ZII BIkXKISCIli: COURANT.
1889. No. 18. Woensdag 6 Maart.
92ste jaargang.
NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD
voor het arrondis-
sement Zierikzee.
Binnenland.
Deze Courant verschijnt DINSDAG- en VRIJDAG-AVOND,
uitgezonderd op FEESTDAGEN.
Prijs per drie maanden f 1,-. Franco per post f 1,-
Afzonderlijke nommers 5 Cent, met Bijblad 10 Cent.
PRIJS DER ADVERTENTIE N:
Per gewone regel 10 Cent. Huwelijks-, Geboorte-
en Doodberichten van 16 regels 60 Cent.
Dienstaanbiedingen van 1-5 regelsmitscontant betaald, 25 Ct.
Alle stukken, de redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een dag voor de uitgave in te zenden aan den uitgever H. LAKENMAN
Bij deze Courant behoort een Bijvoegsel.
ZIERIKZEE, 5 Maart 1 8 8 9.
De gemeenteraad van Middelburg heeft besloten
tot verkoop van het geheele bandelsterrein langs het
kanaal van Walcheren aan de firma Kakebeeke te
Goes voor f 5000, tot stichting een er stoommeel-
fabriek.
De Arnh. Ct. schrijft? Al is men het niet met
dr. Kuyper eens, dit belet niet dat men sorns hartelijk
lachen kan over zijne grappige beelden en zinwendingen.
In het nommer der Standaard van 28 Febr. overtreft
hij echter zich zelf.
In een artikel over de aan de Provinciale Staten
toegezonden kiestabel zegt hij met het onnoozelste
gezicht ter wereld
»De liberalisten maken er eene zuivere partij
zaak van."
Als aardigheid is die opmerking onbetaalbaar.
Er is misschien nooit eene wet bij ons Parlement
ingediend, die zoo zuiver en uitsluitend eene partij wet
was, wat dan ook openhartig door den heer Haffmans,
le Vieillard terriblegelijk het H bl. hem noemde,
erkend werd. En neemt dr. Kuyper den schijn aan,
alsof de vrijzinnigen haar tot eene partijzaak maakten.
Als het niet zoo aardig was. zou men het onbe
schaamd kunnen noemen.
De verkiezing van een lid der Tweede Kamer in
het hoofdkiesdistrict Dordrecht, noodig geworden door
het overlijden van mr. J. B. van Osenbruggen, is
door den minister van binnenlandsche zaken bepaald
op Dinsdag 26 Maart e. k. en de herstemming, zoo
noodig, op Dinsdag 9 April d. a. v.
Een voor den Nederl. landbouw verblijdend bericht deelt
het D. v. Z.-H. mede: Te rekenen van 1 Juni e. k.
zal het NederJandsch hoorn- en wol vee, hetwelk
bij aankomst in Engeland onderworpen was aan dadelijke
slachting op de plaats van aankomst, weder geheel
vrij op de Engelsche markt worden toegelaten.
Aan wijlen ds. J. II. Gunning, die de vorige week
op 87-jarigen leeftijd te Amsterdam overleed, wijdt
het 11 bl. een kort herinneringswoord. Het schrijft van
den overledene
»Met hem gaat een beminnelijk, kundig man van
ons weg; een man van de oude school uit die pre
dikantenwereld van weleer, waaraan ons volk zoo
groote verplichtingen heeft.
Hij was predikant te Olst, Vlaardingen, Hoorn en
Leeuwarden. Leerling van Van der Palm, onderscheidde
deze hem wegens zijn ervarenheid, zijne degelijke
kennis in het Hebreeuwsch.
Wij hebben vaak van hem en van zijn invloed ten
goede hooien spreken. Die invloed was te danken aan
de hoofdtrekken van zijn karakterinnige liefde en
nederigheid. Hij heeft zich zeiven altijd achtergesteld.
Zijn kinderen ging hij met woord en daad voor, en
drie zijner zonen, allen hoogleeraren, allen mannen
waarop wij terecht fier zijn, mochten hem hier in
Amsterdam zijn laatste levensdagen zacht en goed
maken."
Nog iets over de Provinciale Kiestabel
De Eerste 'Kamer moet »om", dat is naar het
Venloosch Weekblad (orgaan van den heer Haffmans)
volmondig erkent, het doel van de voorgestelde her
ziening der provinciale kiestabel.
En dit kan niet anders dan met eerst de Provinciale
Staten der verschillende provinciën »om" te zetten.
Dit nu willen wij, zegt liét blad, met éénen slag
doen in plaats van er jaren mee te tobben.
Begrepen?
Korte metten willen wij er tv.ee maken, want er
is haast bij.
Na de nieuwe indeeling der districten komt na
tuurlijk terstond de ontbinding der Provinciale Staten
en dan heet het in alle provinciën tegen Mei:
»Van dik hout zaagt men planken. Er uit met de
leden der Staten, die op liberale leden der Eerste
Kamer stemmen. Deze heeren zijn niet meer te ge
bruiken. Wij moeten lui hebben, die anti-liberale
leden naar de Eerste Kamer zenden".
»Zijn die gekozen, dan volgt de ontbinding der
Eerste Kamer, om de gezuiverde Provinciale Staten
aller provinciën in de gelegenheid te stellen bet werk
der zuivering der Eerste Kamer in eens te voltooien."
Die zuivering is, naar het blad verder betoogt,
noodzakelijk ter wille van een goeden gang van zaken.
Als de regeering en de Tweede Kamer de anti-liberale
richting uit willen, dan gaat liet niet aan dat de
Eerste Kamer als remmer dienst zou doen.
Met dat al is het een mooie slageen slag, die
den redacteur doet juichen er bij te zijn.
uToen wij, zegt hij, bij de laatste verkiezingen met
het oog op de waarschijnlijke verplaatsing der meer
derheid, tot onze kiezers zeiden
Ik zou er almachtig graag bij wezen", koesterden
wij groote verwachtingen van de nieuwe aera, maar
het dient gezegd zoo hadden wij het ons niet
voorgesteld." R. N bl..
Wegens de hooge invoerrechten op granen en brood,
schrijft men uit Varsseveld, wordt er tegenwoordig
ontzaglijk veel van deze artikelen Pruisen binnen
gesmokkeld.
Het moet zóó erg zijn, dat de winkeliers en han
delaren aan de andere zijde der grens een adres aan
de hooge Regeering te Berlijn gericht hebben, waarin
zij er op wijzen, dat hun toestand op deze wijze
j onhoudbaar gaat worden en zij hunne zaken zullen
moeten opgeven.
Aan een der postkantoren in het Noorden kwam
eenige dagen geleden een man acht spaarbankboekjes
voor de rijkspostspaarbank vragen, ieder a f 300,
bestemd voor ieder van zijne acht kinderen. Er moest
daarna nog één boekje voor hetzelfde bedrag bij
voor het verwacht wordende negende kind.
Als bewijs dat ook onze Nederlandsche ondernemingen
voor het buitenland geenszins behoeven onder te doen,
dient, dat bet s.s. Veendam", der Ned.-Ainer. Stoom
vaart-Maatschappij te Rotterdam, nu aldaar binnen,
zijne reis maakte van New-York naar Rotterdam in
tien dagen en dertien uren.
De heer Willink Ketjen beklaagt zich in een adres
aan den gemeenteraad van Amsterdam, »dat hij aan
houdend bespied en achtervolgd werd door rechercheurs
der politie. Hij verzoekt den raad te mogen vernemen,
waarom en op wiens last hij door de politie gevolgd
wordt, waarbij de wet geschonden en zijn naam
in opspraak gebracht wordt.
De Arnh. Ct. bevat den volgenden brief, dien een
harer stadgenooten uit Argentinië ontving:
Rosario, den 30 Jan. 1889.
Waarde Zuster!
Het wordt boog tijd, dat ik U eens het een en
ander van onze lotgevallen mededeel, en toch moet
ik nog aarzelen er aan te beginnen.
Met korte woorden moet ik U melden, dat wij
diep ongelukkig en laaghartig bedrogen zijn. Op de
reis hebben wij goed weer, maar slecht voedsel en
slechte behandeling gehad, tengevolge waarvan onze
drie jongste kinderen ziek zijn geworden, waarvan de
twee jongste reeds zijn overleden en ik zelf lijd aan
een soort van cholerine, waardoor bet mij onmogelijk
is te werken.
In Buenos-Ayres was het onmogelijk werk te krijgen,
omdat men de taal niet verstaat en nl had ik ook
werk gekregen, had ik er tocli geen woning kunnen
krijgen, want daar moet men meer verwonen dan
men verdient. Toen zijn wij naar hier vertrokken en
ik heb hier werk gekregen bij een Duitschen patroon
voor 2 dollar 60 centables per dag, maar wij zitten
in een hok zonder kast, zonder haard, zonder stoel
of tafel, zonder iets, 't is een waar varkenshok en
dat kost 9 dollar per maand; alles is even duur,
behalve vleesch boter is haast niet te krijgen, melk
is peperduur, brood is duur, eieren zijn duur, aard
appelen oneetbaar, men weet niet wat te eten behalve
rijst en soep. De rijst is goed, maai' duurkoffie is
duur, thee haast niet te betalen en zoo gaat het een
na het onder. Kon ik nu maar werken, maar ik ben
ziek. Daarbij moet ik tot de knieën door het water
als het regent en doet het bijna eiken dag, en als
het dan weer iets droger is, blijft men in de klei
steken. Wat er nog van ons groeien moet mag de
lieve God weten, maar zóó beroerd als nu heb ik er
nooit ingezeten. Vele van onze reisgenooten zijn naar
BeJlafesta gegaan om landbouwer te worden, maar
daar is het zoo heet en daar heerschen kwade koortsen,
zoodat het te bezien staat of een van hen er het
leven af zal brengen. Anderen zijn naar Rojo gegaan
om maïs te plukken, maar wat zal dat geven voor
een timmerman of draaier of schoenmaker? Ik ben
op een meubelfabriek aangeland, die pas begint; als
ik nu maar werken kan, dan is daar werk genoeg
en al zijn dan de verdiensten niet dadelijk zoo boog,
ik sta dan toch altijd op het droge en behoef om den
regen niet te verzuimen. Moge er na dezen tijd van
beproeving een betere voor ons opdagen, want zooals
wij thans hier zitten is het bedroevend om te zien.
Ieder Nederlander zij intusscben gewaarschuwd, niet
naar hier te komen, want 't is een bedriegerij op
groote schaal en rooven en stelen, zelfs moorden is
hier aan de orde van den dag.
De redactie van de Arnh. Court, voegt hier het
volgende bij
Wij willen volstrekt de partij niet opvatten van
hen, die zoo slecht zorgen voor de landverhuizers,
zoowel bij hun overtocht als na hunne aankomst.
Wij hebben oprecht medelijden metg de slachtoffers.
Eene zaak echter moeten wij opmerken, dat zij die
bun land verlaten orn in andere deelen der wereld
eene betere toekomst te zoeken, zich niet moeten
voorstellen, dat zij in een luilekkerland worden ver
plaatst. Voor alle landverhuizers is de eerste tijd van
hun verblijf in den vreemde een tijd van beproeving
en tegenspoed, maar talloos zijn de voorbeelden, dat
zij, volhoudende en hun best doende, hun doel bereiken.
Misschien en wij hopen het van harte zullen
er later brieven volgen, die geheel anders luiden.
Ongel ukken, Kampen, Misdaden, enz.
Een Amsterdammertje van nauwelijks 13 jaar, die
gedagvaard is om zich voor den rechter wegens diefstal
van een flesch cognac te verantwoorden, is,
naar men vermoed, naar Parijs vertrokken. Een jaar
geleden, dus op 12-jarigen leeftijd, had het veelbelovend
kereltje de wijk naar Londen genomen.
Zes vrouwen zijn in een fabriek in Italië door
onvoorzichtigheid vergiftigd. Te Turijn was in den
nacht van 21 op 22 Febr. een groote fabriek van
wollen goederen afgebrand, bij welke gelegenheid een
aantal flesschen en kannen met scheikundige stoffen in
een onaangetast bijgebouw werden geborgen. Den vol-