ADVERTENTIE».
Stoomboot „STAD ZIERIKZEE".
f 1000— a f 1500
VISITEKAARTJES.
Geweven drijfriemen. Een Schotsch fabrikant heeft
het middel gevonden om aan de geweven riemen,
welke tegenwoordig veel in plaats van lederen riemen
gebruikt worden, daar ze niet zoo plotseling doorbreken,
een duurzaamheid te geven, welke zij tot nog toe
niet bezaten. Gewoonlijk zijn de draden van den ketting
in de lengte genomen, en hebben dus al te kracht te
dragen, waaraan de riem is blootgesteld, daar de
inslag slechts dient om de draden met den ketting
te verbinden. De draden, waaruit deze nieuwe riemen
zijn samengesteld, loopen schuins, zoodat zij samen
werken om de geheele kracht te weerstaan. Hierdoor
wordt het weefsel een soort van gevlochten scheede.
Verscheiden van deze gevlochten buizen worden naast
elkander gevoegd en verbonden, ten einde de verlangde
breedte van de riem te verkrijgen. Liet vlechtwerk
wordt gemaakt van katoen, wol, vlas, hennep, jute of
manilla, of van sommige dezer stoffen te zamenom
ze te versterken en ondoordringbaar voor vocht te
maken, wascht men ze met warm gealcaliniseerd
water, en taant ze door ze in een oplossing van cachou
te laten koken. Vervolgens plet men ze tusschen twee
cilinders en glanst ze door dompeling in een bad van
stijfsel. Daarna gaan ze tusschen andere cilinders door,
die er de overtollige stijfsel uitpersen en de oppervlakte
polijsten. Deze cilinders draaien met groote snelheid
en trekken het weefsel sterk uit, opdat het in het
gebruik niet meer rekke. Men beweert dat deze riemen
de lederen in vele opzichten overtreffen.
In het Koninklijk Ziekenhuis te Berlijn werd eens
eene patiënte gébracht, die noodzakelijk een operatie
moest ondergaan. Nauwelijks had de zieke dit gehoord,
of zij begon te jammeren en verzocht den geneesheer,
prof. L., haar daarvan te verschoonen. Toen zij echter
zag, dat al hare pogingen mislukten, stiet zij een
hevigen gil uit, verdraaide de oogen en begon kramp
achtig te beven. De dokter beschouwde eenigen tijd
de vrouw, die alle teekenen van een aanval van epi
lepsie vertoonde en richtte zich toen bedaard tot de
studenten met de vraag: »Wat is dit wel voor een
verschijnsel?" Een aanval van epilepsie," was het
juiste antwoord.
«Zeer goed", ging prof. L. voort, «het schijnt een
buitengewoon hevige aanval te zijn, die ons een gunstige
gelegenheid geeft, eenige zeldzame verschijnselen bij
het zenuwstelsel te aanschouwen. Als het een ware
epileptische aanval is," ging hij met luide stem voort,
«dan moeten de volgende verschijnselen plaats hebben:
«als ik den rechter-schouder der patiënte slechts met
den vinger aanraak, dan moet het linker-, nu nog
hevig trekkende been, dadelijk tot rust komen." En
het gebeurde, zooals hij voorspeld had. «Als ik nu
den linker-schouder aanraak, dan komt het rechter
been op rust ('t gebeurde eveneens), en als ik nu
deze ader aan den hals voel, dan zullen de beide armen
nog heviger dan nu, beven." Ook dit gebeurde zooals
de professor voorspeld had.
«Mijne heeren, wat is datzeide hij, zich weder
tot zijn toehoorders wendende, die geheel verbluft en
sprakeloos de proeven hadden gevolgd. «Mijne heeren,
het is een gemaakte krampaanval, de patiënte heeft
uit vrees voor de operatie zeer juist alle teekenen van
een eleptischen aanval nagebootst. Ik vermoedde dit
dadélijk en heb mij door de zonderlinge proeven daarvan
volkomen overtuigd. De zieke heeft elk woord gehoord
en moest alle bewegingen, zooals ik die voorspelde,
uitvoeren, daar het anders geen echte aanval was.
Ik hoop dat u dit een lesje zal geweest zijn op uw
toekomstige loopbaan, want bij de epilepsie worden
de geneesheeren vaak bedrogen."
«Ge kunt nu opstaan," zei hij tot de vrouw, haar
op den schouder kloppende, «we hebben uw comedie
volkomen doorgrond. Daar gij de heeren echter een
interessante les hebt gegeven, zult gij heden van de
operatie bevrijd blijven; maar morgen moet gij er
aan. Diep beschaamd verliet de vrouw dé opera
tiezaal.
In China komen tegenwoordig op een bevolking van
400 millioen slechts 22 couranten uit, waarvan 12
in de Chineesche, 9 in de Engelsche en 1 in de
Fransche taal. Het aantal abonnementen is ook zeer
gering.
Een eigenaardig werk is door den heer. Bergholtz
te Chicago uitgegeven, namelijk het .«Onze vader" in
'189 talen. Ongeveer 4 jaren heeft de heer Berghöltz
hieraan gearbeid, en deze uitgave kost hem niet minder,
dan 3000 dollars.
De tweejaarlijksche prijs van 20,000 frs., in Frankrijk
uitgeloofd voor het werk, «dat het geschiktst is om
het vaderland tot eer en nut te verstrekken, is, op
voorstel van de Academie van Wetenschappen, door
het instituut toegekend aan den hoogleeraar in de
physiologie bij het Collége de France Brown-Sequard,
met 74 tegen 7 stemmen. Zijn mededinger, De Brazza,
de Congo-reiziger, bleef in de minderheid.
Zeven jaren geleden werd, ten nadeele van de
Italiaansche Nationale Bank, op den weg van Ancona
naar Rome, een koffer gestolen, die twee millioen lires
in bankbiljetten bevatte. De dieven werden gevat en
tot langdurige gevangenisstraf veroordeeld, maar van
het geld was geen spoor te vinden.
Een der verdedigers der dieven, zekere Lopez,
maakte, korten tijd na het proces en niettegenstaande
hij kort te voren door schuldeischers werd belegerd
en op punt stond bankroet te gaan, goede sier, schafte
paard en rijtuig aan en trok, door zijne dwaze
verspilling, zeer de aandacht.
Men kwam tot het vermoeden, dat Lopez van
vertrouwelijke mededeelingen van een der beschuldigden
gebruik gemaakt en zelf het geld behouden had; hij
werd dan ook gearresteerd, maar een ingesteld onderzoek
bracht niets ten zijnen nadeele aan het licht, zoodat
hij weder op vrije voeten werd gesteld.
Hij verwierf als advocaat veel vermaardheid en
was in de laatste dagen voor het geruchtmakende
proces Sbarbaro werkzaam, toen hij plotseling den
26 Juni op bevel van den rechter van instructie te
Ancona weder werd gearresteerd en naar die stad
gebraebt. Naar men verneemt zijn in de woning van
Lopez brieven gevonden, die zeer compromitteerend
voor hem zijn en honderd zeven en negentig duizend
francs in bankbiljetten, waarvan hij de herkomst niet
wist aan te wijzen.
Op de brieven en het geld werd beslag gelegd en
te Ancona werden, naar aanleiding van de zaak, zeven
personen gearresteerd.
De commissie belast met het geven van eene
bestemming aan de bijdragen, die ingekomen zijn tot
het stichten van een nationaal monument voor generaal
Gordon, heeft besloten een gesticht te bouwen, waarin
knapen van 14 tot 18 jaar opgenomen zullen worden,
om, al naar gelang van hunne vatbaarheid of neiging,
te worden opgeleid tot het uitoefenen van een betrekking,
hetzij als burger of als militair. Voorloopig zullen
vijftig jongelieden daar een plaats krijgen. Het gesticht
zal heeten Gordon Boy's Home. De grond, waarop
het zal komen te staan, is nog niet aangewezen.
Ruim een maand geleden schreef het Handelsblad
van Antwerpen:
«Er is een algemeene klacht in de stad over de
vertraging der werkzaamheden aan den voorgevel der
Tentoonstelling. Wij hebben na dat ijzeren geraamte
't kan zoo schoon zijn als men wil reeds lang
genoeg gezien en zouden dat spinneweb wel door iets
solieder willen vervangen zien. De heeren aannemers
zouden eens geducht op den teen dienen getrapt te
worden."
Thans is het ruim twee maanden geleden, dat de
tentoonstelling werd geopend, en men moet den Koning
en de overige bezoekers nog altijd door een zijdeurtje
binnenleiden.
Een Fransch doctor, de heer Alex. Meyer, beveelt
een middel aan om te beletten, dat de kerkhoven
gevaarlijke plaatsen van besmetting worden. In plaats
van houten kisten, die poreus zijn en allengs verrotten,
raad hij het gebruik aan van doodkisten van gesmolten
glas, langwerpig en ruw en met genoegzaam dikke
wanden, waarop het deksel hermetisch sluitend beves
tigd wordt door een kiezelaardig mengsel, dat even
onveranderlijk is als het glas.
In dergelijke recipiënten zouden van de lijken gassen
noch vloeistoffen naar buiten kunnen ontsnappen en
zouden deze geen enkelen schadelijken invloed meer
op de openbare gezondheid kunnen uitoefenen.
Hij gaat echter verder. De invoering van glazen
doodkisten, naar de zooeven genoemde methode inge
richt, zou ook het middel zijn om lijken voor onbe-
paalden tijd voor ontleding te bewaren, door n.l. onder
een behoorlijke drukking een rottingwerende gassoort
in de plaats te stellen' van de lucht, die het lijk
omgeeft. Tot dit einde zouden twee buisuitgangen
aangebracht moeten worden, de een voor het binnen
tredende gas, de andere voor de uitgaande lucht. Door
zich b.v. van koolzuur te bedienen zou het verschil
in gewicht tusschen dé twee gassoorten de operatie
zeer gemakkelijk maken.
Deze handelwijze tot het bewaren der lijken zou
alle voordeelen der balseming opleveren en bij weinig
onkosten ook uit een hygiënisch oogpunt van groot
belang zijn.
Een voor ouders en kindermeisjes zeer leerzame
geschiedenis is onlangs te Dusseldorf voorgevallen. Een
kindermeisje bevond zich met de aan haar zorg toe
vertrouwde kleine in een park, waar zij zulk een
belangrijk onderhoud had, dat zij haar kinderwagen
geheel vergat. Toevallig kwam een oom van het kind
daar voorbij en zag wat er gaande was. Zonder dat
het meisje iets bemerkte, nam hij het kind uit den
wagen en droeg het naar huis. Twee uren later,
't klinkt haast ongeloofelijk, doch 't is echter een feit,
kwam de zorgvolle bewaakster met de ledigen wagen,
waarin zij nog niet eens gekeken had, insgelijks thuis
en antwoordde op de vraag«hoe het met het kindje
ging", heel opgewekt: «Het slaapt gerust als een
engel!" Toen men haar den ledigen wagen toonde,
wilde het meisje eerst zich gaan verdrinken, doch
vergenoegde zich met aan den haar op de stelligste
wijze gegeven raad te voldoen, om ten spoedigste haar
boel te pakken en zich weg te maken.
Met het stoomschip, dat 24 Juni, des namiddags
te vier uur, van Tetschen aankwam dus wordt
uit Aussig geschreven arriveerde ook een jong en
keurig gekleed man, die twee kleine koffers bij zich
had, en in het hotel «Zum goldenen Schiff" zijn
intrek nam.
Het elegante jongmensch sprak geradbraakt Duitsch
maar drukte zich zeer vloeiend in het Engelsch, Fransch
en Zweedsch uit. Hoewel hij zich zoo vrij mogelijk
voordeed, kreeg men argwaan en dat te meer, omdat
hij geen pas of eenig ander document bezat. Toen de
politie zich met de zaak bemoeide, bekende de jonge
man, na geruimen tijd te hebben ontkend, dat hij
eene dame was en te Kalmar eene betrekking als
onderwijzeres vervulde, Bij eene visitatie der koffers
werd een reistaschje met negenhonderd gulden (in
Zweedsche kronen, marken en francs) gevonden.
Op eene telegrafische aanvrage aan het stedelijk
bestuur te Kalmar, werd het telegrafisch antwoord
ontvangen: «mejuffrouw Alma L., onderwijzeres te
Kalmar, dochter van zeer deftige en fatsoenlijke ouders,
reist over Dresden, Praag en Weenen naar Florence
en heeft een reisgeld van veertien honderd kronen
bij zich".
De Zweedsche jonge dame was overgelukkig, toen
dit antwoord kwam, en zij vertelde, dat zij mansklee
deren droeg, om ongehinderd te kunnen reizen.
Men gaf haar een paspoort, waarmede zij den vol
genden dag als knap jongkerel, vroolijk en wel naar
Praag spoorde, vanwaar zij haar reis over Weenen
naar Florence zal vervolgen.
Blijkens mede.deelingen van den Russischen gezant
zijn van Spanje komende vaartuigen in Russische havens
aan de Zwarte Zee onderworpen aan quarantaine en
ontsmetting. Bij aankomst in Russische havens aan
de Oostzee, zullen bedoelde vaartuigen, indien zij in
het bezit zijn van een schoonen gezondheidspas, een
streng geneeskundig onderzoek moeten ondergaan
terwijl hun de toegang tot die havens verboden is,
zoo zij geen schoonen pas kunnen vertoonen.
Van de eigen-levensbeschrijving van generaal Grant,
welke eerlang verschijnen zal, zijn reeds 300,000
exemplaren vooruitbesteld en er komen voortdurend
nog nieuwe groote bestellingen. Men berekent de
oplage op een millioen.
ZEETIJDINGEN.
UITGEZEILD ZIERIKZEE.
5 Juli. «Eliza Patience", kapitein Herod, van Dordt
naar Londen.
Wijziging der dienstregeling.
VertreK van Zicrihzee op Zaterdag;
11 Juli a.s. 's morgens half 4, in plaats
van uur.
Be Directeur
P. O. OLIVIER.
jaarlijksche verdienste wordt aan degelijke en be
schaafde personen, welke met den gegoeden stand
omgaan, door de uitoefening eener Agentuur
aangeboden.
Franco offerten met opgaaf der tegenwoordige
betrekking, aan het Bureau van dit Blad, onder
het MottoFlinke Agenten.
100 stuks voor 50, 60, 80 cent
en één g'ulden,
allen in net étui.
Bovenstaande worden steeds geleverd ter Snelpers
drukkerij van H. LAKENMAN te Zierikzec, alsmede
door den Boekhandelaar A. C. DE MOOIJ.