Buitenland. zich bevordering van veeteelt ten doel stellen, tot alle belanghebbenden, tot alle belangstellenden in onzen veestapel, met dringend verzoek door het geven van bijdragen of door het nemen van één of meer aan- deelen in het waarborgfonds deze zaak te steunen. »De Fabrieksarbeiders in Nederland en hunne pen sioneering, door dr. H. Simons", is de titel eener brochure, dezer dagen bij Gebr. Schroder te Amster dam verschenen. De schrijver, die vier jaren geleden, bij de oprichting van het Pensioenfonds voor werklieden, reeds betoogde, dat de zaak niet de minste kans van slagen had, betoogt thans nader, dat de zaak hem onuitvoerbaar voorkomt; zelfs de laagste premie (25 ct. per week van het 30e tot het GOe jaar; immers met zijn '15e jaar zal wel geen werkman beginnen) is boven de macht van den werkman. En wat verkrijgt hij daar mee? Op zijn GOe jaar f 2 in de week pensioen. Men kan in ernst niet meenen, dat zoo'n man ook maar eenigszins gebaat is. Hij blijft, even goed als tot heden, overgelaten aan de particuliere liefdadigheid. Aan niemand kan de plicht om voor de toekomst te zorgen, worden gesteld, wanneer de zorg voor het onmiddellijk noodige al zijne krachten in beslag neemt. En wat de opvoeding van den werkman »tot hooger levenseischen" betreft, geef hem eene vermeerdering van inkomsten boven het minimum der dagelijksche behoeften, en hij is, als wij één geslacht verder zijn, ook daarin onze gelijke. De fabrieksarbeider kan de premie niet betalen het is onredelijk het van hem te verwachtenzeer terecht wordt door do werklieden aan het pensioen fonds geen deel genomen, en al neemt hij het zich voor, zijne inkomsten zijn zoo onzeker en afwisselend, dat op geregelde betaling nooit zou kunnen en ook niet mogen gerekend worden. Evenmin kan de werkgever, die tegen de concur rentie bestand moet blijven, de premie voor den werk man betalen. Wil men de werkgevers dwingen tot het pensioneeren der werklieden, dan kan dit alleen ge schieden als de staat het bedrag der pensioenen van hen als belasting heft en den werklieden uitbetaald. De schrijver is echter van meening, dat het pen sioneeren van den fabriksarbeider, als zulks inderdaad noodig wordt bevonden, eene zaak is, die niet alleen den fabrikant, maar ons aJlen, gepatenteerde en onge patenteerde «werkgevers" aangaat. Wij allen, burgers van den staat, zijn elkanders werkgevers en solidair aansprakelijk voor elkanders levenslot. De nieuwe Gouverneur-Generaal! De Haagsche briefschrijver van de Nieuwe Zutf. Ct. schrijft naar aanleiding der benoeming van den nieuwen Landvoogd, mr. C. Pijnacker Hordijk, het volgende: Over de wijze, waarop mr. Pijnacker Hordijk de moeielijke taak als hoofd van het binnenlandsch bestuur heeft vervuld, luidt het oordeel verschillend. En dat is ook zeer begrijpelijk. Als administrateur, als minister, op het torentje gezeten, kon zeker niemand zijn groote verdiensten betwisten. Pijnacker Hordijk was misschien meer dan een zijner voorgangers in zijn bureaux werkelijk de chef. In ongelooflijk korten tijd wist hij zich overal in te werken. Hij wist wat hij wilde en vorderde van allen, dat zijn bevelen stipt werden uitgevoerd. Zijn ambtenaren vreesden hem om zijn strengheid, maar hadden toch allen eerbied voor zijn buitengewone kunde en beslist optreden. Maar de nieuwe Minister had een veel grooter eer zucht. Hij wilde ook en bovenal schitteren als staats man in het parlement. En dat het hem daarvoor aan gaven ontbrak, zal niemand beweren. Zijn gespierd redenaarstalent was groot genoeg om de geheele Kamer te boeien, zijn kennis ook van de détails der zaken maakte zijn adviezen dubbel belangrijk. En toch is bij slot van rekening zijn parlementaire campagne als Minister van Binnenlandsche Zaken niet schitterend geweest. De klip, waarop hij voornamelijk stuitte, was zijn geheele onbekendheid met de partijverhou dingen, met de eigenaardigheden der bijna in twee gelijke helften verdeelde Kamer en met den parlemen tairen gang der zaken. Blijkbaar kwam hij in den Haag met de illusie en met de verwachting, dat het hem niet moeielijk zou vallen, een eenigszins andere partijformatie in het leven te roepen en door een groot deel van de liberalen als leider te worden erkend. En inderdaad, had hij zijn tijd weten af te wachten, had hij eerst als Kamerlid op de groene banken plaats genomen, dan zou hij zeker al schielijk grooten invloed hebben gekregen, vooral bij die fractie der liberalen, die den tijd wel gekomen achtte om met betrekking tot het lager onderwijs eenig water in den wijn te doen. Maar de oud-gedienden konden blijkbaar niet besluiten zich zoo maar te laten onderwerpen aan de leiding van een jongen man, die, ondanks zijn groote talenten, dan toch nog een nieuweling was in de politiek en in het politiek debat ook soms van groote ongeoefendheid blijk gaf. Bovendien had het zelf op de conservatieven onder de liberalen geen aangenamen indruk gemaakt, dat de man, die in Amsterdam nog al tot de geavanceerden had behoord, nu zitting ging nomen in een anti-liberaal ministerie, en van die plaats af de liberale partij wilde reformeeren. Franeker, 23 Juni. Met genoegen maken wij mel ding van de op Woensdag den 20 Juni gehouden beproeving der nieuwe brandspuit, door de gemeente aangekocht van den heer A. H. van Bergen van Heiligerlee. Het Dagel. Bestuur, eenige leden van den Raad en het college brandmeesters, benevens een aantal belangstellende ingezetenen waren des namid dags op het terrein »de Breede plaats" aanwezig. De heer Van Bergen en diens zoon hadden de leiding dezer beproeving op zich genomen, terwijl een 14tal manschappen als pompers waren aangesteld en 2 per sonen belast met het uitrollen der persslang en het houden der straalpijp. Ten einde de groote capaciteiten van deze model spuit duidelijk te doen uitkomen, was de plaats der beproeving op 160 M. afstand van het water bepaald. De brandspuit werd aan het water nabij de Kerk- straatbrug geplaatst, en de 160 M. slang op een rol binnen 5 minuten naar den toren gelegd. De aange schroefde zuigslang was inmiddels te water geleid en de spuitgasten reeds in beweging, de straalpijp aangeschroefd en binnen weinige oogenblikken steeg eene zuil van water ter hoogte van de kloksgaten van den St. Martini-toren. Afwisselend werd nu met eene straalpijp-opening van 19, 21 en 24 m.M. in diam. de beproeving voortgezet en de heer van Bergen mocht de voldoening smaken, met de grootste straalopening van 24 m.M. in diam., een hoogte te bereiken van nagenoeg 30 M., terwijl in horizontale richting een afstand van 32 M. werd bereikt. Verrassend was vooral de werking der spuit met 2 straal pij pen, waar door met een straalopening van 16 en 20 m.M. in diam., een dubbele werking werd verkregen, terwyl elke straal niet minder dan 18 tot 20 M. kan op voeren. Na de beproeving werd de spuit meer nauwkeurig onderzocht en in oogenschouw genomen. De cylinders, ter wijdte van '14 c.M. in diam., met metalen zuigerss zijn zoodanig geconstrueerd, dat de werking zonder eenige stoornis kan plaats hebben en er per minuut 400 liter water wordt aangevoerd. Volgens bewering is er niet een brandspuit in ons land, die een straal van 24 m.M. tot zulk een hoogte kan opvoeren. Wij kunnen dan ook de brandweer alhier geluk wenschen met het aanvaarden van der gelijk werktuig en het gemeentebestuur erkentelijk zijn voor de zoo flinke maatregelen ter voorziening en verbetering der brandbluschmiddelen in onze ge meente. De minister van financiën heeft bepaald, dat ge bouwen met de erven van inrichtingen van onderwijs voor doofstommen of blinden en andere hulpbehoevenden van grondbelasting behooren vrijgesteld te worden, indien zij overigens voldoen aan de wettelijke be palingen. Een nieuw middel tegen slapeloosheid. Prof. Jager beweert, dat de vreemdsoortige reuk van kameelhaar bijzonder kalmeevend op de zenuwen werkt. Hij verzekert dat personen, die aan slapeloosheid lijden, van hun kwaal verlost kunnen worden, door te slapen op een kussen van kameelhaar geweven en met kameelhaar gevuld. De galante Janmaat. Zondag ontdekte een jonge dame op de Prins- Hendrikkade te Amsterdam, dat haar gouden horloge verdwenen was. Zeer ontsteld snelde zij terug den Nieuwendijk op, waar een marinier haar het verloren voorwerp ter hand stelde. Toen de dame haar porte- monnaie te voorschijn haalde, zei de marinier heel leuk: »Neen, juffrouw, dat doet de majoor morgen (traktement uitbetalen), geeft uwé me maar een zoen". Op de algemeene vergadering der coöperatieve brood bakkerij en verbruiksvereeniging »de Hoop", welke de vorige week in het 's Gravenhaagsche ambachts gebouw plaats had, ontspon zich een levendige gedachten wisseling. Aanleiding hiertoe gaf het feit, dat door het bestuur werd medegedeeld, dat de heer B. H. Heldt, lid der Tweede Kamer, zijn verlangen had kenbaar gemaakt om als lid en verbruiker dezer coöperatieve vereeniging te worden ingeschreven. Het bestuur was van meening dat de heer Ileldt, niettegenstaande zijn lidmaatschap der Kamer, toch behoorde tot de klasse der arbeiders en dat er als zoodanig tegen zijne toetreding geen bezwaar kon bestaan. Deze meening vond evenwel bij verschillende leden warme bestrijding; gaarne en dankbaar erkende men, dat de heer Heldt aanspraak had op achting en waavdeering voor zijne bemoeiingen in zake het welzijn van den werkman, maar met het denkbeeld om een lid der Staten-Generaal als hun medelid op te nemen konden zij zich niet vereenigen. Zij waren van meening, dat de heer Heldt, hoewel uit den werkmansstand voortgekomen en zich nog bij voorkeur in dien stand bewegende, toch door de aanvaarding van het lid- maatschappij der Tweede Kamer feitelijk op een hoogeren sport van den maatschappelijken ladder was geklommen en derhalve niet meer mocht worden gerangschikt onder die klasse van arbeidenden, waarvoor deze vereeniging was opgericht. Het voorstel werd ten slotte tot de eerstkomende algemeene vergadering aangehouden. De Wageninger wijst op de uitspraak in de zaak van het kamerlid R K. Okma, en noemt hem «daar door openlijk geschandvlekt." Hij heeft een wet des lands, die hij gezworen had te zullen handhaven, met listig overleg trachten te schenden. Pleit dit niet voor zijn persoon en mag men hem nu moeielijk langer den titel van Hoogedelmogende toekennen, het pleit evenmin voor de moraliteit zijner kiezers. Toen hij candidaat gesteld werd, lag hij reeds onder ver denking van gedaan te hebben, waarvoor hij nu gestraft is met vervallen-verklaring van het lidmaatschap van den Raad zijner gemeente. En toch ijverden zijn geestverwanten voor hem en riepen ze zelfs de hulp der radicalen in. "Van de «oprechte" Friezen had men iets beters mogen verwachten. «En zal deze man", vraagt het blad, «nu nog den moed hebben lid der kamer te blijven? Het zou de spuigaten uitloopen." De President der Zuid-Afrikaansche Republiek, de heer Paul Kruger, is benoemd tot ridder grootkruis van het Legioen van Eer. Prof. Buys Ballot wordt aan de Rijks-Universiteit te Utrecht, met ingang van '18 September a.s., ver vangen door dr. V. A. Julius, leeraar aan de gemeentelijke hoogere burgerschool te Delft. Ongelukken, Kampen, Misdaden, enz. Te Duurswoude (Fr.) werd een jongeling door een adder in zijn been gebeten. Dadelijk sneed hij de wonde met zijn zakmes uit, zoog haar daarna uit en ging toen naar den dokter om hulp, die dank zijn flink gedrag, den toestand van 't jonge mensch be vredigend vond. Met voorbeeldelooze vermetelheid werd een trein van de noordelijke Pacific-baan uitgeplunderd. Toen op een gegeven noodsein, de trein stilhield, stegen acht gemaskerde lieden, vvaarschijnelijk «cowboys", in den trein en maakten de reizigers en het treinpersoneel door een salvo uit hunne revolvers bang. Hierop plunderden zij den postwagen en namen eiken mannelijken passagier zijn geld af. Vrouwen werden ongemoeid gelaten en ook werden er geen sieraden gestolen. Toch kregen de roovers niet meer dan 1000 dollars, daar de passagiers het meeste wat zij van waarde bij zich hadden, verstopten, terwijl de roovers in den postwagen bezig waren. Een reiziger verborg een som van 15000 dollars in een zak met proviand. Nadat de trein ongeveer een uur had stilgestaan, verwijderden de roovers zich met hun buit. Zij worden ijverig door de politie gezocht. Spanje. Woensdag morgen is in de tentoonstelling te Bar celona twist ontstaan tusschen een Fransche tentoon stelier en een politie-agent, die den eerste verbood voorwerpen te verkoopen. Naar het schijnt, heeft de Franschman den agent uitgescholden en heeft deze den ander een slag in het aangezicht gegeven. De andere Fransche tentoonsfcellers, die getuigen waren van dit tooneel, zijn er tusschen gekomen en de agent, zich verdedigende, heeft verschillende personen gekwetst. De Franschen hebben hunne uitstallingen gesloten en het voornemen geuit te vertrekken. Men tracht nog de zaak in der minne te schikken. Frankrijk. De Parijsche correspondent van de Daily News zegt, dat voor de Panamaleening slechts 20,000,000 frcs. is ingeschreven, terwijl 50 millioen was gevraagd. Volgens hem zullen de niet geplaatste bonds in handen worden gesteld van een syndikaat van bankiers als onderpand voor een dadelijk te verstrekken voorschot van 60 frcs. op ieder stuk, zijnde het zesde der nomineele waarde. Het syndikaat zal de stukken kunnen verkoopen, wanneer en voor welken prijs het wil. De opbrengst zal voor de maatschappij zijn, na aftrek van het voorschot, van den intrest en van een com missie van 71/2 frc. voor elk stuk. Dit was het commissieloon, dat de bankiers voor de plaatsing der laatste bonds hebben ontvangen. Op die wijze meent men, dat de maatschappij anderhalf jaar zal kunne» doorwerken, voordat zy weder geld noodig heeft.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1888 | | pagina 2