Buitenland. den kelder van de kazerne en bleef daar drie dagen in de hevigste koude, tengevolge waarvan zijne beide voeten geheel afvroren. Hij werd naar bet hospitaal overgebracht, maar tevens wegens zijn onvoorzich tige handelwijze gerechtelijk vervolgd. Door den langen duur van zijne ziekte kon de behandeling van de zaak eerst dezer dagen plaats hebben. De ongelukkige kreupele, die met zwakke stem de bijzonderheden van het feit verhaalde en zijn schuld bekende, maakte een beklagenswaardigen indruk. Men moest hein veroor- deelen, doch nam verzachtende omstandigheden in aanmerking en veroordeelde den ongelukkige tot acht dagen arrest. Een hardere straf voor zijne onvoor zichtigheid heeft hij wel voor zijn geheele leven gekregen. In 1886 zijn op de Staats-spoorwegen 12 gevallen van ontsporing der treinen, 5 botsingen en 3 andere ongevallen voorgekomen. Een reiziger werd gewond, 7 beambten werden gedood en 9 gewond. Op den Hollandschen IJzeren Spoorweg ontspoorden 3 treinen en viel één ongeval voor. Twee reizigers en 2 beambten zijn gedood, 5 beambten gewond. Op den Rijnspoorweg hadden 3 ontsporingen, 1 botsing en 2 andere onge vallen plaats 3 beambten werden gewond en 2 gedood. Op den Centraal-spoorweg zijn 2 botsingen geconsta teerd, terwijl 4 persoon gedood en 1 gewond werd. Op de verschillende spoorwegen werden 22 personen gedood en 10 gewond. Hoe dieven soms leelijk in den val kunnen loopen, blijkt uit het volgende. De beide knechts van een in België rondtrekktmden kermisreiziger, hadden hun meester in de nabijheid van Dison in de provincie Luik, voor 1000 mark bestolen en waren met hun buit over de grenzen naar Aken gevlucht. De bestolene zette hen dadelijk na en had het geluk dat de politie de beide dieven in een herberg arresteerde, terwijl het geld bijna nog geheel in hun bezit was. Om zich te wreken zeiden zij dat hun meester een deserteur was, voor twintig jaar uit Pruisischen dienst naar België gevlucht. Deze zal waarschijnlijk lont hebben geroken, want hij was plotseling verdwenen, zijn geld in handen der politie latend. Het spreekwoord: «wie een put graaft voor een ander valt er zelf licht in" werd ook hier weder be waarheid. Bij het nader onderzoek werd de aandacht van den commissaris getrokken door de militaire houding van den eenen schuldige en ondanks al zijn leugens en ontkenningen bleek al spoedig dat men met een Pruisischen deserteur te doen had, die zeker zijn straf niet zal ontgaan en dan nog verder zijn tijd moet uitdienen bij de dwangarbeiders. Bulgarije. Wanneer men het officieele orgaan leest, dan staat men verbaasd over de ordelijkheid in Bulgarije en de ingenomenheid, welke over de komst van prins Ferdinand aan den dag gelegd wordt. Die verbazing is nog grooter, wanneer men weet, dat in andere, niet officieele bladen, het tegendeel beweerd wordt. De berichten van beide zijden zullen dus, naar onze meening, niet letterlijk aangenomen moeten worden. Het klinkt toch overdreven, dat, gelijk het officieele orgaan zegt, uit geheel Bulgarije telegrammen van gelukwenschen door vorst Ferdinand zijn ontvangen en dat in geheel Bulgarije voor hem gebeden wordt, wanneer tegelijkertijd uit Sofia gemeld wordt, dat Macedoniërs zich met andere ontevredenen hebben vereenigd om een opstand te bewerken, en dat deze samenzwering door het Russische consulaat wordt gesteund, om welke reden het consulaat onder toezicht der politie staat. Zwitserland. De toeristen naar Zwitserland, die hun zomerreisje achter den rug hebben, mogen blijde zijn. Het heeft daar in de laatste dagen gewinterd. De koude overviel de reizigers plotseling; op menige plaats heeft men de kachels moeten stoken; het heeft op de Alpen zwaar gesneeuwd, vooral in Grauwbunderland. Zondag vóór acht dagen viel tusschen 8 en 12 uren 10 duim sneeuw, 's Namiddags werd door de vreemdelingen, ter afleiding eene sledevaart georganiseerd. En dat in de maand Augustus! Frankrijk. De mobilisatie van het 17e legerkorps in Frankrijk is thans een feit geworden. Dinsdagavond is het telegram afgezonden, dat met de mobielmaking der actieve troepen een aanvang gemaakt moet worden. Dat de handelingen van het legerkorps gedurende eenig dagen de aandacht zullen trekken, is niet te verwonderen, evenmin als men verbaasd zal behoeven te staan, wanneer men dagelijks van arrestaties van verdachte personen hoort, die zich in den omtrek van het korps zullen ophouden. Het kan toch niet anders of de Fransche regeering is thans nog meer beangst dan anders, dat de manoeuvres van het leger door Duitsche spionnen afgezien zullen worden. Men weet reeds mede te deelen, dat een paar Duitsche officieren, die goed Fransch spreken, naar Zwitserland zijn vertrokken, ten einde van daaruit de Fransche grenzen over te steken. Wij herhalen nogmaalds: Ieder vreemdeling, die dus dezer dagen in het Zuiden van Frankrijk zal moeten zijn, zal verstandig handelen zich vooraf van een goede pas te voorzien. Het onderzoek betreffende de openbaarmaking van het mobilisatie plan heeft tot de arrestatie van twee soldaten geleid, die voor den krijgsraad wegens hoog verraad terecht zullen staan. Zij zijn echter het werktuig geweest van een veel hooger geplaatst militair, die thans gezocht wordt. De hevige onweersbuien zijn oorzaak, dat de tele grafische gemeenschap tusschen Toulouse en Parijs Maandag gestoord was. Men hoopt dat de gemeenschap weder spoedig hersteld zal zijn; bij de ophanden zijnde mobilisatie zou het een groot ongemak zijn. Figaro heeft te Brussel prins Victor laten «inter viewen". De prins zeide: mijne staatkunde is zoo duidelijk en eenvoudig mogelijk. Zij laat zich samen vatten in weinig woorden: de opflikkering van de Napoleontische idee, de voortgaande organisatie mijner partij, de verzameling al harer krachten, hare meest volledige en absolute eenheid, en eindelijk, het ge- wenschte, het zekere doelde verheffing van Frankrijk door het herstel van het keizerrijk. De prins verklaarde verder uitermate tevreden te z'yn. Wij zijn gereed, sprak hij. Bijna allerwege in Frankrijk bestaan Bona- partistische comités en mijne mannen zijn tot alle offers bereid voor de zegepraal mijner zaak. Van de conservatieve unie wil de prins niets weten. Zij heeft hem maar vijftig zijner aanhangers in de Kamer bezorgd. De conservatieve unie, zooals zij gewerkt heeft, komt bijna uitsluitend ten goede aan de Orleansen. Van de solutionisten wil de prins evenmin iets hooren. Zelfs den naam begrijpt hij niet. De solutionisten nemen alles aan, overschillig wat. Wat hij wil, is een keizerrijk zooals Napeleon I heeft gesticht, zooals Napoleon III het in toepassing heeft gebracht, zooals ook de keizerlijke prins het in toepassing gebracht zou hebben; dat wil zeggen: het erfelijk keizerrijk, de constitutie van 4852. Het keizerrijk is het beginsel van gezag in de democratie. Het koningschap is het parlementarisme, het is bijna eene republiek als die van Jules Grévy. De graaf van Parijs zou, als hij koning werd, een verantwoordelijk ministerie hebben, gelijk dat van den heer Rouvier, een parlement, dat veel zou overeenkomen met bet thans bestaande, samen gesteld misschien uit dezelfde mannen. Het keizerrijk is de driekleur. Het koningschap is de banier zonder bepaalde kleur. Want de graaf van Parijs neemt de witte banier van Charette te Jersey aan, en laat de andere banier door zijn vrienden beloven. Het koningschap heeft geldwij, zeide de prins, hebben het niet. Doch wij hebben soldaten en toewijding, en deze zijn misschien meer waard dan geld. Er is niets gemeen tusschen het keizerrijk en het koningschap, en ik begrijp niet hoe iemand kan aarzelen tusschen deze beide, met elkander totaal onvereenigbare staats vormen eene keus te doen. Michael Davitt heeft in eene te Bray gehouden rede voering, zijne landgenooten aangespoord zich tot het uiterste te verzetten tegen de inbreuk op hunne vrij heden, en standvastig het werk voort te zetten van de League, die alleen zich heeft te verwijten, dat zij te aarzelend en met te veel schroom is opgetreden, en dat zij den pachters, vvien uitzetting boven het hoofd hing, slechts lijdelijken tegenstand heeft aanbe volen. Thans moet iemand die wordt vervolgd en gestraft om diensten, die hij aan de nationale zaak heeft be wezen, in al zijne medeburgers verdedigers vinden. De leden der League zullen in de gevangenis worden geworpen, omdat zij den oorlog tegen de grondeigenaars prediken. Al deze handelingen zullen nu straf baai- worden, maar er zal geen Ier zijn, die er niet roem op draagt, ze te hebben gepleegdin het eenige land van Europa, waar men, in naam der wet en met de hulp van militairen de woningen verbrandt van het volk, dat zijne rechten wil handhaven, zal een ontelbaar aantal lieden worden gevonden, die den landbouwers aanraden, hunne haardsteden met geweld te verdedigen. »Ik zou mijne hoorders beleedigen", zeide Davitt «wanneer ik onderstelde, dat zij konden aarzelen orn eenige maanden gevangenisstraf te ondergaan, omdat zij de vrijheid hebben genomen, aan een pachter te zeggen, dat hij zich tegen uitzetting uit huis en hof zoolang mogelijk moet verweren. Hoe meer het Iersche volk zich verzet tegen de wetten, die men het heeft opgedrongen, des te meer sympathie zal het zich verwerven in de geheele wereld, ook in Engeland, Schotland en Wales." Zuid-Afrika. Naar aanleiding van het in de Transvaalsche Staats courant opgenomen overzicht van de ontvangsten en uitgaven over het op 30 Juni verstreken tweede kwartaal, zegt de Volksstem o.a.: «Oppervlakkig beschouwd is het een zeer verblijdend feit. dat onze financiën zoo goed staan, en werkelijk mag elk burger des lands zich over zulk een toestand verheugen, indien er van dat kolossale surplus slechts een wijs gebruik wordt gemaakt. Het is als algemeene regel raadzaam bevonden, dat de normale inkomsten en uitgaven van een land ongeveer behooren gelijk te staan. Overtreffen de inkomsten de uitgaven tot een aanzienlijk bedrag, dan behoort het surplus aangewend te worden óf tot het daarstellen van de noodige reproductieve publieke werken, zooals liet bouwen van kantoren, hospitalen, gevangenissen en andere publieke inrichtingen, het maken van spoorwegen, wegen en bruggen, het uitbreiden van telegraafgemeenschap, het vermeerderen van postgerief en wat dies meer zij; óf tot vermindering der algemeene belastingen, óf tot beide doeleinden tegelijk. Hoe broodnoodig spoorwegen en goede wegen en bruggen voor dit land zijn, behoeven wij niet aan te toonen, want iedereen erkent het. De spoorwegbouw zal, naar wij reden hebben te gelooven, nu wel spoedig door de Hollandsche maatschappij ter hand worden genomen, zoodat de regeering het geld vrijheeft voor publieke gebouwen, wegen en bruggen enz. Met het daarstellen van publieke gebouwen is een begin gemaakt, ofschoon er nog veel te doen overblijft, vooral in de buiten districten. Het maken en in orde houden van wegen en bruggen laat nog veel, zeer veel te wenschen over. Zelfs' vlak bij de hoofdstad zijn de wegen nog in erbarmelijken toestand, zoodat het gemakkelijk te beseffen is, hoe zij op andere plekken er uit moeten zien. In de ganscbe Republiek, zoo we ons niet ver gissen, is nog slechts ééne brug voor rekening der Regeering gebouwd, en van wat wij er van gezien en gehoord hebben kunnen wij der Regeering geen compliment maken, hetzij over de soliditeit, hetzij over de sierlijkheid van dat stuk werk. Intusschen roepen tal van rivieren in de republiek luide om bruggen, om van de groote behoefte aan goede wegen niet eens te spreken. Aan de uitbreiding van het telegraafnet wordt nu een begin gemaakt en daarvoor zijn wij der regeering en wetgeving van harte dankbaarmaar dat het postgerief nog veel te wenschen overlaat, zal uit een volgend artikel blijken. Aan de vermindering van belasting is wel iets gedaan, maar lang niet genoeg en ook niet in de gewenschte richting, niettegenstaande daartoe in deze zitting der wetgeving de schoonste gelegenheid bestond. In stede van de indirecte belastingen, die zeer ongelijk drukken op de stedelijke en del versbevolkingen, eenigszins gel'yk- matig te maken, heeft de Volksraad in zijne wijsheid goedgevonden om slechts eenige geringe wijzigingen daarin aan te brengen en tegelijkertijd aanstootelijke uitzonderingen te maken ten gunste van ééne klasse der bevolking. Op beuzelachtige gronden werd geweigerd orn den prijs der delvers-Jicenties, die buitensporig hoog zijn, te verminderen, zelfs ook voor het delven van alluviaal goud. Het is te vreezen, dat op deze wijze op den langen duur de gans gedood wordt, die de gouden eieren legt. Wij hopen, dat èn regeering èn wetgeving aan deze dingen ernstig de aandacht wijden zullen en bij hetgeen zij reeds gedaan hebben het verder noodige doen zullen voor de ontwikkeling der mijn-industrie in het land. De delvers zullen wel in overweging nemen, dat in een jong land alles niet zoo haastig tot stand kan komen, vooal niet zooals de wetgeving nu is samengesteld. Dit zal echter zoo niet blijven en met de verbetering in de wetgeving zal stellig ook verbetering komen in behartiging van hunne belangen samen met die van het gansche Jand. Wij hebben reden te gelooven, dat zelfs de tegenwoordige meerderheid, de noodzakelijkheid be gint in te zien om meer toegevend te zijn in de toekomst." De tegenziende kant echter van de ver meerdering van handel en verkeer het gevolg van de sterk toegenomen bevolking op de goudvelden, waaronder natuurlijk vele lieden van verdacht gehalte zijn wordt in de Transvaal ook reeds waargenomen. Vooral te Pretoria laat de veiligheid te wenschen over en komen brutale diefstallen voor, zoodat de politie aldaar dringend versterking en betere inrichting noodig heeft. Gemengd Buiten lands cli Nieuws. Een Franschman is tot hoofd gekozen van een kleinen Zuid-Amerikaanschen staat, een republiek, met den titel van president voor 't leven. Hij heet Jules Gros, is lid der Academie, uitgever van een blad en bekend door zijn onderzoekingen van de Amazonenrivier. De nieuwe republiek omvat een gebied tusschen Brazilië en Fransch Guyana, 450,000 vierk. kilometer groot, dat tot nog toe geheel neutraal was, omdat Portugal, Frankrijk en Brazilië het over het bezit niet eens konden worden. De staat noemt zich onafhankelijk Guyana, is grootendeels door Indianen bewoond en heeft een hoofdstad Cunani genaamd, die uit 35 huizen en eenige hutten moet bestaan en 350 inwoners telt. Er zal een Fransche wetgeving worden ingevoerd alsook de Fransche taal.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1887 | | pagina 2