ZIERIKZEESCÏIE COURANT.
1884. No. 79. Zaterdag 11 October.
87ste jaargang.
Binnenland.
ZIERIKZEE, 10 October 1 88 4.
De Kamerontbinding is bepaald. De wet, verklarende
dat het wenschelijk is, art. 198 der Grondwet te
herzien, is afgekondigd en tevens werd bepaald, dat
a. s. Zaterdag de zitting der Kamers gesloten zal
worden. De verkiezingen voor de nieuwe Tweede Kamer
zijn bepaald op 28 October, herstemming op 11 Nov.
De verkiezing voor de nieuwe Eerste Kamer heeft
plaats op 5 November. De opening der beide Kamers
is op 17 November bepaald. Zooals men ziet, is de
meest mogelijke spoed aangewend.
Het Hbl. stelt voor, te laat echter om er gevolg
aan te zien geven, de eerste stemming voor de nieuwe
Kamer op 4 November te stellen, ten einde den kiezers
meer tijd tot voorbereiding te geven. Daar de her
stemming minder voorbereiding hehoeft zou deze op
11 Nov. bepaald kunnen blijven, 't Is geen verplichting
dat tusschen stemming en herstemming steeds volle
veertien dagen tijdsruimte zij.
De Regeering heeft bericht ontvangen, dat in Mei
1885 te Londen onder het patronaat van Hare Majes
teit de Koningin van Engeland, en het voorzitterschap
van Zijne Koninklijke Hoogheid den Prins van Wales,
eene internationale tentoonstelling zal gehouden worden
van uitvindingen, gedaan sedert 1862. Tot het ver
krijgen van inlichtingen worden belanghebbenden ver
wezen naar de onderstaande adressen, aan welke de
bescheiden omtrent de tentoonstelling zijn toegezonden
het koninklijk instituut van ingenieurs te 's Hage
de maatschappij tot bevordering der bouwkunst te
Amsterdam; het hoofdbestuur der vereeniging tot
bevordering van fabrieks- en handswerksnijverheid in
Nederland te 's Hage; het bewind der vereeniging
van en voor Nederlandsche industriëelen het hoofd
bestuur der Nederlandsche maatschappij tot bevordering
van nijverheid te Haarlem; het hoofdbestuur der Hol-
landsche maatschappij van landbouw; het hoofdbestuur
der Friesche maatschappij van landbouw en veeteelt
te Leeuwarden.
De hoofdprijs der Amsterdamsche Tentoonstellings
loterij, de rivière van diamanten, bevindt zich thans
te Parijs. De trekking der laatste seriën en der hoofd
prijzen schijnt nu zeker op 31 dezer te zullen plaats
hebben
Men schrijft uit Wageningen:
De tabaksoogst is geëindigd. Over het algemeen
wordt het gewas door de planters zeer geroemd,
terwijl ze voorgeven zich niet te herinneren, ooit een
zoo schoon gewas te hebben gehad. Dat het 1884er
tabaksgewas meer ponden dan dat van 1883 zal
opleveren, valt niet te betwijfelenechter zal de
qualiteit der 84er tabak die van den oogst van 1883
maar weinig overtreffen en misschien daarmede gelijk
staan. Een groot gedeelte, zoowel in Betuwe, Maas
en Waal, als Veluwe, is niet zoo dunbladig en zal
daarom ook niet zoo spoedig voor het sigarenverbruik
geschikt zijn als de oogst van het vorige jaar.
De ondervinding ook bij ons te lande, zoo o. a. in
de hoog gelegen gedeelten van Limburg tijdens de
laatste cholera-epidemie opgedaan, dat op rotsachtigen
bodem de ziekte niet tiert, wordt thans opnieuw in
het zuiden van Frankrijk bevestigd. Zoo vestigt de
Lanchet er de aandacht op, dat Hyères, gelegen
in de onmiddellijke nabijheid van Toulon, door hon
derden inwoners dezer laatste stad, welke de epidemie
ontvluchtten, werd overstroomd en niettemin volkomen
vrij bleef van de ziekte. Het stadje is op een graniet
bodem gelegen.
In de gevangenis. De Haagsche berichtgever van
de Prov. Gron. Ct. geeft eene schets van de nieuwe
cellulaire gevangenis, die te Scheveningen is gebouwd,
in de nabijheid van het pompstation der waterleiding
en bestemd is in April in gebruik te worden gesteld.
Het gebouw is flink en degelijk opgetrokken, en de
toegangspoort met hare arduinsteeneiï kanteelen, u
door vorm en constructie herinnerende aan de nieuwe
vestingpoorten van Antwerpen, drukken de bestemming
van het gebouw volkomen uit. Daarachter komt men
op een voorplein, dat toegang geeft tot de bureelen
van commandant en onder-commandant. Hier treedt
de aanstaande bewoner der gevangenis als individu
af en wordt een eenvoudig nummer, dat eet, drinkt
en werkt en met de maatschappij daarbuiten niets
meer te maken heeft. Komen bloedverwanten uit die
maatschappij naar deze plek, om het «nummer" te
bezoeken, dan wordt die voor een met fijn gaas bedekt
raam geplaatst, met een gevangenbewaarder tusschen
hem en het familielid, en aldus heeft het onderhoud
plaats.
Daarachter zijn de bad- en kleedkamers voor de
bewoners en onmiddellijk hierop wijst het ijzeren hek
den ingang der eigenlijke gevangenis aan. De vrouwen-
afdeeJing treedt men nu het eei-st binnen. Het zijn
eenvoudige, goed verlichte, gewelfde cellen, met een
flink raam, waardoor de gevangenen, op zijn tafeltje
staande, zien kan op een binnenplein; verder uitzicht
belet de hooge ringmuur. De bewoners der cellen op
de tweede verdieping hebben het voorrecht, over den
ringmuur heen, op het duin te kunnen zien, en dit
gezicht is zoo ruim en indrukwekkend, dat menig
vrije man het hun zou kunnen benijden. Doch neen,
wat is dierbaarder en kostelijker dan de vrijheid!
Enkele dezer vrouwencellen zijn bijzonder groot, blijk
baar ingericht voor vrouwelijken arbeid, als wasschen,
strijken en drogen.
Aan het einde van deze afdeeling bevindt men zich
onder den koepel van het gebouw, het centrale punt,
vanwaar de vier afdeelingen zich als de zijden van
een kruis uitspreiden. In dezen flink verlichten koepel
overziet men de vier gangen der twee verdiepingen,
waarop al de celdeuren uitkomen. Smalle ijzeren trappen
en gangen verbinden de verdiepingen met den beganen
grond, zoodat men overal het dak ziet en een ontzaglijk
hoog raam aan elk kruis-einde de geheele gaanderij
van boven tot onderen verlicht. De cellen zijn gelijk
aan die der vrouwen: een nachtleger, dat des daags
tegen den muur wordt vastgehaakt, een Idep-tafeltje
en een bankje ziedaar alles waarmede deze cel
gemeubeld zal worden.
De stoom is in dit afzonderingsoord een groote factor
hij verwarmt de cellen, maakt het eten gereed, brengt
de elevators in beweging die; de etensbakjes naar de
verschillende verdiepingen bezorgen, en doet het elec-
trisch licht zijne roeping .verruilen. In één woord, het
is eene cellulaire gevangenis der 19e eeuw, bestemd
voor 220 nummers, die er in gedwongen trappistisch
zwijgen en afzondering boete moeten doen voor hetgeen
zij jegens de maatschappij bedreven hebben. De plek
waar de gevangenis is gebouwd, is juist daarom zoo
doelmatig, omdat de stilte en rust in :t rond het
ideaal voor eene cellulaire gevangenis zijn. Hier brengt
zelfs geen geluid, geenerlei geraas den gevangenen een
echo over van de maatschappijalleen het ontzagwek
kend ruischen der zee herinnert hen aan de wereld,
die voor hen tijdelijk gesloten is.
Zaterdagavond om halfacht was te Ruurlo en om
streken bij maanlicht een regenboog zichtbaar, waarvan
bijna alle kleuren te onderscheiden waren.
In de Moniteur Beige van 30 Sept. 1.1. No. 274,
is de wet afgekondigd, waarbij de Belgische Regeering
wordt gemachtigd om tot 1 Jan. a.s. een surtaxe te
heffen van vreemde suiker, en alle maatregelen te
nemen die mochten blijken noodig te zijn, ten gevolge
van wijzigingen in andere landen, ten opzichte van
Belgische suiker ingevoerd (zie Staats-Courant van
13 September No. 216.)
Dezelfde Moniteur bevat een krachtens bovenge
noemde wet uitgevaardigd Koninklijk besluit, blijkens
hetwelk met ingang van den len dezer maand, een
surtaxe van 10 pCt. op het bedrag der invoer- of
accijnsrechten wordt geheven van alle vreemde geraf
fineerde suiker, bastaardsuiker en ruwe riet- en beet
wortelsuiker.
Voor de verdere bijzonderheden van dit besluit en
de uitvoering daarvan worden belanghebbenden verwezen
naar het bovenaangehaalde nummer van de Moniteur
Zijne Hoogheid Radja Moeda Moehammed Joesoef,
Onderkoning van Riouw en Onderhoorigheden, heeft
bepaald dat alle voorwerpen door hem ingezonden op
de Koloniale Tentoonstelling te Amsterdam, en die
een zeer belangrijke verzameling vormen, na afloop
derzelve zouden worden geplaatst in 's rijks Ethnogra-
phisch Museum.
Daar nog niet door alle betrokken regeeringen af
gevaardigden zijn aangewezen voor te houden confe
rentie tot wering van den drankverkoop op de Noordzee,
zal die conferentie niet bijeenkomen, maar is zij eenigen
tijd verdaagd.
Men schrijft uit het kiesdistrict Brielle
De strijd op clen kamerzetel schijnt in dit district
niet minder fel gestreden te zullen worden dan een
vorige maal. Althans van anti-revolutionaire zijde
worden a.s. Dinsdag de operaties reeds begonnen met
het houden van een vergadering door de leden der
kies vereenigingSteunende op den Bijbelenz. De
leden hebben eene dringende uitnoodiging ontvangen
tot bijwoning dier «belangrijke vergadering."
Men mag verwachten, dat de liberale partij evenals
bij de laatste verkiezing, eene meeting zal organiseeren
in eene gemeente in het midden van ons district. Of
dr. Rombach weder de candidaat van allen zal zijn?
Op die vraag zou ik nog geen toestemmend antwoord
kunnen geven. Ook in dit district groeide de tegenzin
tegen de Kappeyniaansche fractie, of factie (hoe is het?)
met den dag aan en de vriendschap voor het Kamerlid
dr, Rombach moest daardoor wel sterk afnemen.
Velen zijn vol verwachting van de dingen die komen
zullen. Men zegt dat een tegen-candidaat reeds gevonden
is. Doch misschien behoeft men hier niet van een
tegen-candidaat te spreken. Het gerucht gaat, dat
dr. Rombach, die reeds op jaren begint te komen,
zich zelf terug wil trekken en aan jeugdiger krachten
de moeielijke taak den volksvertegenwoordiger opgelegd
wenscht over te laten. D. v. N.
Als comble van naïeviteit deelt men aan de Prov.
Noordbr. mede, dat verleden Zaterdag Den Bosch werd
bezocht door een paar luidjes uit de gemeente T., die
kwamen om de maansverduistering te zien, welke
die courant had aangekondigd
Op een dorp in de Meierij zoo schrijft men uit
Eindhoven kwam voor eenige dagen bij een alleen
wonend kleermaker, een haas door de openstaande
deur binnengeloopen. De man, niet wetende wat het
was, sprong ijlings van zijn werktafel, sloot de deur
achter zich dicht, en riep zijn buurman ter hulpe,
zeggende, niet te weten wat voor een vreemd beest
bij hem was binnengeloopen. Met dikke knuppels ge
wapend ging men ter jacht, doch helaas men vond
niets; eindelijk kreeg men gedachte op den turfbak
en jawel, daar zat langoor zijn spoedigen dood af te
wachten, die dan ook door de kracht van de «wapens"
der aanvallers tegen wil en dank spoedig volgde.
Prof. Förster van Breslau vestigt andermaal de aan
dacht op het gevaar van het gebruik van drinkwater
uit den bodem der steden opgepompt. Hij wijst daar
toe op:
'1. de stad Karlsbad, waar de cholera nooit epide
misch heeft geheerscht, maar waar men zich zelfs
voor wasschen, koken enz. van het water der water
leiding bedient.
2. Jena, dat eveneens ruim met water uit de
waterleiding is voorzien.
3. Belgern tusschen Torgau en JVIïilhberg, gelegen op
een poreusen grondbodem, waaronder leem. Driemaal
bewoog de cholera-epidemie zich om dit stadje en
sprong van Torgau langs Belgern naar Mülhberg, zonder
Belgern te besmetten. Men treft hier geen drinkwater
putten aan, maar het water komt uit een bron buiten
de stad en wordt door eene waterleiding alom in de
stad verspreidt.
4. Crossen werd tweemaal, in 1854 en 1866, dooi
de cholera bezocht, die zich echter steeds bepaald tot het
voorstadje, alwaar water uit de Oder wordt gedronken,
dus waarschijnlijk besmet door uitwerpselen van cholera-
lijders. De stad zelve, van waterleiding uit wellen
voorzien, bleef vrij van de ziekte.
5. Rijbnic, in Opper-Silezië, bleef steeds vrij van
cholera en wordt ruim van welwater voorzien.
6. Beutgen werd herhaalde malen hevig door cholera
geteisterd, sinds echter eene waterleiding werd aan-
gelegd, vertoonde zich de ziekte daar niet meer.
Dergelijke gevallen worden verder uit ons eigen
land, Oost-Friesland, Helgoland, enz. medegedeeld,
waarna prof. Förster zegt, dat 6 gegevens moeten
samenwerken om de cholera voort te brengen, en wel
1. een cholera-lijder; 2. dat stoffen van zulk een lijder
in den bodem komen; 3, dat die bodem de gegevens
bevat tot verdere ontwikkeling der cholera-kiemen j
4. dat die bodem ook water bevat, dat in putten of
kuilen zich aanzamelt; 5. dat dit besmet water tot
huishoudelijke doeleinden wordt opgehaald en gebezigd;
6. dat bij het individu, dat dit water drinkt zekere
voorbeschiktheid tot de cholera bestaat.
Waterleiding en Liernurstelsel zijn dus de beste
middelen ter bestrijding der gevreesde ziekte.