Buitenland. houders en soms ook de kelners geraakten dan in gesprek met hem over de wedrennen te Longchamps en gaven hem geld, om voor hen te wedden. De sluwe oplichter nam dan het geld, bleef een of twee dagen logeeren en vertrok, om niet meer terug te keeren. Natuurlijk was hij geen jockey. Een vreeselyk ongeluk is te Wurzen, in Saksen, geschied. De torenwachter der St. Wenzilaikerk, een 70-jarig man, zou een ton water naar boven doen hijschen. Toen hij op het plein voor de kerk de ton gevuld had, deed hij deze aan de haak van een touw, dat door de zijnen van boven was neergelaten, die dan het water, als altijd, opheschen. Meenende, dat de haak aan de ton zat, gaf hij het teeken tot op hijsehen, maar de haak schoot los en greep den ouden man aan zijn vest. Degenen, die in den toren zaten, heschen op, meenende de ton water op te trekken. Eenige meters van den grond scheurde het vest van den ouden man en viel deze levenloos op straat. Bij de wedrennen te Fontainebleau is de jockey William Rogers, die een paard van den heer De Clermont-Tonnerre bereed, van het paard gevallen bij het springen over een hindernis, en is aan de bekomen wonden overleden. Uit zijn militaire gevangenis te Madrid schrijft een Spanjaard aan iemand uit Zutfen dat daar, in Zutfen of zijn naasten omtrek, een schat is verborgen van niet minder dan 2 millioen 6 maal honderd duizend francs. Om dien schat te vinden, waarvan de verborgen plaats behalve aan hem, alleen aan des schrijvers dochter, die ergens op kostschool ligt, bekend is, moet eenig geld naar de Spaansche hoofdstad worden gezonden aan het adres van den gevangene, die dan zijn dochter met eene andere dame naar Zutfen zal expidieeren om den schat aan te wijzen. Deze Spanjaard heeft reeds herhaaldelijk vergeefs beproefd de beurzen der Nederlanders door fraaie voorspiegelingen te openen, wij vertrouwen dat zich ook in het vervolg niemand door dien gelukzoeker zal laten verschalken. Onitsclilancl- 's Keizers proclamatie aan het Pruisische volk luidt als volgt«Aan mijn volk. Gods raadsbesluit heeft opnieuw den smartelijksten rouw over ons gebracht. Nadat het graf zich boven het stoffelijk omhulsel van mijnen onvergetelijken grootvader nauwelijks gesloten had, werd ook mijn innig geliefde vader uit dit tijdelijke tot den eeuwigen vrede opgeroepen. De heldhaftige, uit christelijke berusting voortspruitende arbeidskracht, waarmede hij, trots zijn lijden, van zijne koninklijke plichten zich wist te kwijten, scheen grond te geven aan de hoop, dat hij voor het vaderland nog langer behouden blijven zou. God heeft het anders besloten. Den koninklijken lijder, wiens hart voor al wat groot en schoon is klopte, zijn slechts weinige maanden toegedacht geweest om ook op den troon de edele eigenschappen van geest en gemoed, welke hem de liefde zijns volks deden winnen, aan den dag te leggen. De deugden die hem sierden, de overwinningen welke hij op de slagvelden eertijds bevocht, zij zullen dank baar herdacht worden zoolang er Duitsche harten kloppen, en een onvergankelijke roem zal zijn ridderlijke gestalte in de geschiedenis des vaderlands omstralen. Tot den troon mijner vaderen geroepen, heb ik onder opzien tot den koning aller koningen de regeering aanvaard en aan God beloofd naar het voorbeeld mijner vaderen voor mijn volk een rechtvaardig en zacht vorst te zullen zijn, vroomheid en godsvrucht aan te kweeken, den vrede te beschermen, de welvaart des lands te bevorderen, armen en verdrukten een helper, het recht een trouwe bewaker te zijn. Wanneer ik God om kracht bid, om deze koninklijke plichten, die Zijn wil mij oplegt, te vervullen, zoo word ik daarbij gesteund door vertrouwen kin het Pruisische volkeen vertrouwen, waartoe een terugblik in onze geschiedenis mij het recht verleent. In goede en in booze tijden heeft Pruisens volk steeds trouw zijnen koning ter zijde gestaan. Op die trouw, welke jegens mijne vaderen in alle nood en gevaar steeds onwrikbaar gebleken is, reken ook ik, in het bewustzijn, dat ik haar van ganscher harte vergelde, als een trouw vorst van een trouw volk, beiden gelijkelijk sterk in toe wijding aan het gemeenschappelijk vaderland. Aan dit bewustzijn van de wederkeerigheid der liefde, die mij met mijn volk verbindt, ontleen ik het vertrouwen, dat God mij de kracht en de wijsheid geven zal om mijn ambt tot heil des vaderlands te vervullen". Waarschijnlijk zal keizerin Victoria spoedig Potsdam verlaten. Zij gaat naar een der koninklijke lustsloten aan den Rijn, en dezen winter wellicht naar San Remo. Allerlei treffende staaltjes worden verteld van de voorbeeldelooze wijze, waarop de keizerin haren gemaal verzorgde. De keizer kon dan ook geen oogenblik buiten haar en was, vooral in den laatsten tijd, niet kalm te houden, wanneer hij haar niet bij zich zag. Zelfs een socialistisch orgaan als het Volksblatt zegt dan ook van haar: »Wij kunnen niet nalaten onze sympathie te betuigen met keizerin Victoria. De vrouw, die trouw en vol toewijding is tot den dood, zal altijd eene edele verschijning blijven, zoowel in het paleis als in de hut," De keizerin heeft aan sir Morell Mackenzie een bewijs gegeven van haar achting en dankbaarheid, door hem een kostbaar kleinood, dat den keizer toebehoorde, te schenken. Een telegram uit Dresden luidt: Prinses Marie van Saksen Altenburg, vroeger Prinses Hendrik, is Woensdagnacht te 12 ure overleden. Vóór de ontvangst van bovenstaand bericht werd uit Berlijn geseind dat de prinses ten gevolge van een ribbevliesontsteking in een hopeloozen toestand ver keerde. De moeder en de broeder van prins Albert, de prinses weduwe Friedrich Karl van Pruisen en prins Leopold, waren in het slot Albrechtsberg aan gekomen. Oostenr ij k. De Weener bladen behandelen bijna allen de dag orders, die keizer Wilhelm II onmiddellijk na den dood zijns vaders aan leger en vloot heeft uitgevaardigd. Allen zijn zij het er over eens, dat zij getuigen van de voorliefde des nieuwen keizers voor de legermacht des Duitschen rijks, maar terwijl bijv. de Neue Freie Presse er niets meer in ziet dan dat, terwijl het Tagblatt hoopt en de Deutsche Zeitung vertrouwt, dat keizer Wilhelm II zich door vorst Bismarcks vredespolitiek zal laten leiden, vindt de Vorstadt- Zeitung, dat die dagorders naar kruit rieken; het Wiener Tagblattdat zij in flagranten strijd zijn met de vredelievende gezindheid, die keizer Frederik bij zijne troonsbeklimming aan den dag legdehet ExtraUatt, dat zij een pijnlijken indruk moeten maken op al die Duitschers, welke mochten ver wachten, dat de nieuwe keizer niet zijn eerste woord tot leger en vloot zou hebben gesproken. Het officieuse Fremdenblait zegt: de kracht alleen vormt op dit oogenblik den waren grondslag des vredes. En daarom zal de jeugdige keizer Wilhelm zijne regeering hebben ingewijd met een warm beroep op Duitschlands leger en vloot. Hij heeft daarmede willen zeggen aan Europa, zonder hartstocht, met alle kalmte, dat hij zich volkomen bewust is van Duitschlands macht. Die dagorders, niets bevattende dat de Franschen kwetsen kan, zijn de taal van een energieken vorst, maar niets van hun inhoud verraadt het ongeduld van een souve- rein, die lauweren op het slagveld wil behalen." Belg-ie. De Belgique militaire beschuldigt den min. van oorlog, dat hij, ter wille van de zuinigheid, de nood zakelijke oefeningen laat verzuimen. De minister Pontus heeft bevel gegeven, dat voor den veldarbeid «op de ruimst mogelijke schaal verloven zullen worden gegeven" d. w. z. dat juist in den besten oefeningstijd, zelfs van de lichtingen, die in haren eersten diensttijd zijn, een groot deel der manschappen met verlof gaat en van de regimenten slechts de geraamten overblijven. Maar ook op den tweeden oefeningstijd, zegt het blad, wordt door den minister van oorlog, tot groote schade van het leger, bezuinigd. Zoo zyn de lichtingen 1884 en 1885 bij de 13e en 14e linie-regimenten den 30 April onder de wapenen geroepen en reeds den 24 Mei daaraanvolgende weder met groot verlof huiswaarts gezonden bij het 10e linie-regiment was de tweede oefeningstijd voor dezefde lichtingen zelfs nog veel korterzij kwamen den 20 Mei onder de wapenen en werden reeds 13 Juni weder met groot verlof ontslagen. Zweden. De zelfmoord van den oud-minister Richter heeft groot opzien in de Storthing gewekt, en tot een heftig tooneel aanleiding gegeven. De heer Daae, ook oud-minister en boezemvriend van Richter, heeft den minister-president Sverdrup over het feit geïnterpel leerd en in zijne verontwaardiging en drift heeft hij zelfs de hand tot hem opgeheven met den uitroep Dezen zelfmoord hebt gij op het geweten De reden van den zelfmoord wordt gezocht in de onaangenaamheden, die het gevolg zijn van het uit treden van Richter uit het ministerie-Sverdrup. De ongelukkige was 60 jaar oud. Gemengd Bnitenlandscli Nieuws. De heer Maschke uit Andréasberg, die jaarlijks duizenden Saksische kanarievogels door geheel Europa verzendt, geeft die zangers niets anders te eten dan zomerraapzaad en eiken dag een weinig ei met oud bakken wittebrood vermengd, waarop zij niet alleen gezond blijven, maar voortdurend aan den zang blijven. Dit middel wordt den vogelminnaars ter navolging aanbevolen. Een merkwaardig' kerkhof. Het dorp Elisabeth in Pensylvanië heeft een kerkhof, waarvan de grond de eigenschap bezit de lijken die er begraven zijn, tot versteening te brengen. Verscheidene lijken, in de laatste jaren begraven, zijn geheel of gedeeltelijk versteend in den tijd, dat zij begraven waren. Onlangs zijn een tweetal kinderlijken opgegraven om elders begraven te worden. liet een, dat reeds zeven jaren geleden begraven was, was geheel ver steend, men zou gezegd hebben een standbeeld in steen gehouwen. Het andere, dat eerst drie jaar geleden begraven was, was slechts gedeeltelijk ver steend en de lichaamsdeelen, welke nog niet tot steen waren overgegaan, waren volkomen bewaard gebleven. De grond van het kerkhof is saamgesteld uit leem- aarde, die steeds vochtig is. Een afgewezen eerbewijzing. Een parasol-en parapluie- fabrikant te Parijs heeft een bijzonder soort parapluies en parasols in den vorm van Chineesche paviljoens uitgevonden, die hij ter eere der presidente der Fransche Republiek »Carnot-schermen" wilde noemen. Na gedaan verzoek informeerde de president der republiek bij den fabrikant hoe hoog zulk een scherm zou komen. «Honderd twintig francs", luidde het antwoord. De president dacht een oogenblik na en zeide toen: «Ik wil niet dat mijn vrouw haar naam zal verleenen aan het fabrikaat, want ik zou niet gaarne zien, dat een legioen huisvaders en echtgenooten reden hadden over een door mevrouw Carnot be schermde kostbare nouveauté hun misnoegen te uiten. Een heer te Liverpool is er in geslaagd in een koude bloemkast edelweiss aan te kweeken, die schoone, zeldzame Alpenplant. Men verneemt, dat koning Leopold Dinsdag officiëele berichten van de Congo heeft ontvangen, volgens welke Stanley overleden is. Een later bericht meldt evenwel, dat hiervan nog niets met zekerheid bekend is. De bekende Parijsche humorist Quatrelles vindt in de onlangs—opgerichte damesclub aanleiding tot eene parodie, een kort opstel, waarin hij de oprichting van eene kinderclub aanbeveelt. Quatrelles doet den toekomstigen jeugdigen oprichters al dadelijk het ontwerp van een reglement aan de hand, waarvan de voornaamste bepalingen luiden: 1. De gezellige vereeniging draagt den naam «Babyclub". 2. Het aantal medeleden is onbeperkt. 3. Elk kind, dat lid wenscht te worden, kan slechts worden voorgehangen door een handelaar in speelgoed of door een banketbakker. 4. De ballotage geschiedt door middel van suikergoed. Bij aanneming zijn witte roombollen, bij afstemming chocolade-bonbons te gebruiken. De bonbons, door de kiezers, tijdens de verkiezingen opgegeten, zijn ongeldig. 5. De leden moeten minstens acht dagen, hoogstens zeven jaar oud zijn. Zij moeten een vaccinebewijs kunnen overleggen. 6. Zonder ballotage worden als eere leden toegelaten: de koninklijke prinsen, verder de kinderen van generaal Boulanger en die van den heer de Lesseps. 7. Staatkundige gesprekken mogen in de localiteiten der club niet worden gevoerd. 8. Elk jaar wordt eene tentoonstelling gehouden van teekeningen, door leden van de club vervaardigd. 9. Hazardspelen zijn in de club verboden, behalve het lotto, daar dit het leeren van de cijfers zeer bevor dert. 10. Voortdurend zal er ten behoeve der clubleden een buffet geopend zijn. Voor de jongere leden zal er een voldoend aantal zuigfïesschen aanwezig zijn, voor het gebruik waarvan een vast tarief zal worden gemaakt. 11. Leden, die des avonds niet door hunne ouders worden afgehaald, vinden in de leeszaal wiegen, of in afzonderlijke vertrekken ijzeren ledikantjes, enz. 12. Wanneer een lid in een der club-localiteiten een vergrijp pleegt tegen de wel» voegelijkheid, wordt hij geschrapt. De schuldige heeft de kosten van het weder in gebruik stellen en van de reiniging van het vertrek te dragen. In concurrentie met het Duitsche Noord-Oostzee kanaal, heeft zich in Dememarkcn eene maatschappij gevormd om een tweede Noord-Oostzee-kanaal te maken. De Deensche ingenieur Glasner, die aan het hoofd staat van een syndikaat van Engelsche en Fransclie kapitialisten, heeft van de Deensche regeering concessie verkregen voor den bouw van een kanaal van de Noordzee door Denemarken naar de Oostzee, wat zeer door de regeering ondersteund wordt. Het kanaal zal aan de baai van Jammer beginnen en loopen over Limford naar Hals Barre en het Kattegat. De kosten van dit werk zullen 2,000,000 bedragen en het zal in 5 jaren gereed kunnen zijn.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1888 | | pagina 3