is geen fabel - 0f inbeelding, aldus „Textiel en Mode"; ieder van ons kan daar voorbeelden van aanhalen. Een zeer sterk staaltje van oerti ginger zelfs aanbevelings waardig zijn om er lantaarn plaatjes van te laten maken en het zou een prachtige vertelavond opleveren voor een jeugdavond. Al met al, een prachtig boek, dat we vara harte aanbevelen. H. St. f 600.000 worden bestemd. Hot restant van f 2.4 millioen wordt besteed in overleg met de Neder, landsche regeering. De verkoop van de sigaretten meten meti twee maten is het- zal vermoedelijk tegen het einde geen is geschied met de N.V. Bijzonden.heden over den verkoop. Betreffende den verkoop van importsigaretten ten bate van het Ponds Noodgebieden wordt nog het volgendo gemeld: De te verdeelen sigaretten wor den gebanderolleerd verkocht on der aanduiding „Hulpaetio". Op de te verkoopen sigaretten moot de tabakswinkelier een verplichte toeslag van f3 heffen, welk be drag geheel ten goede komt aan het werk voor do oorlogsslacht offer». De ptljaea van 4e te veriroopen sigaretten zuilen v&rieeren van f 1.20 tot f 1.64 vermeerderd met den toeslag van f 3. In totaal zul len 1.000.000 pakjes sigaretten in omloop komen. Zooals bekend komt de op brengst van de sigaretten-actie ten goede voor hnlpverleening in invidueele gevallen by de aan schaffing van textiel in de vier noodgebieden inclusief het eiland Goeree-Overflakkee. Van de net- HANDHAVING RIJKS- EENHEID. Op uitnoodiging van Prof. Mr P. ,'i. Gerbrandy, maakt sinds Zaterdag j.l. Mr H. J. Ewoudt Vermeulen, de voorzitter van de Gemeenschap van oud-illegale werker», deel uit van het Comité Handhaving Byksoenheid. DE C.C.D. SLAAT EEN GOEDEN SLAG. Ambtenaren van don O. C. D., die te Waasenaar met een over valwagen surveilleerden, troffen een automobiel aau van een ex peditiebedrijf te Den Haag. Deze bleek 600.000 importsigaretten en een hoeveelheid van 000 liter drank, bestaands ait eognaa en portwijn, te verroeren. Hit de ver- hooren van den chauffeur en den de Bijenkorf, zoo vertelt het genoemde blad. Daar werden voor enkele tonnen textielgoe- deren ontdekt, die reeds tijdens den oorlog waren ondergedo ken, maar na de bevrijding niet waren opgegeven. Als bij den gewonen winke lier verzwegen goederen wor den ontdekt, gaat de man, om te beginnen, onmiddellijk in ar rest vanwege het onderzoek Zij,n naam komt in geuren en kleuren in de krant. Zijn goede ren worden in beslag genomen en elders verkocht; dit nog af gezien van de straf, die de rech ter oplegt Bij de Bijenkorf ging het echter anders. De heexen van dit bedrijf werden niet in ar rest gezet, maar men ging met hen confereeren. Het resultaat van de conferentie was, dat zij twee-derde van de in beslag ge nomen voorraad op normale wijze moesten verkoopen aan hun vaste klanten, die daartoe een briefje kregen, dat zij op de derde étage goederen kon den halen. De heeren van de Bijenkorf kregen den vollen prijs bene vens enkele honderdduizenden textielpuntera. Maar er moest ©oïE eenige straf zijn. Welnu, de resteeren- de één-derde van de partij, al tijd nog voor eenige tonnen waarde, werd verkocht tegen voor-oorlogschen prijs, terwijl directeur van het expeditiebedrijf kon worden vastgesteld, dat zich de punten moesten worden op reed» een party van 1.000.006 gezonden aan het Rijksbureau sigaretton to Wassenaar moest bevinden. Doze party word dan ook in een particuliere woning aangetroffen. In totaal werden dus in beslag genomen 1.600.000 sigaretten, 500 liter drank en een vrachtauto. Verhooging straat belasting. Io de op Donderdag 30 Ja- die" ontplooiing zijner bedrijvig- auari te houden raadsvergade- heid, welke wij noodig hebben om ring komt aan de orde een de baten ruimer te doen vlooien. Aan den uitgavenkant lijkt in krimping bereikbaar door inkrim ping van het enorme personeels- apparaat". De wijze, waarop de heer Ker stens zijn korte verklaring voor droeg gaf eenigszins den indruk, dat hij hier een kort begrip wilde geven van de persoonlijke opvat- voorstel tot verhooging van de straatbelasting. Deze belasting Distex. De Bijenkorf kreeg al dus gelegenheid, om een pracht, stunt te maken, want daar kon men goedkooper koopen dan overal elders. Die andere win keliers waren afzetters 1 Nee, de Bijenkorf, dat was een rcëele zaakl Hoe vindt u zoo iets? Wij vinden het eenvoudig i schandalig, dat de Directie van 1 Distex, de Prijsbeheersching en te breiden tot een openbare alle verdere instanties aan der leeszaal en bibliotheek. Hoewel gelijke rechtsverkrachting me- schoorvoetend, gezien den hui- dewerken. digen stand der gem.financiën, stellen B. en W. voor, ingaande 1 Januari 1948 de gevraagde subsidie te verkenen. Op deze bedraagt «ha™ 3 pet. van de wijze zal het mogelijk zijn voor gemiddelde opbrengst der pan den. De minister van Binnenl. Zaken wenscht voor de ge bouwde eigendommen een ver hooging tot 6 pet. B. en W. hebben daartegen bezwaar ge maakt, mede omdat vele huis- tingen van Prof. van den Brink, eigenaren in een uiterst neteli- iDeze indruk wordt versterkt door gen toestand verkeeren. De mi- de hierboven aangehaalde zin- nister heeft echter de stok bij snede uit het betoog van den heer de deur gezet en gedreigd, dat Kerstens tijdens de algeineene po- bij weigering om tot deze ver- ■litieke beschouwingen. I miners hooging mee te werken dek- toen stelde hij zich volkomen ach- king door het Rijk op de tekor- ter het financieele beleid en ten der gemeente achterwege distancicerde hij zich uitdrukke- blijft. lijk van de opvattingen van de 'Christelijk-Protestantsche par itijen. De bezwaren tegen het nuniste- rieele beleid, dat hij nu echter Benoemingen. Verder komt o.m. aan de orde de benoeming van leden van de comm. tot wering van school verzuim en van een lid van het - - IV14unii vu vou vvii iivi v ex*» nv e namens een heer van dec Brink j Gasthuisbestuur in de vacature ..formuleerde zouden kunnen ko men uit den mond van den Chris- telijk-Historischen senator Mr Pollema of van den Anti-Revolu- tionnairen Mr Rip. Het ontbreken van een duidelijke koers in het financieele beleid, dat gericht moet zijn op de verkrijging van een sluitende begrooting het ontstaan door het aan den heer Pieterse verleende eervol ont slag. Aanbevolen worden de hee ren Ir G. de Bakker en A. Haeck. Renteverlaging. Voorgesteld wordt over te gaan tot renteverlaging eener is de oppositioneele grief tegen ™e(' Centr. Arb. Verz en dezen minister. De vaagheid' van Dep.bank te s Gravenhage het beleid is een onvermijdelijk aangegane geldleemng. De rente gevolg van de door den heer van deze leening zou op 1 Dec Kerstens zoo hoogelijk geprezen 1947 moeten worden verhoogd „beweeglijke, op economische 7 Pct' geldgeefster is klimaat, en conjunctimrwisselin- de rente te verlagen tot gen niedereageerende begr00tings- i Pct- P- erJ y- ste^en voor politiek". I daartoe te besluiten. De (belastingen, die op het be- J Tarieven verpleging drijfsleven drukken, zijn nu reeds Gasthuis, zoo hoog, dat zij een beletsel zijn in verband met de exploita- voor de broodnoodlge ruimere tietekorten is door het Directo- ontplooiïng^ zijner bedrijvigheid, raat van de Prijzen, toestem- me noodig is, om de baten^ ruimer niing verleend de verpleegprij- te doen vloeien. Deze grief van 'Zen voor het Gasthuis te ver- Prof van den Brink vormt het hoogen en voor verpleegden motief, door den heer Vixseboxsc, Tan buiten de gemeente een bij namens de Chnstelijk-Historische g]ag in rekening te brengen van fractie nu reeds aangevoerd voor f 0,50 per verpleegdag. Met het de verwerping van de Vermogens heffing-ineens. Wie een en ander nader (be schouwt komt tot 'de merkwaar dige conclusie, dat de heer Kerstens 'in zijn enthousiasme voor de Roomsch-Roode coalitie zich niet alleen heeft gedistanci- eerd van degenen, „die stoelen op dcnzelfden wortel des geloofs", doch evenzeer vanzijn eigen fractiegenoot, Prof van dea Brink. Vandaar de in het parlemen taire leven ongebruikelijke en naar onze meening ook onzuivere wijze van voordracht, door den heer Kerstens gebezigd bij de fi nancieele debattenhet 'geven van een samenvatting van de particu liere meening van een der fractie- genooten. De conclusies, die kunnen wor den getrokken zijn tweeërlei: (Of Gasthuisbestuur zijn B. en W. van meening, dat het nog niet noodig is zoover te gaan. Met een bijsflag van f 0,25 kan 'voor- loopig worden volstaan. Aan de betrokken buitengemeenten is gevraagd deze extra-last voor hun rekening te nemen. Aan den Raad van Goes wordt op dit besluit goedkeuring gevraagd. Opbouw-toelage. Verder wordt o.m. voorge steld aan het personeel der ge meente voor '46 een z.g. opbouw- toelage te verstrekken van 10 pot. van het salaris. De totaal- kosten worden geraamd op f 18.911. Subsidie openbare leeszaal. Door hét bestuur tier Stichting Openbare Leeszaal en Biblio theek is een subsidie gevraagd een rijkssubsidie van pirn, f 2000 in aanmerking te (komen. Wie zei ook weer, dat in Ne derland gelijk recht voor al len is? In de Stockholmsche diergaar de heeft een ijsbeer tweelingen ter wereld gebracht. Ditha Holesch: „Xingoe de hond". Vert. A. F. H. .Grondel. Zuidhollandsche Uitge versmij. Den Haag. Xingoe de hond, is een boek dat frappeert. Een boeiend prach tig verhaal vol zuivere^ en ent* roerende momenten, menschenvriend bij v. Wermeskerken. Beide schrij vers leggen een groote liefde aan den dag voor het dier in het al geineen en inzonderheid voor den hond. Zoo worden de frag menten uit het hondenleven van een gevoeligheid die somstijd ont roert. Wie zal het moment van Detta's dood vergeten, of het mo- De hond, ment, waarop Xingoe de zwer- üitnemend- j vende kudden van zijn (baas terug heid, gehoorzaam tot den dood, j vindt en beiden, baas en kudde trouw aan zijn baas ongeacht of na eindeloos ploeteren weer sa- hij een braaf of stecK nensch meribrengt. Zoo is het een boek is, hij weet slechts van plicht. Dit geworden voor jongen en ouderen, alles geeft dit verhaal ons zonder J voor dierenvrienden en om voor mooie woorden of prachtig ge- j.te lezen. Men'kan het ieder rustig bouwde zinnen, maar eenvoudig in handen geven en haar of hem weg. Het hoek vertelt, vertelt er een paar uur goede ontspan- boeiend, zonder problemen, het bedoelt wat het zegt en zoo ma ken we een strijd mede van pio niers die zich een bestaan zoeken in de wildernis met al' de gevaren, ■moeiten en tegenslagen van dien. Maar hoe zouden ze het gemaakt hébben zonder hond, zonder diens waakzaamheid, fijne speurders neus, ijver en trouw? Dit boek is met veel liefde geschreven en het doet denken aan een boek als „Snoet's wilde jaren" van Henri ning bij beloven. Als we er iets over zoudlen mo gen opmerken dan zou het alleen dit zijn: het is soms wat te frag mentarisch. Doch heelemaal gaat dat niet op, want daardoor wint het ver haal aan vaart en levendigheid zonder dat het verhaal, of liever de binding der fragmenten teveel schade ondervindt. De foto's vor men een waardige illustrtie. Het zou voor veel Christelijke ver- 40 de heer Kerstens sprak bij de al- groot f 2865, teneinde in staat gemeene politieke beschouwingen, te zijn de volksbibliotheek uit „O, zijn ze ons op het spoor, Chin?" „Niet weten. Wij kijken." Ze keken en zagen de twee solda ten vlug in de richting loopen waarheen Chin gegaan was. „Ze zoeken ons, Chin", zei Forsyth. Chin knikte en zei vroolijk: „Wij nu vertrekken. Zij ver keerden kant gaan. Wij om laag gaan; zij omhoog." Als blijk van tevredenheid met. dien toestand grijnslachte Chin even en stapte toen in te gengestelde richting van de sol daten. „Chin", vroeg Forsyth, „ga je terug?" „Niet teruggaan", antwoord de de Chinees met een grijns. „In vijf, tien minuten wij over steken de vallei en gaan naar Pi-Chow. Mandarijns mannen ons zoeken op heuvel, wij al maar gaan naar Pi-Chow". Na eenigen tijd te hebben geloopen sloegen zij op zij af en liepen nu in de richting van de stad, waar het paleis van den mandarijn rich bevond. De Psalmen van Queve- do, vertaald1 door Gerard Dicks. J. M. Meuknhoff Amsterdam. Was de regeering van Philips II voor de „Lage landen bij.de zee" één van de donkerste tijd perken van haar geschiedenis, voor Sparaje was ze „de Gouden Eeuw". Schreef toen niet Cervan tes zijn machtige satyrc „Don Quiohotte do la Mancha"? In d'ienzelfden tijd dichtto Don Francisco de Quevedo zijn psal men. Deze psalmen zijn geen bower- king van de Psalmen uit onzen Bijbel. Ze géven weer het per soonlijk gevoels- en geloofsleven van den dichter. De heete harts tocht van het Zuiden vinden we in deze psalmen weer. Ze doen ons denken aan de passie, die ons tegemoet treedt tin de schilderijen vara El Greco, met zijn prachtige koppen van Franciscus van As- sisi. Een regel uit den derden psalm als: En ik, verwarde stervling, ben [zoo blind. U niet te roepen, daar mijn vrees [het wint, dat Gij mij guit verlossen uit de [zonde. herinnert aan Augustinus' gebed: Heero bekeer mij, maar raog niet nu. We citeeren nog dea vierden psalm, die we afdrukken ter ver gelijking met Psalm 139 on om de schoone taal te bewonderen: Waarheen wend tic, o Heer, mijn [treurige oogen, dat ik Uw goddelijke macht [ontga? Als ik ze opwaarts sla, zio ik U op de Zon, als op een [hoogen, scharlaken troon gezeten, en, wetgevend aan sterren en [planeten, zie ik U in de slaaphuik van den [nacht. Als ik ze neersla naar Uw [plantenpracht, zie ik U bloemen kleuren. Als ik ze wend naar wie hun ziel [verbeuren en in losbandig leven mij gelijken, zie ik Uw handen reiken, in matelooze liefde opgeheven, meer nog tot dulden, dan om te [vergeven, v. H. VaaJk kwamen zij in de nabij heid van boerderijen, maar 't kostte dan weinig moeite, die te vermijden, en zonder iemand ontmoet te hebben, lie pen zij door tot ongeveer een uur voor zonsondergang. Toen eindelijk liet Chin zich vallen op een dik bed van afgevallen bladeren. „Nu slapen gaan. Sla pen tot alles donker, dan gaan naar weg en loopen, loopen, ziet u, dokter?" Forsyth keurde het plan goed en weldra lagen beiden in diepe rust. Na geruimen tijd gesla pen te hebben, gingen zij weer verder, 't Was al laat in den avond geworden, zoodat ze nu niet angstvallig de huizen be. hoefden te vermijdenToen zij langs eeni theetuin kwamen keek Forsyth met verlangenden blik naar binnen. „Thee?" vroeg Chin, die dat verlangen begreep. „Ik zou graag een (kopje drin ken, maar zou het niet gevaar, lijk zijn, Chin?" Als antwoord nam Chin de hand va* den dokter era ging IAN0E KEBKSIP 50 QOC.5 7EL2W5 (Ingez. Med.) NIEUWE SOLDATENKRANT. De hoofölegerpredikant, kol. Ds A. T. W. de Kluis, is voornemens binnenkort een twee-wekelijkseh blad uit te geven, ter versprei ding onder al onze Protestantsche militairen, zoowel in ons land als in Duitschland en Indië. De uit gave van dit blad kost f 60.000. De helft hiervan draagt de Be geering bij, voor de rest moeten de kerken zorgen. Het blad krijgt den naam „Het Reveille". De landbouwer Wyland te Veendiik (bi) Meppel) slachte de zer dagen een varken, dat maar liefst 2.05 meter lang was, een omvang had van 2 nieter en ruim 800 pond woog. hem voor naar den tuin.' „U praten Chineesch als Chin" zei hij. „Maar niet praten be ter." Zij vonden een tafeltje ach ter in den tuin. en in de scha duw van de lantaarns. Chin bestelde thee. Heel genoegelijk zaten ze bij elkaar. Forsyth dronk reeds zijn derde kopje, toen zijn oog ineens viel op een papier, dat aan een boom was vastgemaakt. Nieuwsgierigheid dreef hem, om te lezen wat er op zou staan era bij het licht der papie ren lantaarns las hij het biljet. Onder het lezen werd zijn gezicht strak era Chin zag ter stond, dat er iets bizonders moest zijn, „Wat is het, dok ter?" „Een beschrijving van mijn persoon en een belofte van een groote belooning voor dengene, die mij dood of levend in het paleis van den mandarijn te Pi- Chow brengt." „Dus Li-Weng-Hoo weet...." >,Het is onderteelkend door Ah-Yeo." „Allemaal gelijk. Mandarijns man. Hij u verlangen voor zijn meester." Forsyth ging weer zitten, maar dronk nu vlug zijn thee Sommigen zeggen, dat het om streeks 1650 geweest moet zijn, anderen noemen een later jaartal. Het is de eeuw, waarin de Neder- landsche schepen de vrachtvaar ders va» Europa genoefnd wer den, waarin Valerius' lied ont stemd: Waer dat «nen tich al keerd of [wend End' waer men loopt of staet, Waer dat men reyst of ratst of [rend, End' waer men henen gaet. Daar viirt men 't sij ook op wat [ree d' Hollander euld' da Zeeuw: Sij loopen door de woeste zee Als door hot bosch de Leeuw. Op de reede van Tcrneuzan ,wordt op Goeden Vrijdag een schip zeilklaar gemaakt. Aan don wal staan familieleden van da op varenden kerkgangers, in hun deftige zwart-lakcnsche Icleedij, waarbij de witte kanten kragen fel afsteken, blijven even staan kijken en loopen dan hoofdschud dend weer door. Iedereen weet toch, dat een vaart, die op een kerkdijken feestdag wordt aan- gévangen, nooit Gods zegen kan hebben. Er steekt een kleine barkas Van wal; achterin zit 'de schipper van de Oostinjevaarder, die daarginds ligt, een rijzige veertiger, wiens haar cn korte snor even zwart zijn als de poedel, die hem onaf scheidelijk vergezelt. Da maats aan boord! hebben het niet erg op ,,'t zwarta kreng" en evenmin is schipper Joost vao der Deekea zeer populair. Hij staat bekend als wreed en eigenzinnig. Toch monsteren er altijd weer veel matrozen bij hem, omdat I-lij uitzonderlijk hooge gages betaalt. Want zijn schip is het snelste van do Oostiajevloot; de Hoogmogende Heeren Zeven tien betalen Vara der Dedcen goed voor zijn snelle reizen naar de Oost en terug. Daar worden dc zeilen ge- heschen; 't lijkt wel, of het schip tweemaal zooveel zeil Voert als dö andere schepen, die ook meeétal kleiner zijn. Het is te zien, dat een geoefende hand het uit dié haven stuurt; in korten tijd kunnen zij, die het nastaren, het niet meer zien. Op deze reis is het echter niet best geloopen. Tegenslag en nog eens tegenslag, 't Begon al met mist in het Kanaal, waardoor slechts heel langzaam kon worden gezeild en zoo ging het door, al die weken; al die maanden lang. Een drie weken nadlat men de Azoren gepasseerd was, brak de gevreesde scheurbuik uit, en voor dat men aan de Goudkust versche victualiën had kunnnen inslaan, waren vijf van de maats bezweken Aan het eind van de herfst nadert Van der Decken's schip Afrika's Zuidkust. In bar slecht weer zeilt men moeizaam naar het punt, waar de Zuidelijke koers in een Oostelijke veranderd zal worden. Stormen, ja brkanen woeden om de Kaap, die juist daarom door de oude Portugeezen, die haar liet eerst bereikten, Cabo Tormentoso, Stormkaap, werd genoemd. Later veranderde de Spaansche koning dien naam in „Kaap de Goede Hoop", omdat men, toen zij bereikt was, goede hoop had ook den verderen zeeweg naar Indië te vinden. Die was ook ge vonden. Stced-s heviger werd de storm en zelfs laveerende kon men do Kaap niet ronden. Inktzwarte luchten komen voorspellen, dat 't er vooreerst niet beter op zal wor den; de avond valt. Doodmoe van het gesjor aan touwen en zeilen, onder aanhou dende stortzeeën en stormvlagen, smeekt het volk den schipper, zeil te minderen en te keeren. Van der Decken denkt er niet aan: „Zet alle zeilen bij, we zul len er doorl" Het is mogelijk, dat kam 'n kind zien. De schipper is verblind en halsstarrig. Het scheepsvolk gaat morren, kamt op de grens van muiterij. Onder aanvoering van den stuurman gaan de maats nog maals naar den schipper. „Schip per, dit is geen eerlijk zeemans werk. Dit is geen Christenwerk. God wil, dat wij terugkeeren Van der Decken ontsteekt i» laaienden toorn, Hij grijpt den stuurman beet en Voordat iemand weet, wat er gebeurt, heeft hij hem over de verschansing ge- ismcten. Boven het geweld van ■wind en golven uit klinkt zijn .stem„Zoo zal het ieder vergaan, die zich tegen mij» wil verzet". Maar .plots staan daar allen verstard: Het zwerk breekt op één plaats en daar verschijnt een lichtend sterrenkruis. Enkdien airaken op de (knieën. Schipper Van der Decken is echter door het dolle heen, hij trekt Zijn pistool en wil op het Kruis schieten»... Zijn rechter hand valt verlamd neer en met een slag valt het pistool' op het dek. Dan roept hij stampvoetend, - terwijl zijn linkerhand do roer pen gegrepen heeft„Wij reeven i geen zeil, wij keeren niet, al zou j ik hier moeten varen tot den jongstcn dag"l Blauwwit wordeo schip en op varenden verlicht door het hemel vuur en als de ontstellend snol volgende donderslag krakende is verstorven, klinkt een stem uit den hemel: „Joost va» dor Decken, zoo zult gijl,, Sinds dien vreeselijken Backt vaart de „Vliegende Hollander" zonder rustpoos tusschen Terneu- zen cn de Kaap an steads moet hij terug om hat opnieuw ta profeee- ren. De straf root ftoovaartiij, (tie niet den deemoed kende, die ia het laatste eouplet van het lied van Valerius, waarvan het eerste aan het begin van dit artikel werd geciteerd, zoo treffend ver klankt is: O Neerland I Soo ghlj maer en [bout Op God den Heer altijdt, U pijien vast gebonden hout End 't saem eendrachtig sijt, Soo kan U Duijvcl, Hel noch [Doof Niet krenken noch vertreen, Ail waer oock Spanjen noch soo [groot, Ja, 's werelts machten éénl Legende of werkelijkheid? Er valt niet met zekerheid eea antwoord te geven op de vraag, of Joost van der Decken inder daad geleefd heeft en of hem bij de Stormkaap den vreeselijken vloek trof. De woorden „Vliegende Hol lander" hadden reeds in de acht tiende eeuw hun relatie met het spookschip verloren. Het ver haal bleef bestaan, als een legen de, maar de naam werd verbon den aan de snelle schepen, die de Nederlarxische driekleur rond de wereld voerden. Wat 'rij deden ter zee, doen thans de Nederlandsche vliegtui gen door de lucht. En daarom kregen de K.L.M.-toestellen dien zelfden naam: De Vliegende Hol landers, thans nog passender dan weleer. Sneller, oneindig voel sneller dan de oude Oostinjévaarders, ja, sneller dan het modernste mail- t schip, dooikruisen de moderne j „Vliegende Jïollanders" de we- i reld, met een even koppig door- j zetten en volharden als voorheen. En brengen ons oude Neerland i nieuwen roem 1 en zei toen„Ik moet niet door den gewonen uitgang, Chin, want het is daar te licht". Zijn metgezel antwoordde weer met een grijns; „De poort niet eenige weg." „Neen, ik denk, dat een an dere weg beter is." „Veel betert', stemde Cliin toe. „Wij weggaan, 'doktor. Deze weg." Hij ging nog dieper den tuin in en kwam bij een hoogen muur. Chin stond stil. Forsyth klauterde op zijn rug cn kwam zoo op den muur, om aan den anderen kant er af te springen. Chin klauterde als ceti kat over den muur en zoodra beiden aan den anderen kant waren, ver volgden zij hun weg. „Chin", zei Forsyth, „als Ah- Yeo overal langs den weg tot Pi-Chow toe zulke bekendma kingen heeft doen aanplakken, zal het moeilijk zijn, om miss Barrington te helpen." „Heel moeilijk", zei kortweg zijn metgezel. „Er is maar één lichtpunt: er wordt in de bekendmaiking geen melding gemaakt van jou." „Ah-Yeo niet weten Chin met u, misschien. „Hij denken, Chin verdronken. Hij niet we- ten Cbia 'uw vriead, dokter." CHRIST.-HIST, UNIE. De jaarlijksche algemeens ver gadering van de Chr. Hist. Unie zal 9 April a.s. te Amsterdam on der presidium van den heer H. W. Tilanus worden gehouden. Behalve een openingsrede van den voorzitter komt aara de orde de Verkiezing van drid leden van het hoofdbestuur wegens perio dieke aftreding van de heeren P. Brijnen van Houten te Wasse naar, W. Nauta te Sneek en Prof. Dn C. C. V. Niftrik te Zeist. „Daa moet je me één ding beloven, Chin. Wat er ook ge beuren mag, je moet voor miss Barrington doen, wat je kust. Als de mandarijn mij gevan gen neemt,, moet je alles doen, wat in je macht is, om haar uit Pi-Chow naar Canton te bren gen. Wil je me dat beloven?" „Chin beloven", zei de ander eenvoudig. „En wraak nemen op Li-Weng-Hoo". „Neen, Chin, daaraan mag je niet denken. Als we gescheiden v/orden, moet je al je aandacht wijden aan miss Barrington. Beloof jo me dat?" „Chin. beloven", antwoordde de Chinees met niet het minsts spoor van tegenzin. Forsyth viel hem niet langer lastig. H:j wist, dat een eerlijke Chinees zijn woord hield en van China eerlijkheid was hij overtuigd. „Ilk| zal je heel dankbaar zijn, Chin", zei hij bewogen. Een uur lang liepen zij zwij gend naast elkaar voort. De weg begon af te loopen en zij hoorden het geluid van stroo- mend water. Als voorzorgs maatregel ging Chin vooruit, om een onderzoek in te stellen en na ongeveer een kwartaor kwam hij terug. (Wear* vsrr/sted.)

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1947 | | pagina 5