Buitenland. Nadat de vice-voorzitster van het hoofdbestuur der Algem. Nederh Vrouwen-vereeniging »Tesselschade" stellig verklaard had, geene benoeming tot voorzitster van dat bestuur te zullen aannemen, is blijkens het maandblaadje dier vereeniging in de vergadering van den 8 October jl. benoemd: tot voorzitster jonkvrouw J. de Bosch Kemper, penningmeesteres; tot penning meesteres de adjunct-penningmeesteres mejuflr. D. A. Tak; tot adjunct-penningmeesteres mejulfr. C. D. Rueb. De overige functien bleven onveranderd, en voor de vervulling der vacature van lid van het hoofdbestuur, ontstaan door het overlijden van mej. M. A. Hoffmann, zal de eerstkomende algemeene vergadering eene keuze moeten doen. Een der hyenas in de Diergaarde te Rotterdam heeft, ongeveer vier weken geleden, jongen gekregen; een groote zeldzaamheid bij deze dieren hier te lande. Van de drie jongen is een gestorven. De beide andere zijn in volkomen welstand. Professor Allard Pierson is van zijn groote weten schappelijke reis door Europeesch en Aziatisch Turkije, Griekenland en Italië teruggekeerd. JOuitsolil a n cl. De Köln. Ztg. wijst in een hoofdartikel op de vreemde houding van den gewezen gezant der Ver- eenigde Staten bij de Japansche regeering, den heer John A. Bingham, die spoedig na zijn terugkeer te Washington aan een der bladen aldaar een artikel dicteerde over Japan, geschreven met het kennelijk doel om Noord-Amerika, ten koste van de andere Staten, speciaal van Duitschland, voor te stellen als het land, van hetwelk Japan alles heeft te verwachten, en aan welks vriendschap het dus bovenal moet hechten. Tot dat cloel maakt de schrijver Duitschland en Engeland er een verwijt van, in 1878, toen bij met Japan het eens was geworden over een nieuw handelsverdrag, tegen 't sluiten daarvan te hebben geïntrigeerd. Dat zon geschied zijn zelfs door het wijzen op de kanonneerbooten, die in de haven lagen. De bedoelde rijken zouden niet hebben willen toeslaan, dat Japan met de Unie contracteerde voor dat ook met de andere Staten, die verdragen met den Mikado sloten, nieuwe tractaten waren aangegaan. Die voor stelling van zaken nu wordt door het Keulsche blad (een der spreekbuizen van den rijkskanselier) ten stelligste onjuist genoemd. Duitschland noch Engeland hebben tegen het bewuste ontvverp-tractaat van Bingham iets gedaan. Op verzoek van het Kabinet van Was hington zelf, werd de bepaling in het tractaat opge nomen, dat het niet in werking zou treden voordat met de andere machten gelijke overeenkomsten waren gesloten. Men begreep te Washington, dat het niet vrij van bedenking voor de Unie moest genoemd worden om geheel geïsoleerd van de Europeesehe mogendheden een wijziging van het Japansche tarief te verkrijgen. Een tweede grief van Bingham tegen Duitschland en de overige Europeesehe mogendheden is, dat zij in '1878 weigerde om door het nemen van quarantaine-maatregelen het overbrengen van de cholera naar Japan te beletten. De dood van '100,000 Japanners zou dus aan die onverantwoordelijke houding van de Europeesehe mogendheden moeten worden toegeschreven. De Köln. Ztg. herinnert er aan, hoe in een deel der Noord-Amerikaansche pers dezelfde klacht reeds jaren geleden werd vernomendaaruit ontstond een brief wisseling tusschen den Duitschen diplomatieken ver tegenwoordiger bij de Japansche regeering en den Japanschen ministsr van buitenlandsche zaken. Uit die schriftelijke gedachtenwisseling kwam meer dan vol doende het onhoudbare der beschuldiging aan 't licht. Het Kenlsche blad eindigt met de verklaring, dat Bingham zijn doel om de vriendschappelijke betrek kingen tusschen Duitschland en Japan te verstoren, niet zal bereiken. De hartelijke verstandhouding, welke nu tusschen de beide Rijken bestaat, zal voortduren en de Japanners zullen niet in twijfel geraken, waar zij hun vrienden te zoeken hebben, en zij zullen ook wel weten door welke beweegredenen Bingham werd geleid om de vrienden van Japan bij de regeering van dat Rijk in verdenking te brengen. Sedert vier jaren is de wet op de kustvrachtvaart in werking, maar van eene gunstige werking, zegt de 7oss. Ztg., heeft men niets bespeurd. Daarentegen wordt bijna jaarlijks geklaagd over de nadeelen. Onlangs schreef de kamer van koophandel van Oost-Friesland: »De wet op de kustvrachtvaart is tot ons leedwezen verleden jaar niet zoo inschikkelijk ten uitvoer gelegd, als wij hadden gewenscht, ten opzichte van het gebruik van lichters, die tot een niet meest begunstigd land behooren. De quaestie is voor onze Emshavens van groot gewicht omdat de groote reede bij de Knock, waar diepgaande schepen moeten worden gelicht, zoo dicht bij Delfzijl en eenige kleine Hollandsche havens ligt, dat men meestal vandaar veel gemakkelijker dan uit Duitsche havens lichters kan krijgen. Wanneer 't niet wordt toegelaten, dat Nederlandsche schepen als lichters worden gebruikt, dan wordt daardoor aan onze kooplieden dikwijls schade berokkend. Verleden jaar is de aankomst van een stoomschip te Leer ver scheidene dagen vertraagd, omdat geen Hollandsche lichters mochten worden gebruikt. Dit verzuim van tijd moest door den ontvanger der lading met 400 M. per dag worden vergoed. In een ander geval[' moet om dezelfde reden een stoomschip zijne geheele lading te Delfzijl hebben gelost, zoodat Holland er het voordeel van had." De nieuwe stadhouder van Elzas-Lotharingen, prins Hohenlohe, is te Straatsburg aangekomen en met groote plechtigheid ontvangen. Alle gezelschappen, ook wetenschappelijke en andere weinig openlijk optredende, zijn uitgenoodigd geworden aan de ontvangst deel te nemeneenige hebben echter geantwoord dat zij zich tot heden van alle manifestatiën, welke ook, onthouden hebbende, ook thans consequent willen zijn en zich niet zullen aansluiten. De studenten der Universiteit zullen afzonderlijk een feest organiseeren Zeer opgemerkt is in de Duitsche bladen een artikel in de Norddeutsche, waarvan de bureaucratische stijl den oorsprong verraadt, liet spreekt de meening uit, dat prins Hohenlohe op de wijze, door veldmaarschalk von Manteuffel in practijk gebracht, zal voortgaan, en voegt er bij, dat van de strengere maatregelen in de laatste tijden genomen, verbod van verblijf, tegengaan van demonstratiën, toch ook reeds in von Manteuffels tijd wel eens voorbeelden voorkwamen, en dat thans de plaatsvervangende stadhouder, de staatssecretaris von Huffmann, door geen hoogere, zachtere hand, gelijk vroeger gecontroleerd werd. T u r k ij e. Engeland, Frankrijk en Rusland, zoo wordt uit Konstantinopel gemeld, hebben onder voorbehoud er in toegestemd, deel te nemen aan de conferentie. Rusland zal formeel verklaren, dat het niet kan toelaten, dat de Turksche troepen Oost-Rumelië binnentrekken. Engeland, Frankrijk en Italië erkennen, dat Turkije het recht heeft, dat gewest te bezetten, maar zij verlangen, dat het streven der Bulgaren naar ver eeniging zal worden geëerbiedigdzij verklaren, dat, indien de status quo ante kan worden hersteld zonder bloedvergieten, zij het zullen goedkeuren. De Turken gelooven, dat zij zich op iets ernstigers dan een oorlog met Bulgarije, Servië en Griekenland hebben voor te bereiden. De Weener correspondent van de Daily News zegt, dat in diplomatieke kringen hoegenaamd geen practisch resultaat van de conferentie wordt verwacht. Men zegt, dat de mogendheden zijn overeen gekomen, dat hare besluiten niet door tusschenkomst van het Turksche leger moeten worden ten uitvoer gelegd. Er bestaat vrees, dat vele Mohamedanen in Bulgarije zouden worden omgebracht bij het naderen der Turksche troepenin ieder geval zouden dan aan beide zijden veel menschenlevens verloren gaan. Daarvoor willen de mogendheden de verantwoordelijkheid niet op zich nemen. Rusland wordt door de Turken gewantrouwd; de Porte zou liever direct met Bulgarije onderhandelen. Spanje. Jean Baptiste Topete, de bekende Spaansche admiraal, is Zaterdag te Madrid op 65-jarigen leeftijd overleden. Reeds zeer jong trad hij in dienst der Spaansche marine en stond weldra bekend als een der kundigste officieren van de geheele vloot. In '1865 voerde hij het commando over het eskader naar Chili en onderscheidde zich door groote dapperheid bij den aanval op Callao, waarbij hij ernstig werd gewond, In 1868 stelde admiraal Topete, in vereeniging met Prim en Serrano, zich aan het hoofd der revolutionaire beweging te Cadix, en belastte zich, toen koningin Isabella genoodzaakt werd naar Frankrijk te vertrekken, met de portefeuille van marine bij het voorloopig be wind. Wegens oneenigheid met den heer Ruiz Zorilla, legde hij deze functie in 1869 neer, doch trad in 1870 andermaal op. Ook in 1872 en 1874, in de kabinetten-Serrano, stond hij aan het hoofd van het departement van marine. Sedert de troonsbestijging van koning Alfonso XII, leefde admiraal Topete stil en teruggetrokken. De Gaulois bevat een dépêche uit New-York, over genomen uit de New-York Herald, en waarin de denkbeelden van Don Carlos over den tegenwoordigen toestand in Spanje uiteengezet worden. Aan een inter viewer, die met hem reisde van Weenen naar Venetië, zou Don Carlos gezegd hebben, dat er volstrekt geen plan bestaat voor een Carlistische beweging op 11 dezer, zooals men beweert heeft. Zoolang Don Alfonso op den troon zit, zal Don Carlos niets ondernemen, zelfs niet, wanneer na Alfonso's overlijden een regentschap zou uitgeroepen worden. Doch alsdan zou volgens Don Carlos spoedig de anarchie uitbreken, en alleen voor dat geval, zou hij in overweging moeten nemen, of het niet zijn plicht is, nogmaals zijn aanspraken te doen gelden. Egypte. Uit Massowah wordt aan de Gazetta d'Italia het volgende geschreven over de bloedige feestviering van de overwinning van Ras Aloela: Met Ras Aloela kwamen het hoofd van Osman Digma en Mustapha Hadel, de aanvoerder der Soedaneesche fanatieken, die gevangen genomen werd, te Asmara aan. De Abessi- nische genei-aal wilde zijn overwinnend leger een grootsch schouwspel aanbieden. Het hoofd van Osman Digma werd op een piek gestoken en de mond, de neusgaten en de ooren met straatvuü dicht gestopt, aan de soldaten vertoond, die het met wild vreugde geschreeuw begroetten. Toen deze geestdrift een weinig bedaard was, werd Mustapha Hadel voor de gelederen der Abessiniërs gebracht. De gevangene was gebonden. Bij het zien van den galg en de slingerende piek, die hem wachtten, vertrok de gevangene geen spier op het gelaat, noch toonde hij eenige ontroering. Uitge noodigd om te spreken, zeide hij met vaste en heldere stem slechts deze woorden: »ik ga naar Allah!" Toen de strop om zijn hals gedaan was, gaf Ras Aloela een teeken, waarop de soldaten, die de piek met Osmans hoofd droegen, deze voor den stervende plaatsten. Kort daarop slingerde een lijk aan den galg. De plechtigheid eindigde met een oorlogzuchtige toe spraak van Ras Aloela, die de dapperheid der Abessi- nische troepen roemde en verklaarde, dat door de nederlaag van Osman Digma's troepen de soldaten van Johannes, den koning dei- koningen, gedaan hadden, wat den Engelschen in geen drie jaren gelukt was. Deze toespraak werd met een vreeselijk geschreeuw uit duizenden monden begroet. Bulgarije. Onder de curiositeiten van den Balkan behoort ook het Bulgaarscbe aniazonencorps. Het bestaat uit slechts twaalf dames, die gezamenlijk 365 jaar tellen en slechts met een cavalerie-sabel gewapend zijn. Zij zitten als mannen te paard; haar costuum bestaat uit een kolbak, een jakje, een ruimen witten pantalon en geborduurde kouseneen roode sjerp is op sierlijke wijze om de heupen gedrapeerd. De aanvoerster, Raïne, reed bij de gevangenneming van den gouverneur Cavril-Pacha, naast diens rijtuig, zwaaide de sabel boven zijn hoofd en riep de vereeni ging van Bulgarije en Oost-Rumelië uit. B e I g- i e. De Antwerpsche wereldtentoonstelling is gesloten. Den laatsten dag waren nog 70 a 80.000 menschen in de hallen, zegt het Handelsblad. De treinen brach ten langs alle kanten van 's morgens vroeg een onge looflijke massa bezoekers aan. Terwijl de ballen door een ontelbaar publiek werden opgevuld, ving de sluiting aan in de zalen van het drukpers-comité. Te 12 ure vereenigden zich daar Belgische en buitenlandsche dagbladschrijvers. Nadat de heer Goemaere Précurseur een kort verslag had gegeven over het bezoek van Z. M. den Koning in de zalen der drukpers, nam de voorzitter de heer Aug. Snieders {Handelsblad) het woord en dankte allen, die tot het succes der onder neming hadden medegewerkt. Te 6 ure had het prachtige banket plaats door den handel van Antwerpen den leden van het uitvoerend comité der wereld tentoonstelling aangeboden. De ministers, de overheden, de commissarissen der verschillende gouvernementen waren genooiligd en het getal deelnemers beliep onge veer 500. Nadat de koffie was gebruikt ging men naar de tentoonstelling, die met duizenden en duizenden menschen gevuld was, en buiten en binnen volop in het glansrijkste licht stond. Voor het laatst straalde het elektriek lichtvoor het laatst door de groote gaande rijen voor het laatst door de machinen-galerij, de schoonste die men nog in eene tentoonstelling gezien had. De machinen waren in beweging; de muziek speeldehet volk circuleerde met de grootste moeite. Het was een grootsch, een prachtig oogenblik, en ieder een betreurde dat het de laatste dag, de laatste avond was. Te 12 ure schuifelden de machinen van M. De Naeijer op eenen ongehoord scherpen toon, het afscheid; de trompetten blaasden »lichten uit", en het volk stroomde langzaam naar buiten, eenen hartelijken groet aan het gebouw brengende. Het werk was ten einde I De werklieden en buitenlandsche opzichters, die zes maanden hier werden gehouden, drukten elkaar de hand, vielen elkaar om den hals, wenschten elkaar geluk; hun lang verblijf was ten einde; zij gingen naar hunne familiën terug. Bij Gruber en in den Viennois, was het tot laat in den nacht stampvol. Daar scheen men de tentoonstelling niet gesloten te kunnen krijgen men opende integendeel gedurig meer en meer flesschen. Er was geen glas bier bij Gruber, geenen droppel in den Viennois meer te krijgen. Men dronk champagne, rijnwijn, likeuren en grogs. De geestdrift van het banket naar de hallen overgebracht, ging van daar naar de openbare inrichtingen over, en stierf er te 2 a 3 ure weg. De tentoonstelling heeft geleefd. De geteeke de eenil decreet en me hij ten wel te zijn. M ministe verdere sanctioi geblekt het Kamer der ve ontbim het is van B Zii heb Het het onderv ganisa^ Door 4000 Ter minist der komt die ze| der van h maar katholjJ Het en vea Fr. Balk a cinet doen nopel uitleg] ferent] laten den welw| het beide De 1 Bulge; voor ook een deele| zal ornst lijkst de c stelt is ov oorlo den gem. temi mog zelve blijk med man gunt Rum geen nog Nog ande besl

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1885 | | pagina 2