ZÏIMÏZËliSCIïE COUHAAIT.
voor liet arrondis- sesnent Zierikzce.
L885. No. 24. Woensdag 25 Maart. 88ste jaargang.
NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD
IJEIDE en HUWELIJK.
Deze Courant verschijnt DINSDAG- en VRIJDAG-AVOND
uitgezonderd op FEESTDAGEN.
Prijs per drie maanden f'I,Franco per post ƒ4,
Afzonderlijke nommers 5 Cent, met Bijblad 40 Cent.
PRIJS DER AD VERTEN TIEN:
Per gewone regel 40 Cent. H u w e 1 ij k s - Geboorte-
en Doodberichten van 16 regels 60 Cent.
Dienstaanbiedingen van 4-5 regels, mits contant betaald, 25 Ct.
Alle stnkken, de redactie betreffende, gelieve men uiterl k een da»- voor de uitgave in te zenden aan den uitgever II. LAKEWIAIV.
Een hooggeplaatst ambtenaar, die door zijn
ambt vei' van zijne echtgenoot vertoefde, heeft
kennis gemaakt met een mooi jong meisje, hij
heeft met haar gewoond en gereisd, hij heeft
haar aan weelde en opschik gewend en haar
-7- naar men zegt beloofd, haar te trouwen.
En toen het onbezonnen meisje vernam dat de
man, met wien ze leefde, getrouwd was, heeft
zij hem in zijn slaap doodgeschoten.
Dit treurig verhaal is in geheel ons land
bekend en bijna dagelijks bevatten de dagbladen
dienaangaande nieuwe bijzonderheden. Uiteen
loopend zijn de oordeelvellingen en zonderling
de beweringen, die men van verschillende zijden
hoort. Het eerste waarop we wijzen, is de
rechtspraak. Ware het feit te Parijs geschied,
de jury zou het meisje vrij sprekende misleide
doodt den verleider dat is zeer natuurlijk
en van schuld kan geen sprake zjn. De Brus-
selsche rechtbank zou allicht een gelijken weg
opgaan en dewijl het als stellig is aan te nemen
dat de moordenares Fransch spreekt en zich
dus gevoed heeft met de Parijsche romans en
hunne navolgingen in België, zal zj waarschijn]jjlc
gemeend hebben, dat zij de meest gewone zaak
der wereld deed. Ze zou zeggen als indertijd
een huurkoetsier te Parijs, toen een ander hein
in den weg reed en moeielijkheden gaf: »Zie,
Mijnheer, U ziet, dat lij me hindert en wil U
wel gelooven, dat ze in staat zouden zjn mj
te straffen, als ik hein doodschoot?" In Engeland
zou het luiden: both to blame beide hebben
schuld, en ook hier te lande zal de verhouding,
die tusschen den verslagene en de schcone Judith
heeft bestaan, als verzachtende omstandigheid
gelden.
Maar van een geheel ander standpunt be
schouwd, geeft deze zaak stof tot nadenken.
Is liefde en huweljk éen? Is geslachtsdrift
en liefde éen
De moralisten maken zich gemakkelijk van
de zaak af en zeggen: als men gehuwd is moet
men elkander liefhebben en de tien geboden
zeggen duidelijk»Gj zult niet begeeren uws
naasten vrouw 1" Zonder uitzondering, ja ook
zijne dochter niet; want 't slot luidt: snoch
iets hetwelk uws naasten is!"
Dus alles wat in het huwelijk geoorloofd is,
is misdadig, is zondig, vóór liet oogenblik dat
de ambtenaar van den burgerijken stand de
acte heeft laten teekenenDie acte is eene
overeenkomst tusschen een man en eene vrouw.
Hoe nu, wanneer die acte door een notaris of
wel door een goed vriend, of wel zonder bjstand
van anderen bij onderling goedvinden wordt
opgemaakt, hetzij schriftelijk, hetzij mondeling!
Zal men dan minder schuldig zjn als men
elkaar verlaat of verraadt?
Neen, de heiligheid van het huwelijk wordt
niet bepaald door de trouwante, ze wordt be
paald door den ernst en de reine bedoeling,
waarmede de overeenkomst wordt aangegaan.
Waar het huweljk alleen gesloten wordt 0111
familiebelangen te bevorderen of kapitalen samen
te voegen, daar is het eene handelsovereenkomst
en daar zullen partjen natuurljk weldra zien
welke voordeelen zj, behalve de bedongene,
nog bovendien kunnen verkrijgen. E11 waar
geslachtsdrift alleen de aanleiding tot het huwelijk
is, daar zal de verhouding tusschen man en
vrouw wel dezelfde bijven of ze die overeen
komst aangaan voor liet levenvoor tien jaar,
voor een jaar of voor eene maand of eene week.
En is dat alles het gevat niet, is het weder-
keerige achting en vertrouwen en waardeering,
die tot het huweljk leidt, daar kan het ongeluk
willen, dat men zich in een of ander opzicht
in elkaar vergist heeft, maar anders zal men
bij zulke huwelijken hoogst zelden afdwalingen
of verkeerdheden opmerken.
Het oude lesje hoe het moet zjn, belet
geen dwaasheden en de Nederlanders mogen
hunne afdwalingen minder schitterend kleeden,
onze gi'oote en kleine steden zijn in dat opzicht
niet beter dan Parjs, dat er den naam van
draagt. Laat Parjs met 2.500.000 inwoners
eens 10.000 ongelukkige huwelijken of over
spelige (dus gehuwde) mannen en vrouwen
tellen, dan komen er naar evenredigheid '10 op
elke '2500 en welke stad in ons vaderland is
zoo'11 Paradijs van onschuld, dat de verhouding
daar gunstiger is?
De groote, de allergrootste sociale kwestie,
waarvan letterlijk alles afhangt en waaraan
niets gedaan wordt, is vermindering van het
coeliliaat. liet aantal huwelijken moet toenemen
en daarmede zal het aantal ontevredenen, liet
aantal overspeligen, het aantal verkwisters en
losbandige» afnemen. Men heeft ons dertig jaar
lang verzekerd, dat het welzijn van Nederland
alleen afhing van het onderwijs, we gelooven
het, wat de kinderen aangaat, maar voor
hen, die geen kindereu meer zijn, hangt
het wèl en wee des lands alleen af van eene
toeneming van het aantal gelukkige huwelijken.
Binnenland.
ZIERIKZEE, 2 4 Maart 4 8 8 5.
Een in deze dagen van landbouwcrisis zeer te pas
komende herinnering uit ouden tijd is de volgende
»In de tweede helft der zeventiende eeuw werd de
landbouw gedrukt door de onophoudelijke oorlogen,
waarvan de kosten vuor geen gering deel op de meestal
zoo gemakkelijk te innen belastingen op het grondbezit
werden gevonden. Daarbij kwamen groote volksrampen
en snelle afwisseling der graanprijzen. Nu en dan
poogde de Regeeriug de duurte dei* eerste levens
behoeften door wetten te regelen, doch maar zelden
werd daardoor het doel bereikt. Hoewel de vrijheid
als regel gold. weid daarvan menigmaal afgeweken en
soms zelfs (4709) de uitvoer van granen op doodstraf
verboden.
sliet begin der achttiende eeuw was voor onzen
landbouw zeer ongunstig. Terwijl de schal kisten van
sommige steden overvloeiden, eu De la Rue verhaalt
dat de stad Middelburg haast geen raad met haar
geld wist, was het land in Walcheren schier onver
koopbaar. In 4720 was het zulk een slechte tijd, dat
de hofstede «Soeleudaeie" met 104 gem. 282 r. land,
waaromier 42 gemeten vrijland, door Mr. Lieven de
Beaufort voor 1800 weid gekocht, hoewel zij kort
te voren voor tienmaal meer aan minderjarigen was
toebedeeld.
Een heer uit Middelburg bood aan De la Rue lande
rijen (kort te voren op 30 mille geschat) ten geschenke
aan, indien hij de lasten betaalde en uit dien tijd
dagteekent waarschijnlijk de overlevering, dat een aan
zienlijke hofstede voor een gouden horloge in andere
handen kwam. Vooral in Schouwen werden toen uit
gestrekte landerijen vei laten of, zooals men toen zeide,
voor de lasten geabandonneerd en het gebeulde, zegt
genoemde schrijver, terwijl de menschen, en vooral
de Oost-Indievaarders, tot aan den keel toe met con
tanten zaten opgepropt, dat de intressen tot 2 percent
en daar beneden beliepen.
»Na den kouden winter van 4730 schijnt er, na
een reeks van wakke en onvruchtbare jaren, verbete
ring te zijn gekomen, zoodat vele lang achterstallige
pachten konden betaald worden. Niet lang daarna
begon eene meer wetenschappelijke beoefening der
landhuishoudkunde en werden de boeren haast tegen
wil en dank door den vooruitgaanden geest des tijds
aangeraakt."
Wanneer men in Maart of later erwten, zoo dicht
mogulijk zaait en de jonge stengels, zoodra zij ruim
4 decimeter hoog zijn, afsnijdt, kan men deze als een
smakelijke groente eten. Zij moeten dan op dezelfde
wijze als spinazie worden toebereid. In den winter en
het voorjaar zaait men de erwten in bakjes, die men
op een warme plaats neerzet. Hoe dunner de jonge
stengeltjes zijn, hoe beter zij ook kunnen worden
gaar gekookt.
liet verslag is verschenen der Noord- en Zuid-
Holtandsche Reddingmaalschappij over 4884.
Daarin wordt gemeld, dat 7U personen in dat jaar
door het welslagen der tot hulp aangewende pogingen
zijn gered, waardoor het gezamenlijk aantal geredden
sedert de oprichting der maatschappij (4824) door haar
toedoen, tot 3041 is geklommen. Dit jaar valt het
verlies van geen enkele der wakkere redders te be
treuren.
Bij voortduring bleef de bijzondere aandacht ge
vestigd op den toestand der vuurpijlen en op de
middelen om daarin verbetering te brengen.
De onlangs gevormde commissie voor de tot stand
brenging van een kustwacht iu Nederland, stelde zich
in betrekking tot de maatschappij en verzocht haar
bestuur een zijner leden aan te wijzen om deel der
commissie uit te maken. De lieer Rutgers van Rozen
burg nam, tengevolge van dit verzoek vanwege het
bestuur, in gemelde commissie zitting.
Als voorzitter van het bestuur trad op jhr. mr.
J. W. II. Rutgers van Rozenburg, ter vervanging van
jhr. S. Dedel, die wegens hoogen leeftijd gemeend had
als zoodanig te moeten aftreden, na van het jaar
4 846 lid van het bestuur te zijn geweest en sedert
4858 als voorzitter.
Aan den afgetreden voorzitter werd het eerevoor-
zitterscjiap opgedragen, terwijl als nieuw lid van het
bestuur de heer W. van Hasselt, directeur der filiaal-
inrichting van het Meteorologisch Instituut, zitting nam.
Aan giften en legaten werd ontvangen f 6749.
De Nieuwe Financier en Kapitalist (vroegere redactie
Huizing») zal niet primo April verschijnen onder redactie
van den heer J. Biegel, iemand wiens stem in den
korten tijd van zijne redactie der Fondsenmarkt gezag
heeft gekregen op dit gebied. De Fondsenmarkt wordt
vereenigd met het Financieel Weekblad van dr. II.
llartogh lleys van Zouteveen.
Door de heeren Wertheim en Gompertz en eenige
andere kooplieden te Amsterdam is een adres aan den
Koning gericht, waarin zij aandringen op een ver
tegenwoordiging der Nederlaudsche handelsbelangen
in de Uuitsche provincie Hannover, het groot-hertogdom
Oldenburg, hertogdom Brunswijk en de vorstendommen