De Minister van Oorlog heeft goedgevonden te bepalen, dat gedurende den a.s. winter bij een gedeelte der paarden van de regimenten veld-artillerie, hetzelfde winterbeslag met puntjes in beproeving zal worden genomen, waarmede de proef bij de regimenten huzaren reeds heeft plaats gehad. Tot vervaardiging en behandeling van dat beslag zal in den loop der maanden Augustus en September van elk detachement bereden artillerie een hoefsmid aan de hoefsmidschool te Venloo gedetacheerd worden. Op verlangen van wijlen den heer Mr. J. Bieruma Oosting is door den heer Joh. Bieruma Oosting 2000 geschonken aan de Maatschappij van Weldadigheid. Naar wij met leedwezen vernemen, is de oud minister mr. A. E. J. Modderman weder ernstig ziele en boezemt zijn toestand groote ongerustheid in. Volgens het Vad. kan ieder oogenblik het ergste worden gevreesd. Uit Vlissingen wordt aan de Amst. geschreven, dat tot burgemeester dier gemeente is benoemd de ge pensioneerde majoor bij het Indische leger Romswinckel, De heer A. Smit, van wien in de laatste dagen hier algemeen het gerucht liep, dat hij tot burge meester zou worden herbenoemd en die functie weder zou aanvaarden, is reeds bezig naar elders te verhuizen. Als een bewijs, hoezeer de landbouw kwijnt, kan dienen, dat bij een verkooping van een hofstede onder Wissenkerke, groot circa 7 bunders, geen enkel bod werd gedaan. Bij den minderen man blijven oude gebruiken het langst in zwang, en leven oude woorden en zinnen het langst in den mond. Het Vad. haalt een voorbeeld daarvan aan in het woord »granadier". De eerste grenadiers waren granaatwerpers, werpers van granaten. Dit laatste woord wordt bij de artillerie heden ten dage nog met eene a gespeld. De afleiding moest dus eigenlijk luiden »granatiers", maar door zachte uitspraak is de t al spoedig in d veranderd. Bij het volk is het woord granadiers dan ook nog niet vergeten, en zelden zal een milicien bij het regiment grenadiers en jagers een brief ontvangen, op welks adres grenadier staat in stede van granadier. In de Kroniek van het Augustusnummer van Stem men van Waarheid, en Vrede wijdt dr. Bronsveld slechts even zijne aandacht aan den kerkelijken strijd. »Ach, schrijft hij waartoe ook vele woorden gebruikt, om het karakter te kenschetsen van die samenkomsten te Den Haag, waarin dr. Kuyper zich zelf heeft gemaakt tot het voorwerp van een hulde betoon, dat slechts weinigen hem benijden zullen, die geleid worden door des Heeren geest. Wij vinden dat betoon eene vertooning, beurtelings laf en opgeschroefd, maar steeds den christen onwaardig. Over de deel neming van enkelen aan die menschen-verheerlijking hebben wij ons verwonderd. Wij kunnen ons nog verwonderen maar het gaat niet zelden gepaard met groote droefheid over veler karakterloosheid en verregaande eerzucht. Terwijl te Den Haag die zoo genaamde »Deputaten" den man verheerlijkten, die lien tot den rang van »ijzer" en van »Heelen" verhief was ik met de duizenden feestgangers te Middachten. Daar was het beter dan in de residentie, dan te midden van al die mannen, die niet meer kunnen zeggen »Geen aardsche macht begeeren wij." »IIet 22e zendingsfeest kan veilig genoemd en ge steld worden naast zijne voorgangers. Was het ten vorige jare op Boekenrode goed, niet minder zegen was ons op Middachten bereid. Zelden hadden wij fraaier en gewenschter weernooit wellicht was de stem ming van de feestvierenden zoo opgewekt. De sprekers verheugden zich in een talrijk en aandachtig gehoor, en geen partijzaak, maar liefde tot den Heer en de uitbreiding van zijn rijk was het belang, dat samen bracht en samenbond. »Wij werden te Middachten bemoedigd en gesterkt. Er is nog een kern in ons christenvolk, die niet is aangetast door den onheiligen partijstrijd en voor wie het 'woord des Heeren nog altijd hooger staat dan het woord van de Heraut". Men zal zich, voegt de Zw. Ct. hierbij, deze woorden lezende, wellicht herinneren, dat de Standaard een weinig kiesche lijn van vergelijking trok tusschen het bedrag, op de deputaten-vergadering bijeengebracht en de opbrengst der collecte op 't zendingsfeest. Een zeldzaam voorbeeld van koelbloedigheid en geestkracht werd dezer dagen gegeven door een bejaard geneesheer te Amsterdam, wien een arm moest worden geamputeerd. De meer clan 70jarige medicus weigerde te worden gechloroformiseerd en uitte geen enkelen kreet gedurende de operatie. Nadat deze volbracht was, dronk hij een kop thee en begaf zich daarna te bed. De toestand van den patient moet zeer be vredigend zijn. Gedurende cle maand Juli is de kweekschool voor zeevaart te Leiden met een "35tal jongens vooruitgegaan. Het aantal bij die inrichting bedraagt thans 235. Nauwelijks heeft 's Hertogenbosch zijn 700jarig bestaan gevierd of het plan wordt te Breda geopperd, het 'lOOOjarig bestaan der stad te herdenken. Kunst, Wetenschap en Letteren. Zeer merkwaardige ontdekkingen op oudheidkundig gebied zijn gedaan in de omstreken van Roermond en Venloo. Nabij laatstgenoemde plaats vond de ritmeester Ort bij twee oude boerenhofsteden, door grachten omringd, aan hare buitenboorden de grondslagen van Romeinsche gebouwen. Te Maasniel, bij de grenzen van liet dorp Melick, werd door clenzelfden navorscher eene Romeinsche begraafplaats ontdekt, die gedeeltelijk werd ontgraven. Veel aardewerk, waaronder terra sigïllata, en enkele bronzen kwamen te voorschijn ook een penning van Antonius pius, waaruit de waar schijnlijkheid wordt afgeleid, dat dit grafveld uit het midden der 2e eeuw dagteekent. Onlangs werd als eene bijzonderheid medegedeeld, dat er te Kopenhagen niet minder clan 24 vrouwelijke studenten zijn ingeschreven. Een der universiteiten in ons land echter is nog rijker gezegend met «studiosee". Volgens het gemeente-verslag van Groningen over 1884 n.l. studeeren er aan de universiteit aldaar nog 2 dames meer dan te Kopenhagen. Bij cle faculteit der letteren zijn 16, bij die der wis-"en natuurkunde 9 en bij die der geneeskunde is 1 dame ingeschreven. De theologie en cle rechten worden tot nog toe niet door dames beoefend. Sommigen denken dat de nieuwe wereldtaal (Volapük) het tijdelijke reeds met het eeuwige verwisseld heeft. Doch dan vergissen zij zich zeer. Weder zijn een 15tal heeren in ons land als leeraars dier taal gedi plomeerd (volapükatidels), waardoor hun aantal, alléén in Nederland, reeds 71 bedraagt. Onder de laatst gediplomeerden behoort ook de heer Dr. T. 0. Winkler te Haarlem. Te Parijs wordt zelfs door den heer A. Kerckhoffs, doctor in de letteren aan de Ecole des Etudes Com- merciales (handelsschool) een cursus in Volapük geopend. De constructor der wereldtaal, de heer J. M. Schleyer, woont niet meer te Litzelstetten in Baden, maar te Constanz. Ongelukken; Kampen, Misdaden, enz. Dinsdagochtend lag nabij Oude Tonge in zinkenden toestand een groote aak geladen met steenkolen, die bezig was cle lading over boord te werpen om zoo doende te beproeven het schip te behouden. Men vreesde echter dat schip en lading verloren zouden zijn. Op Terschelling is dezer dagen een man levend begraven. Aan den voet van eene rij hooge duinen wordt een gebouw ten behoeve van het loodswezen gesticht. De omtrek van de woning is reeds afgebakend, het gat van den kelder gegraven, eenige duizenden steenen liggen op het terrein en men is met eenige metselaars en arbeiders bezig een put te graven. Een paar dagen is men werkzaamde arbeid vordert met spoed, aannemer en opzichter slaan onophoudelijk den arbeid gade en zijn op hunnen post, want men weet, dat het gevaarlijkste gedeelte van 't geheele werk thans zijne voltooiing nadert. De ladders worden in den kuil gelaten, laatstgenoemde heeren onderzoeken het werk, dalen in den put af nog een paar rijen metselwerk en alles is gereedNog aan den rand van den put staande, geeft de aannemer een bemoe digend woorddaar begint eene vreeselijke zandver- schuiving, en met versnelde vaart storten eenige honderden kubieke meters in den kuil. De aannemer springt oogenblikkelijk omhoog en zijwaartshij heeft het geluk zich te redden; een metselaar volgt hem, doch blijft halverwege met het lichaam bijna geheel onder zand bedolven, steken, maar van den derden, den ongelukkigen metselaar Oorthuis, is niets te be speuren; het zand bedekt hem eenige meters diep. Na twee uren werkens door een tachtigtal mannen werd een der bedolvenen nog levend opgehaald; de ander werd eerst om ruim elf uur 's avonds als lijk te voorschijn gebracht. Voor zijne weduwe en hare vier (weldra vijf) kinderen is op het dorp ƒ400 bijeen gebracht door den heer P. Wichers worden in het Handelsblad van medelijdende landgenooten verdere giften gevraagd. Uit Weere (in Limburg) is door het kantongerecht de nachtwaker veroordeeld wegens het maken van nachtelijk burengerucht. Zondagavond kreeg te Amsterdam een minnend paar op de Prinsengracht een minder minzamen woorden strijd. De jongeling, die de argumenten der schoone niet genoegzaam kon wederleggen, nam een hopeloos I besluit cn sprong in het water. Dit bleef niet zonder I uitwerking. Toen eenige voorbijgangers hem weder op het droge gebracht hadden, zorgde het thans geheel verzoende meisje voor eene vigelante, waarin beiden zich naar huis begaven. Woensdagavond is op het kermisterrein te Rotterdam door de baldadigheid van eenige jongens, eene in aan bouw zijnde tent ingestort. Een man, die daaraan werkzaam was, is daardoor naar beneden gestort en met ernstige verwondingen opgenomen. Een twist, die dientengevolge tusschen werkvolk en burgers ontstond, maakte de tusschenkomst der politie noodzakelijk. Te Maastricht is Woensdagnacht de maréchaussée F., geboren te Steijn, oud 25 jaren, bij ongeluk uit een raam der bovenste verdieping van de kazerne gevallen en op de plaats doodgebleven. Te Toronto ontstond Zondag brand in de Toronto- glucosefabriek, een gebouw van acht verdiepingen, gelegen op den oever van het meer Ontario. Omtrent middernacht was geheel het gebouw met zijn inhoud, waarvan de waarde geschat wordt op '120,000 dollars, door den brand totaal vernield. De nachtwaker der fabriek, genaamd Rooney, is in de vlammen om gekomen. Het vuur verspreidde zich langs de esplanade en deelde zich mede aan negen blokken gebouwen, alsook aan de schepen in de dokken. In korten tijd had de brand zich verspreid over eene uitgestrektheid van eene halve mijl. Talrijke magazijnen, graan-elevators, steenkool-magazijnen enz. en een groot getal stoom- booten en andere schepen werden vernield. De schade wordt berekend op meer dan 1 millioen dollars. De brand heeft geheel de nacht van Zondag op Maandag voortgewoed, De zoogenaamde kwartjesvinders hebben Dinsdag middag hun praktijk te Rotterdam eens weder uit geoefend. Thans was het een schipper, dien zij in den val, of liever in eene tapperij aan den West zeedijk, hebben weten te lokken, als lokaas gebruikende, een zakje inhoudende een paar kwartjes, een dubbeltje en vier centen, hetwelk door een hunner (de bende bestond uit vijf personen) quasi op de straat was gevonden. De arglooze schipper, door hun spel verleid, was ai spoedig een bankbiljet van 100 kwijt, hetwelk zij op behendige wijze uit zijn handen wisten te spelen. Zij hadden echter te veel buiten de politie gerekend, die van het voorgevallene onderricht, de daders en medeplichtigen, waaronder de tapper, opspoorde. Zij zijn gevankelijk naar de cellulaire gevangenis aldaar overgebracht en ter beschikking der justitie gesteld. Het mond- en klauwzeer verheft zich weer in Duitschland. In de omstreken van Geilenkirchen, aan de Duitsch-Limburgsche grens, zijn verscheiden gevallen onder het Duitsche vee waargenomen. Buitenland. Belgie. De ex-keizerin Eugenie heeft 36 uren te Brussel doorgebracht. Zij is afgestapt aan het Hotel de Suède, in gezelschap van den Hertog van Bassano en een talrijk gevolg. Van Brussel is zij naar Duitschland vertrokken. Naar aanleiding van de ongunstige berichten, die door de New-York-Herald en andere bladen over den Congo-staat in de wereld zijn gebracht, schrijft de Brusselsche correspondent van de Münch.-Allg .-Zeit. dat de Congo-regeering te Brussel vorontwaardigd is over die berichten, te meer daar de reporter van den New-York-Herald zich niet ontziet de bewering op te stellen, dat de geheele Congo-zaak eigenlijk niets meer is dan een »Schwindel" op groote schaal. Terecht beroept men zich, tegenover deze insinuatie, in de Rue de Brederode op de rapporten van wetenschappe lijke mannen als Stanley, Brassa en anderen, die in elk geval oneindig meer geloof verdienen dan de op sensatie en prikkeling berekende artikelen van eenige reporters. Overigens heeft de Belgische regeering reeds eene reeks van expedities naar den Congo uitgezonden, welke telkens geregeld drie jaren achtereen in die tropische gewesten hebben doorgebracht en, behoudens enkele uitzonderingen, in de volmaakste gezondheid zijn terug gekeerd, terwijl de rapporten, door hen uitgebracht over de toekomst van het land, bij uitstek gunstig luiden. Onder zulke omstandigheden is het onmogelijk, aan de ongunstige berichten van eenige dagbladen geloof te hechtende naaste toekomst zal ongetwijfeld de noodige gegevens verschaffen, om dergelijke ge ruchten op hunne juiste waarde te kunnen schatten. Zatd plaats gemaal Albanj tentooi special Gen' seerd, Men t defileer mijlen Riviers In begrafe Over Afghan zoodat op eef Standa richt, zijn ge mede nog ge Aan familie Von B trad, echter der kc der ko lisatie- dat zo onmidc aangen De nog a vergad beeld te voe door leiding ook s werkm blijft per ui voor c een h velen hebben. van 4. beantw gegevei De be we rii] in zij Duitse betrekk zullen aan te onverm invloed Waar taalde geheel beheerd panden nemen aan df elk ge noodig. De toond te Lont ziekte oversell Portugi zou ziji zouden Van van ha aangek der ve komst Van echter ver d ach toegesc hitte ingesch formis. getroffe Dat niet b gevalle

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1885 | | pagina 2