„De Vliegende Hollander"
Van een professor
ZÊEUWSCH DAGBLAD
METEN
Noodgebieden.
GEMEENTERAAD van GOES
Avontuur in Oud-China.
TWEEDE BLAD
die op tijd ziek werd,
FEUILLETON.
De ongeluksrels van Joost van der Doeken.
No. 553 ZATERDAG 25 JANUARI 1S47
KoofdV.ar.toor L. Vorstsir., Goes.
Bijkantoren Middelburg, Rouaan-
sche Kaai; Vlissingen Walstraat;
Terneuzen Vlooswijckstraat.
van deze maand een begin nemen.
Aan de winkeliers, welke im
port-sigaretten verkoopen, is ga
de zullen lijden, wanneer niet alle
import-sigaretten worden ver
kocht.
In verband met loopende ge
ruchten wordt' ontkend, dat bin
nenkort andere import-sigaretten
voor den verkoop beschikbaar
zouden worden gesteld. Do over
heid denkt er niet aan, om im-
per week zullen worden verstrekt.
(Van onzsn parlementairen redacteur).
Bij den aanval op het finara- onder het mom van de eenheid
cieol-politiek verleden van de prot. dier opvatting in dc Katholieke
Christel ij ko partijen, door den Volkspartij, zelf een persoonlijke
heer Kerstens ondernomen tijdens meening uit en plaatste daardoor rantie gegeven, dat zij geen Bcha-
de algemeens politieke beschou- zijn collega-financieel expert '1n
wingen over de rijksbegrooting in een dwangpositie. Of Prof van
1947 stelde deze zich uitdrukka- den .Brink, die naar onze stellige
lijk achter het (beleid van den overtuiging indien hij aanwezig
huidigen minister van Financiën, zou zijn geweest, namens de ge-
Hij constateerde nadrukkelijk; heele Katholieke fractie zou heb-
„Hij (dat is de Minister van iben gesproken zou zijn wnd.
Financiën) stelt oen beweeglijke fractieleider vierkant hebben
op economische klimaat- en con- moeten tegenspreken,
junctuurwisselingen mede-reagee- In beide gevallen lcwam de on- i port-sigaretten beschikbaar te
rende begrootingspolltiek tegen-1 gesteldheid van dezen professor stellen, alvorens vier rantsoenen
Over een star-monetair en jaar juist op tijd.
voor jaar budgetbeleid. Wij scha-
ren ons achter hem en niet achter
de oude deflationisten, nen dé- lm|]OFtS] 0 3F6lt611-
plaise denzelfden wortel ^des ge- l
l'oofs, waarop wij stoelen".
De heer Kerstens sprak toen
als waarnemend fractieleider, na
mens zijn geheele fractie, naar
wij mogen aannemen.
De financieels beschouwingen
plegen voor de Katholieke fractie
in de Eerste Kamer gehouden te
worden door Prof. van den Brink.
Ongelukkigerwijze kon deze
hooggeleerde op het laatste ©ogen
blik niet ter vergadering verschij
nen omdat hij door plotselinge
ongesteldheid verhinderd was. Nu
moest opnieuw de heer Kerstens
het woord voeren. Hij deed dit
op zeer merkwaardige wijze.
Na te hebben Verklaard, waar
om de Katholieke financieele ex
pert niet aanwezig kon zijn ver
volgde hij: „Indien hij zijn rede
had kunnen houden, zou hij eenige
bezorgdheid hebben uitgesproken
over het feit, dat een duidelijke
koers naar het doel der sluitende
begrooting nog niet in 's ministers
beleid zichtbaar is, en over, het
feit, dat de Staatsschuld maar
blijft stijgen. Ook zoii hij zichzelf
en de minister hebben afgevraagd
of geen versnelling noodig en
mogelijk is in het tempo, waarin
gestreefd wordt naar vernauwing
dier gaping tusschen uitgaven en
middelen anders dan voornamelijk
döor belastingheffing. De hoogte
der belastingen, die op het oogen-
blik op het bedrijfsleven drukken,
is thans reeds een beletsel voor
met twee maten.
De groote grief van talrijke
middenstanders is, dat door de
Overheid de grootbedrijven
to-opbrengst van f 3.000.000 zal voortdurend worden ontzien en
voor de extra-textielvoorzieningbevoordeeld. Dit is geen fabel
- 0f inbeelding, aldus „Textiel en
Mode"; ieder van ons kan
daar voorbeelden van aanhalen.
Een zeer sterk staaltje van
oerti ginger zelfs aanbevelings
waardig zijn om er lantaarn
plaatjes van te laten maken en
het zou een prachtige vertelavond
opleveren voor een jeugdavond.
Al met al, een prachtig boek,
dat we vara harte aanbevelen.
H. St.
f 600.000 worden bestemd. Hot
restant van f 2.4 millioen wordt
besteed in overleg met de Neder,
landsche regeering.
De verkoop van de sigaretten meten meti twee maten is het-
zal vermoedelijk tegen het einde geen is geschied met de N.V.
Bijzonden.heden over
den verkoop.
Betreffende den verkoop van
importsigaretten ten bate van het
Ponds Noodgebieden wordt nog
het volgendo gemeld:
De te verdeelen sigaretten wor
den gebanderolleerd verkocht on
der aanduiding „Hulpaetio". Op
de te verkoopen sigaretten moot
de tabakswinkelier een verplichte
toeslag van f3 heffen, welk be
drag geheel ten goede komt aan
het werk voor do oorlogsslacht
offer».
De ptljaea van 4e te veriroopen
sigaretten zuilen v&rieeren van
f 1.20 tot f 1.64 vermeerderd met
den toeslag van f 3. In totaal zul
len 1.000.000 pakjes sigaretten in
omloop komen.
Zooals bekend komt de op
brengst van de sigaretten-actie
ten goede voor hnlpverleening in
invidueele gevallen by de aan
schaffing van textiel in de vier
noodgebieden inclusief het eiland
Goeree-Overflakkee. Van de net-
HANDHAVING RIJKS-
EENHEID.
Op uitnoodiging van Prof. Mr
P. ,'i. Gerbrandy, maakt sinds
Zaterdag j.l. Mr H. J. Ewoudt
Vermeulen, de voorzitter van de
Gemeenschap van oud-illegale
werker», deel uit van het Comité
Handhaving Byksoenheid.
DE C.C.D. SLAAT EEN
GOEDEN SLAG.
Ambtenaren van don O. C. D.,
die te Waasenaar met een over
valwagen surveilleerden, troffen
een automobiel aau van een ex
peditiebedrijf te Den Haag. Deze
bleek 600.000 importsigaretten en
een hoeveelheid van 000 liter
drank, bestaands ait eognaa en
portwijn, te verroeren. Hit de ver-
hooren van den chauffeur en den
de Bijenkorf, zoo vertelt het
genoemde blad. Daar werden
voor enkele tonnen textielgoe-
deren ontdekt, die reeds tijdens
den oorlog waren ondergedo
ken, maar na de bevrijding niet
waren opgegeven.
Als bij den gewonen winke
lier verzwegen goederen wor
den ontdekt, gaat de man, om
te beginnen, onmiddellijk in ar
rest vanwege het onderzoek
Zij,n naam komt in geuren en
kleuren in de krant. Zijn goede
ren worden in beslag genomen
en elders verkocht; dit nog af
gezien van de straf, die de rech
ter oplegt
Bij de Bijenkorf ging het
echter anders. De heexen van
dit bedrijf werden niet in ar
rest gezet, maar men ging met
hen confereeren. Het resultaat
van de conferentie was, dat zij
twee-derde van de in beslag ge
nomen voorraad op normale
wijze moesten verkoopen aan
hun vaste klanten, die daartoe
een briefje kregen, dat zij op
de derde étage goederen kon
den halen.
De heeren van de Bijenkorf
kregen den vollen prijs bene
vens enkele honderdduizenden
textielpuntera.
Maar er moest ©oïE eenige
straf zijn. Welnu, de resteeren-
de één-derde van de partij, al
tijd nog voor eenige tonnen
waarde, werd verkocht tegen
voor-oorlogschen prijs, terwijl
directeur van het expeditiebedrijf
kon worden vastgesteld, dat zich de punten moesten worden op
reed» een party van 1.000.006 gezonden aan het Rijksbureau
sigaretton to Wassenaar moest
bevinden. Doze party word dan
ook in een particuliere woning
aangetroffen. In totaal werden
dus in beslag genomen 1.600.000
sigaretten, 500 liter drank en een
vrachtauto.
Verhooging straat
belasting.
Io de op Donderdag 30 Ja-
die" ontplooiing zijner bedrijvig- auari te houden raadsvergade-
heid, welke wij noodig hebben om ring komt aan de orde een
de baten ruimer te doen vlooien.
Aan den uitgavenkant lijkt in
krimping bereikbaar door inkrim
ping van het enorme personeels-
apparaat".
De wijze, waarop de heer Ker
stens zijn korte verklaring voor
droeg gaf eenigszins den indruk,
dat hij hier een kort begrip wilde
geven van de persoonlijke opvat-
voorstel tot verhooging van de
straatbelasting. Deze belasting
Distex. De Bijenkorf kreeg al
dus gelegenheid, om een pracht,
stunt te maken, want daar kon
men goedkooper koopen dan
overal elders. Die andere win
keliers waren afzetters 1 Nee,
de Bijenkorf, dat was een
rcëele zaakl Hoe vindt u zoo
iets?
Wij vinden het eenvoudig
i schandalig, dat de Directie van
1 Distex, de Prijsbeheersching en
te breiden tot een openbare alle verdere instanties aan der
leeszaal en bibliotheek. Hoewel gelijke rechtsverkrachting me-
schoorvoetend, gezien den hui- dewerken.
digen stand der gem.financiën,
stellen B. en W. voor, ingaande
1 Januari 1948 de gevraagde
subsidie te verkenen. Op deze
bedraagt «ha™ 3 pet. van de wijze zal het mogelijk zijn voor
gemiddelde opbrengst der pan
den. De minister van Binnenl.
Zaken wenscht voor de ge
bouwde eigendommen een ver
hooging tot 6 pet. B. en W.
hebben daartegen bezwaar ge
maakt, mede omdat vele huis-
tingen van Prof. van den Brink, eigenaren in een uiterst neteli-
iDeze indruk wordt versterkt door gen toestand verkeeren. De mi-
de hierboven aangehaalde zin- nister heeft echter de stok bij
snede uit het betoog van den heer de deur gezet en gedreigd, dat
Kerstens tijdens de algeineene po- bij weigering om tot deze ver-
■litieke beschouwingen. I miners hooging mee te werken dek-
toen stelde hij zich volkomen ach- king door het Rijk op de tekor-
ter het financieele beleid en ten der gemeente achterwege
distancicerde hij zich uitdrukke- blijft.
lijk van de opvattingen van de
'Christelijk-Protestantsche par
itijen.
De bezwaren tegen het nuniste-
rieele beleid, dat hij nu echter
Benoemingen.
Verder komt o.m. aan de orde
de benoeming van leden van de
comm. tot wering van school
verzuim en van een lid van het
- - IV14unii vu vou vvii iivi v ex*» nv e
namens een heer van dec Brink j Gasthuisbestuur in de vacature
..formuleerde zouden kunnen ko
men uit den mond van den Chris-
telijk-Historischen senator Mr
Pollema of van den Anti-Revolu-
tionnairen Mr Rip. Het ontbreken
van een duidelijke koers in het
financieele beleid, dat gericht
moet zijn op de verkrijging van
een sluitende begrooting het
ontstaan door het aan den heer
Pieterse verleende eervol ont
slag. Aanbevolen worden de hee
ren Ir G. de Bakker en A.
Haeck.
Renteverlaging.
Voorgesteld wordt over te
gaan tot renteverlaging eener
is de oppositioneele grief tegen ™e(' Centr. Arb. Verz en
dezen minister. De vaagheid' van Dep.bank te s Gravenhage
het beleid is een onvermijdelijk aangegane geldleemng. De rente
gevolg van de door den heer van deze leening zou op 1 Dec
Kerstens zoo hoogelijk geprezen 1947 moeten worden verhoogd
„beweeglijke, op economische 7 Pct' geldgeefster is
klimaat, en conjunctimrwisselin- de rente te verlagen tot
gen niedereageerende begr00tings- i Pct- P- erJ y- ste^en voor
politiek". I daartoe te besluiten.
De (belastingen, die op het be- J Tarieven verpleging
drijfsleven drukken, zijn nu reeds Gasthuis,
zoo hoog, dat zij een beletsel zijn in verband met de exploita-
voor de broodnoodlge ruimere tietekorten is door het Directo-
ontplooiïng^ zijner bedrijvigheid, raat van de Prijzen, toestem-
me noodig is, om de baten^ ruimer niing verleend de verpleegprij-
te doen vloeien. Deze grief van 'Zen voor het Gasthuis te ver-
Prof van den Brink vormt het hoogen en voor verpleegden
motief, door den heer Vixseboxsc, Tan buiten de gemeente een bij
namens de Chnstelijk-Historische g]ag in rekening te brengen van
fractie nu reeds aangevoerd voor f 0,50 per verpleegdag. Met het
de verwerping van de Vermogens
heffing-ineens.
Wie een en ander nader (be
schouwt komt tot 'de merkwaar
dige conclusie, dat de heer
Kerstens 'in zijn enthousiasme
voor de Roomsch-Roode coalitie
zich niet alleen heeft gedistanci-
eerd van degenen, „die stoelen op
dcnzelfden wortel des geloofs",
doch evenzeer vanzijn eigen
fractiegenoot, Prof van dea
Brink.
Vandaar de in het parlemen
taire leven ongebruikelijke en
naar onze meening ook onzuivere
wijze van voordracht, door den
heer Kerstens gebezigd bij de fi
nancieele debattenhet 'geven van
een samenvatting van de particu
liere meening van een der fractie-
genooten.
De conclusies, die kunnen wor
den getrokken zijn tweeërlei: (Of
Gasthuisbestuur zijn B. en W.
van meening, dat het nog niet
noodig is zoover te gaan. Met
een bijsflag van f 0,25 kan 'voor-
loopig worden volstaan. Aan de
betrokken buitengemeenten is
gevraagd deze extra-last voor
hun rekening te nemen. Aan
den Raad van Goes wordt op
dit besluit goedkeuring gevraagd.
Opbouw-toelage.
Verder wordt o.m. voorge
steld aan het personeel der ge
meente voor '46 een z.g. opbouw-
toelage te verstrekken van 10
pot. van het salaris. De totaal-
kosten worden geraamd op
f 18.911.
Subsidie openbare
leeszaal.
Door hét bestuur tier Stichting
Openbare Leeszaal en Biblio
theek is een subsidie gevraagd
een rijkssubsidie van pirn,
f 2000 in aanmerking te (komen.
Wie zei ook weer, dat in Ne
derland gelijk recht voor al
len is?
In de Stockholmsche diergaar
de heeft een ijsbeer tweelingen ter
wereld gebracht.
Ditha Holesch: „Xingoe
de hond". Vert. A. F. H.
.Grondel.
Zuidhollandsche Uitge
versmij. Den Haag.
Xingoe de hond, is een boek
dat frappeert. Een boeiend prach
tig verhaal vol zuivere^ en ent*
roerende momenten,
menschenvriend bij
v. Wermeskerken. Beide schrij
vers leggen een groote liefde aan
den dag voor het dier in het al
geineen en inzonderheid voor
den hond. Zoo worden de frag
menten uit het hondenleven van
een gevoeligheid die somstijd ont
roert. Wie zal het moment van
Detta's dood vergeten, of het mo-
De hond, ment, waarop Xingoe de zwer-
üitnemend- j vende kudden van zijn (baas terug
heid, gehoorzaam tot den dood, j vindt en beiden, baas en kudde
trouw aan zijn baas ongeacht of na eindeloos ploeteren weer sa-
hij een braaf of stecK nensch meribrengt. Zoo is het een boek
is, hij weet slechts van plicht. Dit geworden voor jongen en ouderen,
alles geeft dit verhaal ons zonder J voor dierenvrienden en om voor
mooie woorden of prachtig ge- j.te lezen. Men'kan het ieder rustig
bouwde zinnen, maar eenvoudig in handen geven en haar of hem
weg. Het hoek vertelt, vertelt er een paar uur goede ontspan-
boeiend, zonder problemen, het
bedoelt wat het zegt en zoo ma
ken we een strijd mede van pio
niers die zich een bestaan zoeken
in de wildernis met al' de gevaren,
■moeiten en tegenslagen van dien.
Maar hoe zouden ze het gemaakt
hébben zonder hond, zonder diens
waakzaamheid, fijne speurders
neus, ijver en trouw? Dit boek
is met veel liefde geschreven en
het doet denken aan een boek als
„Snoet's wilde jaren" van Henri
ning bij beloven.
Als we er iets over zoudlen mo
gen opmerken dan zou het alleen
dit zijn: het is soms wat te frag
mentarisch.
Doch heelemaal gaat dat niet
op, want daardoor wint het ver
haal aan vaart en levendigheid
zonder dat het verhaal, of liever
de binding der fragmenten teveel
schade ondervindt. De foto's vor
men een waardige illustrtie. Het
zou voor veel Christelijke ver-
40
de heer Kerstens sprak bij de al- groot f 2865, teneinde in staat
gemeene politieke beschouwingen, te zijn de volksbibliotheek uit
„O, zijn ze ons op het spoor,
Chin?"
„Niet weten. Wij kijken." Ze
keken en zagen de twee solda
ten vlug in de richting loopen
waarheen Chin gegaan was.
„Ze zoeken ons, Chin", zei
Forsyth.
Chin knikte en zei vroolijk:
„Wij nu vertrekken. Zij ver
keerden kant gaan. Wij om
laag gaan; zij omhoog."
Als blijk van tevredenheid
met. dien toestand grijnslachte
Chin even en stapte toen in te
gengestelde richting van de sol
daten.
„Chin", vroeg Forsyth, „ga
je terug?"
„Niet teruggaan", antwoord
de de Chinees met een grijns.
„In vijf, tien minuten wij over
steken de vallei en gaan naar
Pi-Chow. Mandarijns mannen
ons zoeken op heuvel, wij al
maar gaan naar Pi-Chow".
Na eenigen tijd te hebben
geloopen sloegen zij op zij af
en liepen nu in de richting van
de stad, waar het paleis van
den mandarijn rich bevond.
De Psalmen van Queve-
do, vertaald1 door Gerard
Dicks. J. M. Meuknhoff
Amsterdam.
Was de regeering van Philips
II voor de „Lage landen bij.de
zee" één van de donkerste tijd
perken van haar geschiedenis,
voor Sparaje was ze „de Gouden
Eeuw". Schreef toen niet Cervan
tes zijn machtige satyrc „Don
Quiohotte do la Mancha"? In
d'ienzelfden tijd dichtto Don
Francisco de Quevedo zijn psal
men.
Deze psalmen zijn geen bower-
king van de Psalmen uit onzen
Bijbel. Ze géven weer het per
soonlijk gevoels- en geloofsleven
van den dichter. De heete harts
tocht van het Zuiden vinden we
in deze psalmen weer. Ze doen
ons denken aan de passie, die ons
tegemoet treedt tin de schilderijen
vara El Greco, met zijn prachtige
koppen van Franciscus van As-
sisi.
Een regel uit den derden psalm
als:
En ik, verwarde stervling, ben
[zoo blind.
U niet te roepen, daar mijn vrees
[het wint,
dat Gij mij guit verlossen uit de
[zonde.
herinnert aan Augustinus' gebed:
Heero bekeer mij, maar raog niet
nu.
We citeeren nog dea vierden
psalm, die we afdrukken ter ver
gelijking met Psalm 139 on om de
schoone taal te bewonderen:
Waarheen wend tic, o Heer, mijn
[treurige oogen,
dat ik Uw goddelijke macht
[ontga?
Als ik ze opwaarts sla,
zio ik U op de Zon, als op een
[hoogen,
scharlaken troon gezeten,
en, wetgevend aan sterren en
[planeten,
zie ik U in de slaaphuik van den
[nacht.
Als ik ze neersla naar Uw
[plantenpracht,
zie ik U bloemen kleuren.
Als ik ze wend naar wie hun ziel
[verbeuren
en in losbandig leven mij gelijken,
zie ik Uw handen reiken,
in matelooze liefde opgeheven,
meer nog tot dulden, dan om te
[vergeven,
v. H.
VaaJk kwamen zij in de nabij
heid van boerderijen, maar
't kostte dan weinig moeite,
die te vermijden, en zonder
iemand ontmoet te hebben, lie
pen zij door tot ongeveer een
uur voor zonsondergang. Toen
eindelijk liet Chin zich vallen
op een dik bed van afgevallen
bladeren. „Nu slapen gaan. Sla
pen tot alles donker, dan gaan
naar weg en loopen, loopen,
ziet u, dokter?"
Forsyth keurde het plan goed
en weldra lagen beiden in diepe
rust. Na geruimen tijd gesla
pen te hebben, gingen zij weer
verder, 't Was al laat in den
avond geworden, zoodat ze nu
niet angstvallig de huizen be.
hoefden te vermijdenToen
zij langs eeni theetuin kwamen
keek Forsyth met verlangenden
blik naar binnen.
„Thee?" vroeg Chin, die dat
verlangen begreep.
„Ik zou graag een (kopje drin
ken, maar zou het niet gevaar,
lijk zijn, Chin?"
Als antwoord nam Chin de
hand va* den dokter era ging
IAN0E KEBKSIP 50 QOC.5 7EL2W5
(Ingez. Med.)
NIEUWE
SOLDATENKRANT.
De hoofölegerpredikant, kol. Ds
A. T. W. de Kluis, is voornemens
binnenkort een twee-wekelijkseh
blad uit te geven, ter versprei
ding onder al onze Protestantsche
militairen, zoowel in ons land als
in Duitschland en Indië. De uit
gave van dit blad kost f 60.000.
De helft hiervan draagt de Be
geering bij, voor de rest moeten
de kerken zorgen. Het blad krijgt
den naam „Het Reveille".
De landbouwer Wyland te
Veendiik (bi) Meppel) slachte de
zer dagen een varken, dat maar
liefst 2.05 meter lang was, een
omvang had van 2 nieter en ruim
800 pond woog.
hem voor naar den tuin.'
„U praten Chineesch als Chin"
zei hij. „Maar niet praten be
ter."
Zij vonden een tafeltje ach
ter in den tuin. en in de scha
duw van de lantaarns. Chin
bestelde thee. Heel genoegelijk
zaten ze bij elkaar. Forsyth
dronk reeds zijn derde kopje,
toen zijn oog ineens viel op een
papier, dat aan een boom was
vastgemaakt.
Nieuwsgierigheid dreef hem,
om te lezen wat er op zou
staan era bij het licht der papie
ren lantaarns las hij het biljet.
Onder het lezen werd zijn
gezicht strak era Chin zag ter
stond, dat er iets bizonders
moest zijn, „Wat is het, dok
ter?"
„Een beschrijving van mijn
persoon en een belofte van een
groote belooning voor dengene,
die mij dood of levend in het
paleis van den mandarijn te Pi-
Chow brengt."
„Dus Li-Weng-Hoo weet...."
>,Het is onderteelkend door
Ah-Yeo."
„Allemaal gelijk. Mandarijns
man. Hij u verlangen voor zijn
meester."
Forsyth ging weer zitten,
maar dronk nu vlug zijn thee
Sommigen zeggen, dat het om
streeks 1650 geweest moet zijn,
anderen noemen een later jaartal.
Het is de eeuw, waarin de Neder-
landsche schepen de vrachtvaar
ders va» Europa genoefnd wer
den, waarin Valerius' lied ont
stemd:
Waer dat «nen tich al keerd of
[wend
End' waer men loopt of staet,
Waer dat men reyst of ratst of
[rend,
End' waer men henen gaet.
Daar viirt men 't sij ook op wat
[ree
d' Hollander euld' da Zeeuw:
Sij loopen door de woeste zee
Als door hot bosch de Leeuw.
Op de reede van Tcrneuzan
,wordt op Goeden Vrijdag een
schip zeilklaar gemaakt. Aan don
wal staan familieleden van da op
varenden kerkgangers, in hun
deftige zwart-lakcnsche Icleedij,
waarbij de witte kanten kragen
fel afsteken, blijven even staan
kijken en loopen dan hoofdschud
dend weer door. Iedereen weet
toch, dat een vaart, die op een
kerkdijken feestdag wordt aan-
gévangen, nooit Gods zegen kan
hebben.
Er steekt een kleine barkas Van
wal; achterin zit 'de schipper van
de Oostinjevaarder, die daarginds
ligt, een rijzige veertiger, wiens
haar cn korte snor even zwart
zijn als de poedel, die hem onaf
scheidelijk vergezelt. Da maats
aan boord! hebben het niet erg op
,,'t zwarta kreng" en evenmin is
schipper Joost vao der Deekea
zeer populair.
Hij staat bekend als wreed en
eigenzinnig. Toch monsteren er
altijd weer veel matrozen bij hem,
omdat I-lij uitzonderlijk hooge
gages betaalt. Want zijn schip is
het snelste van do Oostiajevloot;
de Hoogmogende Heeren Zeven
tien betalen Vara der Dedcen goed
voor zijn snelle reizen naar de
Oost en terug.
Daar worden dc zeilen ge-
heschen; 't lijkt wel, of het
schip tweemaal zooveel zeil Voert
als dö andere schepen, die ook
meeétal kleiner zijn. Het is te
zien, dat een geoefende hand het
uit dié haven stuurt; in korten tijd
kunnen zij, die het nastaren, het
niet meer zien.
Op deze reis is het echter niet
best geloopen. Tegenslag en nog
eens tegenslag, 't Begon al met
mist in het Kanaal, waardoor
slechts heel langzaam kon worden
gezeild en zoo ging het door, al
die weken; al die maanden lang.
Een drie weken nadlat men de
Azoren gepasseerd was, brak de
gevreesde scheurbuik uit, en voor
dat men aan de Goudkust versche
victualiën had kunnnen inslaan,
waren vijf van de maats bezweken
Aan het eind van de herfst
nadert Van der Decken's schip
Afrika's Zuidkust. In bar slecht
weer zeilt men moeizaam naar het
punt, waar de Zuidelijke koers
in een Oostelijke veranderd zal
worden.
Stormen, ja brkanen woeden
om de Kaap, die juist daarom
door de oude Portugeezen, die
haar liet eerst bereikten, Cabo
Tormentoso, Stormkaap, werd
genoemd.
Later veranderde de Spaansche
koning dien naam in „Kaap de
Goede Hoop", omdat men, toen
zij bereikt was, goede hoop had
ook den verderen zeeweg naar
Indië te vinden. Die was ook ge
vonden.
Stced-s heviger werd de storm
en zelfs laveerende kon men do
Kaap niet ronden. Inktzwarte
luchten komen voorspellen, dat 't
er vooreerst niet beter op zal wor
den; de avond valt.
Doodmoe van het gesjor aan
touwen en zeilen, onder aanhou
dende stortzeeën en stormvlagen,
smeekt het volk den schipper,
zeil te minderen en te keeren.
Van der Decken denkt er niet
aan: „Zet alle zeilen bij, we zul
len er doorl"
Het is mogelijk, dat kam 'n kind
zien. De schipper is verblind en
halsstarrig. Het scheepsvolk gaat
morren, kamt op de grens van
muiterij. Onder aanvoering van
den stuurman gaan de maats nog
maals naar den schipper. „Schip
per, dit is geen eerlijk zeemans
werk. Dit is geen Christenwerk.
God wil, dat wij terugkeeren
Van der Decken ontsteekt i»
laaienden toorn, Hij grijpt den
stuurman beet en Voordat iemand
weet, wat er gebeurt, heeft hij
hem over de verschansing ge-
ismcten. Boven het geweld van
■wind en golven uit klinkt zijn
.stem„Zoo zal het ieder vergaan,
die zich tegen mij» wil verzet".
Maar .plots staan daar allen
verstard: Het zwerk breekt op
één plaats en daar verschijnt een
lichtend sterrenkruis. Enkdien
airaken op de (knieën.
Schipper Van der Decken is
echter door het dolle heen, hij
trekt Zijn pistool en wil op het
Kruis schieten»... Zijn rechter
hand valt verlamd neer en met
een slag valt het pistool' op het
dek. Dan roept hij stampvoetend, -
terwijl zijn linkerhand do roer
pen gegrepen heeft„Wij reeven
i geen zeil, wij keeren niet, al zou
j ik hier moeten varen tot den
jongstcn dag"l
Blauwwit wordeo schip en op
varenden verlicht door het hemel
vuur en als de ontstellend snol
volgende donderslag krakende is
verstorven, klinkt een stem uit
den hemel: „Joost va» dor
Decken, zoo zult gijl,,
Sinds dien vreeselijken Backt
vaart de „Vliegende Hollander"
zonder rustpoos tusschen Terneu-
zen cn de Kaap an steads moet hij
terug om hat opnieuw ta profeee-
ren.
De straf root ftoovaartiij, (tie
niet den deemoed kende, die ia
het laatste eouplet van het lied
van Valerius, waarvan het eerste
aan het begin van dit artikel
werd geciteerd, zoo treffend ver
klankt is:
O Neerland I Soo ghlj maer en
[bout
Op God den Heer altijdt,
U pijien vast gebonden hout
End 't saem eendrachtig sijt,
Soo kan U Duijvcl, Hel noch
[Doof
Niet krenken noch vertreen,
Ail waer oock Spanjen noch soo
[groot,
Ja, 's werelts machten éénl
Legende of werkelijkheid?
Er valt niet met zekerheid eea
antwoord te geven op de vraag,
of Joost van der Decken inder
daad geleefd heeft en of hem bij
de Stormkaap den vreeselijken
vloek trof.
De woorden „Vliegende Hol
lander" hadden reeds in de acht
tiende eeuw hun relatie met het
spookschip verloren. Het ver
haal bleef bestaan, als een legen
de, maar de naam werd verbon
den aan de snelle schepen, die de
Nederlarxische driekleur rond de
wereld voerden.
Wat 'rij deden ter zee, doen
thans de Nederlandsche vliegtui
gen door de lucht. En daarom
kregen de K.L.M.-toestellen dien
zelfden naam: De Vliegende Hol
landers, thans nog passender dan
weleer.
Sneller, oneindig voel sneller
dan de oude Oostinjévaarders, ja,
sneller dan het modernste mail-
t schip, dooikruisen de moderne
j „Vliegende Jïollanders" de we-
i reld, met een even koppig door-
j zetten en volharden als voorheen.
En brengen ons oude Neerland
i nieuwen roem 1
en zei toen„Ik moet niet door
den gewonen uitgang, Chin,
want het is daar te licht". Zijn
metgezel antwoordde weer met
een grijns; „De poort niet
eenige weg."
„Neen, ik denk, dat een an
dere weg beter is."
„Veel betert', stemde Cliin
toe. „Wij weggaan, 'doktor.
Deze weg."
Hij ging nog dieper den tuin
in en kwam bij een hoogen
muur. Chin stond stil. Forsyth
klauterde op zijn rug cn kwam
zoo op den muur, om aan den
anderen kant er af te springen.
Chin klauterde als ceti kat over
den muur en zoodra beiden aan
den anderen kant waren, ver
volgden zij hun weg.
„Chin", zei Forsyth, „als Ah-
Yeo overal langs den weg tot
Pi-Chow toe zulke bekendma
kingen heeft doen aanplakken,
zal het moeilijk zijn, om miss
Barrington te helpen."
„Heel moeilijk", zei kortweg
zijn metgezel.
„Er is maar één lichtpunt: er
wordt in de bekendmaiking geen
melding gemaakt van jou."
„Ah-Yeo niet weten Chin
met u, misschien. „Hij denken,
Chin verdronken. Hij niet we-
ten Cbia 'uw vriead, dokter."
CHRIST.-HIST, UNIE.
De jaarlijksche algemeens ver
gadering van de Chr. Hist. Unie
zal 9 April a.s. te Amsterdam on
der presidium van den heer H.
W. Tilanus worden gehouden.
Behalve een openingsrede van den
voorzitter komt aara de orde de
Verkiezing van drid leden van
het hoofdbestuur wegens perio
dieke aftreding van de heeren P.
Brijnen van Houten te Wasse
naar, W. Nauta te Sneek en Prof.
Dn C. C. V. Niftrik te Zeist.
„Daa moet je me één ding
beloven, Chin. Wat er ook ge
beuren mag, je moet voor miss
Barrington doen, wat je kust.
Als de mandarijn mij gevan
gen neemt,, moet je alles doen,
wat in je macht is, om haar uit
Pi-Chow naar Canton te bren
gen. Wil je me dat beloven?"
„Chin beloven", zei de ander
eenvoudig. „En wraak nemen
op Li-Weng-Hoo".
„Neen, Chin, daaraan mag je
niet denken. Als we gescheiden
v/orden, moet je al je aandacht
wijden aan miss Barrington.
Beloof jo me dat?"
„Chin. beloven", antwoordde
de Chinees met niet het minsts
spoor van tegenzin. Forsyth
viel hem niet langer lastig. H:j
wist, dat een eerlijke Chinees
zijn woord hield en van China
eerlijkheid was hij overtuigd.
„Ilk| zal je heel dankbaar
zijn, Chin", zei hij bewogen.
Een uur lang liepen zij zwij
gend naast elkaar voort. De
weg begon af te loopen en zij
hoorden het geluid van stroo-
mend water. Als voorzorgs
maatregel ging Chin vooruit,
om een onderzoek in te stellen
en na ongeveer een kwartaor
kwam hij terug.
(Wear* vsrr/sted.)