ZIERIKZEESCHE COURANT.
voor het arrondis- sement Zierikzee.
1888. No. 31.
Zaterdag 21 April.
91ste jaargang.
NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD
Binnenland.
Deze Courant verschijnt DINSDAG- en VRIJ DAG-AVOND
uitgezonderd op FEESTDAGEN.
Prijs per drie maanden f 4,-. Franco per post f 1,-.
Afzonderlijke nommers 5 Cent, met Bijblad 10 Cent.
PRIJS DER ADVERTENTIE N:
Per gewone regel 10 Cent. H u w e I ij k s -Geboorte-
en Doodberichten van 16 regels 60 Cent.
Dienstaanbiedingen van 1-5 regels, mits contant betaald, 25 Ct
Alle stukken, de redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een dag voor de uitgave in te zenden aan den uitgever II. I,AKE.\1IA\'.
ZIERIKZEE, 20 April 1 8 8 8.
Bij de op 19 April 1888 door het Dagelijksch
Bestuur van 't Waterschap Schouwen gehoudene aan
besteding van het herstellen en onderhouden der
heulen, bruggen, duikers enz. van het Waterschap,
gedurende de jaren 1888, 1889 en 1890, in drie
perceelen, bij enkele inschrijving volgens bestek No. 126,
zijn ais minste inschrijvers aannemers geworden van
perceel 1, districten Zuidhoek, Borrendamme en Flaau-
wers, L. J. Kappers te Renesse, voor f 1275
per jaar;
2, district Koudekerke, W. H. de Rijke Jz. te
Noordwelle, voor f 570 per jaar;
3, districten Scharendijke, Langendijk en Brou
wershaven, C. Kappers te Brouwershaven,
voor f 1224 per jaar.
Door het bestuur der Liberale Unie is tot voorzitter
gekozen de heer Mr. E. Fokker te Middelburg, ter
vervanging van den heer Mr. E. H. Karsten, die door
gezondheidsredenen genoodzaakt was het voorzitterschap
neder te leggen, doch deel blijft uitmaken van het
bestuur.
Uit Almeloo schrijft men aan de Zw. Ct. van 17
April: Omtrentx de aanleiding tot de nieuwe werk
staking in de fabriek der firma H. B, Scholten
verneemt men het volgende. Een der jeugdige werk
lieden, die niet tot de werkstakers heeft behoord, was
wegens ziekte eenige dagen afwezig geweest. De aan
wijzing aan haar van een paar touwen wekte bij
enkelen ontevredenheid. Zij zetten hunne touwen stil.
De overigen volgden, daartoe door eenige heethoofden
gedwongen. Op nieuw aan het werk getogen, werd
andermaal het werk gestaakt. Velen liepen zingende
door de fabriek. Dus eindigde de voormiddag. De
patroons hadden inmiddels doen aanplakken, dat zij
alleen de werkzaamheden in de fabriek wilden regelen,
en wie dat recht niet erkende, van het werken kon
afzien, 's Namiddags hervatten slechts een dertigtal
den arbeid.
Heden ochtend waren bijna allen weder bij de
fabriek, doch van de werkstakers van gister werd
niemand toegelaten, ook al verklaarden sommigen,
dat zij inzagen verkeerd gehandeld te hebben. De
patroons gaven te kennen, dat men heden namiddag
kon terugkomen om werk te vragen; zij zouden dan
verklaren wie op nieuw aangenomen kon worden."
De Fabrieksbode bevat de volgende advertentie:
»De gezamenlijke wevers van de firma's Gebr.
Scholten en H. B. Scholten betuigen hierbij hun
hartelijken en welgemeenden dank aan de milde gevers,
die ons hebben gesteund in onzen moeilijken strijd.
Maar bovenal aan den Weledelen heer J. C. van Marken
te Delft, voor zijne vele opofferingen in ons belang,
al kunnen wij niet anders dan langs dezen weg onzen
innigen hartelijken dank uiten. De tijden komen en
verdwijnen, maar niets zal in staat zijn, de dankbare
berinnering te doen verdwijnen, die wij schuldig zijn
aan genoemden heer.
»De gezamenlijke arbeiders
der H.H. Scholten.
De Midd. Ct. spreekt de hoop uit, dat het tot nu
toe eenige feit in ons landde werkstaking te Almeloo,
de oogen moge geopend hebben voor de dringende
noodzakelijkheid van eene wettelijke regeling der
verhouding tusschen werkgever en arbeider. De stroom
der beweging op dit punt mogen wij niet tegenhouden.
Waar humane beginselen bij de patroons ontbreken,
evenals bij de werklieden gezonde begrippen omtrent
hunne verplichtingen, is het dringend noodig, dat
beider rechten en plichten op tal van punten worden
geregeld.
Zoolang onze wetgeving niet gewijzigd is, heeft
een scheidsgerecht in gevallen als te Almeloo zich
voordeed zijne bezwaren. Ja is een eigenlijk scheids
gerecht bijna onmogelijk, omdat het wetboek van
burgelijke rechtsvordering ieder oogenblik verwijst
naar den rechter, »die bevoegd zou zijn geweest om
kennis te nemen van het geschil." Zulk een rechter
bestaat in casu niet, en dus zou men allicht telkens
stuiten op dit bezwaar. Wanneer toch een der partijen
zich niet aan de uitspraak der arbiters hield, is er
nl. geen wettelijk middel om aan die uitspraak rechts
kracht bij te zetten. Er blijft dan alleen een moreele
verplichting op beide partijen rusten; en al gelooven
wij wel, dat die ook een machtigen invloed zal uit
oefenen, wenscheüjker ware liet toch, dat onze wetgever
voorzie in de rechtsgeldigheid van de uitspraken van
dergelijke arbeidsgerechten, gelijk dat in Duitschland
het geval is.
Uit Kerkrade meldt men aan de N. R. Ct.
Woensdag jl. waagde zekere vrouw N. uit het
gehucht Bleierheide het, met twee brooden en eenige
winkelwaar de Pruisische grenzen te overschrijden
zij keerde echter onmiddellijk terug, toen zij een
Duitschen tol-beambte op haar zag afkomen. Zij
maakte dat zij wegkwam en ijlde hare woning binnen,
waarmede zij de zaak als afgedaan beschouwde
maar de beambte had de driestheid haar tot in
hare woning te achtervolgen. Op ruwe wijze dwong
hij haar, hem naar het naastbijgelegen Duitsche
grenskantoor te volgen, alwaar zij 4 mark boete
betalen moest. De Nederlandsche politie heeft zich de
zaak aangetrokken en tegen den indringer proces
verbaal opgemaakt.
Als merkwaardige nieuwigheid op het gebied van
het bedelen wordt melding gemaakt van een bedelaar
in Noord-Brabant, die een abonnement 3e klasse op
den staatsspoorweg bezat en daarmede geregeld de
provincie bereisde
Om paraplu's, die doorregenen, van deze kwaal te
genezen, lost men in een glas één deel paraffine in
tien deelen vlekkenwater op en begiet de uitgespannen
paraplu hiermede. Het middel schaadt in het minst
niet aan het overtrek van de paraplu, doch men zij
voorzichtig met het vlekkenwater, daar dit zeer brand
baar is.
De langdurige winter heeft den groei der groenten
zoo tegengehouden, dat de door de afdeeling Amster
dam der Nederlandsche Maatschappij van tuinbouw
en plantkunde voorgenomen tentoonstelling van versche
groenten en vruchten niet kan doorgaan.
Als een bewijs hoe langzaam de vorst uit lagen
veengrond wegdooit, wordt uit Steenwijkerwold ge
meld, dat in vele veenderijen onder die gemeente alle
arbeid onmogelijk is, door de vele centimeters dikke
ijskorst, die zich in dien grond, zelfs onder water,
thans nog bevindt.
Het Sociaal Weekblad gaat na, hoe het met den
Zondagsarbeid der postambtenaren gesteld is en geeft
als voorbeeld 's Gravenhage. De dienst is daar zoodanig
geregeld, dat:
1. op Zondag het getal diensturen voor de be
stellers. met het lichten der bussen belast, 8 bedraagt
en van de andere 10; dat het overigens afwisselt
voor de kantoorknechts tusschen 8% en 11, voor de
adsistenten tusschen 9 en 10%, voor de commiezen
tusschen 5 en 8%;
2. dat de commiezen, de adsistenten en de kantoor
knechts om den anderen Zondag vrij hebben, en dat
de bestellers slechts eiken derden Zondag in dit voorrecht
deelen.
Er zijn echter bezwarende uitzonderingen, hetzij
door buitengewone drukte, door ziekte of door maand
werk bij de commiezen. Voorts moet opgemerkt worden,
dat het kantoor 's Gravenhage in gunstiger omstandig
heden verkeert dan de meeste kantoren van ons land,
en dat op het platteland door beperkter personeel de
dienst ook over 't geheel bezwarender is.
Toegevende, dat schreden in de goede richting zijn
gedaan, meent het Sociaal Weekblad dat meer kon
worden gedaan. Het zou bijv. niet schaden als pakketten
in plaats van Zondagochtend Maandagochtend bezorgd
werden, en als de dienst voor 't koopen van postzegels
en het afhalen of verzenden van aangeteekende brieven
's Zondags rustte of althans tot korter tijd beperkt
werd. Ook zou het waarschijnlijk voldoende zijn, als
er één buslichting, één verzending en één bestelling
geschiedde, daar voor spoedeischende gevallen toch
steeds de telegraaf kan dienen.
Het blad meent, verbetering bepleitende, een stem
te doen hooren, die der postadministratie zelf niet
ongevallig is en die licht gevolg zal hebben, als zij
gesteund en zelfs gedrongen wordt door een goed
deel der openbare meening. Vóór eenige maanden
verluidde het bericht, dat een doortastende maatregel,
met name betreffende de invoering van slechts één
Zondagsbestelling, bij het bestuur der posterijen in
overweging was, doch sedert hoorde men er niet
meer van. Op dat stilzwijgen zou allicht volgen de
verblijdende daad, zoo zij door invloedrijke organen
bij voorbaat met beslistheid werd goedgekeurd en met
warmte toegejuicht.
Naar het Vaderland verneemt, ligt het in het
voornemen van den heer Mackay, aan den Koning
voor te stellen, de afdeeling Handel en Nijverheid van
het Departement van Waterstaat af te nemen en bij
dat van Buitenlandsche Zaken te voegen.
De groote volksvriend
Men leest in het Huisgezin
De heer Gelderman, dezer dagen te Oldenzaal over
leden, heeft 30,000 nagelaten aan het Pensioenfonds
zijner werklieden. Dat was stellig een edele daad,
waarin allen, die het wel meenen met den werkman,
zich zullen verheugen.
Niet zoo echter de man, die zich altijd voor den
warmsten vriend des volks uitgeeft, die edele Domela
Nieuwenhuis.
Ziehier hoe dat heerschap, dat van nijd en afgunst
wordt opgegeten, in zijn blad de schenking van den
heer Gelderraan meedeelt:
»Uit het gezegend Twente komt weer bericht, dat
bij zal dragen om den lof te verkondigen van een
onzer nooit volprezen fabrikanten. Te Oldenzaal staat
de fabriek van de heeren Gelderman en Zonen. Een
der vennooten onlangs overleden, gaf f 30,000 aan
het reeds bestaande Pensioen- en Ondersteuningsfonds,
dat op 't oogenblik meer dan f 80,000 bedraagt. De
pers, het Sociaal Weekblad vooraan, zal den lof
daarover steken. Reeds lazen wij: het geheele fonds
is verkregen uit middelen der fabrikanten. Men vergeet
er bij te voegen, dat fabrikanten hun middelen krijgen
door het uitzuigen der arbeiders. Bij slot van rekening
moet men den man nog prijzen, die eerst u f 100
ontsteelt en dan u f 5 geeft uit zijn middelen, want
ook dat behoefde hij niet te doen, dus hij is edel
moedig."
Kan het onbeschaamder?
Een fabrikant schenkt, bij zijn overlijden, 30,000
gulden aan zijn werkvolk, opdat zijn naam onder hen
in gezegend aandenken blijve en ten einde na zijn