ZiERÏKZEESCHE COÜMST. voor het arrondis- Henent Zierikzee. 1887. No. 89. Woensdag 16 November. 90ste jaargang. NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD Binnenland. Deze Courant verschijnt DINSDAG- en VRÏJDAG-AVOND uitgezonderd op FEESTDAGEN. Prijs per drie maanden f 4,-. Franco per post f i,- Afzonderlijke nommers 5 Cent, met Bijblad 10 Cent. PRIJS DER ADVERTENTIE N: Per gewone regel 10 Cent. II u w e 1 ij k s -Geboorte- en Doodberichten van 1O regels 60 Cent. Dienstaanbiedingen van 1-5 regels, mits contant betaald, 25 Ct Alle stukken, (le redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een dag voor de uitgave in te zenden aan den uitgever H. EAKEIYMA1*. ZIERIKZEE, 15 November 1 88 7. Z. M. heeft pensioen verleend aan M. Wesdorp, opz. le kl. bij de visscherij-politie op de Schelde en Zeeuwsche stroomen, van f 521. De parlementaire oppositie, bij de aanstaande be grootingen te verwachten, is, volgens de Haagsche corr. van de Zio. Ct., speciaal gericht tegen de duurte der voorstellen van den minister van marine, den heer Tromp, en het financieel beleid van den heer Bloem. Eerstgenoemde zal zijn schip wel niet krijgen, en No, 2 is onvoldoende voor de trouwens zeer moeielijlse taak van minister van financiën. Toch zal van crisis zoo min mogelijk sprake zijn. Deze Kamer is zei ven ten doode opgeschreven, en zal dus geen ministerie omverwerpen. De kamer van koophandel te Groningen heeft besloten een adres te zenden aan de regeering, om haar te verzoeken het advies van de landbouw- commissie, omtrent de bestrijding van de knoeierijen in den boterhandel (door eene wet, die verbiedt het in den handel brengen van surrogaten van boter als boter, onder een gelijkluidenden naam, b.v. butter of butterine, of onder een samengesteld woord, waarin het woord boter voorkomt), ter zijde te leggen als ondoeltreffend en onbillijk, als den landbouw niet batend, doch handel en nijverheid schadend. In het Binnengasthuis te Amsterdam wordt dezer dagen een man verpleegd, die menigmaal in gunstigen zin van zich heeft doen spreken en vooral verleden jaar, toen hij, op een van die woelige Juli-dagen, den moed had om de roode vlag, die sociaal-democraten op de Zaterdagsche brug hadden geplant, daarvan onder de oogen van de oproerlingen neer te halen. De man ontving voor deze daad eene gepaste be looning; hij werd zelfs bevorderd tot broeder in de orde van den Nederlandschen Leeuw. Het is Jacobus Mens, «burgemeester van de Willem straat", of, in minder edelachtbaren term, genaamd «de Bokkebek." Mens, de 61-jarige oudste zoon en verzorger van zijne 81-jarige moeder, genoot Donderdag acht dagen geleden, na een welbesteden dag aan zijn vischwagen, bij moeder zijn middagdutje, toen, door een noodlottig toeval, de petroleumlamp omviel en brand ontstond. Moeder en zoon werden door de vlammen aangegrepende laatste werd door brand- wachts en buren aan een wissen dood ontrukt en in de tapperij van Chrispijn in de Willemstraat binnen gedragen. De toestand scheen hopeloos, zoo hevig waren de brandwonden. Heel wat moeite kostte het, om den ongelukkige tot bewustzijn te brengen. Op een raderbaar werd hij voorts naar het gasthuis ver voerd en men hoopt hem te behouden. De N. R. Ct. maakt eenige opmerkingen, naar aanleiding van de bezwaren door de Ingenieur te berde gebracht tegen de wijze waarop de regeering het ontslagen personeel bij den aanleg van staats spoorwegen wil helpen. Dat personeel is altijd geweest tijdelijk, het heeft niet bijgedragen aan het pensioen fonds, en heeft derhalve geen recht op pensioen of wachtgeld bij ontslag. Dit was aan de aanstelling niet verbonden. Daarom kan er alleen van billijkheid sprake zijn. Dit nu sluit in de eerste plaats uit: het toekennen van pensioenen. Deze zijn door de wet geregeld. Wie krachtens die wet daarop geen aan spraak heeft, geniete onder geene andere benaming toch een pensioen. Levenslang genot van «toelagen" door hen die 45 of 50 jaar zijn geworden slechts een andere naam voor pensioen, acht de N. R. Ct. dus in beginsel verkeerd. Wie onpartijdig is, zal, meent de N. R. Ct., f 1500 als maximum, voor levensonderhoud, niet te laag achten en niet de minste in meening wezen, dat de betaling niet zoo behoeft geregeld te worden, dat een ieder met genoegen van de gelegenheid kan profiteered Het zou zeker te hard wezen het eerlang te ontslaan personeel zonder iets aan den dijk te zetten. Maar gewaarschuwd dient te worden tegen overdrijving. Bovendien, waar nu slechts sprake is van een 30tal, zal spoedig op nog ruim 100 meer gerekend moeten worden, als namelijk de aanleg der spoorwegen geheel ophoudthetgeen toch eens zal moeten plaats hebben, al duurt het lang. En zal men dan aan het einde zijn? Het tegendeel schijnt te voorzien. Na dit goede voorbeeld toch zal nog wel meer tijdelijk personeel komen opdagen, gelijk er in onderscheiden dienstvakken aanwezig is. Of zal men tot alle anderen zeggen: Gij krijgt niets, want gij zijt niet bij den spoorwegaanleg geweest? De redactie van de Indische Mail deelt, nu de tweede jaargang van dit tijdschrift op zijn einde loopt, mede, dat zij in 1888 hare taak niet zal kunnen vervolgen, zoo het aantal abonnés met aanstaand nieuwjaar niet verdubbelt. «Wij hebben schrijft de redactie dezen arbeid »con amore" op ons genomen, in de verwachting, dat er velen in Nederland zouden gevonden worden, die, door personen of zaken voortdurend met Indië in betrekking staande, er wel eene kleinigheid voor over zouden hebben, om in een beknopt bestek, al het voornaamste te kunnen lezen, wat de Indische pers al zoo voortbrengtde Indische dagbladen toch zijn voor de meeste lezers te duur; (een blad kost 45 per jaar), en op slechts zeer weinige plaatsen in Nederland liggen die bladen ter lezing. Maar wij zijn tot heden in die verwachting teleurgesteld." Het eerste nummer heeft het licht gezien bij J. W. van Leenhof! Zn. te Rotterdam, van Mercurius, orgaan van de Rotterdamsche Yereeniging van handels bedienden «Mercurius", zich in 't algemeen ten doel stellende om het lot van den handelsbediende onbe zorgder en gelukkiger te maken. Verheugde zich de Vereeniging tot dusver in een krachtig leven, dank zij de leus barer leden: «wederzijdsche waardeering en welwillendheid", het orgaan zal er naar streven in gelijken geest te werken «door een gematigd en be scheiden optreden, ook als wij ons te beklagen zouden hebben of tot bestrijding worden geroepen. Wij willen geen geest van oppositie kweeken, die afbreekt en verzwakt, maar integendeel den zin voor gemoedelijk overleg en welwillende samenwerking bevorderen, die opbeurt en versterkt." Bij Koninklijk besluit van 2 November 1887 no. 21 is Z. K. H. de Kroonprins van Italië benoemd tot ridder grootkruis der orde van den Nederlandschen Leeuw. Voor het concert, door prinses Bibesco Zaterdag 26 dezer in «Felix" te Amsterdam te geven, ten voordeele van «Liefdadigheid naar Vermogen", is de toegangsprijs bepaald op minstens f 10 per persoon. Dat het werk onzer zendelingen in Indië vaak op onverklaarbare wijze belemmerd wordt, blijkt uit het feit, dat de Indische regeering den zendeling Wilhelm te Poerworedjo niet vergunde de drie gemeenten van Inlandsche Christenen in de residentie Djokjakarta, tellende 274 lidmaten, te bezoeken, niettegenstaande in een gesprek met den zendeling de heer Otto Van Rees moet hebben te kennen gegeven niet in te zien dat tegen de inwilliging van dat verzoek politieke be zwaren zouden bestaan. Alleen de Sultan van Djogja karta had te kennen gegeven dat hij bedoelde zendeling liever niet in zijn residentie zag. Het Sociaal Weekblad, er de aandacht op vestigend dat de Nederlandsche drankwet van 1881 telkens tot leiddraad wordt genomen bij het ontwerpen van der gelijke wetten elders, zoo in België, Luxemburg, Duitschland, Oostenrijk, wijst er tevens op, dat in sommige opzichten het Oosten rij ksche ontwerp verder gaat dan onze wet. Zeer ingrijpend is o. a. de bepaling, die betrekking heeft op de sluiting van de herbergen des Zondags. Terwijl toch de Nederlandsche wetgever zich hiervan heeft afgemaakt, door een geldelijke premie uit te loven voor het niet-schenken van Zaterdag tot Maandag eene bepaling, welke geen practisch resultaat geeft wil men in Oostenrijk den knoop doorhakken door den drankverkoop zoowel op Zaterdagavond als den geheelen Zondag te verbieden. De overtuiging, dat het mogelijk is het drankmis bruik door wettelijke maatregelen althans te temperen, wint meer en meer veld. In Zweden is, door het gemeenschappelijk optreden van den staat en particu lieren, het verbruikscijfer van 54 liters per hoofd in het jaar gedaald tot 8 liter; in Noorwegen is het gemiddeld verbruik van 16 tot 3% liter per hoofd 's jaars verminderd; terwijl in Nederland van 1881 tot 1886 in een tijd dat de verkoopplaatsen van den drank met 16,000 afnamen het verbruik slechts gedaald is van 9.8 tot 8.6 liter per hoofd. Hier te lande is echter de wet nog maar gedeelte lijk uitgevoerd. Doch de openbare meening, zegt het S. W, helpt ook nog zoo weinig mee en het leger der drankbestrijders bestaat altijd nog slechts uit weinige duizenden. Zooals men weet, bedroeg het porto voor druk werken naar Nederlandsch-Indië in België 5 centimes per 50 gram, tegen 5 cents hier te lande. Het gevolg daarvan was dat ieder Nederlander, die veel druk werk naar Indië te verzenden heeft, dat in België op de post deed, omdat het verschil ruim 100 percent bedroeg. Daarin is echter, zooals men weet, sedert '1 dezer verandering gebracht; de Belgische regeering heeft het porto verdubbeld. Het L. D. zegt naar aanleiding daarvan: lastertongen beweren dat het op aandrang der Nederlandsche regeering geschied is. Het voordeelig verschil is dus opgeheven en, dank zij de ondoorgrondelijke zorgvuldigheid van ons lands- vaderlijk gouvernementmogen onze broeders in Nederl.-Indië weder het verhoogde porto voor hunne couranten en tijdschriften uit Patria betalen. Dat blad raadt den Nederlandschen boekhandel aan, den weg via Duitschland te nemen. Met te meer vrij moedigheid kan van den weg gebruik worden gemaakt, daar de General-Postmeister Stephan, van het Duitscho keizerrijk, er den man niet naar is om eventueel een dergelijk verzoek der Nederlandsche regeering een gewillig oor te verleenen. De weg via Antwerpen had intusschen veel voor: eerstens omdat deze de rechtstreeksche weg was naar Brindisi of Marseille, zoodat nu een omweg moet worden gemaakt, en ten tweede omdat het porto in Duitschland 5 pfenningen (circa 3 cents) per 50 gram drukwerk bedraagt. Ook in een brief uit Brussel aan het Vad. wordt de Nederlandsche regeering aangewezen als den maat regel te hebben uitgelokt. Wij kunnen niet aannemen dat die opvatting juist is, en hopen dat de onjuistheid daarvan zal worden aangetoond.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1887 | | pagina 1