Buitenland. De kantonrechter te Leiden heeft uitspraak gedaan in de zaak van het vroeger verliefde paar, waarvan de minnaar na de verbreking van het engagement den verlovingsring terugzond, maar zijne vroegere verloofde weigerachtig bleef dit wederkeerig met het van hem gekregen gouden horloge en dito ketting te doen, bewerende dat liet haar eigendom was geworden. Bij uitvoerig gemotiveerd vonnis werd nu zijn door hem tegen haar ingestelde eisch, om teruggave der waarde van bovengenoemd geschenk, ontzegdmet veroordeeling in de kosten van het geding. De kantonrechter overwoog, dat het hier niet gold een rui! (met een ring) maar eene schenking om niet. waarbij geen voorwaarden waren gesteld, en dat zoo al de schenking is gedaan met het oog op een aanstaand huwelijk en zelfs in de hoop, dat de begiftigde daartoe te eer bewogen zou worden om de huwelijksverbintenis te sluiten, de verijdeling van die hoop of het missen van het doel der schenking geen grond oplevert, orn deze schenking te herroepen. De vergelijking van giften tusschen verloofden met gods- penning, door den verdediger gemaakt, stelde de kantonrechter geheel ter zijde. Eindelijk overwoog de kantonrechter, dat trouwbeloften geen rechtsvordering geven. Door den heer A. Hartog Azn. is concessie gevraagd voor een stoomtramlijn Leur-Zevenbergen-KIundert- Willemstad of, door het geval voor het gedeelte Leur- Zevenbergen bezwaar mocht bestaan, voor een lijn Zevenbergen-KIundert-Willemstad. De heer A. Hartog Azn., concessionaris der stoom tram weglijn IJerseke-Vlake-Wemeldinge-Hansweert, heeft deze concessie overgedragen aan de »Société Hollande-Belge de Tramways" (société anonyme), welke maatschappij de waarborgkapitalen ten behoeve van het rijk heeft gestort. Van het zomerweekblad Het Geuldal voor Valkenburg en omstreken verscheen, in vergroot formaat, het 1ste nummer van den 3den jaargang bij Gebrs. Crolla te Houthem-Valkenburg. Uit dit nummer blijkt wederom hoeveel succes de vereeniging tot bevordering van het vreemdelingenverkeer te Valkenburg op haar rusteloozen arbeid inoogst. Op dit oogenblik zijn reeds tallooze families in de verschillende hotels te Valkenburg ge logeerd, waaronder weer vele uit Rotterdam en omstreken. Zeer velen komen ook uit Duitschland en België - één zelfs uit Afrika- verademing zoeken aan de bevallige boorden der lieve Geul. Te Amsterdam is Dinsdag de Nederlandsche Zuid- Afrikaansche Spoorweg-maatschappij opgericht, waarvan als directeuren optreden de heere.n R. W. J. C. van den Wall Bake en J. L. Cluijsenaer, en als commis sarissen de heeren mr. A. van Naamen van Eernnes, mr. O. W. Star Numan, A. D. de Marez Oijens, Max Winterfeldt, firmant van de Berliner Handelsgesellschaft, Hugo Oppenhéim, van de firma Robert Warschauer en Co. en Willi. Simon te Berlijn. Het academisch proefschrift van den heer N. H. Frank, geboren te Veendam, Zaterdag tot doctor in de geneeskunde te Amsterdam bevorderd, bevat «waar nemingen omtrent geschoten wonden." Zij zijn gedaan op gevallen alle voorgekomen den 26 Juli 1886 en veroorzaakt door de botsing der militaire macht met een deel der bevolking bij het paling-oproer. Uit het proefschrift blijkt, dat een drietal gewonden werd opgenomen, die nog dienzelfden nacht overleden, terwijl 16 dood werden binnengebracht, en wel: 6 met schedel-, 6 met borst- en 6 met buikverwonding en 1 met gecompliceerde splinterfactuur van het onderbeen. De behandelde gevallen bepalen zich tot 25, die verwon dingen bekwamen aan de zachte deelenallen op een na, die een blind schot aan den schouder had, herstelden9 leden aan verwonding der beenderen, van welke twee, na eenigen tijd te zijn behandeld, overleden; 3 werden aan de gewrichten verwond, van welke '1 overleed; 3, wier inwendige organen verwond waren, herstelden niet. Het betrekkelijk groot aantal dooden wordt door den schrijver verklaard uit den korten afstand, waarop geschoten werd. Terwijl men vroeger meende, dat de wonden des te zuiverder waren en des te gunstiger verliepen, op hoe korteren afstand zij waren veroorzaakt, is het bij de moderne geweer- projectielen gebleken, dat deze verwondingen juist het hevigst en gevaarlijkst zijn en op die gelijken, welke door ontplofbare kogels worden teweeggebracht. Ongelukken, Kampen, Misdaden, enz. Tegen een viertal infanteristen uit Leeuwarden, die verleden Zaterdag namiddag aan de Dokkummer Ee gezwommen hebben, en zich verwijderden, toen hun kameraad, een tamboer, in de diepte verdween, zonder dat zij pogingen hebben aangewend om hem te redden, is proces-verbaal opgemaakt wegens het niet verleenen van hulp. Met hetzelfde paard, dat voor eenige dagen door een slag een beenbreuk aan luitenant Metelerkamp toebracht, heeft Maandag diens oppasser een ongeluk gekregen; men vond hem aan den voet van den Amersfoortschen berg zwaar bebloed liggen, terwijl het paard, eveneens hevig bloedende, hem gedeeltelijk bedekte. De oppasser, door het vele bloedverlies bijna onkenbaar geworden, is naar het hospitaal vervoerd het paard moest, na met dekens omwonden te zijn, door 4 man ondersteund worden, om den weg naar den stal te kunnen afleggen. Uit Roermond is eene weduwe, moeder van drie jeugdige kinderen, heimelijk vertrokken, met achter lating dier kinderen. Deze zijn door de politie van de straat opgenomen en onder dak gebracht. Volgens een ander bericht van daar is voor de deur van den burgemeester een 8-jarig knaapje hulpeloos achtergelaten. Het kind hield een briefje in de hand, waarin geschreven stond, dat het aan de goede zorgen van den burgemeester werd aanbevolen. Na groote inspanning gelukte het Zondagavond der politie te Dordrecht een schipper, van een in de Wol wevershaven voor anker liggend Duitscli aakschip, in handen te krijgen, die alle blijken van krank zinnigheid aan den dag legde door n.l. zich als een razende aan te stellen en eenige schoten uit een revolver te lossen, terwijl hij een ieder, die hem trachtte te naderen, met een ijzeren staaf dreigde neder te slaan. De familie van den burgemeester van Antwerpen, de heer Leopold De Wael, is in rouw en verslagenheid gedompeld. Zijne zuster, mevr. de wed. Legrelle, vertrok dezer dagen met hare beide dochters naar Parijs. De kamer in het hotel, die aan de meisjes werd aangewezen, rook wel wat duf, maar men lette er niet veel op, daar men zeer vermoeid was van de reis en de beide meisjes spoedig insliepen. Haar moeder sliep in eene andere kamer. Den volgenden morgen gevoelden de beide meisjes zich zoo onwel, dat de terugreis naar Antwerpen moest worden aanvaard. Daar bleek het, dat de jonge dames waren aangetast door diphteritis. Na verloop van enkele dagen waren zij bezweken. Te Parijs had men aan de meisjes een kamer gegeven waar veertien dagen te voren een diphteritis-lijder bezweken was. Men had verzuimd, de kamer te desinfecteeren. In de vorige week gebeurde op de lijn Esap-Batyn, in Hongarije, een spoorweg-ongeluk, waarbij een aantal personen zwaar weiden gewond. Volgens ooggetuigen ontstond het ongeluk daardoor, dat de machinist, dadelijk nadat de trein het station verlaten had, om zijn verloren tijd in te halen, met een zoo snelle vaart doorstoomde, dat door den schok de kettingen die de middelste wagens aaneen koppelden, braken en de trein in twee gedeelten verder roldeeerst buiten, op de vrije baan, zag een baanwachter het gevaar en gaf den machinist noodseinen, waarop deze spoedig stopte. Tengevolge van de vrij sterke helling rolde daarentegen het tweede gedeelte van den trein met snelle vaart al nader en nader en kwam zoo geweldig in botsing met de tot stilstand gebrachte wagens, dat eenige daarvan uit de sporen werden geworpen en ernstig werden beschadigd. Er werd dadelijk om hulp getelegrafeerd. Een gedeelte van den trein werd naar Batyn gebracht; de zwaar gewonden vervoerde men naar het naburige Esap. Te Packs bij Pest in Hongarije heeft Zaterdag op den Donau een vreeselijk ongeluk plaats gehad. Meer dan 300 pelgrims, mannen, vrouwen en kinderen, staken met vlotten den stroom over, die op deze plaats zeer gevaarlijk is. Eensklaps barstte een onweer losal de vlotten werden uiteengeslagen en de opvarenden in den stroom geworpen. De bevolking, die op de beide oevers toesnelde, kon aan de on- gelukkigen geen de minste hulp verleenen. Men hoorde de laatste wanhoopskreten der slachtoffers langzamer hand wegsterven. Een 50tal pelgrims kon zich zwem mende redden, waaronder een priester. Eenige uren later werden hoopen lijken op beide oevers aangespoeld. De verslagenheid in de streek, waar de ramp plaats had, is algemeen. Een paar dagen geleden stortte te Milaan de werk plaats in, waar het standbeeld voor Victor Emanuel gegoten wordt. Volgens eene mededeeling van de Popoio Romano heeft men hier met eene misdaad te doen. Bij onderzoek bleek het namelijk, dat een van de stutbalken was doorgezaagd; bij het instorten der werkplaats werden elf arbeiders onder het puin begraven, waarvan er een stierf en vijf anderen nog in levens gevaar verkeeren. Het standbeeld bleef onbeschadigd. Eng^elan cl. Het jubileums feest van Koningin Victoria. De groote feestdag is te Londen buiten verwachting goed afgeloopen. Overal heerschte de meeste geestdrift en het schitterende van den optocht naar de Westminster- Abdij werd nog verhoogd door de heldere zonnestralen. Geheel Londen was op de been en begaf zich in de richting van de abdij zonder groote hoop deze van nabij te kunnen naderen, daar een dichte menigte van af 2 uur in den morgen reeds bezit had genomen van den weg, welken de stoet moest volgen. Het rijtuigverkeer was geheel en al gestaakt. Personen, die vensters of plaatsen op tribunes gehuurd hadden op straten en op pleinen, waarlangs de stoet ging, begaven zich in allerhaast op weg met allerhande levensmiddelen onder de armen, daar zij vooruit wisten eenige uren gevangen te zullen zitten. Om 8 uur begon de politie, de haie reeds te vormen, in het midden der straten niemand doorlatende, behalve eenige jour nalisten, die van een kaart voorzien waren, en de leden van het Lager- en Hoogerhuis in officieel eostuum. De verschillende detachementen soldaten, die hun stand plaatsen gingen innemen, konden nauwelijks vooruit komen, en van de tonen der muziek werd bijna niets gehoord. Elk regiment had zijn eerevaandel bij zich, waarop de teekens gebordeerd waren ter herinnering aan de roemrijke veldslagen, door hen geleverd, zooals een sphynx voor Egypte, een draak voor China, een olifant voor de oorlogen in Indië, enz. Om tien uur was de weg van Buckingham naar de abdij als het ware opgestapeld met menschen. Tribunes en estrades waren overvol, een menigte mannen- en vrouwenhoofden zag men voor de ramen, dakvensters en op de daken. Er was geen plaats voor een blaadje papier te vinden tusschen de schouders en ruggen der voetgangers, die tegen de muren werden platgedrukt en de haag van 8000 soldaten. Behalve de koninklijke personaadjes hadden alle genoodigden in de abdij hunne plaatsen reeds ingenomen. Indrukwekkend was het gezicht op de verschillende uniformen, de schitterende diamanten in het haar en op de borsten der dames, de roode of blauw geborduurde hermelijnen mantels der magistraten enz. Om half elf verliet het eerste gedeelte van den stoet het paleis, geheel overeenkomstig de wijze, welke men vroeger beschreven heeft. De koningin arriveerde eerst om half een in de kerk zoodat zij, die reeds van tien uur gewacht hadden, zich onge rust begonnen te maken. Een beschrijving te geven van het enthousiasme, dat zich van het volk meester maakte, toen de koningin in aantocht was, is onmogelijk. Op het gezicht der eerste wapenherauten, werden met zakdoeken gewuifd, werden de hoofden ontbloot en kwam aan het: Lang leve de Koningin 1 schier geen einde. Zeer verstandig had men de ooren der paarden, welke voor het rijtuig der koningin gespannen waren, dichtgestopt. De prinsessen, die in de rijtuigen gezeten waren, welke dat der koningin voorafgingen, moesten op het laatst het buigen staken van vermoeienis. De koningin beantwoordde deze geestdriftige ovaties op vrij koele wijze, zegt een correspondent. Zij droeg een zwart zijden japon, met het lint der Kouseband- orde; haar hoed, welke in de kerk verwisseld werd voor de kroon, was van zwart fluweel, in den vorm van een diadeem, met paarlen bezaaid, terwijl de brides door een broche van diamanten waren vastgemaakt. Na een kort oponthoud in het voorportaal der kerk, hetwelk met bloemen, vlaggen enz., was versierd, deed de koningin haar intocht in de kerk. Terwijl hare Majesteit den troonzetel naderde, speelde het groote orgel, versterkt door koperinstrumenten, het volkslied en een marsch van Haendel. De 9000 genoodigden waren allen opgestaan, en een ongeëvenaard schouwspel leverde de kerk op. De kerkelijke plechtigheid had geheel volgens het medegedeelde programma plaats. Voor dat de stoet de kerk verliet, defileerden de kinderen der koningin en de overige gasten voorbij de koningin en kusten haar de hand, de koningin omhelsde daarna hare kinderen. De terugtocht om 2 uur had op dezelfde wijze plaats, en overal werd weder dezelfde mate van geestdrift aan den dag gelegd. In den stoet werden allerhande uniformen opgemerkt, maar vooral trok een Indische prins de aandacht, wiens turban versierd was met diamanten ter waarde van 1V2 millioen gulden. Betrekkelijk weinig ongelukken hebben plaats gehad. Een ongeval is den markies Van Lome overkomen. Hij werd van zijn paard geworpen, doch na eenige oogenblikken bewusteloos te zijn geweest, herstelde hij zich spoedig en besteeg een ander paard. Van tijd tot tijd zag men een draagbaar, waarop nu eens een politie-agent, dan weder een vrouw, en somtijds ook een soldaat gelegen was, die, tengevolge van een of ander ongeval, naar een ziekenhuis vervoerd moesten worden. Verscheiden personen vielen tengevolge der warmte in onmacht, terwijl enkele personen door zonnesteken getroffen zijn. Om 4 uur waren in de

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1887 | | pagina 2