Z1ER1KZEESCÖE COURANT.
voor het arrondis- xiètv semcnt Zierikzee.
1886. No. 16. Zaterdag 27 Februari. 89ste jaargang.
NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD
Feuilleton.
Deze Courant verschijnt DINSDAG- en VRIJDAG-AVOND,
uitgezonderd op FEESTDAGEN.
Prijs per drie maanden f 1,-. Franco per post f 4,-.
Afzonderlijke nommers 5 Cent, met Bijblad 10 Cent.
PRIJS DER AD VER TEN TIEN:
Per gewone regel 10 Cent. H u w e 1 ij k s -Geboorte-
en Doodberichten van 16 regels 60 Cent.
Dienstaanbiedingen van 1-5 regels, mits contant betaald, 25 Ct.
Alle stukken, de redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een dag voor de uitgave iu te zenden aan den uitgever lï. LAKEi\MAIV.
Binnenland.
ZIE RIK ZEE, 26 Februari 1 8 8 6.
Onlangs bevatte de Volksvriend te Roermond een
schrijven, onderteekend met de gewone handteekening
van den bisschop van 's Hertogenbosch, waarin deze
ernstige ontevredenheid te kennen gaf over het gebeurde
bij eene Israëlitische begrafenis te Tilburg. Het meest
apocryphe in dien brief was zeker, dat hij aan de
Volksvriend geadresseerd wasmaar ook de inhoud
was van dien aard, dat Katholieke bladen terstond
verklaarden: dat stuk is onecht. De bisschop van den
Bosch bevestigt thans die uitspraak en verklaart for
meel »dat het bewuste, niet te qualificeeren
stuk, geheel en al. van a tot z onwaardig ver
zinsel is, dat er van Ons, of van Onzentwege zelfs
geen schrijven, of wat da 11 ook, is uitgegaan om
trent de zaak in kwestie, het voorgevallene in Tilburg."
Er is tneenen wij bij onze wetgeving moeielijk
verhaal te zoeken voor het fingeeren van een dergelijk
stuk en het valschelijk afdrukken van een handteeke
ning; rnaai' 't is ook niet noodig: een zoo onbeschaamde
handeling, als door de Volksvriend is gepleegd, brand
merkt zichzelve en 'wordt door eiken weldenkende,
van welk geloof of van welke partij hij ook zij, ver
oordeeld.
In de gemeente Ierseke gaat een adres aan Z. M.
den Koning rond. om daar een notaris te benoemen.
De gemeente overtreft, met 3500 zielen, de bevolking
van Kruiuingen, Kapelle en 's Gravenpolder, allen
standplaatsen van notarissen, terwijl in het district
Middelburg, volgens het zielental, nog voor 4 notarissen
plaats is; dit getal bedraagt n.l. ruim 155000, en
daar op elke 4000 zielen een notaiis kan benoemd
worden, zouden er 38 moeten zijn, terwijl er slechts
34 zijn.
De heer C. A. Fal te Amsterdam heeft, daartoe
aangezocht, aan Z. M. den Sultan van Turkije gezonden
de teekeningen eener door hem uitgevonden machine
voor het persen van suiker, waarvoor hij 9 Februari
1884 door Z. M. den Koning der Belgen gebreveteerd is.
In eene vergadering va i bewoners der Kalverstraat
te Amsterdam is een plan lesproken tot het aanbrengen
van electrische verlichting. Er branden nu in de
Kalverstraat ongeveer 40i'0 gaspitten, gemiddeld een
lichtkracht hebbende van tien Engelsche normaalkaarsen.
Oin 4000 gloeilampjes aan te brengen van 16 kaarsen,
zou een kapitaal van f 250,000 noodig zijn. Daarop
is de berekening gegrond, dat men voor denzelfden
prijs beter licht zal hebben. Het plan is, het geld
door belanghebbenden zei ven te duen bijeenbrengen,
die daartoe een naamloozr vennootschap zullen vormen.
Reeds dadelijk traden velen toe tot de te vormen
maatschappij; ook teek*',;:Mn velen voor het gebruik
van het licht. Eene nieuwe vergadering zal zoo spoedig
mogelijk worden gehouden van hen, die dooi' hunne
toetreding bewijs gegeven hebben, dat het bun ernst
is, om tot verwezenlijking van het plan te komen.
Het Tijdschrift voor 'posterijen en telecjraphie
bevat een beschouwing van den heer R. Van der Meulen
te inschoten, gericht tegen de verhooging der tarieven
en tegen het woord t arief' zonder vasten grondtax.
De heer v. d. M., die de opbrengst der telegraaf
wil verhoogd zien door er meer gebruik van te doen
maken, zou het tarief met het oog op de verschillende
behoeften, waaraan de telegraaf moet voldoen, drieledig
willen inrichten.
A. Kaarttelegrammen tegen 1 c. per woord plus
een vasten tax van 5 c. per telegram.
B. Gewone telegrammen met een tarief van 1 i/2 c.
per woord plus een vasten tax van 10 c. per telegram.
C. Dringende telegrammen tegen 3 c. per woord
met een vasten tax van 20 c. per telegram.
De heer Engelbregt, redacteur van bovengenoemd
tijdschrift, verklaart met aanvoering van verschillende
gronden, in een naschrift, dat ook z. i. van een
zoodanige regeling meer heil te verwachten is dan
van een eenvoudige tariefsverhooging zonder meer.
Volgens hem kan het door den heer v. d. M. aan
gegeven tarief echter wel eenige vei hooging lijden en
stelt hij voor bij een grondtax van 5, 10 en 20 cents
een woordtax van 1, 2 en 4 cent te bepalen, met
een minimum van 10, 20 en 40 cent, of van 15,
30 en 60 cents.
Het koopen van manufacturen bij de Ned. el of
meter wil er bij het volk maar niet inde zg.
»oude el" van 69 duim blijft steeds de gewone maat,
en al wordt op de scholen van die oude el niets
meer geleeid, het helpt niet; als moeder met de
kinderen berekent hoeveel er voor een kleedingstuk
noodig is, dan is het altijd weer de oude. Sommige
winkeliers hebben daarom op hun geijkte ellen teekens
aangebracht ter lengte dier maat. De kantonrechter
te Oud-Beierland acht die teekens echter in strijd
met de wet, en heeft nu drie personen, in wier
Verhaal
van mijne reis naar
Zuid-Afrika.
y e k v o l g.
2 Dec. Dien morgen was het minstens 90 graden. Spoedig
echter stak de wind op en de geheele lucht werd weer
ééne stofwolk. In mijne gesloten tent gezeten, kou ik bijna
niet ademhalen van al het stof en zand, dat doordrong.
De muilezels en ossen gingen plat op den grond liggen.
Toen tegen don avond de wagen gerepareerd was, gingen
wij weer en route, altijd stapvoets. Over de groote rij brug
trekkende, moest voor eiken wagen f 3,00 tolgeld betaald
worden.
De weg is hier zoo slecht, dat ik mij moest vasthouden
aan de touwen, waarmede mijne kisten gebonden stonden.
Naast den wagon gaan löopen, kon ik niet. Ik zou niet
hebben kunnen zien.
Na verloop van een anderhalf uur kwam er een vreeselijk
onwoder op, met een versehrikkelyken regen en eene felle'
hagelbui, 't Was zoo sterk dat de muilezels rechtsomkeert
wilden maken. Binnen eenige öogenblikken was alles in
wanorde en midden op den weg, uit letterlijk molensteenen
van de zwaarste soort bestaande, moesten wij van armoede
uitspannen en overnachten. Die warboel is niet le beschrijven!
"Wat leeft men in Europa dan in weelde en pracht!
Óns water was ondrinkbaar geworden. Dat uit een na
burig beekje was niet te gebruiken, want het geleek op
dikke melk van al de kalkdeelen, die er van de bergen
waren ingekomen. Wij aten zonder andere dorstlessching
dan een teugje cognac, liet viel mij wel wat hard inij
aldus ter rust te moeten begeven, want sedert den middag
had ik niets meer gedronken.
De nacht was regenachtig, doch niet kond.
3 Dec. Met dat slechte weer was er des nachts wederom
een muilezel weggeloopen. Zes Kaffers werden uitgezonden
en wij moesten den gansehen dag blijven stilliggen.
Daar wij er bepaald ontoonbaar uitzagen, besloten Master
Killooh en ik ons wat te gaan afwasscben. Het beekje scheen
eerder teer dan water te bevatten. Er was van alles iugespoeld.
Toch konden wij aldus niet blijven en wij genoten liet
slijkbad. Ik vertelde Killoch dat men die in Duitschland
ook wel gebruikt, 't Was een opvallend gezicht, wij beiden
ia dat modderige beekje, omringd door rotsen en klip-
steenen, cactussen en aronskelkenMen leert hier echter
spoedig alles nemen zooals 't valt. Men wordt een geheel
ander mensch.
Na ons bad maakten wij eene wandeling over de rotsen.
Op sommige punten lagen zooveel steenen, dat het onmoge
lijk was den voet er tussehen op den grond te brengen.
Ais geiten sprongen wij er over heen, steeds goed uitziende,
daar onder die steenen veel hagedissen en vooral vergiftige
slangen zitten. Gelukkig ben ik met geene enkele in aan
raking geweest.
Voor de eerste maal zag ik termietenheuvels. Zij steken
ongeveer een' meter boven den grond uit. Zij bestaan uit
klei en fijn rotssteen, 't Is onbegrijpelijk hoe deze kleine,
witte mieren die harde sieenen tot grof zand kunnen bijten.
Met haar speeksel verwerken zij dan de klei en het zand,
en als het dan later opdroogt, wordt het steenhard. Een
stuk er van in het vuur gelegd, gloeit wel drie uur lang,
zoodat bij gebrek aan hout of drogen koedrek, de boeren
het vroeger ook als brandstof gebruikten. Wanneer men
met een zwaren klipsteen, een stuk van deze heuvelen slaat,
ziet men, dat de geheele hoogte uit louter gangen bestaat,
en honderden mieren komen dan te voorschijn. Zij leven
bij millioenen in één' heuvel. Sommige streken zitten zoo
vol, dat de heuvels slee)its eenige meters van elkander staan.
Wat grootte en kleur betreft, gelijken deze dieren veel
op veenmollen in het eerste jaar hunner ontwikkeling. Zij
behooren evenwel tot eene geheel andere orde der insecten.
Aan houtwerk verrichten zij verbazend veel schade, daar
zij een' balk of iets dergelijks binnen korten tijd geheel
en al uitvreten, zoodat slechts de wanden overblijven en
deze bij de minste aanraking dus invallen.
Met den avond kregen wij weer eene ferme donderbui.
De nacht was niet bijzonder koud, maar regenachtig.
4 Dec. Koud weer; harde wind.
Des morgens trokken wij weder verder en passeerden
Ladysinith tot op zes nujleu ten zuiden.
Wij waren toen op den weg, die regelrecht over het
«Drakengebergte naar Harrismith voert.
Op den avondtrek gingen wij verscheidene beekjes door,
waarin slechts één a twee voet water stond.
De avond en nacht waren regenachtig, doch niet zoozeer
koud.
Tot half-twee zat ik met Killoch in mijne tent te praten.
Aan al het nieuws en interessants voor mij, kwam geen
einde
5 Dec. Warm weer. Wij trokken weer verscheidene
beekjes door. Op eenigen afstand zagen wij menige kraal.
De Kaffer hutten bestaan geheel uit takkenbossen. Men
maakt ook wel een geraamte van boonenstaken. De tusschen-
ruimten worden dan gevuld met riet. Soms wordt het
geheel dan nog met graszoden belegd. Zij gelijken veel op
groote bijenkorven, 't Is slechts ééne kamer. Zij hebben
één' ingang, van eene deur voorzien, terwijl aan den anderen
kant een raampje met vier ruitjes zich bevindt.
Om elf uur stopten wij en eerst om twaalf was ons
ontbijt gereed.
Nadat wij om twee uur weder hadden ingespannen,
overkwam ons een uur later het groote ongeluk, dat aan
een' der wagens de as van een der achterwielen brak, en
het voertuig gedeeltelijk tegen den grond sloeg. De drie
overige wagens reden nog een-tien minuten verderen
spanden toen op eene grasvlakte uit, daar wij andermaal
niet verder konden.
Mr. Killoch zou den volgenden dag met een' der andere
wagens, die daartoe geheel moest worden afgeladen, te
Ladysinith, op 2.J mijlen afstand, eene nieuwe as gaan
halen, welke de Kaffers dan op hare plaats konden brengen.
Gelukkig lagen wij in de onmiddellijke nabijheid eener
beek »Zandspruit" genaamd, waarin ik dadelijk een bad nam.
«Spruit" zegt men hier voor «beek".
Des avonds ving een onzer twee honden wij hebben
een grooten en een kleinen, als waakhonden een dier,
zoo groot als een Hink konijn. Het was eene soort van
bunzing, door de Kaffers «muishond" geheeten. Dit beest
heeft zoo'n vreeselijkcn reuk bij zich, dat men het in zijne
nabijheid niet kan uithouden. Het voedt zich met kleinere
zoogdieren, vogels en hunne eieren.
Dec. Reeds in de vroegte had Killoch, vergezeld van
twee Kaffers, ons verlaten. Ik zat toen in de nabuurschap
van vier Kafferdorpeu en met vier Kaffers onder den wagen,
tussehen bergen, bedekt met klipsteeneu en begroeid met
gras. Op eenigen afstand zaten de twee andere Kaffers bij
den gebroken wagen, om dien te bewaken.
In eene der kralen liet ik eene kip voor mij koopen
die met wat rijst en een kopje koffie, zoowel mijn middag-
als avondeten uitmaakte. Er was niet op gerekend, dat de
reis zoo lang zou duren, zoodat onze proviand op was. Wij
hadden toen reeds te Harrismith kunnen zijn.
De Kaffers eten driemaal per dag hun maïs-papje. Ander
eten gebruiken zij niet, tenzj men het hun geeft. Vleesch
lusten zij gaarne en zeggen, dat de blanken zooveel sterker
zijn dan zij, omdat wij steeds vleesch eten. De ware oorzaak
hiervan is evenwel, dat zij te lui zijn om hunne krachten
in te spannen.
Daar het dien dag zeer warm was, zoo kwam er te^en
den avond een onweder opzetten, uit het westen waaruit
zij hier* moestal koinen vergezeld van feilen re^en. De
nacht was niet koud, doch het stortregende zonder ophouden.