Bijvoegsel bij de Zierikzeesche Courant II van Woensdag 25 November 1885. VERGADERING VAN DEN GEMEENTERAAD ZIERIKZEE, TE gehouden den 23 November 1885. 1025/ 8 102% 100>3/1E 91% 83% 1231% 65 64i=/le 65% 90% 65% 98% 19'/,s 11513% 563/,e 93i% 95% 76 57i/a .,75 ,75 ,75 ,75 ,50 ,50 ,25 Voorzitter Mr. J. P. N. Ermerins, Burgemeester. Afwezig zijn de lieeren Mr. Moolenburgh en W. A. Ochtman, volgens kennisgeving buiten de gemeente, en de heer Zuurdeeg. (1 vacature). De notulen van het verhandelde in de vergaderingen van den 13 en 27 Oct. en den 9 Nov. 1.1. worden voor gelezen en goedgekeurd. De Voorzitter geeft kennis, dat zijn ingekomen: I. vier brieven van de Gedeputeerde Statenhoudende a. goedkeuring der raadsbesluiten van den 9 November 1.1. tot onderhandsche aanbesteding van het versterken der havendijken aan H. C. van den Ende en van den 27 Oct. 1.1. tot af- en overschrijving van - en op een post der gemeente- begrooting voor 1885; b. terugzending van de door hen goedgekeurde begrooting der Dienstdoende Schutterij voor 1886; c. kennisgeving, dat door hen berust wordt in het voor 1886 verleend subsidie aan het Burgerlijk Armbestuur. Yoor kennisgeving aangenomen; II. een brief van hetzelfde Collegie, berigtende dat door hen wordt goedgekeurd het raadsbesluit van den 13 Oct. 1.1. No. 5voor zoover daarbij is geregeld de jaarwedde van het hoofd der Meisjesschool. De Voorzitter deelt mede, dat Burgem. en Weth. naar aanleiding van het in de vorige vergadering medegedeelde schrijven van Gedeputeerde Staten, dat die vergadering hare beslissing omtrent het besluit tot reorganisatie der Meisjes school verdaagt, aan dat Collegie de vraag hebben gerigt, of met het oog op de te doene benoeming van hoofd der Meisjesschool, in afwachting der beslissing omtrent de inrigting der school zelve, niet reeds nu een besluit zou kunnen worden genomen omtrent de bepaling der jaarwedde van het hoofd der school op f 1400 en dat de tegenwoordige brief daarvan een gevolg is. Hij stelt voordien brief voor kennisgeving aan te nemen. Daarna wordt op voorstel van den Yoorzitter overgegaan tot de benoeming van een hoofd der Meisjesschool. Op de door den Districts-Schoolopziener ingezonden voor- dragt zijn geplaatst: 1°. Mej. T. Yisser te Delft; 2°. Mej. C. S. van Assendelft te Ylissingen; 3°. Mej. P. Grosjean te Sliedrecht. Bij stemming wordt met algemeene stemmen benoemd Mej. Yisser; III. een brief van den heer M. de Bil, onderwijzer, houdende dankbetuiging voor de hem verleende gratificatie. Voor kennisgeving aangenomen; IY. kennisgevingen van M. C. Commelin en H. J. P. Schottel, dat zij de gemeente metterwoon hebben verlaten en aanspraak hebben op afschrijving van hoofdelijken omslag over het loopende jaar, Op voorstel van Burgem. en Weth. wordt besloten aan ieder der adressanten afschrijving te verleenen tot een bedrag van f 1,40. Komt ter tafel, een voorstel van Burgem. en Weth., tot herziening der verordeningen op de heffing en invor dering van een vergunningsregt voor den verkoop van sterken drank in het klein, vervat in twee ontworpen raadsbesluiten. Wordt besloten deze stukken te stellen in handen eener Commissie, tot leden waarvan de Voorzitter benoemt, de heeren Yan Kinschot, Goemans en de Looze. Namens Burgem. en Weth. stelt de Voorzitter voor, toe te kennen: 1°. aan eenige leeraren der Hoogere Burgerschool, wegens het waarnemen van lessen tijdens de vacature van leeraar in de Fransche- en Engelsche taal aan die school, een gezamenlijk bedrag van f 109,59; 2°. aan den leeraar in de Engelsche taal aan die school, wegens waarneming der lessen in het Fransch, eene som van f 192,875; 3°. aan A. Schuiling, voor de tijdelijke waarneming der betrekking van brugwachter, eene belooning van f 21,65. Dienovereenkomstig wordt besloten. De Voorzitter brengt in behandeling, het in de vorige vergadering door Burgem. en Weth. gedaan voorstel om: 1°. afwijzend te beschikken op de adressen van eenige landbouw-societeiten om de botermarkt te verplaatsen naar de beurs onder de Kleine Kerk; 2°. gebruik te maken van de aanbieding der bewoners van de Yarremarkt om met eene overdekking een proef te maken en af te wachten welke resultaten die oplevert. Nadat de Voorzitter had verwezen naar de gronden waarop het voorstel rust, wordt het eerste gedeelte van het voorstel aangenomen zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming. De beraadslagingen over het tweede gedeelte van het voorstel geopend zijnde, vraagt de heer van Kinschot, of het de bedoeling is, als de proef bevalt, eene overdekking door de gemeente te laten maken. De Voorzitter antwoordt, dat Burgem. en Weth. den uitslag der proef zullen afwachten en later een voorstel over deze zaak zullen doen. De hoer van Kinschot meent, dat de Raad dan wel eenigszins gebonden zal zijn en daar hij tegen eene over dekking is, heeft hij daar bezwaar tegen. De Voorzitter zegt, dat, indien van gemeentewege eene overdekking mogt worden gemaakt, men niet moet ver geten, dat het belang der gemeente bij de zaak betrokken is en dat het aanleiding zou kunnen geven, dat er een drukker gebruik van de markt werd gemaaktwaardoor men ook meer marktgeld zou ontvangen. De heer van Manen is niet tegen liet nemen van de proef, doch hij zou zich niet willen verbinden om eene vaste overdekking van gemeentewege te maken. Hij meent, dat dit moet uitkomen om belanghebbenden niet in de meening te brengen, dat het uitgemaakt is, dat er eene overdekking zal komen. De Voorzitter zegt, dat dit denkbeeld ook niet bij Burgem. en Weth. bestaat. De Raad blijft vrij. De heer Goemans moet het betreurendat er een besluit genomen is zonder dat er gesproken is over de verplaatsing der botermarkt naar de beurs onder de Kleine Kerk. De kwestie der verplaatsing schijnt weinig belangstelling te wekken bij de Raadsleden; het belang daarvan zien zij waarschijnlijk niet in. Spr. meent evenwel, dat eene ver plaatsing der botermarkt naar het midden der stad in het algemeen belang zou zijnen als men hiervan uitgaat dan mag men geen rekening houden met de kleinere belangen van enkelen. Hij zal zich niet tegen de proef verklaren omdat daardoor gedeeltelijk aan het verlangen der land bouwers zal worden voldaan en omdat de Raad dan toch nog vrij blijft wat te doen. De Voorzitter wenscht de discussiën niet langer te rekken dan noodig is en zegt te meenendatnu de leden niet over de verplaatsing hebben gesprokendit niet moet worden toegeschreven aan gebrek aan belangstelling, maar aan erkenning' van de juistheid der motieven van Burgem. en Weth. Spr. acht het geen klein maar wel een groot belang of men de neringdoenden van een gedeelte der gemeente hunne verdiensten ontneemtde bewoners der Yarremarkt zouden zeer worden benadeeld door eene ver plaatsing der botermarkt. Hij moet dit nog opmerken hoewel het betreft het eerste gedeelte van het voorstel dat reeds aangenomen is en waardoor dus is uitgemaakt dat de markt niet zal worden verplaatst. Wat het tweede gedeelte van het voorstel betreft zegt hijdat de strekking niet isdat de Raad gebonden zal zijn om later voor gemeenterekening eene overdekking te makenhij blijft daarin volkomen vrij. Burgem. en Weth. willen thans alleen magtiging om de proef te doen plaats hebben onder hun leiding en toezigt. Zonder hoofdelijke stemming wordt daarna het tweede gedeelte van het voorstel aangenomen. De Voorzitter brengt ter tafeleen door de Commissie voor de Strafverordeningen ontworpen voorstel tot wijziging van Art. 4 van de Yerordening op de havens, door dit Artikel aldus te lezen»Het is verboden den afstand utusschen de Westhavensluis en den ingang der haven, smet stoombooten in minder dan 20 minuten af te leggen". Ter visie gelegd van de leden om in eene volgende ver gadering te worden behandeld. Tot leden van liet stembureau voor de binnenkort te houden verkiezing van een Raadslid in de plaats van Jhr. Mr. W. A. de Jonge, worden benoemd de lieeren Houwer en Zuurdeegzullende de overige leden als plaatsvervangers optreden. De Voorzitter sluit na omvraag de vergadering. Snelpersdrukkerij van H. LAKENMAN te Zierikzee.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1885 | | pagina 1