aanbesteed, door de vegeering gegund is aan dc firma
J. F. Sogers Sc Zoon te Breda, tot den prijs van
2,59 por stuk. De firma Pauwels Zoon in Don
Haag had niet mede ingeschrevenonze bericht
gever was dienaangaande de vorige maal verkeerd
ingelicht zoodat Segers Sc Zoon te Breda de laagste
Nederlandsche insclirijvers waren. Msb.
Wen schrijft uit Bergen-op-Zoom aan het Bolt. Nbl:
Het berichtje omtrent oestervergiftiging, dat men voor
eenige dagen in een der bladen kon lezen, heeft in
de oesterstreek niet zooveel sensatie gemaakt als men
meende te mogen verwachten. De oesterhandelaars
zijn er dood kalm onder gebleven, wel een bewijs,
dat zij er niet veel gevaar voor hunne belangen in
zagen. Toch was een weinig meer licht in dat zaakje
misschien niet zoo geheel overbodig als men wel
schijnt te denken. In het buitenland, met name
Duitschland, waar het eveneens bekend werd, is men
ten minste van oordeel, dat het we! degelijk dc aan
dacht der oestertelers waard is en men verwonderd
er zich blijkbaar over, dat men er hier zoo rustig
onder blijft. Wol kan men hier hooren verkondigen
dat de oorzaak vermoedelijk daarin moet gezocht
worden, dat de bewuste oesters een tijdlang in onrein
water hebben gelegen, en, wijl er bij de oesterhandelaars
steeds met de meeste zorg voor gewaakt wordt het
water geregeld te ververschen men hoorde ook
nooit van de schadelijkheid der oesters: integendeel!
komt men geleidelijk tot de gevolgtrekking, dat men
te Rotterdam oesters heeft gegeten, welke naar alle
waarschijnlijkheid door stroopers gekaapt ondanks
de vrij sterke politie hoort men daar dikwijls van
en op ongeschikte plaats bewaard zijn. Zou het nu
zoo lastig zijn daaromtrent zekerheid te verkrijgen
en zon het de moeite niet loonen daartoe pogingen
in het werk te stellen?
Ongelukken, Kampen, Misdaden, enz.
De lieer Ronchotti, fabrikant in vogelkooien te
Amsterdam, kreeg dezer dagen de opdracht met vogel
kooien te komen bij den heer Hoyack, waar een Engelsch
stuurman wachtte, die een keuze uit zijn fabrikaat
wenschte te doen. De fabrikant ging en nam drie
kooien ter waarde van f 70 met zich. Een man ont
ving hen, nam de kooien mede naar boven, en vroeg
den leverancier' over een half uurtje terug te komen
om rapport. Toen deze terug kwam. waren de kooien
en de bestellers verdwenen, de Engelsche stuurman
was 't zelf niet geweest, en niemand wist iets van
de hcele zaak. De politie zoekt de behendige oplichters.
Te Zaandijk beproefden in den nacht eenige kwaad
willigen een schuit, geladen met cokes, bestemd voor
de Vereeniging Helpt elkander", te doen zinken.
Gelukkig werd do vrouw van den schipper door het
binnendringend water wakker, zoodat het opzet nog
intijds veiijdeld werd. Afgunst wordt als de vermoedelijke
oorzaak van deze schandelijke poging aangemerkt.
Een 44-jarig man, onlangs uit een krankzinnigen
gesticht ontslagen, heeft te Haarlem een schot gelost.
De kogel ging door het raam van de woning zijner
vrouw, van wie hij gescheiden leefde, zonder gelukkig
iemand te kwetsen. De man is, als verdacht van poging
tot moord, naar het huis van bewaring overgebracht.
Op de spoorweglijn Bergerac-Musidon in Frankrijk
liepen dezer dagen twee goederentreinen op elkander.
De botsing was zoo hevig, dat de wagons letterlijk
in elkaar drongen en de meeste verbrijzeld werden.
Vier arbeiders werden gedood en zes gewond. De stokers
en de machinisten bleven ongedeerd, daar de locomo
tieven zich achter aan den trein bevonden.
Ten gevolge van uitgestrekte en hevige boschbranden
worden eene menigte dorpen in oostelijk Ontario
en in de provincie Quebeck (N. Amerika) bedreigd.
De onvermoeide pogingen van de inwoners hebben
het vuur beperkt tot liet bosch, maar de brand wint
steeds meer veld en het gevaar, waarin de dorpen
verkeeren, is zeer groot. Enkele gehuchten, in het
bosch gelegen, zijn reeds verbrand. De.straten van
Ottawa, Montreal en andere steden zijn met een
dichte rook gevuld en het verkeer op de St. Laurens
tusschen Montreal en Quebeck werd geheel gestremd,
daar verscheidene stoombooten reeds niet meer in
staat zijn, Montreal te verlaten.
Buitenland.
Spanje.
De Standard verneemt uit Madrid, dat de minister
van buitenlandsche zaken Morot heeft verklaard, dat
de Spaansche regeering niets wenschte dan handhaving
van den status quo in Marokko, mits geen der
mogend lieden zich met de Marokkaansche aangelegen
heden in late. Men vreest, dat de dood des Sultans,
ongeregeldheden te Meguinez zal ten gevolge hebben,
want de stad is op het oogenbiik vol pelgrims, die
daar wegens een godsdienstig feest vereenigd zijn.
De Spaansche regeering acht daarom noodig minstens
3000 man te Tarifa en te Algesiias gereed te houden,
ten einde onmiddellijk de garnizoenen van Cuuta,
Melilla, Comera en de Chafarinu-eilauden te verstei ken,
want deze garnizoenen moeten de geheele uitgebreide
lijn van het Spaansche grondgebied tegen de woelige
en goed gewapende Arabieren-stammen verdedigen.
Volgens den heer Moret beoogt de Spaansche regeering
slechts een burgeroorlog in Marokko te verhoeden,
omdat licht andere mogendheden daarin aanleiding
kunnen vinden tot een interventie. Natuurlijk had
de minister daarbij alleen het oog op Frankrijk, voor
welks tusschenkomst in Marokko de Spanjaarden het
meeste beducht zijn. De Temps noemt een dergelijke
vrees ongegrond. Van het samentrekken van Fransche
troepen bij de Marokkaansche grens is niets waar
en Frankrijk heeft ook geen plan troepen naar de
grens te zenden. Over de Marokkaansche aangelegen
heden voegt het blad er bij heerscht tusschen
Spanje en Frankrijk volkomen overeenstemming. Wat
betreft Engelands voorstel, dat elke mogendheid een
oorlogsschip naar Tanger zou zenden, ten einde zijne
onderdanen in Marokko te beschermen, hiervan heeft
de Fransche regeering nog niets vernomen. De Fransche
regeering zelve heeft nog geen maatregelen genomen,
want tut dusver is het zoowel te Tanger als langs
de geheele Marokkaansche kust volkomen rustig
gebleven.
Zwitserland.
Het geheime congres van socialisten, dat op 3 Oct.
te St. Gallen is bijeengekomen, heeft drie dagen
geduurd. De uiterste richting behield de bovenhand.
Reeds herhaaldelijk was ontevredenheid te kennen
gegeven over de houding der partij in den Rijksdag,
vooral over haar deelneming aan de afdeelingsberaad-
slagingen. De Duitscbe leden der partij werden in
deze hunne opvatting door de buitenlandsche gesteund.
Ook de houding der leden bij verschillende verkiezingen,
o. a. bij die voor den Beierschen Landdag te München
en Furth, toen de sociaal-democraten met de democraten
samengingen, vond afkeuring; zulk een samengaan
met de burgerlijke partijen werd een «afwijking van
het partij-programma, eene misdaad aan de partij
zelve gepleegd" genoemd. Van jaar tot jaar heeft de
uiterste zijde meer en meer terrein gewonnen en
mannen als Frohme, Heine en Viereck, die naar
rechts neigden, hebben geen invloed meer. Op het
congres is ook de vraag behandeld, of met het oog
op de steiker wordende reactie de tegenwoordig dooi
de sociaal-democratie gevolgde methode van strijd-
voeren doeltreffend is, en er moeten besluiten genomen
zijn, die geheel in de richting der uiterste leden
vallen. Men verzekert, dat met algemeene stemmen
een voorstel van den heer Behl is aangenomen,
luidende: «De partijdag roept de leden op, om zich
zooveel mogelijk te verzetten tegen de vlucht van
partijgenooten wegens dringende processen of ge
vangenisstraf en eventueel elke stoffelijke ondersteuning
(tot dat doel) te weigeren." Sedert de laatste bijeen
komst der socialisten zijn '170,000 Mark uitgegeven,
waarvan '100,000 M. voor de verkiezingen en 50,000 M.
voor vervolgde werklieden der partij.
Frankrijk.
De XlXe Siècle houdt vol, dat generaal Cafferel
handel in decoraties heeft gedreven. Eenige afgevaar
digden zullen hieromtrent eene interpellatie doen
in deze zaak zijn tal van hooggeplaatste personen
betrokken. Generaal Cafferel werd gearresteerd op
het oogenbiik, dat hij zijn huis verliet. Hij werd als
een eenvoudige misdadiger naar de militaire gevangenis
van Cherche Midi gebracht. Men had reeds voor
3 maanden generaal Ferron gewaarschuwd voor
generaal Cafferel. Cafferel zocht zijn toevlucht tot allerlei
middelen om aan geld te komenhij beloofde decoraties,
verkocht zijne paarden, enz. De prefect van politie
spande hem oenen strik. Men zond hem een man,
die zich uitgaf voor een koopman uit de provincie,
die eene decoratie verlangde. Cafferel liet zich beet
nemen. De schuldige heeft aan den minister van
oorlog bekentenissen gedaan. In die zaak zijn nog
andere generaals betrokken, alsook eenige hooggeplaatste
personen men zegt Senatoren wier dubbel
zinnige houding reeds sedert lang verdenkingen fiad
doen ontstaan. Onder voorwendsel van aalmoezen te
doen, wisten zij groote sommen voor het verleenen
van decoraties te krijgen. Deze handel had zijn zetel
in het ministerie van oorlog en werd door tusschen-
personen gedreven, voornamelijk door eene leelijke en
mismaakte vrouw. Deze dame werd sedert jaren
ontvangen in het ministerie van oorlog en wist van
ile ministers allerlei gunsten te bekomen. De
Lanterne zegt, dat men moeilijk het schandaal
Cafferel zal kunnen smoren. Het blad zegt verschillende
personen te kennen, die in deze zaak betrokken zijn.
De République Franoaise deelt onder voorbehoud
mede, dat sommige dokuinenten der mobiliseering
verdwenen zijn. Eenige bladen beweren, dat generaal
Cafferel zich zou schuldig gemaakt hebben aan dc
openbaarmaking der proeve van mobiliseering. Men
herinnert zich nog het spottend woord van de Figaro,
na de aanhouding der twee geheimschrijvers van het
ministerie, beiden onrechtvaardig beschuldigd: «zoek
hooger!" In '1884 werd generaal Cafferel tot brigade
generaal benoemd, onder het ministerie van generaal
Camperion: vervolgens tot chef van den staf van het
5e legerkorps te Orleans, en eindelijk verkreeg hij
van generaal Boulanger de plaats van onder-chef van
den algemeenen staf; generaal Ferron had hem in
deze bediening gelaten.
Het Journal des Débals laat zich over de zaak
aldus uit: Generaal Cafferel werd op '12 Maart 1887
door generaal Boulanger, destijds minister van oorlog,
benoemd tot den post welken hij de vorige week nog
waarnam. Llij verving den generaal Peaucelüer, die
geweigerd had zekere maatregelen, door den minister
met betrekking tot de mobilisatie genomen, mede te
onderteekenen. Toen generaal Ferron als minister van
oorlog optrad, was hij aanvankelijk voornemens zich
te ontslaan van een medewerker, wiens gedrag hem
verdacht voorkwam. Men kende toen echter nog geen
enkel ernstig feit ten laste van generaal Cafferel;
alleen wist men, dat hij in geldelijke verlegenheid
verkeerde, en generaal Ferron aarzelde aan zijn
voornemen gevolg te geven, omdat hij niet den schijn
op zich wilde laden een soort van wraak te oefenen
op de officieren uit de omgeving van zijn voorganger.
De minister behield dus den generaal Cafferel, doch
ontnam hem de stukken, welke betrekking hadden
op de mobilisatie in geval van oorlog, welke stukken
hem door generaal Boulanger waren toevertrouwd.
Generaal Cafferel werd alleen aangesteld als hoofd
van het 2e bureau, doch ook in die hoedanigheid
moest hij natuurlijk kennis hebben van de mobilisatie,
welke bij wijze van proef zou worden ondernomen.
Een der Parijsche correspondenten van de Köln.
Zeitung zegt«Gelijk te voorzien was, laten de bladen
doorschemeren, dat Cafferel ook oorlogsgehcimen heeft
verraden; zij noemen daarbij den naam van zekeren
Duitschen baron Kreitmayer, die overigens in Duitsche
kringen volkomen onbekend is." Ook deze correspondent
deelde mede, dat Aubanel, die de stukken betreffende
de proefneming met de mobilisatie aan de Figaro
verkocht, een werktuig was van Cafferel, die, als
ijverig aanhanger van Boulanger, den tegenwoordigen
minister van oorlog, generaal Ferron, onaangenaam
wilde zijn. Verder zegt hij, dat vele aanzienlijke
personen bij de zaak zijn betrokken.
JEngeland.
Zes van de pachters van Herberstown, veroordeeld
tot eene maand gevangenisstraf wegens verzet tegen
de politie, werden Donderdag te Limerick in vrijheid
gesteld. Bij het verlaten der gevangenis werden zij
door een groote menigte, voorafgegaan door muziek,
ontvangen. Een stoet werd gevormd en de zes pachters
werden in triomf dooi' de straten gereden. In de
Cathedral-square hield pastoor Ryan een redevoering
tot de menigte, waarin hij zeide, dat de slachtoffers
van de land-lord-dwingelandij niet onteerd waren door
de gevangenisstraf; het is geen schande, gevangen te
zitten voor de verdediging van zijn vaderland. In een
ander land zou men als een held worden geroemd,
en hier in Ierland, riep do spreker uit, werpt men
ons in de gevangenis, omdat wij ons land lief hebben,
liet bloed der slachtoffers van Mitchelstown roept
wraak in den Hemel tegen de hatelijke tory-regeeringf
Daarna trok de stoet naar Herberstown.
De uitdrijvingen te Gweedore werden Woensdag
morgen hervat, üe opgewondenheid, door het gebeurde
van den vorigen dag veroorzaakt, was merkelijk toe
genomen en de uitzettingen werden gekenmerkt door
een feit, dat den grootsten indruk maakte op de
boereneen Engelsche konstabel weigerde op bet volk
te schieten. Slechts eene uitdrijving kon gedaan worden
en weer stiet zij op een hevigen tegenstand. De menigte
was zeer aanzienlijk, 20 tegen 1, in vergelijking met
liet aantal konstabels. Dit was dan ook de oorzaak,
waarom de uitdrijvers voorzichtigheids-halve te 1 ure
het werk staakten. De hoeve, die werd aangevallen,
was thans die van Margaret Boylea. Men had zich
op den aanval voorbereid, want de deuren waren met
kettingen vastgemaakt en met groote steenen gebarri-
kadeerd. Toen de politie, na vruchtelooze pogingen om
door de deur in huis te komen, een gat in den muur
wilde maken, werd met kokend water geworpen. Toen
de opening breeder was, wierp men met steenen. Om
de bewoners nu te beletten verder kokend water te
maken, klom de politie op het dak, brak de schoorsteen
af en wierp zware steenen op het vuur. De woede
der menigte was onbeschrijfelijk. Men omsingelde de
konstabels, en wilde niet achteruitgaan, toen hiertoe
bevel werd gegeven. Eindelijk, to half een, liet do
bevelvoerende magistraat de oproer wet lezen en ver
klaarde aan het volk, dat zijne vergadering onwettig
was en men dus moest uiteengaan. Eene afdeeling
konstabels, acht man sterk, werd voor het volk peplaatst
en kreeg het bevel te laden. Op dit oogenbiik weigerde