I I Vj- ADVERTENTIEN. bekomen ij wensch verplicht j lofcl van 'ter deze [daaraan moeten ig voor- jii', met t hij in an zijne behoudt L moemdo hebben jnmaat- Bne uit- plksiaad 'oud wet Ilambte- J lirecteur Ids ngeveer en 300 p denkt, obergen gd over inbraak Kolen en I en het dieven geringe op ver» joofdstad ten. hiet zoo it Sofia tenberg jij Prins kenning a's van lat Fer- n berger lonstan- [uls, die testdrift vas. De die de fen voor den be- oodigde an tafel die bekend Italië I aan te (aagheid twijfeld militair egingen I troepen I oeuvres In zich v fi reis van moeten 'ify, Tegevei\ waar de vSobranje zitting hield, heeft tegen het einde een vreemd verloop genomen. De prins danste er geheel als Lodewijk XIV, maar daar de Bulgaarsche schoonen geen Fransch spreken, gingen de puntige gezegden, die hij tot haar in die taal richtte, geheel verloren. Rusland. De Duitsche dagbladen spreken van een nieuwen aanslag op het leven van den czaar. Op den weg van Krasnoe-Selo naar St. Petersburg, zou een nihilist, die het uniform van officier der wacht had aangetrokken, op den czaar hebben geschoten. De kogel raakte de kleeren van den Russischen keizer. Sedert dien dag is de keizerin ziek van ontsteltenis. Engeland. De ongeregeldheden te Ostencle zijn in het Lager huis ter sprake gebracht. De minister Ferguson zeide, dat de consulaire rapporten de door de dagbladen medegedeelde feiten bevestigen. De minister van buiten- landsche zaken in België had verklaard, dat alle noodige maatregelen zouden worden genomen om de herhaling van dergelijke ongeregeldheden te voorkomen en om de Engelsche visschers in hun bedrijf te be schermen. De benadeelde partij kan bij civiele actie schadevergoeding vragen. De minister voegde er bij, dat in de Engelsche havens geenerlei invoerrecht op de visch geheven wordt; wel heft men hier en daar havenrechten, maar dit geschiedt zoowel van Engelsche als van vreemde vaartuigen. De Londensche groote bladen wijzen er ook op, dat nergens in Engeland invoerrechten van de visch geheven worden. De Temps onderstelt, dat de visschers worden aangestookt door personen, die achter de schermen zitten en het werk tuig zijn in handen van eene of andere politieke partij of van eene handels-speculatie. De Daily Neius zegt, dat de grieven, waarover men zich beklaagt, langs diplomatieken weg behooren behandeld te. worden. JLHxitsoIiI a n d. Men verneemt, dat de kroonprins van Duitschland den ganschen winter in Italië zal gaan doorbrengen. De geneesheeren achten het raadzaam, dat de patient, ter voorkoming van een nieuwe keelaandoening, be waard blijve voor den invloed der winterkoude. Frankrijk. In de République franpaise deelt de heer Colani een brief van Katkoff mede, dien bij kort geleden aan een zijner vrienden in Italië gericht heeft, naar aan leiding van een vraag van deze laatste, wat de Rus sische journalist over een Fransch-Russisch verbond dacht. Deze brief in de Seculo van Milaan indertijd opgenomen, luidt aldus: »Ik draag Frankrijk een doodelijken haat toe, omdat het steeds was en nog is een brandpunt van een liberale en revolutionaire propaganda, en ik wanhoop niet Frankrijk nog eens voor de tweede maal door de legers der orde bezet te zien. Maar nu Duitschland en' Oostenrijk Rusland bedreigen, dringt zich een verbond met Frankrijk op als een noodlottige en onaangename noodzakelijkheid". De heer Colani voegt er bij, dat een Franschman, om allen twijfel aan de echtheid van dezen brief te voorkomen, terstond aan Katkoff geschreven had om hem de openbaarmaking er van in de Secoio mede te deelen en dat Katkoff niet geprotesteerd heeft. Gelijk men weet, is door den Franschen minister van oorlog, eindelijk het 17e legercorps dat zijn hoofd kwartier te Toulouse heeft, aangewezen voor de proefs- gewijze mobilisatie. De Duitsche bladen hebben steeds den spot gedreven met dit plan en beschouwden het eenvoudig als een verspilling van 10,000,000 francs, wanneer de mobili satie althans niet geschiedde aan de oostgrens, hetgeen met het oog op Duitschland moeielijk kon gebeuren. Het blijkt, nu, dat de Duitschers gelijk hadden, want dank zij de Figaro, heeft de mobilisatie haar waarde bijna geheel verloren. Het geheele plan toch moest dienen om zooveel mogelijk een oorlogstoestand na te bootsen. Men moest beproeven of het werkelijk mogelijk is binnen veertien dagen een volledig toegerust leger corps op één bedreigd punt te vereenigen en daarom was het natuurlijk een eerste vereischte, dat de mobili satie geheel onverwacht geschiedde en de bijzonderheden geheim bleven. De Figaro beeft nu echter een volledig programma van hetgeen op alle dagen moet geschieden openbaar gemaakt. Het is een afschrift van het programma, dat door generaal Ferron alleen aan de corps-comman danten is medegedeeld. Hoe het blad er aan is gekomen, is niet bekend, maar het is zeker geen gunstig teeken, dat de minister van oorlog zoo weinig kan vertrouwen op zijn eigen ambtenaren. De Temps is natuurlijk zeer vertoornd over deze »indiscrétion", waarvoor eenige millioenen francs nutte loos worden uitgegeven, want nu eerst het volledige programma voor eiken dag aan ieder is medegedeeld, verliest het plan bij wgze eener proefneming bijna alle waarde. Ook indien nu alles bijzonder goed gelukt, bewijst het niets voor eene gewone mobilisatie in oorlogstijd. De République Frcmcaise eischt daarom dringend, dat generaal Ferron een nieuw plan ontwerpe en een ander legercorps aanwijze. Tevens dringen beide bladen op strenge bestraffing aan van den ambtenaar, die de Figaro het afschrift heeft verstrekt en daardoor het geheele plan deed mislukken. De minister van oorlog schijnt echter niet genegen te zijn dit te doen. Ten minste na de mededeelingen in de Figaro verzond generaal Ferron een bericht aan de bladen van den volgenden inhoud: »Door een mis dadige onbescheidenheid zijn aan een der bladen de bijzonderheden medegedeeld betreffende de manoeuvres, welke het gemobiliseerde legercorps moet uitvoeren. Deze indiscretion heeft geen invloed op de waarde der proefneming, daar de mobilisatie reeds een aanvang heeft genomen. Daarom is het vergrijp echter niet minder te betreuren en heeft het den minister aan leiding gegeven tot het instellen van een zeer streng onderzoek." Gemengd 85 uiten I an dscli Nieuws. De graaf Von Moltke kwam onlangs in een herberg nabij zijn landgoed te Schweidwits en vroeg een glas ge woon bier. De waard, die den grooten veldmaarschalk her kende, had twee soorten bier, van 5 en van '10 pfennig per glas. Hoewel de hooge gast om gewoon bier had gevraagd gaf de herbergier van het beste. Nadat Von Moltke het glas schuimend bier had uitgedronken prees hij het brouwsel en legde een lOpfennigstuk op tafel, denkende 5 pfennig terug te ontvangen. De herbergier stak het echter in zijn zak en gaf niets terug. De veldmaarschalk keerde zich om en vertrok zonder een woord te zeggen. Eenige dagen later kwam hij weder terug en vroeg weder een glas gewoon bier, waarop de waard hem even als de vorige maal een glas dubbel bier bracht. Toen Von Moltke zijn bier op had riep bij den her bergier en zeide: »De laatste maal gaf ik tien pfennig ik hield dus nog tien penning te goed, wij zijn nu dus gelijk." De herbergier zeide dat hij dubbel bier had gegeven, dat 10 pfennig kostte. »Ja", zeide de graaf, »maar dat heb ik je niet gezegd" en glimlachend ging hij heen. Volgens een Fransch blad heeft een millionnair te Washington, de heer White, aan den heer Beauquesne, directeur der Roquette-gevangenis te Parijs, een brief gericht, waarin hij aanbiedt om in plaats van den ter dood veroordeelden Pranzini het schavot te beklimmen. Aan het slot schrijft de Amerikaan: Om drie redenen doe ik u dit voorstel: Ten eerste de menschelijkheid, ten tweede mijne nieuwsgierigheid om te weten hoelang een onthoofde nog zijne bezinning houdt en ten derde de wensch om van mij te doen spreken. De directeur verwaardigde zich niet den exentrieken menschen- vriend een antwoord op zijn voorstel te geven. Bij Spitbead zal zich dezer dagen een Chineescb eskader, onder bevel van admiraal Lang verzamelen, waarvan de schepen in den laatsten tijd op Euro- peesche werven werden gebouwd. Het eskader bestaat uit vijf schepen: twee gepantserde snelkruisers, door de firma Amstroog gebouwd, twee te Stettin ver vaardigde kruisers en een torpedoboot van een werf op de Theems. De torpedoboot heeft een Engelsche bemanning. De overige vier schepen zijn met zeshonderd Chineesche matrozen bemand en staan onder bevel van Chineesche gezagvoerders, die de zeevaartkundige school te Green wich bezocht hebben en verder hunne practische op leiding aan boord van Britsche pantserschepen hebben ontvangen. "Verscheidene Engelsche zeeofficieren staan admiraal Lang ter zijde, terwijl er zich minstens een bevindt aan boord van elk der andere oorlogsvaartuigen. Hoe luitenant Wissmann, de bekende Afrikareiziger, er toe kwam om zijne gevaarvolle ontdekkingstochten te ondernemen, daarover worden de volgende bijzonder heden medegedeeld. Op zekeren dag zat Wissmann hij was toen nog in dienst met verscheidene zijner vrienden in een koffiehuis, toen hij hoorde hoe aan een tafeltje naast het hunne, een heer levendig sprak over het zwarte werelddeel en de koene reizigers die het onbekende land bezochten. Men sprak juist over de moeielijkheden en gevaren van zulk een ontdekkingsreis en de onbekende heer beweerde, dat er wel niet zoo gauw iemand gevonden zou worden, die het waagstuk durfde ondernemen. «Wanneer iemand maar voor het noodige geld zorgt, reis ik dwars door Afrika", zeide op dit oogenblik luitenant Wissmann, en de onbekende hield den jongen, flinken officier dadelijk aan zijn woord. Hij vroeg hem hoe, en op welke plaats hij dan eigenlijk het wereld deel wilde doorkruisen. Wissmann bedacht zich niet lang en maakte op een kaart van Afrika, die inmiddels voor den dag was gehaald, een potloodstreep van de eene zee naar de andere. Alle aanwezigen begonnen hartelijk te lachen, maar de onbekende heer had schik in de vastberadenheid van den jongen officier, men begon dadelijk ernstig over de zaak te spreken, men scheidde met handslag en den volgenden dag zat Wissmann, die zeker nooit gedroomd had, dat hij Afrika zou zien, reeds ijverig in zijne boeken het land en volk voorloopig te bestudeeren. Zoo werd luitenant Wissmann Afrika-vorscher. De zon-eclips heeft te Kline (Rusland) een groote paniek veroorzaakt. Bijna de geheele bevolking was naar de plaats gegaan, waar professor Mendéléieff met een luchtballon zou opstijgen. Toen de lucht ver duisterde, maakte een groote vrees zich van de menigte meester en op enkele meer ontwikkelden na, gingen allen op de vlucht. Eerst toen het weer licht werd stelden zij zich langzamerhand gerust. Onder de rijke petroleumlanden, zal naast Noord- Amerika en Trans-Caucasië, weldra Venezuela een eervolle plaats gaan innemen. In het noordelijk ge deelte des lands, 't welk bespoeld wordt door de golf van Maracaïbo en bedekt is met eindelooze wouden wellen allerwegen petroleumbronnen op, getuigende van den onberekenbaren voorraad, dien de bodem in zijn diepen schoot verbergt. Het verslag, door den Amerikaanschen consul, den heer Plumacher, betreffende dit nieuwe petroleumdistrict aan zijn regeering gezonden, luidt buitengewoon gunstig. De regeering van Venezuela heeft onverwijld een maatregel genomen om uit dien schat voordeel voor den Staat te trekken. Vreemdelingen in Japan. Naar aanleiding van een verspreid gerucht, dat de Duitschers het sterkst in Japan zouden vertegenwoordigd zijn en er den meesten invloed® hebben, geeft de Daily News de volgende getallen, volgens de laatste opsomming. Er zijn in Japan 1423 Engelschen, 592 Amerikanen, 343 Duitschers en 198 Franschen. In dienst der regeering zijn 68 Engelschen, 27 Duitschers, 17 Amerikanen, 8 Franschen, 8 Italianen en 6 Hollanders. Een der voornaamste dagbladen van New-York deelt mede, dat dezer dagen aan het postkantoor aldaar uit Ohio een brief werd ontvangen, waarop het volgende adres stond: «Deze brief is gericht aan het schoonste en deugdzaamste meisje en behoort haar ongeopend ter hand te worden gesteld," De directeur van 't postkantoor bracht de zaak ter kennis van het publiek, onder bijvoeging van deze woorden, dat de brief een «inhoud van gewicht" had. In den loop der drie volgende dagen vervoegden zich ruim 9000 jeugdige bewoonsters van New-York aan het postkantoor om den bewusten brief in ontvangst te nemen, ieder bewerende dat zij daartoe ten volle gerechtigd was. De directeur heeft uit die schoonen niet de schoonste durven aanwijzen.. Een rijtuig van bijzondere constructie is voor de manoeuvres in de oostelijke provinciën van Duitschland, voor den keizer gemaakt. Met een bijzondere elegantie gaat een uiterst vernuftig gevonden mechanismus gepaard, waardoor de keizer zich kan vrijwaren voor de vermoeiende lichamelijke bewegingen en houdingen. O.a. zijn in het rijtuig leuningen aangebracht, waarop de grijze vorst bij het staan kan leunen, maar die zich samenvouwen, zoodra hij zich weer nederzet, alles door mechanisme. Een bok voor den koetsier is er niet, deze moet de paarden van het zadel uit besturen; alleen achter is een bank voor bediende en jager. Om de waterkracht van den Niagara dienstbaar te maken aan de industrie, is te Buffalo weder eens een beweging op touw gezet. Het denkbeeld is niet nieuw, reeds jaren lang is het besproken, zonder tot nog toe tot eenig resultaat te hebben geleid. Nu hebben in- dusti'ieelen te Buffalo de zaak ernstig ter hand genomen en zich met alle kracht aan het werk gesteld ter bijeen- brenging van 100,000 dollars, welke som zal worden bestemd tot belooning voor alle uitvinders der wereld voor de ontdekking uf uitvinding van het beste hulp middel om de waterkracht van den Niagara in of nabij Buffalo dienstbaar te maken, en wel zoo, dat de kracht dienstbaar gemaakt kan worden voor verschillende fabrieken in de stad. Dit aardige sommetje zal zeker vele ingenieurs in de oude, zoowel als in de nieuwe wereld tot denken opwekken en misschien nog wel tot oplossing van het vraagstuk leiden. ^eer e11 Mevrouw KOOLE-van der Vliet betuigen hunnen welgemeeudeit dank voor de blijken van belangstelling, ondervonden bij de geboorte hunner dochter. Zierikzee, 28 Augustus 1887. Kraamvisites worden bij voorkeur afgewacht Woensdag 31 Augustusvan 2 tot 4 twr. 1 iV r

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1887 | | pagina 3