vloot. Van de voorbeelden, die het blad daarvan mededeelt, noemen wij, dat voor het herstellen onzer marineschepen in Nederlandsch-Indië in de laatste jaren ten minste 3 millioen per jaar is uitgegeven, zoo te Singapore (waar veel schepen, in de wateren van Atjeh liggende, hersteld worden) als aan de Indische marine-etablissementen. Die som van drie millioen voor herstelling alleen springt te meer in het oog, als men bedenkt dat in de laatste jaren gemiddeld niet meer dan 6 a 7 ton voor het bouwen van marineschepen is toegestaan. Er is echter nog meer. Wanneer men voor herstellingskosten der kleine ge wapende (zeil)booten f 200,000 per jaar rekent, dan blijft er circa f 2,800,000 per jaar over voor de herstelling der 41 in Indië aanwezige oorlogs- en gouvernements stoomschepen, of gemiddeld bijna f 69,000 per jaar en per schip, en voor een vloot, waarvan bijna de helft bestaat uit vaartuigen, die nieuw, slechts ongeveer 2 ton gekost hebben. Wij zullen het, ten minste voorloopig hierbij laten, overtuigd als wij zijn, genoeg feiten te hebben genoemd, om de overtuiging ingang te doen vinden, dat op de inrichting onzer marine in Indië veel kan en moet bezuinigd worden, al is het ook, dat sommige par ticuliere belangen daaronder zullen lijden. Zoowel van nar. Keuchenius als van den nieuwen gouverneur- generaal verwachten wij, dat zij ook in dit opzicht krachtig zullen optreden in het welbegrepen belang van Indië en van Nederland. Naar men meldt, zullen de zittingen van de staats commissie voor het berri-berrie-onderzoek in de tweede week van September een aanvang nemen. De regeering heeft thans ook bij de Nederlandsche spoorwegbesturen aangedrongen op de spoedige invoe ring van een beperkten Zondagsdienst op de spoorwegen. Het stoffelijk overschot van den dichter Hofdijk is op het kerkhof te Rozendaal ter aarde besteld. Omtrent Hofdijk's begrafenis meldt men ons, dat de stoet te 1 uur te Rozendaal aankwam. Vijf kransen lagen op de kist. Er waren veel belangstellenden tegenwoordig, maar toch niet zooveel als verwacht was. De heer Caspers uit Utrecht sprak aan de groeve en herdacht Hofdijk's leven voor Nederland, voor zijne vrienden en voor zijn gezin. Een zoon van den overledene bedankte in diepgevoelde woorden. Hofdijk's graf ligt naast dat van Bernard ter Haar, iets verder dan dat van de De Genestet. »Een zonderlinge benoeming" noemt de Tijd de benoeming van den heer Sol tot lid van de algemeene rekenkamer, na voorafgegane intrekking van het besluit van 21 Aug. 1886, waarbij aan de heeren Sol en De Sturler Jr. het verblijf in de afdeeling Buitenzorg werd ontzegd. Omtrent de Tjiomas-zaak heeft de heer Keuchenius van den beginne af zijn eigenaardige opvatting gehad. En in zooverre had hij gelijk, dat bij de verbanning der heeren Sol en De Sturler de wettelijke bepalingen niet in alle deelen trouw waren gevolgd. Maar van den anderen kant kan toch ook niet ontkend worden, dat voor de ver wijdering der heeren Sol en De Sturler uit de afdeeling Buitenzorg, zoowel om staatkundige redenen als in het belang 'der ingezetenen van het land Tjiomas, gewichtige redenen werden aangevoerd. Ook vergete men niet, dat omtrent dit punt alle Indische autoriteiten op één na eenstemmig dachten, en dat de verwijdering door den landvoogd eerst werd toegepast nadat de spanning tusschen den landheer en de bevolking van Tjiomas haar toppunt had bereikt en zich geopenbaard had in een geweld dadig verzet. Hoe men overigens ook over de toestanden op het landgoed Tjiomas moge denken, een belooning had de heer Sol zeker van de regeering niet verdiend. Nog niet lang geleden gaven wij, zegt de Tijd, als onze meening te kennen, dat aan de Tjiomaszaak gevoegelijk een eind zou kunnen worden gemaakt, in dien zin, dat de nieuwe gouverneur-generaal, door een beschikking, die in de oogen der inlandsche bevolking zou gelden als een daad van koninklijke genade, het besluit van 26 Augustus 1888 zou in trekken. Indien mr. Pijnacker Hordijk dan tevens zijn aandacht gewijd had aan de herziening van het reglement op de particuliere landerijen, zou er uit de geheele geschiedenis nog iets goeds voortgesproten zijn. Nu vreezen wij, dat dit laatste om de boven vermelde redenen niet gebeuren zal, ten minste wij gelooven niet dat aandrang daartoe van den minister van koloniën zal uitgaan. Al kan de Tijd zich orn al deze redenen niet ingenomen toonen met deze regeeringsdaad van den minister, met nadruk wil het blad al dadelijk opkomen tegen het streven, om van de ontevredenheid van velen over deze benoeming een stormram te maken tegen dezen minister. »Ook tegenover den heer Keu chenius als minister wenschen wij het standpunt te handhaven, waarop wij ons geplaatst hebben in 1866 tegenover den heer Keuchenius als lid der Tweede Kamer en voorsteller der bekende motie. Het recht der uitvoerende macht om op eigen verantwoordelijkheid ambtenaren aan te stellen, in de befaamde zitting van 26 Sept 1866 door den minister Heemskerk en vroeger herhaaldelijk door Thorbecke met zooveel nadruk verdedigd, wenschen wij ook, nu het den heer Keuchenius geldt, volkomen onverkort te zien." De Nederlandsche pensioen-vereeniging voor werk lieden zal hare algemeene vergadering houden Dinsdag 2 October a.s. te Amsterdam, in het Nutsgebouw, N. Z. Voorburgwal 212, achter 's Konings Paleis. Behandeld zullen worden het verslag, de rekening en verantwoording van het hoofdbestuur, ingevolge artt. 9 en 15 der statuten. Voorts moet gekozen worden een lid voor het hoofdbestuur in plaats van den heer G. Emants, dit jaar voor aftreding aangewezen, waar voor het hoofdbestuur in alphabetische orde aanbeveelt de heeren H. A. van Beuningen, G. Emants, W. A. Schroot. Nog moet voorzien worden in eene vacature van commissaris van liet werk lieden fonds, ontstaande door de periodieke aftreding van prof. mr. H. B. Greven. Voorstellen tot wijziging van het reglement voor het werk lied eufonds, worden ditmaal nog niet aan het oordeel van de vergadering onderworpen, omdat het nader overleg door de oprichting van den werkgevers- bond uitgelokt, tot dusverre niet ten volle is afgeloopen, en het wenschelijk is te achten, de vergadering te houden, alvorens het winterseizoen nadert. Kunst, Wetenschap en Letteren. Eenige leden-kunstenaars der Maatschappij tot be vordering der Toonkunst, hebben een adres tot het hoofdbestuur gericht, waarin zij zich beklagen over het in de laatste algemeene vergadering genomen besluit betreffende bet kunstenaarsfonds. Het maximum der jaailijksche uitkeering, bij vroegere wetten op '700 per persoon of gezin vastgesteld, is bij de nieuwe wet tot f 100 gedaald en alleen verkrijgbaar gesteld voor hen, die gedurende twintig jaren gecon tribueerd hebben. Het vijfjarig lidmaatschap, vroeger voldoende om, ingeval van nood, eene uitkeering te verkrijgen, even groot ais die der andere trekkenden, geeft nu slechts recht op f 25, en bij onvoldoend uitkeerings-kapitaal kan zelfs dat bedrag verminderd worden. Adressanten vinden het onbillijk, dat de nieuwe bepalingen ook zullen gelden voor hen, die reeds lid waren. Zij verzoeken het hoofdbestuur, de zaak aan een nieuw onderzoek te onderwerpen, en te bewerken, dat de algemeene vergadering op het genomen besluit terugkome. Professor Max Rosenfeld te Teschen in Silezië, een chemicus van naam, heeft eene belangrijke uitvinding gedaan. Het is hem n.I. gelukt, uitstroomend lichtgas vanzelf tot ontbranding te brengen, door het te laten stroomen door een klein toestel, dat op iedere gasbuis gemakkelijk kan bevestigd worden. Op deze wijze kunnen alle gasvlammen in een zaal, door de hoofd kraan open te draaien, tegelijk worden ontstoken. Eveneens is bij het gebruik dezer uitvinding een ver stikking of vergiftiging door uitstroomend gas niet meer mogelijk, daar het gas bij het uitstroomen ont brandt. Professor Rosenfeld heeft reeds de noodige stappen gedaan om deze uitvinding practisch toe te passen. Ongelukken, Kampen, misdaden, enz. Men schrijft uit Maastricht aan de N. R. Ct. Gister tegen den avond had er bij het grensdorp Eijden een duel plaats tusschen de heeren Tulier, redacteur van het dagblad La Meuse en diens neef, een advokaat Le Jeune, van Luik. De duellisten waren van Luik tot Vise gestoomd en richtten zich, vergezeld van 4 getuigen en een geneesheer, naar de Neder landsche grenzen. Zij dachten die overschreden te zijn, misleid door de richting der grenspalen, doch bevonden zich nog op Belgisch grondgebied. Aanvankelijk was de afstand bepaald op 20 pas; op aandringen van den heer Tulier echter werd die bekort tot op tien pas. Bij het eerste pistoolschot, door zijne tegenpartij gelost, stortte Tulier, in het hart getroffen, dood ter aarde. De Belgische maréchauseés, die spoedig ter plaatse waren, namen den advocaat Le Jeune in hechtenis. Het lijk van den verslagene werd naar Luik vervoerd. De aanleiding tot het duel moet geweest zijn, dat de heer Tulier zich op minder eerbiedige wijze over een dame had uitgelaten. Zondagnamiddag heeft een acrobaat, Emilien Castanet genaamd, boven de Loire, te Tours, eenige toeren uitgevoerd op een kabel, welke 24 meter hoog en 243 meter lang was. Des avonds heeft Castanet deze toeren herhaald. Te 8 uren hervatte hij deze, met een licht aan elke punt van zijn balanceerstok. Op het hoofd droeg hij een helm, waarin een stuk vuurwerk geborgen was. Te halfverwege gekomen, knielde de man neer en beproefde het stuk vuurwerk in zijn helm aan te steken; maar dit gelukte niet: de lonten waren door den regen nat geworden. Castanet zette nu zijn wandeling voort; maar weldra zag men aan de rechterzijde van den koorddanser eene vlam uit breken. Een kreet van afgrijzen ging onder het publiek op. Castanet stond in brand. Begrijpende dat hij geen tijd zou hebben het einde te bereiken en door de pijn gefolterd, klemde de man zich aan zijn kabel vast en bluschte, aan één been hangende, niet zonder moeite de vlammen. De lynchwet is weder een keer toegepast in den Amerikaanschen Staat Iowa. 200 gemaskerde mannen hebben zich meester gemaakt van de gevangenis te Shenaudoah en daaruit zekeren Frank Philips gehaald. De mannen namen hem mede, kleedden hem uit, rolden hem eerst door de pik en toen door de veeren. Toen lieten zij hem aan zijn lot over. De sheriff liet Philips weder naar de gevangenis brengen, maar nauwelijks was hij daar of weder verscheen de ge maskerde bende en was de sheriff gedwongen den gevangene weder los te laten. Toen werd hij aan een lantaarn gebonden en zóó geslagen dat het bloed hem langs het lichaam vloeide. Daarop deed men hem een touw om den nek en kneep dit zóólang toe, dat de man zijn misdaad bekjende. Hij werd toen vrijgelaten onder voorwaarde, dat hij voorgoed dien omtrek zou verlaten. De sheriff heeft geen verdere moeite gedaan om den gevangene terug te krijgen. Buitenland. Italië. De Engelsche vloot in de Middellandsche zee wordt te Napels verwacht bij het keizerbezoek. De Italiaansche vloot, die daar paradeeren zal, is veertig schepen groot. De koning zou voornemens zijn het kasteel Rocconigi met onderhoorigheden, als park, pachthoeve, domeinen enz., aan Prinses Loetitia als bruidsgeschenk te geven JEng; eland. De aardappelziekte breidt zich dit jaar meer en meer uit. Tot heden hebben echter de planten nog niet zooveel geleden of, bij gunstig weder, kan nog een gedeelte van den oogst terecht komen. De jongste berichten uit Tibet melden, dai de aan val op Gnatong is uitgesteld, ten gevolge van een onheil meldende orakelspraak. Voor Engeland is dit uitstel van onberekenbaar voordeel, daar het de tijdige aankomst van versterkingen vóór het begin van den oorlog mogelgk maakt. Servië. De Koningin van Servië heeft besloten te Bucharest te blijven, zoolang het proces duurt, maar het is mogelijk, dat zij in den loop daarvan nu en dan naar Belgrado gaat. De advokaat der Koningin heeft een langdurig bezoek gebracht aan den metropolitaan van Belgrado. Elke poging tot verzoening is opgegeven. De Koning is nog altijd met zijn zoon te Toblach. In de memorie van haar advokaat heeft de Koningin verklaard: dat zij misschien wel eens tegen den Koning in het bijzijn van vreemdelingen woorden heeft gebruikt, die zij thans betreurt, maar dat was het gevolg van gekwetste genegenheid en van berichten, die zij had gekregen, welke haar grieven moestendat zij verre van met vijanden des Konings te heulen, juist mannen raadpleegde als Ristics en Stovatovich, die door den Koning herhaaldelijk als raadslieden waren gekozen; dat haar vriendschap met den Russischen gezant Pisiani niets met politieke intriges te maken haddat de Koning zelf het plan meermalen had opgevat te abdiceeren, maar dat zij daarop nooit had aangedrongen De Koningin geeft toe, dat zij geen gelukkig leven leidde als vrouw, maar als moeder had zij steeds haar plicht gedaan. Frankrijk. Volgens den Turijnschen correspondent van de Répu- blique francaise is er tusschen Boulanger en prins Jéröme Bonaparte een overeenkomst getroffen, die daarop neerkomt, dat de jeromistische bladen zullen ijveren voor eene herziening der constitutie en de ontbinding der Kamer, voor de verkiezing van den president der republiek rechtstreeks door het algemeen stemrecht, terwijl zij bovendien allerwege de candida- tuur van Boulanger voor de Kamer zullen ondersteunen. Hot samengaan duurt, totdat de president der repu bliek gekozen zal worden, maar bij die verkiezing krijgen Boulanger en prins Jéróme elk zijn vrijheid van handelen terug»

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1888 | | pagina 2