Z1ERIKZEESCHE COIRIM.
voor het arrondis-
sement Zierikzee.
1886. No. 27. Woensdag 7 April. 89ste jaargang.
NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD
Binnenland.
Deze Courant verschijnt DINSDAG- en VRIJDAG-AVOND
uitgezonderd op FEESTDAGEN.
Prijs per drie maanden f 4,-. Franco per post ƒ1,-
Afzonderlijke nommers 5 Cent, met Bijblad 10 Cent.
PRIJS DER AD VERTENTIEN:
Per gewone regel '10 Cent. Huwelijks-, Geboorte-
en Doodberichten van 10 regels GO Cent.
Dienstaanbiedingen van 1-5 regels, mits contant betaald, 25 Ct.
,111e stukken, de redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een dag voor de uitgave in te zenden aan den uitgever II. LAKENM1N.
ZIERIKZEE, 6 April 1 8 8 G.
Het Verslag over den landbouw in Nederland, over
het jaar 1884-, opgemaakt op last van den minister
van W., II. en N. is thans verschenen. Daar de heer
C. J. M. Jongkindt Coninck stierf, tijdens dit verslag
in bewerking was, werd het voltooien daarvan opge
dragen aan den heer D. J. Andreae, adjunct directeur
der R. L. S. Dit boekwerk, ruim 600 bladen druk
beslaande, is voor velen en vooral voor hen, die met
den landbouw of aanverwante bedrijven in betrekking
staan, een nuttig werk, en zeer dikwijls een goede
raadgever. Zoo bevat dit verslag o. a. thans weder
een artikel over schadelijk gedierte, hetwelk zoo
dikwijls enorme schade aan de gewassen of de vruchten
veroorzaakt.
De briefschrijver uit de hofstad van de Arnh. Ct.
deelt mede, dat de socialisten-vergadering, waarin
besloten werd tot de uitwerping van v. Raay, zóó
onstuimig was, dat de president na het uiteengaan
buitengewone voorzorgsmaatregelen noodig achtte. De
heer Domela Nieuwenhuis werd dien avond naar huis
geleid door eene eerewacht van twee politie
agenten, die den apostel der sociaal-democratie moesten
beschermen tegen zijne eigen sociaal-democraten.
»Ziedaar Nemesis in hare volle humoristische kracht
aan 't werkvoegt de schr. hierbij.
Evenals in vele olieslagerijen doet zich in de
Ned. oliefabriek te Delft, volgens de Fabrieksbode
het geval voor, dat de werklieden dikwijls geplaagd
worden door zwerende vingers en door uitslag en
puisten, vooral op de armen en het aangezicht, maar
wat de oorzaak van deze hoogst onaangename en
pijnlijke huidziekte is, ligt in het duister. Het zou
niet onmogelijk zijn, dat ook hier bacteriën, die
wellicht op de grondnoten voorkomen, het kwaad
aanrichten. Voor eenigen tijd heeft dr. Beyerinck een
voorloopig onderzoek ingesteld en is hij in briefwisseling
over dit onderwerp getreden met dr. C. A. Pekelharing,
hoogleeraar in de geneeskunde aan de universiteit te
Utrecht. Deze heeft laatstleden Zaterdag een bezoek
aan de fabriek gebracht, om zich van de uiterlijke
verschijnselen der kwaal rekenschap te geven. Naar
aanleiding van dit bezoek is van hem een schrijven
ontvangen van den volgenden inhoud:
»Om met eenige zekerheid de aandoeningen, die
bij de werklieden in de oliefabriek aan handen en
armen voorkomen, te bestrijden, zal het noodig zijn
eerst de oorzaak van het kwaad nader te leeren
kennen. Gaarne ben ik bereid, zooals ik u trouwens
reeds mondeling heb medegedeeld, het mijne bij te
dragen tot het onderzoek naar de oorzaak der kwaal
en naar de beste middelen om haar te bestrijden.
Wil mij intusschen nog een kort uitstel geven. Over
enkele weken begint de Paasch-vacantie, en dan zal
ik, beter dan thans, den tijd kunnen vinden om mij
aan de zaak te wijden."
Hoe men zich in een spoor weg-waggon te slapen legt,
is niet onverschillig. De meeste geneeskundigen raden
aan, zich zóó te leggen, dat het hoofd naar de loco
motief gekeerd is. In deze houding wordt het bloed
door de beweging van den trein uit het hoofd gedreven,
hetgeen een lichten en rustigen slaap verschaft.
Wanneer men daarentegen, zooals dikwijls gedaan
wordt, de voeten naar de locomotief jicht, dan stroomt
het bloed uit het onderlichaam naar het hoofd, ver
drijft den slaap en brengt in vele gevallen hevige
hoofdpijnen teweeg. Dit is niets slechts eene theoretische
stelling, maar wordt bevestigd door veeljarige ervaring
er waarneming.
Te Enschedé bestaat ernstige vrees voor rustverstoring
tengevolge van werkstaking.
Nadat aan de werklieden in de stoomververij van
de firma Stroink en Co. kennis gegeven was, dat de
patroons genoodzaakt waren de loonen te verlagen,
weigerden die werklieden Vrijdag den arbeid voort
te zetten en verlieten de fabriek. Des avonds hadden
er op verschillende plaatsen der stad samenscholingen
plaats van fabrieks-arbeiders, waarbij zich als gewoonlijk
vele nieuwsgierigen aansloten. Ofschoon het aan uitingen
van ontevredenheid niet ontbrak, mocht de politie er
in slagen de menigte te bewegen rustig uiteen te gaan.
Vrijdag hebben de wevers in de fabriek van den
heer Scholten, ongeveer 300 man, den arbeid gestaakt,
De houding der werkstakers heeft het nemen van
krachtige maatregelen van voorzorg noodzakelijk ge
maakt. De politie is versterkt en de schutterij onder
de wapenen geroepen. Patrouilles doorkruisen de stad.
Naar Zutfen is om militaire hulp geseind, en
Vrijdagavond is een detachement van 24 man huzaren,
onder bevel van den eersten luitenant De Bruyn, met
een 'extra-trein van daar naar Enschedé vertrokken.
De loonsverlaging, die de ontevredenheid heeft
opgewekt, is volgens de N. R. Ctaan wie wij deze
bijzonderheden ontleenen, :n de weverijen aldaar
algemeen.
Nader wordt uit Enschedé bericht, dat de wevers
in de fabriek der firma Slroinck Co. den arbeid
hervat hebben, nadat tengevolge van onderhandelingen
tusschen patroons en werklieden, de voorgestelde ver
mindering van loon op de helft was gebracht.
Omtrent de werkstaking in de weverij der firma
J. F. Scholten Zonen wordt gemeld, dat deze firma,
evenals in alle andere weverijen geschied was, eenigen
tijd geleden de loonen had verlaagd, waarbij een goed
wever evenwel nog altijd f 7 a f 8 's weeks verdiende.
Thans eischten de wevers, dat het loon weder op het
vroegere bedrag zou worden gebracht. De patroons
weigerden en onmiddellijk daarop stonden de weef
stoelen stil.
Vrijdagavond omstreeks 10 uur kwam het uit Zutfen
ontboden peloton huzaren te Enschedé aan. Het werd
door de saamgeschoolde menigte met het werpen van
steenen en straatvuil begroet, doch een paar flink uit
gevoerde charges verstrooiden de gelieele bende, waarna
de orde zich spoedig herstelde en alles verder rustig
bleef. Ook Zaterdagmorgen bleef alles rustig, docli aan
't hervatten van den arbeid schenen de werkstakers
nog niet te denken.
Omtrent de werkstaking te Ootmarsum verneemt
de N. R. Ct. nader, dat vele werklieden zich weder
aangemeld hebben de werkzaamheden te hervatten,
doch dat aan hen, die oorzaak waren van de werk
staking, de verdere toegang tot de fabriek is ontzegd.
Blijkens bericht van de Amerikaansche postadminis
tratie, dd. 23 Maart jl., zijn de op 4- en 5 Maart
jl. uit Nederland verzonden brievenmalen voor Amerika
en Curacao, welke te Queenborough zijn ingescheept,
op het den 7 Maart naar New-York vertrokken
stoomschip »Oregon", bij het vergaan van dit stoomschip
op de Amerikaansche kust, verongelukt.
Hoe er soms misbruik gemaakt wordt van de
wetenschap, in dienst der vcrvalscherspraktijk, blijkt
uit de volgende mededeeling van het Mbld. tegen de
vervalsching van levensmiddelen.
Een scheikundige ontving de opdracht een monster
cognac zeer nauwkeurig te onderzoeken en de hoeveel
heden der samenstellende deelen zoo juist mogelijk
aan te geven, daar de inzender, een vervalsching ver
moedende, den verkooper geheel wenschte te overtuigen
door het overleggen van een volledige analyse. Nadat
de scheikundige geconstateerd had, dat de cognac
uit een mengsel van verschillende abnormale ingrediënten
bestond, en hiervan rapport gezonden had, ontving
hij eenigen tijd daarna een bezoek van den lastgever,
en werd hem medegedeeld, dat hij zeer nauwkeurig
onderzocht had, en dat het recept uitstekend
werkte, daar er reeds veel duizenden liters van de
cognac" verkocht waren
Het hoofdbestuur van den Bond voor algemeen
stemrecht heeft besloten een volksbeweging in het
leven te roepen onder de leuze: naar den Koning.
Door dat hoofdbestuur of door een commissie, door het
hoofdbestuur aan te wijzen, zal namelijk een adres,
waarbij algemeen stemrecht wordt verzocht, »met
passend vertoon" den Koning worden aangeboden.
Men schrijft uit Rotterdam aan het Hbl.: Het
personeel der Rotterdamsche suiker-raffinaderij te
Schoonderloo is thans op een getal gebracht, in over
eenstemming met het werk, en zal voorloopig geen
verdere inkrimping meer ondergaan. Nog dezer dagen
werden 25 man ontslagen. De loonen, die aanvankelijk
waren verlaagd, ten einde niet genoodzaakt te zijn
op eenmaal een groot getal werklieden heen te zenden,
zijn voor de overblijvenden weder op het vroeger cijfer
gebracht. De directie heeft dus, hoe moeielijk ook voor
hare industrie de toestand was, zooveel mogelijk de
belangen van haar personeel behartigd, ook door de
werklieden ruim tijd te geven om naar een middel
van bestaan om te zien.
Beschouwt men de gemiddelde weersgesteldheid van
de dertig dagen, die wij tot Maart rekenen, zoo
vinden wij die zeer nabij normaal. Zeven a acht
tiendedeelen van een graad was de temperatuur lager
nog geen 2 m.M. was de barometer hoogerde regen-
hoeveelheid was iets meer: 50 m.M., tegen gewoonlijk
4-3.5 m.M. Vochtigheid en verdamping iets geringer
dan anders.
De wind was, met uitzondering van de drie eerste
en drie laatste dagen, zeer zwak. Zijn richting was
tusschen den 5n en 19n NNW., O. en toen, hoewel
zwak, toch onaangenaam door zijn aard. Vóór en na
dien tijd was hij uit het Z. en ZW., eenmaal den
24n nog ZO.
Letten wij evenwel op de enkele dagen, zoo was
de maand vooral ten opzichte der temperatuur on
gewoon: de '18 eerste, en dat duurde reeds onafgebroken
van 4 Febr. af, waren 3y2 graad te koud, de laatste
dertien ruim 4 graden te warm. Bijzonder koud
waren '10—'15, bijzonder warm 2328; er komen
wel Mei-maanden voor, die gemiddeld niet meer geven
dan deze zes dagen, en Januari's die gemiddeld warmer
zijn dan de genoemde zes koude dagen. Zelfs was
de geheele vorige Februari-maand bijna even koud,
volle 5 graden kouder dan het gemiddelde van deze
maand Maart. Van 16 Febr. tot en met 17 Maart
was het gemiddeld in de eerste twee dagen ruim
2 graden te koud. December heeft zich nagenoeg op
de normale hoogte kunnen houden. Overigens was
na Juli in alle maanden de temperatuur te laag.
Naar wij vernemen, zegt liet Vad., is een met
het oog op het gewicht, zorgvuldig gekozen commissie
van Nederlandsche officieren,, onder voorzitterschap
van den luit.-kol. der genie Voorduijn, naar Parijs
vertrokken, ten einde zich onder leiding van den
beroemden Tissandier te bekwamen in de luchtscheep
vaart. Na de noodige ervaring verkregen te hebben,
zal genoemde commissie hier te lande de kern vormen
van een op te richten korps luchtschippers.