ZIERIKZEESCHE COURANT. voor het arrondis- sement Zierikee. 1888. No. 35. Zaterdag 5 Mei. 91ste jaargang. NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD Binnenland. Deze Courant verschijnt DINSDAG- en VRIJDAG-AVOND uitgezonderd op FEESTDAGEN. Prijs per drie maanden f 1,-. Franco per post f 1,-. Afzonderlijke nommers 5 Cent, met Bijblad 10 Cent. PRIJS DER AD VERTENTIEN: Per gewone regel 10 Cent. Huwelijks-, Geboorte- en Doodberichten van 16 regels 60 Cent. Dienstaanbiedingen van 1-5 regels, mits contant betaald, 25 Ct Alle stukken, de redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een dag voor de uitgave in te zenden aan den uitgever H. LAKENMAft'. ZIERIKZEE, 4 Mei 1 8 8 8. Bij de op 3 Mei 1888 door 't Dagelijksch Bestuur van 't Waterschap Schouwen gehoudene aanbesteding van het herstellen en onderhouden der Havenhoofden van Zierikzee, gedurende de jaren 1888, 1889 en 1890, volgens bestek No. 127, bij enkele inschrijving, is aannemer geworden de minste inschrijver Johannes Cornelis Foreman te Zierikzee, voor f 1670 p'er jaar. Door de gezamenlijke Kegelvereenigingen te Nijmegen is besloten een Nationaal kegelconcours te houden op 2 en 3 Juni a.s. Belangstellenden in dit concours verwijzen wij naar onderstaande circulaire: Aan de Besturen en Leden van Kegel vereenigingen in Nederland Bij deze hebben wij de eer U mede te deelen, dat de gezamenlijke Kegelvereenigingen te Nijmegen hebben besloten tot het geven van een Nationaal Kegelconcours op Zaterdag 2 en Zondag 3 Juni 1888. Het concours zal bestaan uit: a. Een Korpswedstrijd. b. Een personeele wedstrijd. Voor den korpswedstrijd worden uitgeloofd vier of meer medailles, naar gelang van de deelname; voor den personeelen wedstrijd verschillende prijzen. De mededinging is vrij, doch alleen voor bestaande ver- eenigingen. Aan den Korpswedstrijd wordt door vijf afgevaar digden van iedere vereeniging deelgenomen. Op het feest terrein zullen concerten, matinées, vuurwerk en verdere feestelijkheden plaats hebben. Er zal gelegenheid worden gegeven, a 2 per couvert, aan een gemeenschappe- lijken maaltijd deel te nemen, mits men dit acht dagen te voren aan het Bestuur mededeele. Wij noodigen U beleefd ter deelneming uit, en ver zoeken U vóór 13 Mei ons de namen uwer afgevaar digden op te geven. Aan den Korps wedstrijd wordt door de Nijmeegsche Vereenigingen niet deelgenomen. Tot het geven van nadere inlichtingen stelt de Commissie zich gaarne beschikbaar. De Regelings- Commissie van het Nationaal Kegelconcours F. C. W. NOORDIJN, President. E. J. VAN DE POL, Secretaris. H. JANSEN, Penningmeester. Dezer dagen werd door een aantal afgevaardigden van vakvereenigingen, door Arti et Amicitiae te 's Gravenhage samengeroepen, de wenschelijkheid uit gesproken, dat voor patroons zoowel als werklieden de gelegenheid zou geopend worden tot het afleggen van proeven van bekwaamheid in hun vak. Het beginsel, dat aan deze beslissing ten grondslag ligt, vloeit volgens de Arnh. Ct. voort uit een verkeerd begrip, dat tegenwoordig nu de reactie op zoo menig gebied in Nederland rondwaart overal wordt aangetroffen: de zucht om de vrije mededinging te weren. Men schijnt de gulden les voorbij te zien, dat de vrijheid, vooral de vrijheid van bedrijf, al heeft zij evenals elk ander ding hare bezwaren en gevaren, zelf haar eigen bezwaren corrigeert; dat, hoe men ook reglementeert en voorschrijft, tegenwerkt en be moeilijkt, op den langen weg de vrijheid toch nog het langst en het best blijft volhouden. Dat dit de geest is, die het Haagsche congres doortrokken en zijn besluit gemotiveerd heeft, wordt duidelijk, wanneer men van de argumenten kennis neemt, waarmede de voorzitter der vergadering de dringende noodzakelijkheid van eene proefaflegging voor patroons en gezellen trachtte te bewijzen. Het argument toch, dat onbekwame werklieden, gerugsteund door kapitaal of krediet, hun vroegeren bekwamen meester afbreuk doen, is eenvoudig een protest tegen de vrije concurrentie; onjuist, omdat den bekwamen meester evengoed als den ongeschikten gezel kapitaal of krediet ten dienste staan, en ondoor dacht, omdat zelfs bij het proefleveringsstelsel de con currentie toch niet te weren is. De bewering, dat de winkeliers tegenwoordig buiten- landsch werk leveren, is eenvoudig tegen den tusschen- handel gericht; bovendien is de buitenlandsche con current niet aan het stelsel van gildeproeven te onderwerpen. De beweringen, dat knappe werklieden zonder werk zijn en knoeiers volop werk hebben en dat het slechte maar goedkoope werk van knoeiers voorgetrokken wordt boven het goede van bekwame arbeiders, zijn bezwaren, die alleen worden weggenomen door een verbod van het uitoefenen van een beroep zonder proeven van. bekwaamheid te hebben afgelegd, hetgeen ons geheel en al te midden van de nadeelen der gilden zou verplaatsen. Want wie onbekwame werklieden in dienst neemt of aan onbekwame patroons werk op draagt, doet dat niet omdat hij nog liever een knoeier aan den arbeid zet en een bekwaam werkman zonder werk laat, noch omdat hij aan een on bekwamen baas de voorkeur geeft boven een bekwamen. Wie zoo handelen, worden door andere motieven geleid. Zij handelen zonder twijfel onverstandig en tegen hun eigen belang, maar in het eerste geval beheerscht hen mede lijden of persoonlijke sympathie, in het tweede eene op zichzelf prijzenswaardige spaarzaamheid. En zoolang de Staat niet tusschenbeide komt om deze uitingen te verbieden, zullen dergelijke gevallen zich gedurig voordoen, ook wanneer het proefleveringsstelsel tot de rechtsinstellingen van Nederland behoorde. Maar de voorzitter verklaarde uitdrukkelijk, dat de vereeniging, die het congres had samengeroepen, zoodanig verbod niet verlangde; daardoor bestreed hij indirect met de meeste kracht het door zijne vereeniging vooropgezet beginsel. Want beperking van de industrieele vrijheid en regeling van den arbeid zijn stelsels, die eene on verbiddelijke logica hebben; ze in te voeren en door verbodsbepalingen en strenge voorschriften niet tot de naleving te dwingen, loopt op eene volslagen teleur stelling uit. Professor Donders Jn den Gids van Mei komt een belangwekkend opstel voor over onzen landgenoot, den grooten geleerde, prof. Donders. Een ander groot Nederlander, professor Moleschott te Rome, schreef het. Hij zegt over de aanleiding van dit opstel onder andere 'het volgende: »Hèden is het om een feestgroet te doen, en ik weet niet wie beter gerechtigd kan wezen de stem te verheffen dan die vrienden, die hem het langst, het best en innigst kennen en waardeeren. Staat het mij toch steeds in de ziel gegrift dat woord van Anastasius Grün in. zijn levensbericht van Lenau, dat hij geen grooter laaghartigheid kende dan die verhindert een prijzenswaardige te prijzen, omdat hij onze vriend is. Ofschoon ik zijnen leeftijd kende en ook de Neder- landsche wet, het klonk mij als een onbegrijpelijke mare in de oorenDonders wordt den 27 Mei van 1888 zeventig jaar oud en dientengevolge rustend hoogleeraar. Rustend hoogleeraar, hij die zoo kloek en gezond van brein, zoo waakzaam is in onvermoeid nadenken, zoo helder en opwekkend, in de mededeeling zijner gedachten, zoo krachtig werkdadig in maatschappij en leerambt!" Verschillende bladen bevatten beschouwingen over de openingsrede en het programma, dat het nieuwe ministerie daarin ontwikkelde. Oplossing der schoolquaestie rekent het Kabinet tot de eerste plichten, die het heeft te vervullen, zegt het Hbl. Wij verheugen ons daarover oprecht. Steeds is aan de rechterzijde gevraagd: leg uw verlangens neder in een uitgewerkt voorstel. Dat zal nu eindelijk geschieden. Laat ons er echter bijvoegen, dat »de perken der Grondwet" wel eenige hinderpalen in den weg zullen leggen, maar tevens dat de rechterzijde het zich zelf heeft te wijten dat die perken nog bestaan. In 1886 heeft zij ruimschoots de gelegenheid gehad ze te doen verdwijnen, althans veel te vermin deren maar toen heeft zij niet gewild. Eenigszins zonderling klinkt ook bij deze aankon diging»'sKonings regeering, het openbaar onderwijs als een voorwerp harer aanhoudende zorg beschouwende." Art. 192 der nieuwe Grondwet verklaart immers, evenals het oude art. 194, dat het openbaar onderwijs zulk een voorwerp van aanhoudende zorg voor de regeering is! Vermoedelijk is de bedoeling, dat deze regeering bij hare voorstellen dat grondwettig voor schrift niet zal voorbijzien. Maar behoefde dat wel gezegd te worden! Laat ons hopen, dat de zorg voor het openbaar onderwijs niet zal lijden onder de maat regelen, die zij omtrent het »vrije" onderwijs in den zin heeft. De voornemens der regeering getuigen van een moedige opvatting harer taak, aldus besluit het Hbl., na de overige paragrafen te hebben nagegaan, en ademen geen reactionairen of uiterst behoudenden geest behalve wellicht op het gebied der belastingen. Met belangstelling en welwillendheid kunnen de liberalen de voorstellen afwachtende openingsrede bevat geen oorlogsverklaring, dreigt niet met omverwerping van de tot dusver verkregen verbeteringen. Zij is een kalm staatsstuk met een flink werkprogram. Men late de regeering nu aan het werk tijgen en steune haar in al wat zij in het belang des lands wil tot stand brengen. Op uitnoodiging van den Spaanschen zaakgelastigde bij ons Hof, markies de Guiroir, heeft zich eene commissie gevormd ter behartiging der belangen van Nederlandsche inzenders voor de tentoonstelling te Barcelona, welke commissie door het comité aldaar erkend is als de eenige commissie voor Nederland. Ter verkrijging van geheel kostelooze tentoonstelling der in te zenden voorwerpen hebben talrijke bemoei ingen plaats gehad, die groote oponthoud van de zijde van het uitvoerend comité te Barcelona hebben ver oorzaakt. Het is thans evenwel aan de Nederlandsche commissie gelukt, van het comité van Barcelona te verkrijgen de beschikking over honderd vierkante meters in het tentoonstellingsgebouw, welke oppervlakte geheel kosteloos wordt afgestaan, met inbegrip van al de kosten van installatie, bewaking enz. Van deze geheel buitengewone gelegenheid kan gebruik gemaakt worden door hen, die bereid zijn hunne in te zenden voorwerpen gratis aan het tentoonstellings-comité te Barcelona af te staan. Verschillende inzendingen zijn op die voet reeds toegezegd. Binnen enkele dagen zullen nadere bijzonderheden worden bekend gemaakt door de Nederlandsche com missie, die samengesteld is uit de heeren dr. L. Mulder, A. Stortenbeker en B. de Vries, allen te 's Hage, respectievelijk als voorzitter, ondervoorzitter, tevens pennigmeester, en secretaris, en de heeren dr. A. F. van Aken, L. André, C. A. Eckstein, allen te 'sHage; J. van der Keilen, te Rotterdam; G. Visser Bzn., te Schiedam, en P. F. L. Waldeck te Loosduinen. Het gouden jubilé van Artis is met groote opge wektheid gevierd. Om li uur werden de genoodigden

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1888 | | pagina 1