Credietvereeniging. VISITEKAARTJES. ion, terwijl jen. n rouwkrip pra algraf voorbij liet wd aan de eskadrons il-bataljons. dagen over gesproken, terwijl de passeeren, te Parijs beid tegen- Pantheon isteed voor rbijtrekken. anaalmaat- erslag over blijkt uit, passeerden, mneninhoud er grootere inkomsten fr. minder ïeltelijk aan ermindering met 1 Juli het kanaal uto tonnen, 145 Neder- che schepen Canadasche id onder de en dempte, nhoofden in van Oorlog Ottawa een ide dat niet che hoofden a;h Ice en np bevinden 0 geweren, ven. Riel's zich lang nsche grens eeld, dat de ntengevolge binnenkort ris, kolonel tails van de ilen. ing stukken leeld, betref- lêches loopen verscheidene Massowah a. aan den Engeland, met Italië endheid had was Egypte che kustland Jaar dat hij afdoend ant- zich zelve stand der schepen, die naar zijn land vertrekken, zou mogen onderzoeken (met 9 tegen 2 stemmen en 9 onthoudingen). Wel werd echter aangenomen (met 8 tegen 6 stemmen en 8 onthoudingen) een voorstel van Portugal, waarbij den consul wordt vergund, tegenwoordig te zijn bij dit onderzoek, wanneer het door de haven-autoriteiten geschiedt. Dr. Proust stelde voor, en dit werd met 19 stemmen en 3 onthoudingen aangenomen, dat de geneesheer aan boord agent de surveillance zou zijn, en verantwoordelijk is voor het nemen der volgende verzorgen het schip eerst laden, nadat het schoongemaakt isieder verdacht passagier weigeren; de besmette passagiers surveilleeren, alle bagage ontsmetten, en de noodige maatregelen nemen, als er aan boord cholera uitbreekt. Zwitserland. De Groote Raad van het kanton Bern heeft de nieuwe vaccinewet aangenomen, die nu nog door het volk bekrachtigd moet worden. Volgens deze wet worden uitzonderingen op den vaccinedwang toegelaten, indien een attest van een geneesheer dat wenschelijk doet achten. Voorts zal in den regel alleen met stof van het kalf ingeënt worden. Voor het inenten met menschelijke stof is de goedkeuring der ouders noodig. De geneesheeren ontvangen de pokstof kosteloos van den staat en zijn verplicht, onvermogenden kosteloos in te enten, terwijl zij voor nalatigheden bij die operatie strafrechtelijk verantwoordelijk zijn. De wet is door den raad met groote meerderheid aangenomen, nadat de rapporteur uit de laatste pokken-epidemie in genoemd kanton weder een aantal feiten vermeld had tot staving van de kracht der inenting en her-inenting als voorbe hoedmiddel tegen die ziekte. B e 1 g i e. De geheele officiëele wereld te Brussel houdt zich bezig met de voorbereidingen voor de begrafenisplech tigheid van den heer Charles Rogier, van wiens over lijden wij reeds melding hebben gemaakt. Op bet stadhuis en de St. Gudule-kerk wappert de nationale vlag half stok en met rouwfloers omhangen. De Kamer van Vertegenwoordigers heeft met alge- meene stemmen (97 leden waren tegenwoordig) het regeeringsvoorstel aangenomen om de begrafenis op staatskosten te doen plaats hebben. Ofschoon het sterfhuis niet in de stad Brussel, maar in de voorstad St. Josse-ten-Noode is gelegen, zal het lijk toch naar het stadhuis worden overgebracht, waar het op een sarcophaag, in een op de binnenplaats van het stadhuis in te richten rouwkapel, zal tentoon gesteld worden. Zoolang het lijk daar aanwezig is, zal de burgergarde van Brussel de eerewacht vormen, terwijl op het plein voor het stadhuis eene rouw- decoratie zal worden aangebracht. De begrafenis heeft Maandagmorgen plaats gehad. Van het stadhuis is het stoffelijk overschot van Charles Rogier naar de St. Gudule-kerk gebracht, waar de aartsbisschop de lijkmis celebreerde. Het lijk is op de begraafplaats van St. Josse-ten-Noode begraven, waar een grafkelder voor rekening der gemeente was gemaakt. Een groot aantal lijkredenen is uitgesproken, o. a. door den minister Thonissen namens de regeering, de heer De Lantsheere, in naam der Kamerde heer Bara, namens het arrondissement Doornik, hetwelk de over ledene in de Kamer vertegenwoordigde, en mgr. De Ilaerne, namens de overlevenden van 1830. Charles Rogier is 85 jaar oud geworden. Hij werd in 1800 te St. Quontin geboren. Na te Luik zijn studiën volbracht te hebben, stichtte hij met Lebeau en Devreux het blad Mathieu Lcmsberg, waarin de Nederlandsche administratie fel werd bestreden. Na het uitbreken der revolutie van 1830 vormde hij een bataljon van 300 Luikenaars, waarmede hij naar Brussel trok. Op 19 September '1830 maakte hij zich daar van het raadhuis meester en belette hij het gepeupel om de stad te plunderen. Vijf dagen daarna constitueerde hij met eenige andere leiders van den opstand de eerste Belgische nationale regeering, die den naam van «commission administrative" droeg. Later als lid van het voorloopig bewind en het Nationale congres, pleitte hij sterk voor een erfelijke constitutio- neele monarchie. In 1831 werd hij gouverneur van Antwerpen en een jaar later minister van binnenlandsche zaken. Herhaaldelijk was hij later lid van een liberaal kabinet, totdat hij in 1868 in het ambtelooze leven terug trad. Toch bleef hij ook nog na dien tijd een der krachtigste bestrijders der ultramontaansche partij in België. Er wordt reeds druk gesproken over het oprichten van een standbeeld voor Rogier, dat dan op de Place des Nations te Brussel, voor het Noorderstation, zou verrijzen, ten einde op deze wijze den stichter van den eersten Belgischen spoorweg te eeren, die zijn werk met al zijn kracht tegen de veroordeelen van dien' tijd moest verdedigen. Gemengd Buiteiilandsch Nieuws. De vorige week keerde de koningin van Italië van haar gebruikelijk rijtoertje te Napels naar het konink lijk paleis terug, toen onder de menigte, welke de terugkomst van II. M. afwachtte, zich een man bevond met een klein kind op den arm. Bij het naderen der vorstin hief hij het kind met een verzoekschrift in de hand omhoog en wierp beiden, kind en verzoekschrift, in het koninklijk rijtuig, waarna hij verdween. De koningin nam de kleine op, die hevig schreide, kuste het kind en nam het met zich in het paleis. Spoedig echter was de vader door een politie-agent gevonden en naar het nabijzijnde politie-bureau gebracht. Daar vertelde hij dat hij vroeger korporaal bij de «bersaglieri" was geweest en twaalf jaar had gediend, maar ver geefs getracht had een burgerlijke betrekking te krijgen en nu met zijn talrijke familie aan ontbering ten prooi was. Verscheidene verzoekschriften had hij reeds tot de koningin gericht, maar telkens zonder goed gevolg, tot hij op het oorspronkelijke denkbeeld was gekomen het eens zoo te beproeven. Dat was zijn laatste redmiddel geweest en het hielp, want de be minnelijke koningin Margarita schonk hem geldelijke hulp en beloofde dat zij in zijn nood zou voorzien. Op geneeskundig gebied is te Parijs, eenigen tijd geleden, eene uitvinding gedaan, die aanvankelijk met scherts begroet is, maar langzamerhand burgerrecht verkregen heeft. Evenals er een toestel bestaat voor het kunstmatig uitbloeien van kippen-eieren, heeft men eene inrichting tot stand gebracht voor het kunstmatig onderhoud van kinderen, die te vroeg ge boren worden. Dit klinkt zonderling, en het blijkt toch dat de uitkomsten daarvan niet verwerpelijk zijn. Wordt er een kind te vroeg geboren, dan heeft het niet het normale gewicht van drie en een halve kilo van een gezond kind. Men moet het dus, om het tot dien wasdom te brengen, een zekeren tijd laten verblijven in eene ruimte, die zooveel mogelijk de temperatuur heeft van het verblijf, waaraan het te vroeg ontsnapt is. Dit is bereikt door het met wieg en al te plaatsen in eene houten doos, die van boven met glas gedekt is en verwarmd wordt met water tot eene temperatuur van 30° tot 32°. Het kind leeft hierin met het beste gevolg. Het wordt er om de twee uren uitgenomen om gevoed en verschoond te worden, en er zijn een aantal voorbeelden van kinderen, die zeer behoorlijk in leven gebleven zijn in weerwil dat hun bestaan aanvankelijk hopeloos scheen. Voorheen stierven er in de Parijsche ziekenhuizen twee derden van deze te vroeg geboren kinderen. Door toepassing van het broeistelsel sterft er slechts één derde. De heer E. J. P. Jorissen, vroeger staatsprocureur van Transvaal, geeft in vier brieven opheldeiing van zijn gedrag en werkzaamheden. Deze brieven komen voor in De Volksstem van Pretoria. Generaal Grant deed dezer dagen voor het eerst weder zijn gewonen rijtoer door het Central-park te New-York en daarmede nog niet tevreden, beproefde hij dienzelfden middag, vergezeld door zijn zoon Frederik en zijn getrouwen neger, om te voet uit te gaan. Hij deed ongeveer drie honderd stappen, zonder eenige ondersteuning, behalve die van een gewonen wandel stok. Toen echter was hij te moede en moest hij hulp inroepen om weder thuis te komen. De New-Yorksche bladen vermelden een en ander als bewijs van zijn herstel dat door een verblijf in het zuiden van Californië verder tot volkomen genezing zal leiden. Men weet dat generaal Grant in de eerste dagen dezer maand in doodsgevaar verkeerde en men elk oogenblik het bericht van zijn overlijden verwachtte. Zijn genezing wordt dan ook algemeen als een wonder beschouwd. Booze tongen wijzen er op, dat het bericht van Grant's ongeneeslijke ziekte juist kwam op het oogen blik dat het wetsontwerp werd behandeld en aange nomen, waarbij aan den ex-presiderit een levenslang pensioen werd toegekend, en dat de eerste gunstiger verschijnselen zich voordeden nadat zijn voormalige compagnon, James D. Fish, wegens bedriegelijke bank breuk veroordeeld was en eenigermate officieel was uitgemaakt dat Grant zelf het slachtoffer van diens onwaardige manoeuvres was geworden. Anderen meenen dat de dokters zich vergist hebben en Grant geen kanker in de tong gehad heeft. Nog anderen vreezen, dat de beterschap slechts tijdelijk zijn zal en de lijder werkelijk altijd nog in groot gevaar verkeert. Een blinde stond onlangs te Chicago voor den rechter, beschuldigd van te hebben gebedeld. »Zijt ge blind, beschuldigde?" vroeg de rechter. Ja, Edelgestrenge!" »Hoe kwam het dat ge blind zijt geworden?" «Door een beroerte!" «Door eene beroerte? Hoe komt het dan dat het schild, dat ge op de borst draagt, als oorzaak van uw onheil een buskruit-ontploffing te zien geeft «Ja ziet u", antwoordde de blinde, de schilders hebben het nog niet zoover gebracht, dat zij eene beroerte kunnen afbeelden. Niet lang geleden verscheen er te Stockholm een boek, dat door den arts van een krankzinnigengesticht geschreven, door krankzinnigen gezet, gedrukt en inge bonden was. De geschiedenis van het ontstaan van dit zeldzame boek is de volgende; In het krankzinnigen gesticht Konradsberg te Stockholm bevond zich een waanzinnige letterzetter en om dezen bezig te houden en verstrooiing te verschaffen, werd eerie kleine voor raad letters en eene kleine handdrukpers aangeschaft. Een der andere krankzinnigen legde al dadelijk groote belangstelling voor deze bezigheid aan den dag en werd door den letterzetter in zijne kunst onderricht. Spoedig kregen nu ook andere patiënten daarin lief hebberij en aldus vormde zich een geheel korps zetters. De directeur-arts der inrichting, dr. Björnstrom, bevorderde dit streven, daar hij oordeelde, dat eene dergelijke bezigheid voor de krankzinnigen niet alleen eene aangename en nuttige verstrooiing was, maar ook, zooals elke regelmatige mechanische arbeid, van weldadigen invloed moest zijn op het herstel der ongelukkigen. Hij liet in het gesticht eene volledige boekdrukkerij oprichten, waarvan de leiding werd opgedragen aan een bekwamen boekdrukker en alle verpleegden, die er aanleg voor toonden en wier toe stand er zich niet tegen verzette, werden nu voor het vak opgeleid. Op deze eigenaardige drukkerij nu, werd het bedoelde Boek, een geschrift van dr. Björnstrom over geestes ziekten, gezet en gedrukt. Het ongelukkige cijfer dertien heeft in Arizona weder een groote rol gespeeld. De laatste gehouden zitting der Wetgevende Vergadering werd den dertienden Januari geopend en was de dertiende die plaats vond zij werd den dertienden verdaagd en gedurende den loop ervan ranselden heeren elkander dertienmaal af. ADVERTENTIEN. VERGADERING Y A N DE LIBERALE KIESV E R E E H 1GIN G op Vrijdag; 5 Juni 1885, 's avonds ten £8 ure ten huize van den Heer W. KANAAR te Zierikzee. Te behandelen punten: Rekening. Verkiezing van vier Bestuursleden. Mededeelingen van het Bestuurenz. Namens het Bestuur: R. KOOLE, Voorzitter. Mr. A. J. F. FOKKER, Secretaris. Correspondentschappen Zierikzee en Tholen. De rente der deposito's wordt van af 1 Juni berekend ad twee procent. C. VAN DER VLIET Dz. C, VERKERKE. STRANDVONDERIJ. De BURGEMEESTER dei' gemeente Haamstede roept voor de vierde maal ter reclame op, rechthebbenden op: ongeveer 300 PLANKJES, lang 2 tot 6 M. en breed 6 tot 25 c.M.3 RONDHOUTEN, lang 6 M.; 10 KOLDERS, lang 3 tot 7 M.een MATROZENKIST en een partij IJZER en WRAKHOUT, geborgen bij den Heei I. VAN ZUIJEN te Westen- schouwen. 65 PLANKJES, lang 1 tot 5 M.; een DEK BALK lang 8 M.een RONDHOUT, lang 5 M.geborgen bij den Heer J. BOOT Wz. te Burghsluis. En voor de tweede maal rechthebbenden op een partij IJ5M3R., liggende op de haven te Burghsluis. De Burgemeester voornoemd M. BOLLE Lz. 100 stuks voor 50, 60, 80 cent en één gulden, allen in net étui. Bovenstaande worden steeds geleverd ter Snelpers drukkerij van H. LAKENMAN te Zierikzee, alsmede door den Boekhandelaar A. C. DE MOOIJ.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1885 | | pagina 3