Buitenland.
Kunst, Wetenschap en Letteren.
Onder den naam van Carbolineum Avenarius, is
door de gebrs. Avenarius, te Gaulgesheim, Steglitz en
Arastetten, sinds een tiental jaren een preparaat in
den handel gebracht, dat proefondervindelijk moet
bewezen hebben aan zijne bestemming te beantwoorden.
Deze stof vrijwaart hout tegen bederf. liet is eene
scheikundige samenstelling, die het hout doordringt,
zonder dit voor de lucht af te sluitenhet sluit de
poriën van het hout niet. Zijn in het hout nog vocht-
deelen aanwezig, dan kunnen zij naar buiten komen,
zoodat zelfs niet droog, d. w. z. versch hout, geschikt
kan gemaakt worden voor het gebruik.
Merkwaardig is onder de talrijke attesten het rapport
van de directie der Pfalzische Eisenbahn. Twee stukken
van dezelfde groenen plank werden in den grond ge
bracht nadat het eene stuk met Carbolineum Avenarius
bestreken was en bleven daarin gedurende 3 jaren.
Bij het opgraven vertoonde het met Carbolineum
Avenarius behandelde hout geenerlei sporen van verrot
ting, terwijl het andere geheel in staat van verrotting
verkeerde.
Van hoeveel gewicht de toepassing van zulk een
scheikundig preparaat is bij houten gebouwen, schut
tingen, steigers, heipalen, dwarsliggers, broeikasten,
enz., is duidelijk. Ook tegen vloerpaddestoelen en voor
het conserveeren van netten, zeilen, touwwerk enz.,
wordt Carbolineum Avenarius gezegd een goed middel
te zijn.
Ongelukken, Kampen, Misdaden, enz.
Zaterdagnamiddag hoorde een politie-agent eene
vrouw, woonachtig op de Meent te Rotterdam, moord
roepen, waarop hij de woning binnen ging, om de
vrouw, die mishandeld werd, hulp te bieden. De man
der vrouw heeft toen den agent met een knipmes
verschillende verwondingen toegebracht, zoodat het
noodzakelijk werd geacht, hem in het ziekenhuis op
te nemen. Niettegenstaande zijne verwondingen, heeft
de agent den dader nog naar het bureau der tweede
afdeeling gebracht.
Twee fatsoenlijk gekleede personen, waarvan er een
scheel zag, traden Donderdagavond in den Haag eene
tapperij binnen en gebruikten iets. Eenigen tijd daarna
kwam een derde, minder net gekleed, binnen en ver
telde, dat hij ergens had zitten kaartspelen en o.a.
een kunstje had geleerd. Hij nam toen drie kaarten,
waaronder bijvoorbeeld ruitenheer", en na ze eenige
malen vlug over elkander gegooid te hebben, zeide hij
tot een der heeren: »Ik wed. om een gulden, dat u
niet weet waar thans ruitenheer ligt!" Mijnheer wist
het wel en won. »Nog eens", zeide de laatste inge-
komene, »om een rijksdaalderNu verloor de andere
het. »Den moed niet opgeven, mijnhecren; om vijf
gulden dat u niet weet waar ruitenheer ligt!" 't Werd
aangenomen, en mijnheer won opnieuw. Toen wist
hij den kastelein er toe te bewegen, om het eens te
wagen; ook deze won de eerste maal, doch moest al
het geld, dat hij later op de genoemde kaart zette,
zien verdwijnen in den zak van den sluwen oplichter,
om dat later met zijne beide handlangez's te deelen.
De lezer zal wel begrepen hebben, dat het drietal
elkaar hoorde, en men met gevaarlijke bedriegers te
doen had.
Te Lanaken, nabij Maastricht, zijn door de Belgische
ambtenaren aangehaald 1200 kilo tabak, die men,
gedekt met stroo, op een kar, bespannen met twee
paarden, had getracht uit Nederland in te smokkelen.
Paarden en wagen zijn verbeurd verklaard, terwijl de
voerman, in hechtenis is genomen.
Spanje.
In eene republikeinsche samenkomst, te Calatavud
gehouden, heeft de afgevaardigde Portuondo betoogd,
dat de republikeinsche partij niet kan zegepralen
door geweldadige, maar door wettige middelen. Salmeron
zeide: Wij verdedigen in het parlement de rechten
van den menschwij willen den triomf der rede, van
het recht en de rechtvaardigheid. Wij eerbiedigen den
godsdienst, die de waarborg is van het menschelijk
geweten. Salmeron eindigde zijne redevoering met de
republikeinen tot eenheid aan tè manen. Na de meeting
werden er telegrammen van gelukwensching naar Ruiz
Zorilla en Pi y Margall gezonden.
Oostenrij k.
De Neue Freie Presse, sprekende over den uitslag
der verkiezingen voor de Algemeene Raden in Frankrijk,
is van oordeel, dat de monarchalen geene reden hebben
van tevredenheid, daar zij zich blijkbaar in de stemming
der bevolking bedrogen hebben en geene overwinning
van eenige beteekenis behaalden. Maar ook de repu
blikeinen, zoo vervolgt het blad, kunnen niet voldaan
zijn, daar zij niets meer verkregen dan niet geslagen
te worden. De meerderheid der natie heeft getoond,
niet gediend te willen zijn van de monarchie, maar
evenmin geestdrift te koesteren voor de republiek.
Dat dit zoo is, schrijft de Neue Freie Presse hieraan
toe, dat de republiek, in stede van conservatief te
blijven, hoe langer hoe meer in handen van de radi
calen valt.
Frankrijk.
Albert Wolff levert in de Figaro eenige beschouwingen
over de crisis der laatste jaren. Zij klagen het meest,
die het meest hebben bijgedragen om de crisis te
veroorzaken, hun verkwistingen, pronkzucht, onver
schilligheid voor ernstige zaken was niet vol te houden.
De waarheid is, zegt hij, dat wij gedurende de laatste
tien jaren te hard geloopen hebben en dat wij ons
nu niet moeten verwonderen als die snelle vaart ons
eenigszins duizelig heeft gemaakt. De geldzucht heoft
alle klassen op hol gebracht. Eenige verstandige lieden
uitgezonderd, kan niemand het nog gewoon worden,
zijne uitgaven naar zijne inkomsten te berekenen en
te regelen. Van hoog tot laag waren wij allen met
dezelfde "koorts besmet, die ons als spelers, op eene
gewaagde kans deed hopen, zoo in het gewone leven
als in de kunst en in de letteren. De schilder kon in
zijn klein huis niet meer leven, ofschoon hij het van
den kelder tot aan het dak met kostbare tapijtwerken
en kunstwerken opvulde. De romanschrijver dacht
minder aan zijnen roem dan aan het geld, dat zijne
werken moesten opbrengen. De tooneelschrijver achtte
zich onteerd, wanneer zijn stuk niet ten minste 200
keeren gespeeld werd en hem minder dan honderd
duizend frank aan schrijvers rechten opleverde. De
huisheer bracht zijne huurprijzen zoo hoog mogelijk
en de koopman, in plaats van wijze besparingen te
doen, en den noodigen tijd te gebruiken om den bruid
schat zijner dochter bijeen te zamelen, liep in stormpas
de fortuin achterna, zonder te denken, dat hij zich
bij den eersten hinderpaal den hals moest breken. Voor
alles vroeg men dwaze prijzen, daar men zeker was,
het gevraagde te bekomen. Men dong niet af op de
villa's in de badplaatsen; men verkwistte het geld op
reis, en het was niet meer het wijze, vooruitziende
leven, maar een soort van bohemerleven,, waarin
men, zorgeloos voor den dag van morgen, niet
anders meer dacht dan om het vermaak na te
jagen. Maar is de crisis, die wij doorworstelen en
waarover wij geen van allen het recht hebben om te
klagen, daar wij ze zelf te weeg brachten, is die dan
wel zoo verschrikkelijk als men wel zegt Zou 'men
niet meenen, dat de ellende ons verstikt, wanneer
men eigenlijk niets anders ondervindt dan een algemeen
ongemakDe crisis, waar wij in leven, zal misschien
voor natuurlijk gevolg hebben, ons tot de wezenlijkheid,
tot den normalen gang der zaken terug te brengen.
In dit geval kan men haar bestaan als eene weldaad
beschouwen, en dan geeft het ons weinig, of het tijdelijk
ongemak ons eenigszins hindert, als wij er maar door
komen met het gewenschte evenwicht en de onder
vinding ons slechts de noodige wijsheid heeft bezorgd.
Het valt niet te loochenen, dat de wereld sedert eene
halve eeuw eene omwenteling ondergaan heeft. Er valt
nu te kiezen tusschen heropbeuring of totalen onder
gang. De bandeloosheid der geesten is niet geheel
een gevolg van de revolutionaire denkbeelden, die de
genotzucht buitenmate aanprikkelen, neen, het geld is
de groote vernieler en de drift om zooveel en zoo snel
mogelijk de genoegens van het leven te genieten,
maakt dat wij nu klagen over ons ongelukkig lot.
Wij kenden geene maat meer!.. Zulke zeden, zulk
een drift om snel te winnen, vereenigd met de niet
minder dwaze drift om snel uit te geven, had aller
hersens op hol gebracht en doodde den normalen
toestand der samenleving. Dat kan vijf, tien, vijftien
jaar duren, maar eindelijk treft ons de crisis, zoo als
de verzwakking dengene treft, die zijn leven op alle
mogelijke wijzen ondermijnde. Evenwel moet men
voor zoo weinig het einde der wereld nog niet uit
bazuinen! De wereld is zoo min aan haar einde als
in vorige eeuwenintegendeel, zij herbegint en aan
gezien men het geld met minder gemak wint, zal
men het ook met minder loszinnnigheid uitgeven.
Men zal zich weer zachtjes aan gewoon maken aan
zekere matigheid, in plaats van steeds hooger en
hooger dan anderen te willen vliegenmen zal
minder snel maar met niet meer zorg zijn fortuintje
verzamelen, en het zal er des te solieder om zijn,
naarmate het meer moeite, zorg en zweet heeft
gekost. Misschien heeft deze crisis als teugel gediend
aan de verkwistzucht en zal de zedelijkheid der ouden
van dagen, waarvan wij nog hier en daar een voorbeeld
aantreffen, als eene oudheidkundige relequie in een
museum, in ons terugkomen. Wanneer de ouders
gelijk vroeger, weer hunne inkomsten zullen tellen,
zullen ook de kinderen niet meer opgroeien in het
verachten van den arbeid, die alleen het langzaam
opgebouwde welvaren tot gevolg heeft. Eindelijk zal
men misschien in de familie terugkomen tot den
geest van orde en het bohemerleven, dat ons veel
illusies gaf, vaarwel zeggen.
Servië.
In Servië schijnt alles nog niet in orde. De oppositie
beweert dat de regeering voor haar leeningsontwerp
geen meerderheid verwierf. In de Skoepschina werd
niet hoofdelijk gestemd en werden de stemmen niet
geteld. Ontevredenen hebben het huis van den onder
voorzitter in brand gestoken en zonden dreigbrieven
aan de ministers en hun aanhangers. Aldus wordt
uit Weenen aan de Foss. Zeit, gemeld.
Denemarken.
De president der Kamer, Berg, die tot gevangenisstraf
was veroordeeld, heeft zijn straf ondergaan en thans
wordt hij door het geheele land gevierd. Op het feest
te Kopenhagen is den 1 Aug. een veel grooter in
Jutland gevolgd. Bij Kolding werd het gevierd. Te
voet en in rijtuigen stroomden de bewoners van den
omtrek er heenlange extra-treinen en zeer vele
stoomschepen brachten do gasten uit alle deelen van
Jutland en van het eiland Funen. Er waren 40 a 50,000
menschen bijeen. Nog den dag te voren had de
conservatieve vereeniging pogingen gedaan om het
feest te verhindereneene deputatie had zich naar
den minister Nelleman begeven om hem te verzoeken
het te verbieden, maar de minister, die het anders
niet nauw neemt bij maatregelen tegen de liberalen,
wilde de gevolgen van zulk een verbod niet op zijne
verantwoording nemen. De door Estrup georganiseerde
gendarmen waren verwijderd, maar het garnizoen van
Fredericia was geconsigneerd en ieder infanterist had
50 scherpe patronen ontvangen. De stad Kolding was
met groen en vlaggen versierd. Des namiddags defileerde
een groote optocht met vele muziekcorpsen en 58
banieren van vereenigingen voorbij het huis, waar
president Berg zijn intrek had genomen. Bijna ieder
muziekcorps speelde de melodie van het lied, waarvan
het refrein is: »Weg met Estrup, Scavenius en Raun."
Met moeite konden Berg en zijne vrienden zich een
weg door de menigte banen. Advokaat Hansen begroette
de aanwezigen op het feestterrein; oorspronkelijk,
zeide hij, was slechts een feest van dit kiesdistrict
bedoeld, maar het was een feest van het geheele
land geworden. Het vonnis, over Berg uitgesproken,
kon het volk niet begrijpen, de geschiedenis zou het
oordeelen. Een oorverdoovend gejuich ging op, toen
Berg op het spreekgestoelte verscheen. Hij wees op
het onderscheid tusschen een geordenden constitutioneelen
toestand, en den toestand, die tegenwoordig in Denemarken
heerschte; ongeduldig vroeg het volk zich af, hoelang
het nog zoo zou moeten voortgaan. Maar hier kon
alleen volharding helpen; geene overhaasting, want
dagelijks vermeerderde het getal der strijders voor
de vrijheid. Zullen wij den vrede aannemen, dien het
ministerie ons aanbiedt, zullen wij ons onderwerpen?
(Neen, neen, klonk het van alle kanten). Het geheele
volk is eendrachtig in de verdediging der vrijheid,
maar het moet den passie ven wederstand tegen het
tegenwoordig regeerings-systeem niet moede worden
Het volk heeft een symbool zijner eensgezindheid
noodig en zoo het daartoe hem heeft gekozen, vatte
hij dat niet op als eene hulde voor zijn persoon; hij
had geen hooger politieke wensch, dan het vertrouwen
zijner kiezers te behouden. Met eene vermaning tot
eendracht besloot Berg zijne onstuimig toegejuichte
rede. Nog vele afgevaardigden voerden het woord en
het feest liep af, zonder dat de orde werd gestoord,
zoodat het garnizoen van Fredericia van zijne scherpe
patronen geen gebruik behoefde te maken.
Rusland.
Het is opmerkelijk, dat in weerwil van het tegen
woordig bezoek van aartshertog Karei Lodewijk, de
taal der Russische pers iederen dag heftiger wordt
tegen Duitschland en Oostenrijk. Alle bladen zijn er
tegen, dat Rusland zich nog langer bij het Duitsch-
Oostenrijksch verbond aansluit. Misschien zijn de
keizer en het gouvernement niet van die meening,
maar het is zeker, dat zij in invloedrijke kringen
wordt gedeeld. Katkoff, die bij den keizer veel invloed
heeft, geeft den raad, zich evenmin om Duitschland
en Oostenrijk, als om Frankrijk te bekommeren.
Indien het bezoek des aartshertogs ten doel heeft
Ruslands vriendschap voor Duitschland en Oostenrijk
te behouden, dan moeten deze mogendheden daarvoor
een hoogen prijs betalen. Hij vreest, dat te Kissingen
een geheim tractaat is gesloten, waarbij aan Oostenrijk
het Balkan-Schiereiland wordt prijs gegeven. Daarentegen
laat de Pol. Corr. zich uit Petersburg schrijven, dat
de verstandhouding tusschen Rusland en de andere
mogendheden niets te wenschen overlaat. Het bezoek
van een aartshertog aan het Russische hof is een
bewijs, dat de vriendschap tusschen Rusland en
Oostenrijk nog onverzwakt bestaat.
Üuitsoliland.
Thans wordt gemeld, dat de heer Von Schlözer,
Pruisens gezant bij het Yaticaan, te Berlijn is aan
gekomen. Door dit bericht wordt een ander gelogenstraft,
volgens hetwelk de heer Von Schlözer dezen geheelen
zomer te Rome zou blijven, om de onderhandelingen
te voeren over de herziening der Meiwetten. Tot deze
wijziging wordt zeker niet gevorderd, dat de heer
Von Schlözer dit jaar zijn verlof zou missen. Het is
onder alle omstandigheden zeker, dat aan den Pruisischen
Landdag, in zijne nieuwe zitting, een voorstel tot
wijziging der Meiwetten zal worden voorgelegd.