Het debat over Linggadjatie beëindigd. Een waarlijk nationale oplossing. Verschillende moties ingediend. Vrijheid en veiligheid van de geïnterneerden. I/ewtdde kdof-Un. Beschuldigingen, die be klaagde te veel werden. tfitjjava Stichting „Zeeuwsch Dagblad" Hoofdkantoor; Goes, L, Voret- str. 70, Tol. 2438, Giro 274289 Kantoren; yiissiugen, Walntr. 33, Tol, 168 Middelburg, Bon- aan30)io Kaai 39, Tel. 2009; Neuzen Vlooswijoketr, Tol. 8052 Van verschillende kanten is de beschuldiging geuit, dat de tegenstanders van de ontwerp overeenkomst van Linggadjati alleen negatie! optreden. Dat zij wel critiek hebben op het entwerp-accoord, maar dat zij daar niets positiefs tegenover weten te stellen. Op die beschuldiging heeft de heer Schouten in zijn ma gistrale rede van j.l. Dinsdag een duidelijk antwoord gege ven. Een antwoord, dat daarvan zijn wij overtuigd in d'e kringen der tegenstanders algemeene instemming zal vin den. Wij laten dit gedeelte van.de rede hier volgen; Wij zijn hartelijke voorstan ders van het verleenen van vrijheid en zelfstandigheid! met betrekking tot alle eigen aan gelegenheden aan de Indische volkeren binnen het verband van het Koninkrijk. Wij zijn van harte bereid mede te wer- keh. aan de uitvoering en toe passing van de Regeeringsver- klaring van 7 December 1942 uitgesproken bij monde van Hare Majesteit de Koningin. Wij zijn van oordeel, dat met den snelsten spoed de Rijks- conferentie moet worden bij eengeroepen. Alle gebieden, welke daarop vertegenwoordigd willen zijn. kunr.cn en behooren daar met eeu vertegenwoordiging tc woi- den toegelaten. Men beginne in deze Rijksconferentie met de besprekingen en met het over leg, welke noodig zijn ter voor bereiding van datgene, wat in onze Grondwet en iu de Indi sche Staatsregeing moet wor den gewijzigd, opdat in Indië zal kunnen worden verwezen lijkt datgene, waarop de Indi sche volkeren recht hebben. Wij wenschen, ik herhaal dit, dat de voorbereiding van de Rijkscoaferentie snel en spoe dig plaats heeft. Wij wenschen, dat hetgeen ter voorbereiding daarvan, geschiedt ook werke lijk in den Ncderlandschen zin va® het woord een democratisch karakter draagt. Tot nü toe heeft da Commis- cfe-Generaal op dit punt haar arbeid ia, wezen niot verricht. Zij. heeft wellicht besprekingen gebad met verschillende perso nen en groepen, maar zij, heeft zich heelemaal toegespitst op de besprekingen nset een delegatie Van de regeering van de Repu bliek Indonesië. Zij heeft zicu als bet, ware ia deze besprekin gen ingeklemd en dientenge volge zijn niet tot hun recht gekomen die inzichten, die op vattingen, die visies en die stemmingen, welke in uitge breide kringen leven, niet alleen van Nederlanders of van Indi sche Nederlanders, van Chinee- zen ejfc Amborineezen, maar ook in de kringen van hen, die tot de autochthone bevolking van Java en Sumatra behooren. Een van de noodlottige gevol gen van het gevoerde beleid is dit, dat duizenden bij duizenden, die steeds trouw geweest zijn aan Nederland en aan het Ko ninkrijk, zich op dit oogenblik gevoelen als verlaten, als ter zijde gesteld. Vandaar die wankeling in ve ler leven, vandaar de gedachte: Wij moeten toch zelf iets doen om ons eigen leven en dat van ouzo gezinnen en van onze fa milies te beveiligen; wij moe ten mu maatregelen nemen om to voorkomen, dat wij anders uit de Indonesische gemeen schap worden uitgestooten of dat ons leven wordt belaagd. Dat is mede een gevolg van het beleid, dart van de zijde van de Regeering is gevoerd of getole reerd. Werkelijke Nederlandsche de mocratie brengt met zich, dat men velen in de gelegenheid stelt deel te nemen aan de Rijksconferentie, en om dat op een zoodanige wijze te doen, dat men zich niet bedreigd be hoeft te achten, dat men niet behoeft te denken, dat men aanstonds geweldige risico's in zake leven en levenslot moet loopen. De verantwoordelijkheid wor de door de Regeering werkelijk gedragen. Dat is een uitermate moeilijke zaak. Ik geloof er iets van te verstaan, maar men ver kleint de moeilijkheden niet, als men ten aanzien van verant woordelijkheden aarzelt of als men haar verschuift. Men kan haar alleen trachten tot een op lossing te brengen, als men er vast en beslist onder gaat staan als men met beslistheid en vol harding en met ingehouden sta len krach t er aan werkt om haar te overwinnen. Dat spreekt ook toe in Indië 1 Vriend en vijand van het Regee- ringsbeleid in Indonesië zelf spreken zoo. In het oostersche leven geldt, naar wordt gezegd, dit men geen onderscheid ziet tojseh*« gezag es macht. Owr. ZEEUWSCH DAGBLAD 2b JAARGANG No. 526 PROTESTANTSCH CHRISTELIJK SLAD VOOR ZEELAND Zaterdag 21 Deeemtwr 1946 Abonnementsprijs ƒ3.30 per kwartaal, Hoofdredacteur: R. ZU1DI0MA -- Directeur: JACQ. DE SMIT. Advertentieprijs 12% cent per a.m. «rt ■ism -Zon, ca Maan,, Zondag. Zon op 8,46 -i-, on- derdw 36.31 n. Maan e-p 7,54 u., onder 15.36 u. Hoog wat?f te VItssingert Zondag 22 December; 1.18 u. 1.85 m.. 13.27 u, 1.83 m. In de Kamervergadering van zoo niet langer kan en SoekarnoTenslotte dient hij de volgende Donderdagavond werd de behan- moet te verstaan gegeven worden, mede door den heer v. d. Goes deling van de regeeringsverkla- dat hij geen gezag heeft, dat de van Naters onderteekende motie ring inzake Linggadjati voort ge- wapenstilstand een farce is ge- in: zet. worden t/. De heer Roolvink (K.VP.)I Als er klare taal gesproken ,°e ™er' overwegende, zegt dat hem groote voldoening wordt zal men begrijpen, dat men fhlinTl ëit heeft geschonken dat de minis- beginselen van de Koninklijke ^et nve^fnnmn van rfl' I rerie zal vnio-on uv.„ nnrw met overwinning van de zoo- VOOR DEN ZONDAG ter In breederen kring aanvul ling wil zoeken voor de commis sie. De fatale scheidingslijn zal zoo weggenomen kunnen worden. Dat is van belang voor ons land en ook voor Indonesië. De heer Bruins Slot (A.R.) verklaart dat het antwoord van den minister hem weinig bevre diging heeft geschonken. Elke ju ridische beschouwing der zaak rede zal volgen Een oorlog is1 -. daarvoor niet noodig. Noch En- V lande als in in geland, noch Amerika wenschen donesie heerschende vertrou- chaos in Indië. Van ons had men wenscnsis, een duurzaam zekerheid verwacht. Verzaken wij onzen plicht en geven wij geen zekerheid, dan zullen anderen dat doen. De heer De Groot (Comm.) zegt verheugd te zijn over de ver klaring van den minister, dat in samengaan van Indonesië en Nederland op den grondslag van de beginselen der Ko ninklijke rede van 7 Dec. 1942 te verwezenlijken; overwegende, dat de re- I geerinq hiertoe dienstig acht het aangaan met vertegen- vorst door den min. afgewezen de overeenkomst de republiek'vol- woordiaers van^de reaeerfna viat ann Vi/w t+i WRflXriitT fllfi UU#»rtprr>arHi or-lrarv/-) met een beroep op de politieke waardig als wederpartij erkend strekking van het accoord en j wordt. Er is geen ruimte voor op grond van dsn psycholo- misverstand. Minder bly was hij gischen aard. Er zijn echter over kwestie der bezette gebie- gevolgen van staatsreshtelijken cJen> en <*8 troepen, waarvoor de flard en dat vervult spreker minister naar de memorie van de met zorg. Als men zich een doelC G- verwees, voor oogen stelt moet dat staat- De heer Meyer ink CAM.) kundig verantwoord zijn. De ont- spreekt zijn teleurstelling uit over werpovereenkomst draagt een de nadere verklaring van den eenzijdig Indonesisch karakter, j minister. De conclusie van den en men verbergt zich achter hin- minister als zouden de critici zich derende notulen. J niet willen laten overtugen is in De minister heeft thans gezegd. zooverre juist, dat zij hun be- dat de stukken allen zullen bin- ginsel niet wenschen prijs te ge- den. Dat is een verbetering, maar ze zijn te weinig uit een stuk. De conflictenregeling besprekend zei de minister dat de unie op- ven. Wat zal de regeering doen der republiek Indonesië van een wederzijdsche verbinte nis, met in acht'neming der geldende Grondwet, tot niets meer of anders dan wat vol gens de door de Commissie- Generaal opgestelde toelich ting te Linggadjati is over eengekomen met onverkorte in achtneming van de regee-1 ringsverklarinq van 10 Dec. 1946 en van de aanvullende reqeerinqsverklaring van 19 Dec. 1946.; van oordeel, dat deze we derzijdsche verbintenis, bij Hebr. 8 verklaart ons Jere- mia's profetie. Men is 't er vrijwel over eens, dat „deze profetienaar 't woord van Ridderbos, „de voorzegging is van een nieuwe bedeeling, waarvan we tha'tis weten, dat ze met Christus eerste komst in principe aan ving, en door Zijn tweede komst voltooid zal worden Met de komst van Gods Zoon in het vleesch, het feit, dat we over enkele dagen her denken, openbaart zich het nieuwe Verbond. Ja, ziende op nem kunnen we zeer concreet zeggen: fyDit is het VerbondImmers in IIem zijn de beide partijen des verbonds één. God en mensch. Eq eiseht de trouw van ons en Hij volbrengt de trouw voor ons. Gods wetten zijn in Zijn verstand. In Zijn hart zijn die ingeschreven. Denk ik aan de kribbe te Bethlehem, dan denk ik ruu tegelijk aan een andere krib be. Aan de gouden ark, waar in de 'TV et des H eer en op twee sternen tafelen werd neer gelegd. Hebben die twee ook iets met elkander te makent Ja! zooveel, dat we kunnen zeg gen: De ark is het oude Ver bond, de kribbe met het leven de Icindeke is het nieuws Ver bond. Maar dat levends kind is zelf weer een ark, waarin de Wet ligt. Hij is immers de Zoon des Vaders, Die, toen de mensch Gods Wet verbroken had, gesproken heeft: „Ik draag uw heil'ge Wet, die Gij den sterv'ling zet, in 't bin nenste ingewand". In dezen heerlijken Mensch zien wij de Wet belichaamd, -e Wet vervuld. Met het oog op dezen Be loofde, heeft God Zijn belof ten gegeven. Doch na Zijn komst liggen de beloften niet meer in de toekomst, maar zijn ze vervuld. Wij, in het nieu we Verbondhebben dus te doen met vervulde belof ten, dat zijn feiten, heils- feiten. Door het geloof in Hem zijn wij één met Hem, die de beloften vervuld heeft en alles volbracht. Het geloof maakt onsi één met Hem als leden Zijns IAchaams-. De Wet ligt dusdoor Hem vervuld, is het verbond Hebr. 8:10 (J«r. 81:88). ook in ons. Zij ligt thans im het hart van het volk. Niet meer in de gouden ark, zooals in de dagen toen zij door Christus nog niet vervuld was. Nu moet het dan ook van ons allen geldenen 't moet in onze kinderen leven: „Zij ken nen Mij allevan de kleinste onder hen tot de grootste on der hen". Dit zal in vervulling gaan, wanneer allen, die gedoopt zijn, hun doop ook verstaan. Het Nederlandsche volk is verbonden aan den God des Verbonds. Het heeft een rijke historie. Mag het nog een gedoopt volk heetenf Het volk in Zeeland wel. 't Schijnt alles in elkaar te zinken, tot de kerk toe. Maar wanneer we verstaanwat het Verbond is, dan roepen we met Groen van Prinsterer: Wek den Staat ten leven door de Wet Gods, de kerk door haar belijdenis en de Natie door den Doop!" En het woord van Wormser zal waarheid blijken: Leer der natie haar Doop verstaan, en Kerk en Staat is gered!" Axel. POST. als het tegendeel geschiedt van juiste uitvoering daarvan, wat ze van de republiek verwacht, j inderdaad de mogelijkheid B.v. ten aanzien van de Neder- I opent om het noodzakelijk treedt als er geen beslissing kan landers die neg in kampen opge- duurzame samengaan tus- v,of sloten zijn, ten aanzien van het schen Nederland en Indone- komen Maar het oppergezag moe' toch door de organen van de unie werken. De Indische revolutie be weegt zich buiten de rechts orde. Daarom mogen we ons daaraan niet medeplichtig maken. De heer Logemann (P. v. d. A.) stipuleert nog eens, dat de overeenkomst de beide partijen fa goede trouw bindt. Het accoord is 'n aan de oude rechtsorde vreemd element. Bij het streven naar een nieuwe réchtsorde moet men met nieuwe factoren reke ning houden. De heer Schouten zegt wel dat ook aan zijn kant de progressieve gezindheid aanwezig is. maar hij verzuimt dat op tijd waar te ma ken. Hij en de heer Bruins Slot kunnen geen afstand doen van Nederlands voogdij. Spr. juicht toe wat de regeering wil doen. Veel en diepgaand over leg met de Staten Generaal is gewenseht. Wat de Kamer tot taak heeft is een openhartige be spreking en waar noodig critiek. De P. v. d. A. stelt zich vier kant achter het gevoerde beleid. De heer Vonk (P. v. 3. V.) handhaaft wat hij gezegd heeft ten aanzien van het benadeelen van den staat. De minister merkte bedrijfsleven en ten aanzien van het teruggeven van geroofde goe deren. De heer Romme (K.V.P.) zegt met vreugde uit de rede van den minister te hebben geconsta teerd, dat de regeering van een geest van zoeken vervuld blijft. Het zoeken naar wat bindt en niet naar wat scheidt. De taak op kort acht betreft de noodzakelijkheid, dat alle slachtoffers van de gebeurtenis sen van Indonesië uit hun toe stand van ellende worden verlost. Aan die slachtoffers en hun fa milie zou spr. willen zeggen: be grijp dat we ook hart hebben voor de noodzaak dat gij in vrijheid moet kunnen leven en dat de Kamer en de Regeering zich daarvan bewust zijn. Het lijkt spr.nuttig een uit spraak der Kamer uit te lokken opdat die overtuiging duidelijk moge klinken. Spr. dient een motie in, mede onderteekend door de heeren Van der Goes van Naters, Schouten, Tilanus, Bierema, Zandt en Ruys de Beerenbrouck, luidende: „De Kamer van oordeel, dat de vrijheid en veiligheid der slachtoffers van de ge beurtenissen in Indonesië en sië op den grondslag van de voor de troepen onhoudbaar js. Sprekende over de moties zegt hij, dat hij aan de eerste zijn stem kan geven en wel van gan- scher harte, over de tweede kan spr. even kort zijn. Hij wil daar aan zijn stem niet geven. Hij veelt in de behandeling dezer materie een botsing der beginse len. Het is onjuist dat zijn frac tie niet naar de toekomst zou zien. Neen, juist indien men naar de toekomst ziet, verwacht spr. geen heil in de republiek voor de beginselen der Koninklijke bevolking, maar wel ellende, ter rede te verwezenlijken; vereeniqt zich met het ten dezen door de regeering voorgenomen beleid en gaat over tot de orde van den dag. De heer Tilanus (C.H.) zegt dat de regeeringsversiaring van 19 Dec. aangenaam was om aan te hooren, ook wat den inhoud betreft. Dit kabinet is echter in het Indische beleid overgegaan naar de psychologische staatkun de. Daardoor weet men nooit waar men staat. De minister wees er op, dat de Landvoogd doorgaat met overleg en dat ook moet doen. Waarom? Volgens spr. ware het correcter en logischer indien gewacht werd 1 reur en slecht bestuur. De republiek is een Japansch product. Bij de uitroeping zou zij cratisch dit te aanvaarden zonder de bevolking van de betrokken eilanden te hoo ren? Wat weet men van de wenschen der onderscheidene bevolkingsgroepen? Volgens art. 1 zal de regeering van de republiek de facto erkend worden. Aanstonds zullen maat- STEMMING OVER DE MOTIES. In de zitting van gisteren werë gestemd over de ingediende mo ties. De eerste motie-Romme, be treffende de vrijheid van de regelen worden genomen om deslachtoffers der gebeurtenissen ia door ons bezette gebieden in de j Indcnesiië en van de geïnterneer- republiek in te lasschen. Ziende in de toekomst, waarbij wij het werkelijke heil van de bevolking op het oog hebben, aGht spr. de overeenkomst verwerpe lijk. Dit is geen star legitimisme. Maar liefde voor het Koninkrijk. zich slechts tot Java beperken. s drto t aan sa. JnnV. Iromftn door-mi ClimQ. 1 doch thans komen daarbij Suma tra en Madoera Ook de minister acht de gezagsuitoefening voor de treePzUabcht^"redrukarzU'kan het gezag niet uitoefenen, menroepen van een Rijksconfe rentie om op waarlijk democra tische wijze een nieuwe staatsorde samen te stellen. Wanneer de den, werd met 83 tegen 10 stem men aangenomen. De Commu nisten stemden tegen. Dg motie-Schouten, welke ie regeering uitnoodigt ten spoedig ste over te gaan tot cis bijeenroe ping van de Rijksconferentie, werd verworpen met 65 tegen 23 tegen. Voor de AR., C.H., S.G. overeenkomst is geteekend, is het en R-Td.V., tegen de lik, de P.v.d.A. en de Öomm, weshalve men het haar niet mag overlaten. Toen onze Unie van Utrecht ontstond, wilden, aldus spr. de 7 provinciën, die volkomen zelf standig waren, geheel vrijwillig een Unie. Hier is het omgekeer de het geval. Hier was een hech- tot de beraadslagingen hier te j ter eenheid, die thans wordt op lande beëindigd waren. Indien de gegeven. De minister heeft zich minister zegt, dat het terugbren- te licht over de grondwet uitge- op.^dat kwade trouw en opzet geïnterneerden thans in - ieder geval behooren te wor den verzekerd, gaat over tot de orde van den dag." zeker niet aanwezig waren, Spr. geeft dat gaarne toe, maar dat was ook niet noodig. Het gaat hier over een uitlevering van In dië aan Soekarno. De zaak kan z.i. nog wel gered uit vloeit voort, dat, als de dra ger van het gezag geen macht vertoonen kan of wil, men hem ook niet voelt als den drager van het gezag. Een ontzaglijke brok kracht is gelegen in de zedelijke sterkte van de persoonlijkheden, die in de moeilijkste omstandigheden staan blijven voor hun taak en zich met beslistheid daaraan geven. Dat is een brok levens kracht, een zedelijke kracht van een beteekenis, welke ik hier niet schetsen kan. Ik wensch van heeler harte aan de Regee Èij de bsoordeeling van de vraag of de regeering moet wor den toegelaten tot het aangaan van het werkelijke Linggadjati, heeft spr. overeenstemming op gen van de demarcatielijn tot 2 km. berust op een bevel van Brit- sche zijde, dan had ik het logisch geacht, indien Dr van Mook als opperbevelhebber heftig had ge protesteerd, daar deze toestand laten. Onderteekening van deze overeenkomst beteekent er kenning van een niet be staand gezag. Is het demo- PROCES RAVENSBRÜCK. Het was wederom beklaagde Mory, die eenige opschudding veroorzaakte in bet proces Ra- venbrück en haar zenuwen, die volgens haar verdediger na jaren drie punten geconstateerd en wel gevangenis niet zoo sterk meer het uitgangspunt in de rede van 7 Deo. Overeenstemming is er ook over de wensehelykheid, dat de Rijksconferentie een belang rijke taak in den opbouw wordt toegekend en algemeene overeen stemming is er hierover dat er een groot verschil bestaat tus- schen def voorstelling die bij ve len bestaat over Linggadjati en -het werkelijke Linggadjati. Dat het gaat over het werke lijke Linggadjati staat wel vast. ring toe, dat zij zulk een ikracht 1 Daarmee gaat spr. accoord. Ten zal kunnen gaan openbaren. aanzien van den stand der Mijnheer de Voorzitter I Dit j machtsmiddelen is spr. bevredigd alles kort samenvattende door de mededeelingen der regee- komt het hierop neer, dat wij ring. Voldaan is hy ook over het ons niet kunnen stellen achter antwoord over het uitscheiden uit de concept-overeenkomst vande Vereenigde Staten. De vroe- Linggadjati, maar dat wij vol- ger bestaande rechtsorde in In komen bereid zijn mede te wer-1 donesië is gebroken, maar m de ken aan een waarachtige natio nale oplossing van deze zaak. Aan een oplossing, die hierom rechtsorde is geen wijziging ge komen. Voor herstel van da breuk zijn zijn, niet meer de baas kon. „Zij vertelt duizenden leugens, zij liegt van het begin tot het einde" schreeuwde zij plotseling in het Engelsch, juist toen het directe verhoor van de Fransche getuige Violette le Cocq geëindigd was, die als nacht und nebel gevangene in Ravensbrück geweest was. O.a. had deze Mory in blok 10, waar de krankzinnigen waren en de t.b.c.-patiënten, de zieken zien slaan met een leeren koppelriem, en aan eenige krankzinnige vrou wen injecties zien geven als ge volg waarvan deze stierven) Ook tegen Dr Treite uitte getuige zware beschuldigingen, dien zij aansprakelijk stelde voor de vree- selijke toestanden in blok 10, spe ciaal in de kamer, waar de krank zinnigen waren, die op zijn last geen dekens kregen cn niet ver bonden mochten worden er, die zij Dorothea Binz, die met haar fiets op gevangeneil inreed en ze dan sloeg, omdat zij haar in den weg gestaan hadden. Deze had een groote herdershond, die zij tegen dc gevangenen ophitste, zoodat het dier de gevangenen hevig beet. Binz had eveneens de krankzinnige gevangene gesla gen, naar wie zij voor haar ple zier ging kijken. Getuige had dr Winkelmann selecties zien doen, die ten doel hadden vrouwen uit te zoeken voor de gaskamer. Het was echter niet alleen vandaag, dat beklaagde Mory het, te ver antwoorden kreeg. De vorige getuige de Belgische mevrouw van den Boom, dat haar een monster noemde, dat nog meer gevreesd was dan de S.S., ver telde hoe Mory voor de geringste aanleiding als straf van dysente rie- en andere patiënten in blok 10 hun voedsel inhield, zeggende, dat het toch maar was voor mon den van niet-prorluctieve krach ten. Ook zij noemde dr Treite verantwoordelijk voor de selec ties en verweet hem gezegd te slechts gekleed waren een hebben, dat patiei.ten, 'die te veel nationaal is, omdat het geheele drie middelen mogelyk: een revo- hemd. Ook zou Dr Treite volgens in het hospitaal kwamen, niet be Nederlandsche volk zich daar- lutionnaire methode, een anti achter kan plaatsen, maar die revolutionnaire methode en een ook hierom nationaal is, omdat I niet-revolutionnaire methode, die zij de werkelijke nationale ge- I de normen van het algemeen be- voelens van de Indische bevol-1 lang aanzegt. Met de laatste me kingen respecteert en tracht de thode kan spr. zich vereenigen. getuige behalve zigeunerinnen een handekl mochten worden. r> (?an<i<a rlo iron vati vrv voorwaarde te scheppen voor de vervulling van datgene, waarom men, in die gevoelens levend, roept. Zóó wordt het Koninkrijk ge diend,! en zóó versta ik het Je Maintiendrai worden. Den Angelsaksers moet werkelijke Linggadjati aan duidelijk gemaakt weiden, dat het geeft. meisje van 9 jaar gesteriliseerd hebben. Hierbij was Obersrhwes- ter Marschall tegenwoordig, die over het algemeen zeer hard te gen de patiënten was. Vijf vrouwen waren bij een Eenige dagen van te voren had de bekende Engel; :he mevrouw Odette Samson, die een speciale behandeling noodig had en door den kampcommandant zelf in de Amerikaansche linies was ge- Sprekende namens de transportcolonne uitgevallen. Zij bracht, voor het meerendeel be waren opgehaald en door mest- vestigd, wat de andere getuigen wagens in het kamp gebracht, reeds verklaard hadden Twee van hen waren al gestor-Zij verklaarde bovendien nog, ven. Drie leefden eebter nog. dat zij levende vrouwen naar het Door de „Oberschwester" werd crematorium had zien brengen, aan getuige verboden eenige hulp dat dag en nacht werkte, t# verleenen. Ook beschuldigde grootst mogelijke meerder heid van zijn fractie zegt spr., dat zij de regeering toe laat tot het aangaan van wat de regeering als het deels verdwenen. Van de ontwerp-overeenkomst verwacht spr. geen heil: hy zal zich uitdrukkelijk tegen ondertee- ning uitspreken. De heer Schouten (A.R.) blijft het afkeuren, dat de regee ring is afgeweken van de wet tot instelling van de Commissie-Ge neraal De regeering had gebruik kun nen maken van de mogelijkheid een wijziging aanhangig te ma ken. De taak der commissie was in de wet nauwkeurig afgegrensd. De regeering heeft zelf medege deeld, dat er op een bepaald mo ment reden was om aan te ne men, <±V deze begrenzing te nauw was weshalve zij een rui mere bevoegdheid toekende. Dat was overtreding van de wet zon der noodzaak, want anders had men daarvoor wel de argumenten aangehaald. Tegen de regeeringsverklaring van 10 Febr. 1946 is van ver schillende zyden ernstig bezwaar gemaakt. Daarna kwam een nieuw kabinet en de troonrede. De wijze van werken der regee ring is naar sprekers inzicht hoogst afkeurenswaardig. De regeering heeft zonder eenige critiek een memorie van de C.G. overgelegd En in die me morie wordt medegedeeld, dat de mogelijkheid van het afscheiden uit het Koninkrijk is te beschou wen als een tijdbom. In die C.G. heeft zitting de heer Schermer- h( die ten tijde van de regee ringsverklaring van 10 Febr. 1946 minister-president was. Tegenover den heer Logeman ontleent spr., dat hij menschelijke instellingen verabsoluteert. Overigens geeft hij nog te ken nen, dat hij gezegd heeft, dat het de plicht der regeering was ge weest haar eigen verantwoorde lijkheid tegenover het Engelsche beleid te dragen. De minister heeft spr. niet kun nen bevredigen. Er is niet eens geantwoord op de vraag of alle afspraken ln de notulen zijn op genomen. Spr. verklaart zich niet te kun nen vereenigenij met het beleid der regeering. Hy dient mede namens de heeren Bierema, Tilanus, Zandt en De Wilde de volgende motie in: „De Kamer, kennis geno men hebbende van de schrif telijke en mondelinge toe lichtingen op de ontwerp overeenkomst van Linggad jati; overwegende, dat in de reqeerinpsverklaringen van 10 M«i 1941 en van 7 Deo. De heer Ruys de Beerenbrouck had tevoren verklaard ach ram stemming te zullen onthouden. De tweede motie-Romme, welke zich vereenigt met het door de regeering voorgenomen beleid, t. a. r. het ontwerp-acaoord' vaa Linggadjati, werd met 66 ss. voor en 30 tegen aangenomen. Voor stemden de R.K. fractie (behal ve de heer Ruys de Beerenbrouck) de P.v.dA. en de Comm. Tegea de A.R., C.H., S.G.F., F.v.d.V, en de heer Ruys de Beerenbrouck. 1942, uitgesproken bij mon de van H. M. de Koningin, is toegezegd, dat aan de vol keren van Nederland, Neder- landsch-lndië, Suriname en Curagao de gelegenheid zal worden gegeven om geza menlijk te overleggen over een voor de veranderde om standigheden passenden bouw van het Koninkrijk «n zijn deelen; dat aan deze plechtige toe zegging in het belang van het geheele Koninkrijk naar letter en geest uitvoering behoort te worden gegeven, in het bijzonder omdat dit de eenige wijze is, welke een waarlijk democratischen op zet waarborgt met betrek king tot de voorbereiding van de reconstructie van het Koninkrijk; dat de genoemde ontwerp overeenkomst van Linggad jati in zoodanige mate pre- judicieert op het overleg in de Rijksconferentie, dat aan de voormelde toezegging in feite niet, althans slechts zeer bezwaarlijk zou kunnen worden voldaan; spreekt als haar meenirtg uit dat thans allereerst aan die toezegging uitvoering be hoort te worden gegeven door de bijeenroeping van eene rijksconferentie, waar in vertegenwoordigers van de tot het Koninkrijk behoo- rende volkeren in vrijheid kunnen beraadslagen over den nieuwen bouw van het Koninkrijk; noodigt de regeering uit ten spoedigste over te gaan tot de biieènroeping van die conferentie; en qaat over tot de orde van den dag." De heer Stokvis (Comm.) betoogt dat Nederland de reali teit in Indonesië moet erkennen,

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Dagblad | 1946 | | pagina 1