Prof. G. A. Van Hamel levert in het Sociaal
Weekbl. eene beschouwing over den arbeid in ge
vangenissen. Dat ook ten onzent misstanden bestaan,
zal, meent de schr., niet te ontkennen zijn; doch dat
in het buitenland hier en daar veel grooter misstanden
zijn aan te wijzen, blijkt o. a. wel uit het feit, dat
daar somtijds aan de gevangenissen bijzondere winkels
verbonden zijn, waar de door gevangenen, niet op
bestelling, maar in magazijn vervaardigde artikelen
goedkoop kunnen worden gekocht, en waar men ze
dus voor het uitzoeken heeft. Ook wordt stellig in
ons land verreweg de meeste gevangenisarbeid voor
den staatsdienst zeiven verricht. Sinds '1887 zijn de
inkomsten, uit dien arbeid voortvloeiend, naar haar
bruto-bedrag d. i. dus zonder aftrek van de kosten
van grondstoffen, werktuigen en loonen jaarlijks
opgenomen in de wet op de middelen, en kan men
dus in den bij het ontwerp dier wet overgelegden staat
de raming dier inkomsten vinden. Voor 1889 nu
bedraagt die raming voor de gevangenissen en rijks
opvoedingsgestichten te zamen f 192,000, waarvan
voor den dienst van verschillende departementen van
algemeen bestuur f 172,400, voor particulieren en
voor kleinigheden niet meer dan f 19,600. Bij de
rijks-werkinrichtingen echter, met een geraamd totaal
van f 164,320, is de verhouding een andere, hoewel
uit de specificatie zonder nadere toelichting niet met
volkomen juistheid kan worden afgeleid, welke arbeid
voor den staat en welke voor particulieren verricht
wordt. Zoo vinden wij b, v. bij die raming aangegeven
voor particulieren slechts f 3500, maar toch voor
de opbrengst van voorwerpen van landbouw 40,000,
van koffiezakken f 50,000, van winkelwaren f 35,000,
van toevallige baten f 9000.
Het verdient toejuiching, dat in de afdeelingen der
Tweede Kamer, bij de behandeling der begrooting
van het derpartement van justitie, op deze aangelegen
heid de aandacht nadrukkelijk is gevestigd. Al zijn de
misstanden slechts kleine, juist die kleine blijven te
eerder verborgen en kunnen toch te zamen »één
groote" maken. Het geldt hier een vraagstuk, waarbij
van de zijde der particuliere nijverheid overdrijving
in haar klachten, van de zijde der gevangenisbesturen
eenzijdigheid in hun opvattingen zoo licht mogelijk is
daarom zyn mededeelingen en toelichtingen omtrent
den feitelijken toestand zeer gewenscht. Liet geldt een
vraagstuk, welks goede oplossing buitengewone moeilijk
heden biedt; daarom zijn goeddoordachte opmerkingen
en voorstellen ook in hooge mate welkom.
De minister van justitie zou, naar de meening van
prof. v. H., in de zeker ook door hem gewenschte
richting veel kunnen doen, door bij circulaire aan de
gevangenissen-besturen eenige leidende denkbeelden in
overweging te geven, en door aan zijn departement
een gecentraliseerde controle over den gang der zaken
te doen uitoefenen.
Nader wijst de schr. op een bericht omtrent de
gewone vergadering der ambtenaren, die jaarlijks aan
het departement van justitie bijeenkomen voor de
vaststelling van het algemeene plan, waarnaar de
arbeid, die voor rekening van het rijk in de gevange
nissen verricht wordt, zal worden geregeld en 'ver
deeld. Do minister heeft die bijeenkomst in persoon
geopend en als zijn meening uitdrukkelijk te kennen
gegeven, dat ook met de belangen der vrije nijverheid
en met de mededinging, die haar door den arbeid
der gevangenen aangedaan kan worden, rekening moet
worden gehouden. Van dezen minister mag dus stellig
een leiding in de goede richting worden tegemoet
gezien.
Ongelukken, Kampen, Misdaden, enz.
Woensdagavond werd te Vlissingen gedurende de
oefening van het Heilsleger door een der aanwezigen
de kennisgeving gedaan: «past op je zakken, want
hier zijn zakkenrolders." Der politie, die dit vernam,
mocht het spoedig gelukken twee gezusters op te
sporen en aan te houden, die in het bezit waren van
twee ontvreemde portemonnaies met geld en een paar
polsmofjes. De jongste, een meisje van elf jaren, bekende
die voorwerpen uit de mantelzakken van de het leger
bezoekende dames ontvreemd en met hare andere
zuster gedeeld te hebben.
Dezer dagen kwam een jongmensch van 23 jaren
uit een der Fransche departementen le Parijs en
ging in den nacht omstreeks 1 uur naar de Halles"
om er van die eigenaardige tooneeltjes bij te wonen,
welke men daar nooit missen kan aan te treffen. Hij
werd meer dan voldaan. Terwijl hij in het reusachtig
gebouw rondliep, werd hij plotseling door een soort
van Hercules aangevat, die hem de knie in de lendenen
drukte en in een oogwenk waren zijne splinternieuwe
overjas, zijn papieren en goedgevulde geldbeurs ver
dwenen.
Onder het Italiaansche spoorwegpersoneel heeft men
een rooverbende ontdekt, die door hare uitstekende
organisatie en door de gestrenge tucht die er onder
de leden heerschte, een reeks van belangrijke dief
stallen straffeloos had kunnen plegen. De Italiaansche
spoorwegen stonden reeds lang niet meer in een goeden
reuk, zoodat de directie tot een zeer doeltreffend middel
hare toevlucht nam om de dieven op te sporen. Zij
onderzochten op een en denzelfden dag alle beambten,
die van medeplichtigheid verdacht werden. De uitkomst
was zeer verrassend. Bij verschillende hoofd- en andere
conducteurs, bij beambten van het goederenkantoor
enz. vond men loopers, breekijzers en allerlei andere
voorwerpen, die voor het edele handwerk noodig zijn.
De beste vangst deed men te Treviso, waar, naar
het schijnt, het hoofdkwartier van de bende gevestigd
was, die zoolang de Italiaansche spoorwegen onveilig
maakte.
Volgens de Pester bladen, richten in den laatsten
tijd de wolven in de Hongaarsche gemeenten Prilipetz
en Bania, groote verwoestingen aan. Eenige dagen
geleden werden in de nabijheid van Bania, zeven
schapen door een wolf verscheurd. In den daarop-
volgenden nacht werden zes koeien, drie paarden,
vijftien schapen en eenige herdershonden een offer
van zijn moordlust. De geheele bevolking van Bania
werd opgeroepen om het ondier af te maken en na
een hardnekkigen strijd, waarbij zestien personen meer
of minder hevig gekwetst werden, werd de wolf met
knuppels doodgeslagen. Algemeen vreest men intusschen
dat het dier dol was, wat voor de gekwetste personen
verschrikkelijk zou wezen.
Buitenland.
JDuit'solil and.
»Het leven van keizer Frederik", door den heer Renell
Rodd, is thans te gelijkertijd te Londen, Parijs en Berlijn
verschenen. De heer Rodd was vroeger attaché bij de
Engelsche legatie en de huisvriend der vorstelijke familie.
Het boek bevat niet veel nieuws. Met groote zorg is
alles, wat maar eenigszins met de politiek in verband
staat, vermeden, en daardoor mist het natuurlijk juist
het belangrijkste. Keizerin Victoria schreef zelve de
voorrede, in den vorm van een brief aan den heer
Rodd. Zij herinnert daarin, hoe zij een jaar geleden
met haar gemaal het gasthuis voor keelziekten bezocht
en hoe zij toen het besluit nam iets voor die inrichting
te doen. Zij wilde een paar verhaaltjes schrijven, ze
eigenhandig illustreeren en ze daarna ten voordeele
van het gasthuis uitgeven. Daarvan kwam toen echter
niets. En thans biedt zij niet hare eigen verhalen,
maar de geschiedenis van het leven van haar echt
genoot met de volgende woorden aan. - »Gij kendet hem
in zijn gelukkige dagen", «schrijft zij den heer Rodd",
toen hij zoo krachtig en gezond was, en gij kendet
hem ook in het laatste jaar toen het lijden een schaduw
wierp over zijn levenik meende dus, dat niemand
beter dan gij in staat zou zijn een korte levensschets
te geven, die hem beter zal doen kennen en hem in
het hart van het volk een plaats zal geven naast
mijn diep betreurden vader, voor wien hij zooveel
achting, bewondering en liefde gevoelde en met wiens
denkbeelden hij zoo volkomen instemde. Ik geloof zeker,
dat het leven van een goed, edel mensch, ieder belang
zal inboezemen en dat het voorbeeld van zulk
een rein, eerlijk leven niets anders dan goed kan
doen. De minderbedeelden denken dikwijls, dat hun
kruis het zwaarste is en dat zij alleen strijd, lijden
en tranen kennen. Misschien komen zij tot andere
inzichten, wanneer dit boek hun zal spreken van een
lijden, dat zoo geduldig werd gedragen, en van plichten,
die zoo trouw werden nageleefd, terwijl de ziekte de
krachten ondermijnde. Zij zullen de diepe droefheid
begrijpen van een vorst, die zijn volk lief heeft en
machteloos is de plannen te verwezenlijken, die zijn
hart reeds zoo lang voor het geluk zijner onderdanen
gevormd had. En ook zullen zij een ernstige bewon
dering gevoelen voor zijn moed, die hem geen ©ogenblik
heeft verlaten, toen de schaduwen des doods over hem
henen voeren. Smart en lijden zijn het lot van allen.
Zoowel in de paleizen als in de hutten vindt men
gebroken harten, en de heilige band der naastenliefde
is zeker wel het sterkste daar, waar werkdadig mede
lijden onze harten vereenigt en de vereering van het
goede onze zielen verheft. Moge deze korte geschiedenis
van het edele en nuttige leven van keizer Frederik
het hart der lezers treffen', ook als groet van hem
aan zijne medelijders in het gasthuis, die ik zoo gaarne
een kleinen dienst bewijs."
De Keizer is naar Breslau gegaan om in Silezië te
jagen. Bijzondere feestelijkheden,waarmede men Z. M.
in die provincie had willen inhalen, zyn met uitzon
dering van eene officieele ontvangst te Breslau door
Z. M. van de hand gewezen, omdat zijne reis ditmaal
niets anders dan een uitspanning ter ontspanning
was. Aan het station te Breslau gaf de Keizer aan
alle aanwezigen eene hand, behalve den burgemeester
en den voorzitter van den gemeenteraad, beiden tot
de vrijzinnige partij behoorende. Met den burgemeester
echter knoopte Z. M. wel een gesprek aan; de voor
zitter van den gemeenteraad bleef ook van die eer
verstoken.
F i* a ii k.i ij li.
Louise Michel is ook in troebel water komen visschen.
Zij heeft van den verjaardag der terechtstelling der
anarchisten van Chicago gebruik gemaakt om een
voordracht le houden voor hare partijgenooten. Wat
anders gewoonlijk gebeurt wanneer Louise Michel
optreedt, is ditmaal niet voorgevallen er hebben geen
incidenten plaats gehad.
De wapenfabriek te Chatellerault is gedeeltelijk
door brand vernield. Door dit ongeval zijn 4000 werk
lieden zonder werk. De schade door het vuur veroor
zaakt, wordt op twee en een half millioen geschat.
De oorzaak van den brand is niet bekend; een streng
onderzoek is bevolen.
Italië.
Dinsdag moest de Kamerzitting opgeheven worden,
omdat het eleclrisch licht eensklaps faalde. Bij het
onderzoek naar de oorzaak bleek, dat een rat tusschen
de polen van het electrische toestel gekomen was,
waardoor de electrische stroom verbroken en het licht
uitgegaan was.
Ten aanzien van de onderhandelingen tusschen
Rusland en het Vatikaan kan de Neue freie Presse
rnededeelen, dat het den wensch van den II. Stoel is,
dat er een gezantschap bij den Paus zal worden
gevestigd, aangezien dan alle moeielijkheden spoediger
kunnen worden bijgelegd. Rusland verlangt evenwel
daarentegen verstrekkende concessiën, niet alleen wat
betreft de uniaten, die de Heilige Stoel geheel moet
opheffen, maar ook wat betreft de kerkorde in Polen.
Er moet voortaan in de kerken aldaar Russisch gepredikt
worden en het Poolsch gezang moet achterwege blijven. Het
godsdienst-onderwijs zou slechts in het Russisch ge
geven en in het ambtelijk verkeer van de kerkelijke
autoriteiten met de Poolsche partijen eveneens slechts
het Russisch moeten gebruikt worden. Een partij in
het Vatikaan zou wenschen, dat aan Ruslands ver
langen voorloopig in zooverre werd tegemoet gekomen,
dat de predikers in steden, waar het Russisch alge
meen is, zich van deze taal zouden moeten bedienen,
maar het gezag der geloovigen in de kerken aller
wegen zou moeten worden nagelaten. Al het overige
zou na de aanstelling van een gezant geregeld kunnen
worden. Daarentegen laat een andere, met de Polen
voeling hebbende partij, niets onbeproefd om deze
regeling tegen te houden.
Oostenrij Ir.
Sarah Bernhardt is te Praag met bijzondere geest
drift ontvangen door de Czechen, die naar men zich
herinneren zal, reeds vroeger bij meer dan eene ge
legenheid hunne anti-Duitsche gezindheid hebben lucht
gegeven in ovatiën ten gunste van Frankrijk. En zoo
hebben zij dan ook nu de beroemde tooneelspeelster
met een »Vive la France!" ontvangen en haar uit
louter geestdrift bijna onder den voet gedrongen. De
Duitsche bevolking hield zich op den achtergrond.
Engeland.
De heer John Bright, thans 77 jaar oud, die reeds
geruimen tijd aan de longen leed, maar aan de betere
hand was, heeft Woensdag een nieuwen aanval van
longontsteking gekregen.
B e 1 g- i e.
Koning Leopold heeft op zijn naamdag tegenover
de bestuurders van den Vlaamschen schouwburg het
volgende gezegd: »Wij hebben altijd onder vreemde
heerschappij gestaan en eerst sedert 57 jaren zijn wij
onafhankelijk. Laten wij nu zorgen onze zelfstandig
heid te bewaren. Gevaren zijn steeds in het verschiet.
Wij vormen een kleinen staat en moeten gereed en
op onze hoede zijn. Het zou mij aangenaam zijn, indien
ik mijn landgenooten niets dan aangename zaken te
vertellen had, maar ik ben een oude dienaar van den
staat en wil ook een goede dienaar zijn en daarom
wil ik de waarheid niet verzwijgen.
Gemengd KuitenJandscli Nieuws.
De Parijsche Eifel-toren heeft, naar aan de 7oss. Ztg.
wordt bericht, de hoogte van 180 meter bereikt en
is dus thans reeds, daar de Keulsche Dom slechts
157 meter hoog is, het hoogste bouwwerk der aarde.
Intusschen kan men er dezen naam nauwelijks op
toepassen, want de Eifel-toren wordt niet zoozeer ge
bouwd, dan wel geklonken. De werklieden hebben
niets anders te doen dan de gereed gemaakte ijzeren
platen en banden op te hijschen en vast te klinken.
Een vergelijking met eenig ander bouwwerk van eenige
beteekenis, valt niet ten gunste van den Eifel-toren
uit. Hij maakt een veel geringeren indruk. De Keulsche
dom brengt den aanschouwer in verrukking, de Eifel-
toren ziet er zoo mager uit als Sarah Bernhardt en
men heeft moeite te gelooven dat hij zoo hoog is,
als waarvoor men hem uitgeeft. Hij gelijkt een wan
staltig spinnewep en heeft niets aantrekkelijks. Het