Buitenland. Ongelukken, Rampen, Misdaden, enz. Te Goes is een brievenbesteller uit zijne betrekking ontslagen, wijl hij zich veroorloofde brieven, voor een bepaald persoon besterad, achter te houden en van den inhoud kennis te nemen, ten einde zich geldelijke voordeelen te verzekeren door dreigement van open baarmaking der correspondentie, door de beambte compromitteerend geacht voor den geadresseerde. Op de Zaterdagmorgen van Queenboro te Vlissingen aangekomen mailboot »Prinses Elizabeth" is een passa gier, een heer uit Amsterdam, op de reede van Vlissingen door een beroerte getroffen en plotseling dood gebleven. Uit Peking bericht men dat in China dit jaar de overstroomingen zeer ernstig zijn. De oogst is bijna geheel verloren. Men vreest een hongersnood. Zuid-Afrika Omtrent eene belangrijke ontdekking van goud bij Pietermaritzburg meldt de Times of Natal van 4 Juli het volgende: Sinds eenigen tijd werd er op de plaats van den heer A. H. Halder, op den Durbanschen weg, ongeveer 5 mijlen van de stad, geprospecteerd. Aanwijzingen van kostbare metalen werden op ver scheidene plekken gevonden, doch niets van belang lekte uit, tot in de vorige week. De heer Bossey, welbekend als een door en door practisch prospec- teerder en delver, bezocht de plaats en gaf spoedig eene waarschijnlijke plek aan. Wij zeggen waar schijnlijk, doch dit was slechts voor de ingewijden, want voor het ongeoefende oog viel aan de plek niets te onderscheiden van de rest van het land. Desniettegenstaande zette de heer Bossey zijn ver trouwen op deze bijzondere plek, en nauwelijks had hij zijne spade in den grond gezet, of hij stootte op een «leider". Daar was het, slechts 2 voet 6 duim onder den grond en 3 duim breed. Het eerste stuk kwarts toonde «kleur" en zooals wel verwacht kon worden, werd de leider" direct gevolgd. De prospec- teerders werkten voort tot een belangrijken afstand en bevonden, dat de leider" trapsgewijze grooter en dieper werd, tot hij nu drie voet breed en zeven voet diep is. Hij loopt van het noorden naar het zuiden, met eene kleine neiging naar het oosten. Wat de waarde van het hoofdrif zijn zal, is natuurlijk onmogelijk te zeggen, doch uit de proeven van het kwarts van den «leider" zal het naar alle waar schijnlijkheid het rijkste in Zuid-Afrika zijn. In ieder stuk kwarts kon men goud met het bloote oog zien en eveneens eene groote hoeveelheid zilver. Een proef is genomen, niet met bijzonder uitgekozen stukken, maar van los voor de hand liggende, en men bevond, dat het goud in het kwarts aanwezig is naar de verhouding van negen onsen per ton en twintig onsen zilver. Mocht het rif aan de verwachting beantwoorden, dan zijn de voordeelen voor de kolonie in het algemeen en voor Pietermaritzburg in het bijzonder niet te berekenen." önitsolila n cl. De Pruisische wet op het spelen in buitenlandsche loterijen is thans afgekondigd. Zij bevat de volgende bepalingen: 1°. Het spelen in buitenlandsche loterijen, die niet met koninklijke goedkeuring in Pruisen zijn toe gelaten, wordt gestraft met eene boete van hoogstens 600 mark. 2°. Al wie loten van zulke loterijen ver koopt, of zich als tusschenpersoon daarmede belast, wordt gestraft met eene boete van hoogstens '1500 mark. 3°. De openbaarmaking der trekkingen van zulke loterijen in Pruisische dagbladen wordt gestraft met eene boete van hoogstens 50 mark. 4°. Met de loterijen worden gelijkgesteld alle buiten Pruisen openlijk plaats hebbende verlotingen van roerende en onroerende goederen. F r a n k r ij k. Een Parijsch journalist heeft den gezant van China over de verhouding tusschen China en Frankrijk onder vraagd. De gezant zeide o. a., dat de Chineesche regeering zich nog in het geheel niet met de quaestie van het aanleggen van spoorwegen had bezig ge houden en dus ook niet daarvoor te Manchester had onderhandeld. Er zijn in China kapitalisten genoeg om het noodige geld bijeen te brengen en tot hen zou men zich in de eerste plaats wenden. Het is ook onjuist, dat pogingen worden gedaan om te Berlijn eene leening te sluiten. Dit is waarschijnlijk uitge strooid door Duitsche bankiers om de Chineezen te laten weten, dat zij te Berlijn geld zouden kunnen krijgen. Het spreekt van zelf, dat, als China in Duitschland of Engeland geld opneemt, het deze landen ten koste van Frankrijk handelsvoordeelen moet toestaan. Doch in weerwil van alle voordeelen, die aan Frankrijk zijn toegekend, zullen de Chineezen zoo min mogelijk Fransche waren koopen. Door den oorlog heeft Frankrijk allen invloed verloren en de grensregeling tusschen China en Tongkin zal nog tot vele moeielijkheden aanleiding geven. Ook zullen de Zwartvlaggen zich niet stil houden. De moord te Villemomble; het verdwijnen van mej. Méuètret, die door hare dienstbode, Euphrasie Mercier, twee jaren geleden vermoedelijk vermoord is, geeft aan de Frangais aanleiding om de politie en justitie »der Republiek" aan te klagen. Ruim twee jaren geleden - zegt dat conservatieve blad - vestigt zich de Villemomble, vlak bij het hart der hoofdstad, eene dame, die vroeger een geenszins eerbaar leven had geleid en ook nu nog de aandacht der buren op hare woning vestigde door de luidruchtige tooneelen, die voor de aangrenzende bewoners niets minder dan aangenaam waren. Dat alles moest de aandacht trekken alleen de politie nam er geene kennis van, en deze trok het zich evenmin aan, toen die tooneelen eens klaps ophielden, de dame verdween en hare dienstbode het huis bleef bewonen met een broeder en twee zusters. Ja toch, de politie kwam even kijken en ver genoegde zich met de verklaring der dienstbode, dat hare meesteres in een klooster te Luxemburg was gegaan, zonder verder onderzoek, in hoever die ver klaring op waarheid gegrond was. Heeft de commis saris van politie daarvan rapport aan den prefect gedaan? Zoo ja, dan vraagt de Frangaiswaarom de prefect twee jaren lang heeft stilgezeten. Ver moedelijk, zegt zij, had hij het te druk met de toe bereidselen voor de begrafenis van Victor Hugo, of met het onderzoek naar het merkwaardig onderscheid tusschen eene roode vlag en eene roode banier. En zelfs nu nog zou het twee jaren geleden gepleegde misdrijf niet alleen ongestraft, maar zelfs nog onbe kend zijn, indien niet een neef van Euphrasie Mercier uit wraakzucht de zaak aan het licht had gebracht. Welk een droevig denkbeeld zoo besluit de Fran cais moet dat alles niet geven aan de waakzaam heid der republikeinsche politie Rusland. De Russische kanselier, von Giers, heeft zich tegen over een reporter der Neue Freie Presse aldus uitgelaten: De bijeenkomst te Kremsier is eene noodwendigheid, die in den aard der dingen ligt, en het antwoord op het bezoek van den Oostenrijkschen keizer te Skierniwice. De gevolgen der bijeenkomst bestaan in de bevestiging der betrekkingen tusschen beide rijken; de besprekingen betroffen enkele algemeene en geen bijzondere quaestiën. Er is overigens niets, dat Conferenties over bijzondere vragen tusschen Rusland en Oostenrijk zou noodzakelijk maken. De bijeenkomst is tegen niemand gericht: zij heeft voor doel de versterking van den vrede. De quaestie tusschen Rusland en Engeland zal zonder twijfel goed eindigen. De bevestiging der politieke betrekkingen geschiedt op den grondslag van het Duitsch-Oostenrijksch keizers- verbond. De bijeenkomst te Kremsier kan geen anderen uitslag hebben, zelfs al ware zij een drie-keizersbij- eenkomst geweest. De officieuse Abendpost van Weenen zegt, dat de bijeenkomst te Kremsier niet alleen een grooten invloed zal hebben op de innige betrekkingen der keizerlijke families, maar ook op de vriendschappelijke betrekkingen van beide staten. »Met tevredenheid en voldoening", zegt het blad, »zien wij de eensgezindheid, waarmee de openbare denkwijze van alle landen de overtuiging heeft uitgedrukt, dat de bijeenkomst te Kremsier een nieuw onderpand van den Europeeschen vrede en een nieuwe waarborg van zijne voortdurende bevestiging, tot welzijn van het rijk en tot heil van alle staten is." Men schrijft uit WeenenTerwijl de samenkomst der keizers te Skierniwice slechts als een bewijs van de verbeterde verstandhouding tusschen Oostenrijk en Rusland en als een waarborg van den vrede werd beschouwd, vermoedt men, dat te Kremsier geheel iets anders is behandeld, namelijk de Midden-aziatische quaestie, die, zooals de Russische diplomaten zeggen, voortdurend aan de orde zal blijven, ook al worden voor het oogenblik de geschilpunten vereffend. De Engelschen zouden derhalve noch in de Afghaansche quaestie, noch in de Turksch-Egyptisehe eenige ondersteuning van Duitschland en Oostenrijk hebben te wachten. De goede verstandhouding der drie keizer rijken kan alleen voor Engeland een nadeelige werking hebben. De Russische keizer heeft misschien ook beproefd, het wantrouwen, waarmede Oostenrijk zijne handelingen op het Balkan-schiereiland gadeslaat, weg te nemen; maar dit zal hem waarschijnlijk niet zijn gelukt. De Czaar, zoo schrijft een correspondent der Neue freie Pressehoudt er niet van, zich aan het publiek te vertoonen. Een opmerker, die in de gelegenheid was Keizer Alexander meermalen in de laatste dagen te zien, zeide: Voortdurend is hij onder den indruk der herinnering aan het beeld zijns vermoorden vaders en aan de verschrikkelijke tafereelen, die zijn dood vooraf gingen. Vandaar die schuwe blik, die onop houdelijk rechts en links gluurt; vandaar de gewoonte, zelfs bij het salueeren angstig de hand van het hoofd ver wijderd te houden, opdat hij zou kunnen rondzien, of een vijand in de nabijheid wasvandaar ook andere gewoonten, die duidelijk den gemoedstoestand van den Czaar verraden, zooals de heldere verlichting van zijn slaapwaggon. Hij is bijna nooit alleen en bijna altijd is de keizerin in zijne nabijheid. Het is roerend te zien, hoe zij hem weet te vervroolijken en moed in te spreken. Het spreekt van zelf, dat de Czaar in zulk eene gemoedsstemming niet woordenrijk is. Hij heeft blijkbaar zijn best gedaan te Kremsier meer dan gewoonlijk te sprekenmaai- toch was het niet veel. De levendige keizerin heeft het woord gevoerd. De kinderen gelijken uiterlijk niet op den vader. Hij is blondbreed en zwaar gebouwd, zijne kinderen zijn bruin als hunne Deensche moeder, slank en niet groot evenals zij. Engeland. Van tijd tot tijd wordt uit Londen of uit Petersburg de aanstaande oplossing der Afghaansche grensquaestie aangekondigd, maar nog is het niet bewaarheid geworden. Bijna algemeen is men overtuigd, dat de Russische regeering de onderhandelingen wil rekken, totdat de Engelsche parlementsverkiezingen zijn afge- loopen, hetzij omdat zij van een liberaal kabinet meer inschikkelijkheid verwacht, hetzij dat zij tijd noodig heeft om zich op een oorlog voor te bereiden. Dat een liberaal ministerie grootere concessiën zou doen, dan het tegenwoordige, is niet waarschijnlijk. Evenals de conservatieve ministers zich gebonden achten dooi de handelingen hunner voorgangers, zouden ook de liberale opvolgers van lord Salisbury zijne politiek niet verloochenen. Het door lord Salisbury uitgesproken beginsel, dat de veiligheid van Indië's grenzen, onaf hankelijk van alle betrekkingen tot de eene of andere mogendheid, moet worden verzekerd, zal door geen ministerie worden gedesavoueerd. Voor die verdediging acht hij vooral de versterking van den Pischen-pas (sedert den laatsten Afghaanischen oorlog in Engelands bezit) noodzakelijk. Deze vallei is het uitgangspunt van verschillende bergwegen, die van den Indus door de passen van het Suleiman-gebergte naar de Afghaansche hoogvlakte leiden. Daar loopen de wegen over den Bolan-pas en den Koeram-pas en de weg door het Schobdal ineen. Tot nog toe is de eerste van het grootste gewicht, omdat door den Bolan-pas de spoorweg wordt aangelegd, die de havenplaats Kurrantschi met Quetta en Pishin en later met Kandahar verbindt. Vroeger was Quettah als verdedigingspunt der lijn aangewezen, maar daar het uit Afghanistan gemak kelijker kan worden omgetrokken, is thans Pischen gekozen. Deze stad ligt aan den uitgang van een dal, waar gemakkelijk een leger kan worden saamgetrokken, omdat de naaste bergen te ver zijn verwijderd om het geretrancheerde kamp te beheerscben. Ook kunnen de uit dit dal naar Kandahar voerende passen gemak kelijk in staat van verdediging worden gebracht. Voorloopig, zoo verklaarde lord Salisbury, wordt aan eene bezetting van strategische punten op Afghaansch grondgebeid niet gedachtdoch hij voegde er bij, dat men natuurlijk niet kon weten, wat in de toekomst zou kunnen gebeuren. Indien een vijand door Afghanistan tegen Indië optrok, zouden de Engelschen hem waar schijnlijk bij Pischen afwachten en indien hij deze positie om trachtte te trekken door de noordelijker gelegen passen, zouden zij door Kandahar te bezetten zijne verbindingen bedreigen. De verdediging van Indië wordt derhalve zoo ingericht, dat het bondgenootschap van den Emir daarbij kan worden ontbeerd. Denemarken. Men kan zich, zoo wordt aan de Frankf. Ztg. geschreven, van den abnormalen toestand in Dene marken een begrip maken, wanneer men hoort, dat sedert 1 April, toen de begrooting werd geoctroieerd, niet minder dan 43 politieke processen zijn aanhangig gemaakt 10 wegens majesteits-beleediging, 3 wegens beleediging der ministers, 19 wegens verzet tegen de politie en 21 wegens andere politieke misdaden. Wegens majesteits-beleediging zijn twee redacteuren tot 4 maanden gevangenis veroordeeld, omdat zij hadden geschreven, dat de Koning niet boven de partijen staat. Een bakker werd tot 6 maanden gevangenis veroordeeld, omdat hij eene buste des konings had stuk geslagen en een jong meisje, omdat zij daarbij had geholpen, tot 4 maanden. Wegens beleediging van ministers zijn drie redacteurs aan geklaagd. De eerste heeft het ministerie beschuldigd valsche sleutels te gebruiken om de schatkist te openen, daar het zonder budget buitengewone uitgaven heeft gedaan. De tweede heeft in twijfel getrokken, of de minister Estrup den koning wel de waarheid heeft gezegd. De derde heeft de handelingen der regeering met die van misdadigers vergeleken. De meeste sensatie maakt het proces tegen den president der Tweede Kamer den heer Berg, den populairsten man des lands. Hij is met twee andere leden der Kamer beschuldigd, op eene volksvergadering te Holstebro, een politie-beambte van de tribune te hebben verwijderd»

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1885 | | pagina 2