BMVOEfiSEL van Woensdag 6 Maart 1889. iiappij. land". Ito, BIJ DE VERGADERING VAN DEN GEMEENTERAAD ;n. en. terdani: 10,45 u. 1,80 .10,45 10.45 '10,45 1,80 i) 10,45 '10,45 '10,45 10,45 '10,45 10.45 1.30 10,45 '10,45 1.30 Voorkajuit f 0,75 0,75 a 0,50 nveeren, maand. >EN Co. IEB. AM Ct. 763/., 91»/» l°13/i; 106'/, 88i/t 71i/t 49 653, 10HW 891/, 101',, 98'/it 893, J 163 68'/, 69', 09s/,, 693/,, 92s,g 149% 91', 83 1021/, 39'/, 121% 633/,, 98 100'/,, 1011/,, 695/» 112=/, 1,261/, - 2,451/, 4,80 70 ZIERIKZEE8CHE COURANT ZIERIKZEE, gehouden den 20 Februarij 1889. Voorzitter Mr. J. P. N. Ermerins, Burgemeester. Afwezig is de lieer Six, volgens mededeeling van den Voorzitter door ambtsbezigheden verhinderd. De notulen van het verhandelde in de vorige vergadering worden voorgelezen en goedgekeurd. De Voorzitter deelt mededat zijn ingekomen 1°. een aan den Raad gerigte circulaire van het Hoofd bestuur der Nederlandsche Vereeniging tegen de Prostitutie, houdende uitnoodiging tot bijwoning van het Nationaal Congres tegen de Prostitutie, van 30 April tot 3 Mei 1889 te Amsterdam te houden. De Voorzitter zegt daarbij, dat ook de Commissaris des Konings de aandacht van liet Gemeentebestuur op deze zaak heeft gevestigd en stelt voor, de circulaire ter inzage van de leden te leggen. Aldus besloten 2°. een brief van de Gedep. Staten, houdende terug zending der door hen vastgestelde begrooting van de dienstdoende Schutterij voor 1889; 3°. drie brieven van hetzelfde College, houdende goed keuring der raadsbesluiten: a. van 24 December 1.1. tot regeling der jaarwedden voor twee aan de school B te benoemen onderwijzers en b. van 7 Januari] U. tot uitgifte van gemeentegrond in erfpacht en tot af- en overschrijving van - en op een post der gemeentebegrooting voor 1888; 4°. een brief van de Plaatselijke Schoolcommissie houdende kennisgeving, dat in plaats van den heer Dr. H. M. de Bruyn de Neve Moll tot Voorzitter dier Commissie is gekozen, de heer J. H. C. Hejse; 5°. een brief van den heer P. J. van de Ven, berigtende de aanneming zijner herbenoeming tot Regent van het Burger-Weeshuis. Deze brieven worden voor kennisgeving aangenomen. 6°. een verzoekschrift van P. Adriaanse, om eene opper vlakte gemeentegrond achter de Engelsche kade, toegang' gevende tot een hem toebehoorend perceeltje moesland, in huur te verkrijgen. Gesteld in handen van Burgem. en Weth. om den Raad daaromtrent voor te lichten; 7°. een brief van de Plaatsel. Schoolcommissie, houdende aanbeveling van een dubbeltal ter benoeming van een lid in die Commissie in de plaats van den heer Dr. Moll, op verzoek eervol ontslagen. Aanbevolen worden de heeren 1°. Mr. J. Leckner en 2°. Mr. J. P. Cau. Bij stemming wordt de heer Cau benoemd met 8 stemmen. De heer Lechner verkreeg 4 stemmen; 8°. een verzoekschrift van Mevrouw J. C. Moll geb. Boeje, om ontslag te bekomen uit hare betrekking van Regentes van het Burger-Weeshuis. Op voorstel van den Voorzitter, namens Burgem. en Weth. gedaan, wordt het gevraagd ontslag eervol verleend, met dankbetuiging voor de ia die betrekking aan de ge meente bewezen diensten 9°. een brief van de Regenten van het Burger-Weeshuis, houdende aanbeveling van een dubbeltal ter voorziening in de betrekking van Regentes, open te vallen door het ontslag van Mevrouw Moll geb. Boeije. Daarop zijn ge plaatst: 1°. Mejufvrouw J. G. F. de Crane; 2°. Mevrouw Cau geb. de Vulder van Noorden. Bij stemming wordt Mejufvrouw de Crane benoemd met 8 stemmen. Mevrouw Cau verkreeg 4 stemmen. Met algemeene stemmen wordt herbenoemd tot Ambtenaar van den Burgerlijken Stand de heer Mr. J. P. N. Ermerins, die door zijne aftreding als Burgemeester ook als Ambte naar van den Burgerlijken Stand was afgetreden. De Voorzitter deelt mede, dat verder zijn ingekomen: a. de rekening van bet pensioen- en weduwenfouds der gemeente-ambtenaren en bedienden over 1888. Gesteld in handen van de heeren W. A. Ochtman Goemans en Houwer, tot onderzoek en verslag; b. een brief van het bestuur der Onderlinge Waarborg- vereeniging voor arbeiders en werklieden, houdende verslag van don toestand der Vereeniging over 1888/9 en verzoek om eene toelage uit de Gemeentekas van f 100. Namens Burgera. en Weth. stelt de Voorzitter voor, op dit verzoek gunstig te beschikken en de betaling' der toe lage te doen uit den post voor Ouv. Uitg. der begrooting voor 1889. Dienovereenkomstig wordt besloten; e. een adres van den heer Mr. J. F. van der Lek de Clercq, te kennen gevende, dat hij als eigenaar van eenige door hem nader aangewezen perceelen schorren, water eu laag weiland in het gewezen kanaal van het Sas aan den Saspolder, den polder Bettewaarde en Krabbenhoeke, gemeente Nieuwerkerk, waarin de gemeente Zierikzee voor 50 Ares komt, de aandacht van den Raad wenscht te vestigen op den toestand, welke ten aanzien van den eigendom en het gebruik dier gronden bestaat, die niet anders dan onregelmatig kan worden genoemd; waarom het hem dan ook, zoowel in het belang der gemeente Zierikzee als van hem zelf, wenscheljk voorkomt daaraan een einde te maken. Op die gronden toch, worden door de gemeente daden verrigt, die zijn eigendomsregt verkorten en die naar zijne meening een gevolg zijn van het feit, dat het bestuur, mede op den eigendom dier gronden, althans van een gedeeite, voor de gemeente aanspraak maakt. Zonder omtrent den omvang of de wettigheid van dat regt thans eenig oordeel te wiilen uitspreken, deelt de adressant enkele feiten mede betreffende zijn regt van eigendom, die door hem voldoende worden geacht, omdat het den Raad bekend is, dat de Ambachtsheerlijkheid »de Yier Bannen van Duiveland" met ai de daaraan behoorende regten en praerogatieven in -1725 door de gemeente is verkocht. Ten aanzien van het gebruik dat in de laatste jaren door de gemeente van die gronden is gemaakt, door het doen beweiden der schorrenhet rooven van schorgrond en het steken van leem, zonder dat van een van den eigenaar verkregen vergunning blijkt, merkt hij op, dat, welke daden door het Gemeentebestuur in dat opzigt ook mogen zijn verrigt, die in geenen deele als bewijs kunnen strekkendat de eigenaar zijn eigendomsregt op die gronden heeft laten varen en de gemeente geacht moet worden die gronden gedurende dien tijd te hebben bezeten, De vorige eigenaar (Mr. C. van der Lek de Clercq) moge dit gebruik door de gemeente hebben toegelaten, doch dat hij zieli steeds als eigenaar heeft willen gedragen en zich ook inderdaad gedragen iieeft, bewijst het feit, dat hij in -1873 een gedeelte dier gronden heeft verkocht en steeds voor de op die gronden drukkende iasten, met name de grondbelasting, is aangeslagen geworden en die heeft betaald. Adressant vertrouwt den Raad te hebben overtuigd, dat van een eigendomsregt der gemeente Zierikzee op die gronden geen sprake zijn kan en dat zijn regt onbetwist baar is, en noodigt den Raad uit, hem te willen inede- deelen of de gemeente bereid is voortaan elke handeling op de schorren van het Djkwater, voor zoover die aan hem toebehooren en waardoor zijn eigendomsregt wordt verkort, na te laten, behoudens verkregen vergunning van den eigenaar, of wel met hem in onderhandeling te wiilen treden over de wijze en de voorwaarden, waarop met erkenning van zijn eigendomsregt, liet gebruik der schorren door de gemeente kan worden bestendigd. De Voorzitter geeft te kennendat het geldt de schorren van het Dijkwater aan de zijde van Duivelandvan het begin van den Sluiskil van den Zeikepolder af tot aan het Verste Sas, en dat de gemeente Zierikzee op die schorren thans alle regten van eigendom uitoefent en zulks onge stoord heeft gedaan reeds sedert meer dan dertig jaren zoodat zj op grond daarvan, volgens de bepaling' der wet, door verjaring den eigendom dier schorren heeft verkregen. Bij onderzoek is aan Burgem. en Weth. gebleken, dat die staat van zaken een gevolg is van het beding door de Regering van Zierikzee bij den verkoop van de Heerlijkheid »de Vier Bannen van Duiveland" in 1725 gemaakt, dat de dijk van den Saspolder aan Zierikzee werd gehoudenmet bevoegdheid om daarop een jaagpad te maken; terwijl nog in liet oog moet worden gehouden, dat het djkwater als spuiboezem voor de harenzeer zeker moet gerekend worden eigendom te zijn van de gemeente Zierikzee. Hij deelt verder mede, dat in 1854 een onderzoek naar den eigendom der schorren van het Djkwater is ingesteld door eene Commissie uit den Raad, die ten aanzien van de schorren die nu in het adres worden bedoeld, als baai- eenstemmig gevoelen heeft te kennen gegevendat zij eigendom zjn van de gemeente Zierikzee. Ofschoon aan Burgem. en Weth. nu reeds voldoende is gebleken, dat het regt van de gemeente Zierikzee op die schorren vaststaat, zjn zj met hun advies omtrent deze zaak nog niet geheel gereedwaarom zij voorstellen liet adres nog in hunne handen te stellen, ten einde den Raad daaromtrent voor te lichten. Aldus besloten d. een verslag van de Ambachts- en Industrieschool van den heer E. W. Mus. Ter inzage voor de leden gelegd. Ter behandeling van het tweede suppletoir kohier van den hoofdehjken omslag voor 1888 gaat de openbare ver gadering in eene beslotene over. De openbare vergadering heropend zijnde, wordt dat kohier met algemeene stemmen vastgesteld op f 59,56r'.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1888 | | pagina 5