sche reizen. Hij gaf een belangwekkende en onder-
houdende schets van zijn reizen langs de Westkust
en door Zuid-Afrika, welke hij in een levendige causerie
voordroeg. Een deel zijner rijke ethnologische verzame
ling en zijner photografieën luisterde zijn verhaal op.
Domela Nieuwenhuis heeft voor de candidatuur van
het lidmaatschap der Tweede Kamer, hem aangeboden
door de afdeeling Algemeen Kies- en Stemrecht te
Noordwolde, bedankt.
Het Vad. dringt aan op het aanbrengen van een
spoedige en afdoende hulp in 't verleenen van hulp
aan gekwetsten bij spoorwegongelukken. In het voor-
loopig verslag over hoofdstuk IX der Staatsbegrooting
is, volgens het Vad. het antwoord gegeven, welke
weg daarbij moet worden ingeslagen. De regeering
heeft hier een plicht te vervullen, die geen uitstel
lijden kan. «Niet de maatschappijen toch zijn de
schuldigen. Zij gehoorzamen aan de eischen in art. 82
van het algemeen reglement op den dienst der spoor
wegen gesteld, en dat zij niet uit eigen beweging
meerdere kosten maken, is te vergeven. Maar de Staat
kan en moet meer doen. Art. 82 kan desnoods geheel
opgeofferd wordenhet aanwezig zijn van middelen
om de eerste hulp aan de gekwetsten te verleenen
op de treinen zelve, is van geen nut. Daarentegen
zullen op alle hoofdpunten steeds wagens gereed moeten
staan, met de noodige middelen om hulp te verleenen,
zal op de stations zelve het een en ander voorhanden
moeten wezen, en zal een geoefend en georganiseerd
personeel steeds beschikbaar moeten zijn.
Te Zuidland werd Vrijdag een belangrijke vondst
gedaan. Bij het ontgraven van een steenen fundament
van eene afgebroken hofstede, toebehoorende aan den
heer Jan Oosthoek, landbouwer aldaar, werd eene
steenen kan gevonden, welke gevuld was met oude
zilveren munten uit de '16e en 17e eeuw. Ruim 900
stuks waren er in, tot een gezamenlijk gewicht van
ongeveer 24 kilogrammen.
Men verdiept zich in gissingen, door wie deze schat
daar vroeger kan hegraven zijn.
Eerlang zal bij den heer C. L. Brinkman te Am
sterdam het licht zien een geïllustreerd «Bouwkundig
Woordenboek" onder hoofdredactie van de beeren
Th. G. Schill en D. H. Haverkamp, ingenieurs en
architecten te Amsterdam.
Door de commissie voor den aankoop van Iersche
paarden ten dienste van het leger zijn weder een
aantal rijkspaarden, bestemd voor Amersfoort, aan
gekocht, welke in deze week te Rotterdam zullen
aankomen.
Zelden was de uitvoer van turf te Donkerbroek
(Drente) zoo gering als dezen herfst. De meeste
veenbazen gevoelen al te wel, dat de hoeveelheid
dezen winter niet weg gaat, wat ten gevolge
heeft, dat er in het aanstaande voorjaar véél minder
«opgelegd" wordt, wat natuurlijk weer van nadeeligen
invloed is op de verdiensten van den werkman.
De aannemer van het kanaal Almeloo— Noordhom
een werk geraamd op f 900,000 wordt vermist.
Een bewindvoerder is intusschen aangesteld.
op het spoor, nl. zekeren T., herhaaldelijk beschuldigd
van kerkroof en looddiefstal, waartoe hij onlangs
weder is veroordeeld.
Vrijdagmorgen viel te Zuidbroek een van Amsterdam
komend persoon sigarenmaker van beroep, die werk
zocht bewusteloos op de straat neder. Bij onderzoek
bleek hij in geen drie dagen iets te hebben genoten,
zoodat hij totaal uitgeput was. Hij is aanstonds van
wege het gemeentebestuur verpleegd, terwijl er pogingen
zijn aangewend om hem geplaatst te krijgen.
Te Bemmel is het huis van den bakker L. T. J.
door een onbekende oorzaak, in korten tijd een prooi
der vlammen geworden, ook ging bijna de geheele
inboedel verloren. De bewoners konden zich met moeite
redden.
De conversie komt de gemeente Brussel duur te
staan. De omvangrijke werkzaamheden, aan de conversie
der gemeente-schuld verbonden, maakten het noodzakelijk,
dat tijdelijk beambten aan het stadhuis werden ver
bonden, om die werkzaamheden te verrichten. Onder
deze bevond zich een jongmensch, Baudet genaamd,
die van de gelegenheid schijnt gebruik te hebben ge
maakt, op welke wijze weet men nog niet, zich 2000
aandeelen toegeëigend te hebben, op een waarvan
100,000 francs was gevallen. Zaterdag kwam men
tot deze belangrijke ontdekking en werd bij Baudet
huiszoeking gedaan. Hij woont met zijn moeder en
zuster en deze vertelden dat haar zoon en broeder sedert
eenige dagen niet thuis was geweest en dat zij niet
wisten waar hij zich bevond. Na eenige nasporingen
kwam de politie tot de ontdekking, dat Baudet in het
«Grand Hotel" logeerde onder een anderen naam en
dat hij in betrekking stond tot een danseres van de
Opera. Toen Baudet des avonds om 11 uur per rijtuig
aan genoemd hotel werd gebracht, werd hij, de armoedige
bediende, die vijftig francs per maand verdiende,
herkend, niettegenstaande hij als een dandy gekleed
was. In het bureau van politie gebracht, bekende
Baudet onmiddellijk de daad. Hij vertelde op welke
gemakkelijke wijze hij den diefs.tai heeft kunnen vol
voeren en bij welken wissel-agent hij reeds loten had
ingewisseld.
In de kamer, welke Baudet in het «Grand Hotel"
bewoonde, werden 68 biljetten van duizend francs ge
vonden, alsmede een aantal effecten, een gezamenlijke
waarde van 125,000 francs vertegenwoordigende. Bij
de danseres, mile. Righettinie, in wier gezelschap hij
meermalen gezien was, werd voor ruim 40,000 francs
aan byouterieën gevonden. Deze dame kende Baudet
niet en meende, dat hij de zoon was van een voor
name familie te Namen.
Om één uur des nachts kwam de politie bij de
moeder van Baudet, die de grootste verwondering
toonde, toen haar zoon vroeg de loten terug te geven,
die hij haar te bewaren had gegeven. Zij bleef be
zweren van niets te weten; zoodat het huis geheel
werd doorzocht en men een pak loten vond. Terwijl
de politie beneden bezig was, wierp de zuster van
Baudet een pakje op het plat van een dak, om het
te verbergen. Juist werd dit door den commissaris
van politie gehoord, die de moeder met hare twee
kinderen gevankelijk medevoerde. Allen bevinden zich
thans achter slot en het onderzoek wordt nauwkeurig
voortgezet.
wachtingen door het krijgsbestuur thans opgewekt, op
billijke wijze worden bevredigd, en volk en leger, door
gemeenschappelijke belangen gedrevende handen in
elkander slaan, aan weerszijden alle krachten inspannen,
dan mag met recht ep heilrijke gevoigen gerekend
worden. Eene nieuwe kracht is dan in werking ge
bracht, die, in vereeniging met andere krachten,
Neerlands weervermogen opvoert tot het hoogtepeil,
waarop rechtmatig zelfvertrouwen in de deugd van
het krijgswezen terugkeert.
Op een vraag van het gemeentebestuur te Alkmaar,
of zoogenaamde commensaals, die wel een vrije kamer
voor hun gebruik hebben, maar die overigens met het
gezin in huiselijk verkeer leven, met dat gezin aan
tafel eten, enz., ook als kiesgerechtigden moeten
worden aangemerkt, en of personen, die gefailleerd
zijn, maar wier aangeboden accoord is gehomologeerd,
en waardoor zij overeenkomstig art. 849 Wetb. v.
Kooph. weer in het beheer van hunne goederen enz.
zijn gesteld, op de lijsten der kiezers moeten worden
gebracht, is door den minister van binnenlandsche
zaken geantwoord, dat de eerstbedoelden niet de
laatsten wel als stemgerechtigden moeten worden
aangemerkt.
De vereeniging tot verbetering van armenzorg te
Rotterdam heeft in haar jongste rapport ook de cir
culaire besproken, welke het algemeen Nederlandsch
Werklieden-Verbond onlangs ter zake] der dreigende
werkloosheid heeft uitgevaardigd. De vereeniging kan
met voldoening constate.eren, dat zich te Rotterdam
over 't geheel de toestand, wat de werkloosheid be
treft, vrij gunstig laat aanzien, dank zij de belangrijke
uitbreiding van het handelsverkeer aldaar.
Natuurlijk zijn hiermede de klachten over werk
loosheid niet tot zwijgen gebracht. Daar gebrek aan
werk in onze maatschappij ten allen tijde bestaat
en zal blijven bestaan, kan het niet anders vooral
nu het scherper dan in vroeger jaren voor den dag
komt of velen zullen den toestand beoordeelen
naar het absolute werkgebrek en niet naar het werk
dat er niet is, in verhouding tot het werk dat er
wèl is. Zij kunnen zich niet verzoenen met de gedachte,
dat van een zeker aantal personen een deel werkloos
moet blijven.
Wellicht is deze opvatting, zegt zij, ook niet vreemd
aan het manifest van het Werklieden-Verbond. Wij
gaan gaarne mede met de betuiging van leedwezen
over het feit, dat in onze samenleving de werkeloosheid
zooveel gezinnen bedreigt. Maar dat een Nederlandsche
Bond voor Volksbelangen (de oprichting van zulk een
bond werd door 't Algemeen Ned. Werklieden-Verbond
beoogd) de kwaal met eenig gunstig gevolg zal kunnen
bestrijden, meenen wij ten sterkste te moeten betwij
felen. De vernuftige wet zelfs zou niets vermogen
tegen de nadeelen, die vraag en aanbod naar arbeid
noodzakelijk medebrengen. Had raen slechts te doen
met een bepaald aantal fabrieken of werkgevers, die
een bepaald aantal handen werk konden verschaffen,
dan zou zonder twijfel binnen een zekeren tijd de
maatschappij zich daarnaar inrichten en er weinig
nadeel van ondervinden. Nu echter moet wel tijdelijk
een deel der bevolking gelukkig niet altijd het
zelfde deel werkloos rondloopendaar do vraag
naar arbeidskrachten zich meer dan ooit verplaatst,
nu hier dan daar groote werken worden uitgevoerd
en bij aannemingen honderden gelijk worden aange
nomen. Omdat de groote steden zoo nu en dan een
gunstige gelegenheid voor werkzoekenden aanbieden,
krijgt men daarbuiten den indruk, dat in de stad
weJ altijd iets te verdienen valt, en neemt de be
volking der steden gestadig toe.
Wil men de voordeelen, die ontegenzeggelijk met
de vrijheid van beweging, met de verplaatsing der
werkkrachten gepaard gaan, behouden, dan zal men
ook de daaraan verbonden nadeelen niet kunnen
ontwijken.
Te Amsterdam werd Zaterdagavond de 54e alge-
meene vergadering van het Nederl. Aardrijkskundig
Genootschap gehouden. De voorzitter, de heer Verstege,
deelt mede, dat het tijdschrift van het Genootschap
met het begin van het volgend jaar zal worden uit
gegeven door de firma Brill te Leiden en voorts dat
de Regeering voor de beide volgende jaren een subsidie
had toegestaan van '10,000, tot het doen eener
wetenschappelijke reis naar de kleine Soenda-eilanden.
Enkelen onzer geleerden hebben zich reeds tot het
medemaken dezer reis aangeboden en het bestuur zoekt
iemand, die de aardrijkskundige studie, doel van het
Genootschap, op zich kan en wil nemen. Nog wordt
onderhandelt over een wetenschappelijke reis naar de
Key-eilanden, waarvoor de luitenant ter zee Posthumus
Meijes en de heeren Wertheim en Treub hun mede
werking hebben toegezegd, de laatste om door toe
voeging van een der zake kundig Indisch hoofd ook
studiën te kunnen maken op staatkundig gebied.
De heer Hendrik P. N. Muller uit Rotterdam hield
daarna een voordracht naar aanleiding zijner Afrikaan-
Naar men hoort, moet hefc plan bestaan het vrouwen
gesticht Veenhuizen op te heffen. De vrouwen zouden
dan verplaatst worden naar Leiden. Het in aanbouw
zijnde nieuwe 1ste gesticht zou later door mannen
kunnen ingenomen worden, daar, wanneer het getal
verpleegden zoo blijft toenemen, er in Hoorn ook
weldra plaats te kort zal schieten.
Een Hollander gebruikte in Indië het middagmaal
ten huize van een Chinees, toen een mooi stuk wild
braad op tafel werd gebracht. Eensklaps kwam de
vrees in den Hollander op dat het gebraad van een
kat afkomstig was, omdat hij wist dat de Chineezen
liefhebbers van kattenvleesch zijn.
Hij wilde graag het fijne van de zaak weten, maar
verstond de Chineesche taal niet, terwijl de gastheer
geen Hollandsch sprak.
Eensklaps kreeg hij een goeden inval en zeide,
op liet gebraad wijzende, op vragenden toon; «miauw,
miauw
De Chinees schudde het hoofd en antwoordde:
«waf, wafl"
Ongelukken, Kampen, Misdaden, enz.
In het Doelen-Hótel te Amsterdam werd voor eenige
dagen een brutale diefstal gepleegd. Een man, voor
gevende loodgieter te zijn en te komen om de dak-
gooten na te zien, heeft van verschillende koffers en
kisten de sloten verbroken en ten nadeele van het
dienstpersoneel verschillende geldstukken en gouden
voorwerpen gestolen. De politie was den dader spoedig
In het afgeloopen jaar hebben 3398 menschen op
zee het leven verloren, en er vergingen in dat tijdvak
1540 schepen.
Na veel zoeken is het der Parijsche politie gelukt,
het magazijn te vinden, waar de dieven, die den onlangs
gemelden grooten juweelendiefstal pleegden, hunne
touwladders kochten. Door het verhoor van den eigenaar
van dit magazijn, door de verklaringen van den portier
van 't huis, waar zij kamers kwamen huren, en door
die van den vleeschhouwer Lepine, bij wien zij op
den dag van den diefstal roastbeef kochten, heeft men
de persoonsbeschrijving van de dieven gekregen. Beide
schijnen Engelschen te zijn, die zich reeds langen tijd
te Parijs ophielden. De Fransche bladen verzekeren,
dat men de dieven op het spoor is.
De politie te Birmingham is hoogstwaarschijnlijk
de daders op het spoor van den te Parijs in de Rue
de la Madeleine gepleegden juweelendiefstal.
Twee mannen en een vrouw komende van Plymouth,
hadden hun intrek genomen in het hotel Marcket te
Birmingham, waar zij drie kamers huurden. Zekere
onrust, die zij aan den dag legden, wekte den achter
docht van den hotelhouder en op zijn verzoek doorzocht
de politie de vertrekken der reizigers, terwijl deze elders
hun middagmaal gebruikten.
Men vond, genaaid in een damestournure, die
tusschen twee matrassen verborgen was, eene doos
met eene groote hoeveelheid juweelen armbanden,
oorringen, diamanten, enz., enz.
De drie vreemde logeergasten, die zeker op de eene