COURANT
voor het arrondis-
sement Zierihzee.
I_
1889. No. 39.
Zaterdag 25 Mei.
92ste jaargang.
NIEUWS- en ADVEETENTIE-BLAD
Binnenland.
;,i f
•aan
•appij.
md".
mgen.
IMODE* I
en van I
Iles met
Op
'11 Op
J
CHRIJ-
franco I
tjerdam,
als de
zijn ver*
iG.
Dz.
TE.
ER.
dam:
U.
Hh'kajuit.
f 0,75
0,75
J 0,50
weeren,
aand
N Co.
Deze Courant verschijnt DINSDAG- en VRIJDAG-AVOND,
uitgezonderd op FEESTDAGEN.
Prijs per drie maanden f 1.—. Franco per post f i,~
Afzonderlijke nommers 5 Cent, met Bijblad 10 Cent.
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
Per gewone regel 10 Cent. Huwelijks-, Geboorte-
en Doodberichten van 1—6 regels 60 Cent.
Dienstaanbiedingen van 1-5 regels, mits contant betaald, 25 Ct.
Alle stukken, de redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een dag voor de uitgave i
in te zenden aan den uitgever H. LAKENMAN.
ZIERIKZEE, 24 Mei T 8 8 9.
Men schrijft uit Middelburg
Maandag jl. werd de algemeene vergadering van
dever eenïging de Ambachtsschool te Middelburg ge
houden. Het bestuur kon de mededeeling doen, dat
de financiën der vereeniging in beteren toestand
verkeere» dan het vorige jaar, alhoewel deze verbetering
niet is verkregen door vermeerdering van ontvangsten,
doch alleen door vermindering van uitgaven, voor
namelijk op den post jaarwedden, liet rekeningsjaar,
aangevangen met een goed slot van f 433.10, sluit
met een voordeelig saido van f 654.91, waarbij echter
in 't oog indet worden gehouden, dat op jaarwedden
en loonen eene bezuiniging is gedaan van f 266 72.
Het bedrag der kosten voor leermiddelen en behoeften
beliep f 561,20, terwijl in het vorige jaar f 679,40 '/j,
werd vereisebt
De laatste schuld, die op de gebouwen drukte,
werd dit jaar afgelost.
Jammer dat wederom een achteruitgang in 't getal
contribuanten valt op te mei ken, en daarom riep het
bestuur met vollen nadruk de hulp en den steun in
van allen, om toch deze zoo hoogst nuttige instelling
te blijven ondersteunen.
Het is den schelpenzuiger gelukt, het wrak der
»Ango" schoon te maken en vervolgens door dynamiet
te doen springen, zoodat eindelijk dat wrak dan toch
is opgeruimd.
De Ziu. Ct. spreekt de mededeeling tegen die onder
het opschrift »een raadsel opgelost", op gezag van
de New-Yorksche Evening Post, gedaan werd omtient
den heer Stork, die, na indertijd onnaspeurlijk verdwenen
te zijn, zich te New-York zou bevinden, en nu ongeveer
een maand geleden, zichzelf bekend heeft gemaakt,
nadat hij drie jaar lang als gewo n werkman op
verschillende fabrieken was verbonden geweest. De
heer A. Stork, waarvan in de Evening Post sprake
is en dié inderdaad een drietal jaren als werkman
op verschillende fabrieken in Amerika is werkzaam
geweest en eerlang weder naar 't vaderland hoopt terug
to keet en, is, naar de Zlo. Ct. meldt, de zoon van
den heer J. E. Stork, te Hengeloo, en dus een ander
dan de heer H. C. Stork CHz., van wien indertijd
sprake was.
De gemeenteraad van Nijmegen heeft het adres
aan den Koning vastgesteld om vernietiging te ver
zoeken van het besluit van B. en W., waarbij een
verslaggever voor de gemecntêraads-zit tingen i* benoemd,
daar de ritad van oordeel is, dat die benoeming ten
ont echte door B. én W. is gedaan, en door den raad
had behooren te geschieden. B. en W. hebben den
verslaggever beschouwd als een ambtenaar bij de
plaatselijke secretarie, zoodat de benoeming van dien
ambtenaar, volgens art. 179, letter P, der gemeentewet
aan hen zou behooren, maar de raad beweert, dat
de vëi slagsever der raadszittingen met de eigenlijke
secretarie-werkzaamheden niets te maken heeft.
Vier gehuwde paren te Leeuwarden, die vóór 25
jaren aldaar op denzelfden dag in het huwelijk traden,
vierden" Maandag gezamenlijk hunne zilveren bruiloft.
Dezer dagen zal een voor Indië en Nederland hoogst
belangrijke onderwijsinrichting haar 25-jarig bestaan
herdenken. Den 27en' Mei 1864 toch werd door den
Raad der gemeente Delft besloten tot de oprichting
eener «Instelling voor onderwijs in de taal-, land- en
volkenkunde van Nederlandsch-lndië. Aanleiding tot
dit besluit was de opheffing van de Koninklijke
Academie te üelft en het overbrengen van de vorming
der aanstaande Indische ambtenaren naar eene Rijks
instelling voor onderwijs in Indische taal-, land
en volkenkunde te Leiden.
De raad van Delft voor die gemeente groote indirecte
voordooien wenschende te behouden uit den aard der
zaak verbonden aan de aanwezigheid eener school tot
opleiding van toekomstige ambtenaren voor den Iridischen
burgerlijken dienst, riep de Indische instelling in
het leven.
Gedurende de thans verloopen 25 jaren volgden
906 verschillende, personen, één of meer cursusjaren
de lessen aan deze onderwijs inrichting, en werd 710
malen door ingeschrevenen aan de Indische instelling
met voldoenden uitslag afgelegd het examen, bedoeld
bij art. 1 van het koninklijk besluit van 29 Augustus
1883, dat tot den burgerlijken dienst in Nederlandsch-
lndië toegang geeft.
Honderden barer oud-studenten zijn dan ook werkzaam
bij verschillende takken van den Indischen staatsdienst,
hetzij bij de rechterlijke macht, hetzij hij het binnen-
landsch bestuur, of bij de centrale administratie te
Batavia. Belangrijke wijziging en uitbreiding onderging
in hetzelfde tijdvak, zoowel, liet doceerend personeel
aan de instelling verbonden als ook de inrichting van
het onderwijs. Terwijl het getal_düi' docenten. kW
r»icu, ttto Zich in de eerste jaren beperkte tot de
colleges in Mateisch en Javaansch, beduidend bevorderd
door de gelegenheid open te stellen tot het ontvangen
van onderwijs ook in het Soeduneesch, Madurefcsch,
Makassarsch, Boegineesch, Bataksch en Balineesch.
In het W. v. h. R. werd onlangs door mr. J. M.
van Stipriaan Luïcius opgekomen tegen eene beschik
king van een Commissaris des Konings in het volgende
geval, waarvan reeds door ons melding werd gemaakt.
Aan de loting voor de nationale militie namen deel
tweelingbroedersde een trok een laag, de and^r een
hoog nummer. Zij kwamen krachtens art. 49 der
militiewet overeen, dat hij, die 't hoogste nummer
had getrokken, voor den dienst zou worden aangewezen,
en dat dus hij, die 't laagste nummer had getrokken,
van den dienst zoude worden vrijgesteld. Dienovereen
komstig werd nu ook de broeder, die 't hoogste
nummer ^getrokken had. door den Commissaris des
Konings voor den dienst opgeroepen. Dat mocht niet,
volgens mr. v. S. L., die meende, dat dan alleen de
Commissaris des Konings daartoe bevoegd zou zijn
geweest, als 't hoogste nummer ter inlijving had
moeten worden opgeroepen.
Dit betoog heeft bestrijding gevonden bij mr. J. W.
van den Biesen, die van meening is, dat daarbij het
navolgende over 't hoofd werd gezien
I. dat onze militiewet tot beginsel stelt, dat van
een even getal broeders de helft moet dienen en dat
de tabel van „art. 49 gegrond is op de overweging,
dat zoolang de helft of de kleinste helft broeders niet
gediend heeft, elke verleende vrijstelling in rekening
wordt gebracht tegen ééne aanwijzing voor d ;n dienst,
en dat van elke twee broeders de oudeie liet eerst
in aanmerking komt on» te worden ingelijfd. Daar nu
bij tweelingbroeders de een niet ouder is dan de
ander, zoo dient van hen 't laagste nunnner, indien
zij ten minste dienaangaande niets anders zijn overeen
gekomen.
II. Het geldt hier geen eigenlijk gezegde nummer-
vei wisseling. Dit blijkt b. v. uit 't feit, dat de twee
lingbroeder die 't hoogste nummer trok en met zijn
broeder overeenkwam, om voor hem te dienen, nog
bevoegd is een nummerverwisselaar voor zich te stellen.
III. Aan art. ill woult volkamen voldaan. Men
begint met No. 1 op te roepen. Nu komt men aan
No. 2. Op dit nummer vindt men een tweelingbroeder,
die had moeten dienen, ware 't niet, dat zijn broeder
voor hen» die verplichting hadde op zich genomen, en
van welke ovei eenkomst op 't lot ings regis ter naast
No. 2 melding is gemaakt van den militieraad. Wat
is nu natuurlijker dan dat de broeder worde opge
roepen, die den dienst voor den ander heeft op zich
genomen
De heer J. J. de Rochemont heeft eene
brochure in 't licht gegeven, waarin is opgenomen
wat hij gaarne onder eede zou hebben gezegd ter
terechtzitting van de rechtbank te 's Gravenhage,
waarop de zaak tegen den gepensionneerden luit.-kol.
J. J. W. E. Verslege behandeld werd. De gelegenheid
daa» toe werd hem niet gegeven, et» daarom brengt
hij zijn getuigenis langs dezen weg onder de oogen
van zijne landgenooten. Belangstellenden verwijzen wij
naar dit geschrift, dat uitgegeven is bij Cremer en Co.,
te 's Gravenhage.
Zeekool
Een tamelijk onbekende, doch zeer smakelijke groente
levert de zeekool. Zij is buitendien goedkoop, zoodat
onze groentekweekers, wanneer ze zich op tien verbouw
van zeekool wilden toeleggen, er in de steden flinke
zaken mede zouden kunnen doen. We wenschen liaar
J"»»cn anno. '(nu goeoKoop is, aan men dij ae voor
naamste zaadhandelaren verkrijgen. Men zaait het in
de maand Mei, op ongeveer 35 c. M. van elkaar,
indien men ze voor goed wil laten staan, of op ongeveer
15 c. M. oin ze in den zomer te verplanten. Hoewel
de plant goed tegen vorst bestand is, doét het toch
geen kwaad om ze met bloempotten of met takken
enz. af te dekken. Bladgoed mag echter niet op deze
plant liggen, daar ze anders door insecten wordt
vernield Wanneer de zeekool zich in het voorjaar
ontwikkelt, bezigt men daarvoor grootere potten.
Zooals men zal begrijpen, mag er bij de planten,
terwijl ze gedekt zijn, niet het minste daglicht komen,
daar zich anders het blad groen ontwikkelt.
Wat de bereiding betreft, moet deze dezelfde zijn
als van cbicorei of witloof.
Het creolin is een uitmuntend ontsmettingsmiddel;
in het bijzonder doodt het typhus- en cholera-baccillen
reeds na weinige minuten. Daarbij komt dat creolin
gemakkelijk te hanteeren is, en, vooral in verdunden
toestand, geen vergift te noemen is.
Blijkbaar moet men derhilve aannemen, dat het
creolin wat aangaat het reinigen en ontsmetten
van waschgoed en kledingstukken, vaatwerk en ge
reedschappen, meubelen, vloeren in woon-, slaap- en
ziekenkamers, verder het ontsmetten en dèsodoriseeren
van uitwerpselen enz. voornamelijk bij gevallen van
typhus boven de meeste andere scheikundige
ontsmettingsmiddelen uitmunt.
Naast het creolin, dat nit hat buitenland ingevoerd
(het creolin van Pearson) komt sinds eenigen tijd
in den handel een tweede sjort voor, dat van een
Amsterdamsche fabriek afkomstig is.
Prof. J. Foister te Amsterdam heeft nu met beide
soorten creolin veelvuldige proeven genomen én kwam
tot de aangename ontdekking, dat liet Nederlandsche
fabrikaat voor het buitenlandsche geenszins behoeft
onder te doen.
Ongel ïkken, Kampen, Misdaden, enz.
Op 13 Mei jl. mishandelde na eene woordenwisseling
de smid K., te Diuksperloo, zijn oom zondanig, dat
men voor diens leven bevreesd was. Tegen den dader
is proces-verbaal opgemaakt K. is de justitie te vlug
af geweest en hij heeft de wijk genomen naar Amerika,
zyne vrouw niet 5 kinderen in treurige omstandig
heden achterlatende.