Z1ERIKZEESCHE COURANT. voor het arrondis- sement Zierikzee. 1888. No. 72. Zaterdag 15 September 91ste jaargang. NIEUWS- en ADVEETENTIE-BLAD BE KERMIS. Deze Courant verschijnt DINSDAG- en VRIJDAG-AVOND uitgezonderd op FEESTDAGEN. Prijs per drie maanden f 4,-. Franco per post f 4,- Afzonderlijke nommers 5 Cent, met Bijblad 40 Cent. PRIJS DER AD VERTENTIEN: Per gewone regel 10 Cent. Huwelijks-, Geboorte en Doodberichten van 46 regels 60 Cent. Dienstaanbiedingen van 4-5 regels, mits contant betaald, 25 Ct' Alle stukken, de redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een dag voor de uitgave in te zenden aan den uitgever II. LAI4E3VMA1V. Onze kermis behoort ook weer tot het verledene begunstigd door prachtig weder werd gister, de laatste dag, door een buitengewoon groot getal bezoekers onze plaats bezocht, waardoor al de ondernemers, wier zaken in de eerste dagen niet naar wensch gingen, nog al eenige vergoeding werd geschonken. Wij voor ons zouden dan ook gevoegelijk van de kermis kunnen afstappen, doch vóór we dit doen, moeten we nog met een enkel woord de verdere voorstellingen vermelden, die door de Heeren Faassen en Co. in de Schouwburgtent worden gegeven. Die voorstellingen, die met telkens verhoogd kunstgenot door het publiek worden bezocht, verdienen dan ook allen lof. Woensdag avond werd opgevoerd het beroemde drama «Klaveren Aas". De opvoering van dit drama liet niets te wenschen over, en werden de rollen van Baptiste Vinet door den heer Faassen, Mondetour door den heer van Nieuwland en Briolet door den heer Wagemans, zoomede die van Pauline door mevr. van Korlaar, Julia d'Auberval door mevr, Kley, de Gravin de Croix-Vieux door mevr. Bruyn-Sablairolles en Jeanne door mej. Heyblom op uitstekende wijze vertolkt; doch ook de overige rollen waren in goede handen en het geheel was in één woord zoo goed, dat het stuk tot zijn volle recht kwam. Er is dan ook maar één stem over het loffelijke van het spel der artisten van den heer Faassen. Niet minder verdienstelijk was de opvoering op Donderdag avond van «Een bittere Pil", bekroond blijspel van J. van Maurik, voorafgegaan door »De linkerhand van mevr. Legrainard", mede een blijspel. Waar een stuk als »Een bittere Pil" van Van Maurik opgevoerd wordt op eene zoo zeer verdienstelijke wijze als dit door het gezelschap van den heer Faassen werd gedaan, dan eerst komt zulk een stuk tot zijn volle recht en we gelooven niet dat er onder het talrijk opgekomen publiek één is, die niet ten volle heeft genoten. Wij vertrouwen dan, het succes dat de heer Faassen op deze kermis heeft behaald, en dat zoo ten volle is verdiend, ten gevolge moge hebben, dat hij hierin aanleiding vindt, Zierikzee meermalen te bezoeken. Wij voor ons zijn hem dankbaar voor het kunstgenot dat hij ons heeft doen smaken en roepen hem gaarne een «tot weerziens" toe. Binnenland. ZIERIKZEE, 44 September 488 8. Uit goede bron verneem ik, zoo schrijft men uit don Haag aan de Zutf. Ct., dat Z. M. de Koning zich wel is waar in de laatste dagen weer minder wel gevoelt, maar dat er toch geen reden is voor onge rustheid. Z. M. zelf heeft intusschen, volgens den corres pondent, zijn verlangen te kennen gegeven dat de voogdijwet zoo schielijk mogelijk behandeld wordt. Dezer dagen sprak ik een geneesheer, schrijft de correspondent verder, »die met 's Konings gezond heidstoestand geheel op de hoogte kon zijn, en deze zeide mij: »Er zijn weinig patiënten, die zoo stipt de voorschriften van den medicus opvolgen als Z. Maj. Bekend is het, dat de Koning lijdende is aan eene ziekte, die naar alle waarschijnlijkheid niet meer geheel genezen zal, maar bij de gezonde levenswijze, die Z. M. volgt, kan de gevreesde slag toch nog zeer lang uitblijven en 's Konings artsen verklaren eenstemmig, dat in verband met de omstandigheden de algemeene toestand hieronder gunstig is." »Dit komt trouwens overeen met hetgeen mij de vorige week werd meegedeeld door een hooggeplaatst ambtenaar, die door den Koning beëedigd was. Er werd toen juist ook in hofkringen verzekerd, dat Z. Maj. niemand meer staande kon ontvangen en dat het loopen hem ook uiterst moeilijk viel. Welnu, be doelde ambtenaar had zich persoonlijk kunnen over tuigen hoe overdreven die geruchten warenZ. M. had zich staande geruimen tijd met hem onderhouden en zoo weinig blijk gegeven van vermoeidheid dat iemand die het niet wist, Z. Maj. volstrekt niet als een patient zou hebben beschouwd. Óndertusschen, zooals ik reeds schreef, na dien tijd is de toestand wel iets minder gunstig geworden, zoodat Z. Maj. nu voorloopig zijne kamer niet mag verlaten." De Stand, meent, dat ook op de Zondagsrust in Indië van gouvernementswege beter gelet zal dienen te worden, dan tot dusver. Te Mergeredja viel de inspectie van den resident weer juist op Zondag, en dit dwong den ambtenaren dien dag allerwegen in dienst te zijn. Een christen-inlander werd hierdoor in het waarnemen van zijn godsdienstplichten verhinderd; en zijn leeraar wendde zich daarom tot den assistent resident van Blommestein met beleefd verzoek, of in deze regeling van den dienst niet zoodanige verande ring ware te brengen, dat de Zondagsrust beter geëerd wierd. Hierop ontving hij vijf dagen later van genoemden assistent-resident een norsch en hooghartig antwoord waaruit bleek, dat deze assisistent-resident reeds ge prikkeld was door het enkele feit, dat men hem zulk een missive dorst toezenden en aan die boosheid lucht gaf door het stuk »buiten behandeling te laten." Doch wat gedachte moet men zich nu vormen, vraagt de Stand., van onze Indische magistratuur, die posten van gewicht en gezag van grooten omvang toevertrouwt aan mannen, die toonen in de kunst van stil en vroed regeeren zoo volslagen vreemdeling te zijn Z. M. de Koning heeft het beschermheerschap aan vaard over de Nederlandsche Heidemaatschappij. Men melt aan de N. R. Ct. »Onlangs namen wij kennis van een testament, dat iemand uit het Drentsche dorp R. had doen opmaken, die, nog niet lang geleden, is overleden als bedelaar. De nalatenschap, welke in dit stuk werd vermeld, bedroeg in ronde cijfers f 45,000. Hiervan waren aan zijne pleegmoeder f 43,000 en aan zijn assistent, die hem op zijn bedeltochten steeds trouw ter zijde stond, f 2000 vermaakt. Bij zijn leven had hij in de laatste jaren de gewoonte, de vier wintermaanden in Amster dam door te brengen, alwaar hij zijn vaste huizen had, om wekelijks aalmoezen op te halen". Recht voor Allen houdt de waarheid vol van zijn bericht, dat jhr. mr. Savornin Lohman, advocaat- generaal bij den Hoogen Raad te 's Gravenhage, heeft aangenomen in «Walhalla" te spreken. Het blad voegt er bij, dat de heer Lohman zelf verklaard heeft te zullen optreden in «Walhalla", aan den secretaris der Haagsche afdeeling, die mondeling en schriftelijk met hem in overleg trad. De heer J. L. Beijers, directeur der vennootschap de Kleine Courant, heeft hooger beroep aangeteekend tegen het vonnis, den 34 Augustus j.l. door de arron- dissements-rechtbank te Amsterdam uitgesproken in zake het indertijd in het N. v.d.D. geplaatste bericht over eene spookgeschiedenis te Bornebroek. Een kind, voor eenige dagen te 's Gravenhage door een dollen hond verwond, vertrok Woensdag naar Parijs, om de inenting bij prof. Pasteur te ondergaan. Als een bijzonderheid wordt vermeld, dat het in den nacht van Zaterdag op Zondag in de omstreken van Haarlem gevroren heeft, zoodanig dat het in den vroegen ochtend in de slooten zichtbaar was. Den 3den September 11. heeft te Lausanne in het Paleis van Justitie eene bijeenkomst plaats gehad van de leden van het Instituut de droit international. Generaal J. C. C. den Beer Poortugael, die van dat Instituut reeds «associé" was, is in die bijeenkomst verkozen tot effectief lid. In verband met diens jongste werk over het Inter nationaal Maritiem Recht, in het begin dezes jaars verschenen bij de boekhandelaars Broese en Comp. te Breda, is de beteekenis van die benoeming, dat volgens de statuten tot associés worden gekozen degenen, van wie te verwachten is, dat zij aan het inter nationaal recht diensten zullen bewijzen, maar dat alleen zij tot lid van het Instituut gekozen worden, die werkelijk reeds goede diensten aan dat recht hebben bewezen. Bij den Hoogen Raad werd Dinsdag behandeld de zaak van den gepensionneerden officier van het Indische leger Willink Ketjen, die, met bevestiging van het vonnis der rechtbank, door het gerechtshof te 's Graven hage veroordeeld is tot f 25 boete, ter zake van smaad tegen den vorigen minister van koloniën Tot ondersteuning van zijne voorziening was door den veroordeelde eene memorie ingediend, vergezeld van onderscheiden bijlagen, waarbij echter geen cassatie middelen waren aangegeven, maar beweerd werd, dat hij tot zijn bevreemding was veroordeeld voor dit feit, terwijl een meer ernstig feit niet was vervolgd en dat enkele getuigen geen juiste verklaring hadden Adv. gen. mr. van Maanen, die geen gronden voor eene ambtshalve vernietiging van het arrest aanwezig achtte, concludeerde tot verwerping van het beroep. Uitspraak 4 October. De Maasbode spreekt ten stelligste het gerucht tegen, dat bij de aanstaande begrooting door den minister Mackay voorstellen zouden worden gedaan tot opheffing van twee rijkskweekscholen. De Zuiderzee-Vereeniging had tot de regeering het verzoek gericht om in drie achtereenvolgende jaren op de staatsbegrooting een post uit te trekken, om het nog ontbrekende kapitaal voor het voorafgaand onder zoek van rijkswege te verstrekken. Door de regeering is echter bericht, dat daartegen overwegend bezwaar bestaat. De heer J. G. Betz, uit Rotterdam, is op zijn zomer verblijf te Breukelen in den ouderdom van 66 jaar overleden. Hij was lid van de Kamer van Koophandel, directeur der Kon, Ned. Stoomvaartmaatschappij voor Rotterdam, commissaris van de maatschappij Zeeland, lid der handelsfirma Betz van Heijst te Vlaardingen. In het Weekblad van het Recht wijdt mr. A. A. de Pinto, die te Parijs vertoeft, en daardoor aan den overleden hoofdredacteur van dat blad mr. G. Belinfante niet de laatste eer heeft kunnen bewijzen, een warm woord aan zijne nagedachtenis. Ongelukken, Rampen, Misdaden, enz. Te Middelburg is deze week brand uitgebroken in het laboratorium der gloeilampenfabriek van Gebr. Boudewijnse. De brandweer en de autoriteiten waren spoedig aanwezig. Het dak is weggebrand en de ma chinerieën zijn gered, maar er is veel waterschade, terwijl niets verzekerd was. De oorzaak is onbekend.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1888 | | pagina 1