ZIERIKZEESCHE COURANT.
DAM
)ON
1%
1884. No. 68. Woensdag 3 September. 87ste jaargang.
NIEUWS- en AVDERTENTIE-BLAD
voor hel arroodis-
scinenl Zierihzee.
NB.
-1
I der deposito's
(jnderpand op
GENEZING
Ivordt overeen-
»r na genezing.
der patiënten
van breuken.
gezette koude,
'ezette klieren
II tijd baat ge-
'Ug ijverig te
g. Zij dringt
ke dompigheid
p'meerdert aan-
ieel- en borst-
goed gebruikt
"evaarlijke en
poedig beslist
en gebruiken,
n verwijderen
jzonder middel
zij Jijden aan
de kindsheid
ietigen zij de
,85, f 3.-,
aanvrage a
in Holland,
Londen, 533
SEN.
ven.
tterdam
'sm. dl.u.
10.30
10.30
11.—
10.30
10.30
•11
10.30
10.30
11.—
10.30
10.30
11.—
F.
kaarten.
f 3—
2.50
1.50
J. A. v. D.
Pauwensteeg
eteur
STEL.
Zierikzee.
Deze Courant verschijnt DINSDAG- en VRIJ DAG-AVOND
uitgezonderd op FEESTDAGEN.
Prijs per drie maanden Franco per post fi,—.
Afzonderlijke nommei's 5 Cent, met Bijblad '10 Cent.
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
Per gewone regel 10 Cent. H u w e 1 ij k s -Geboorte-
en Doodberichten van 16 regels 60 Cent.
Dienstaanbiedingen van 1-5 regels, mits contant betaald, 25 Cfc.
Alle stukken, tie redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een dag voor de uitgave in te zenden aan den uitgever II. LAKENMAlï.
Bij deze tionraut behoort een Bijvoegsel.
Binnenland.
ZIERIKZEE, 2 September '1 88 4.
De Postduiven-verceniging »Excelsior" hield Zondag
j.l. een wedvlucht voor jonge duiven van Amiens. De
wedstrijd van oude duiven, die reeds in Juni had
moeten plaats hebben, was wegens het groote verlies
van duiven en den kouden voorzomer mislukt. De
oefeningsvluchten der jonge duiven waren in de laatste
weken door prachtig zomerweder begunstigd en waren
zeer naar wensch afgeloopen. Het was voor de sociteit-
leden eene bittere teleurstelling den dag te zien aan
breken met onheilspellende zware donkere luchten,
waarop om 7V2 uur een bijna onafgebroken regen
met vrij harden wind volgde. Niettemin kwam in den
voormiddag de telegram dat om 7 uur de duiven van
Amicns waren losgelaten met Zuidenwind en bedekte
lucht. Vervuld met de vreeze, dat de geheele zending-
duiven öf geheel verloren zou gaan, öf zeker niet op
den eersten dag zou terecht komen, werden de wacht
posten betrokken. De uitkomst was echter verbazing
wekkend. In weerwil van den dichten regen en den
wind begonnen reeds over 11uur reizigers aan te
komen, die dus met het hoogst ongunstige weder in
4i/2 uur tijds 223 Kilometers hadden afgelegd
De prijzen zijn behaald als volgt
No. 1. bestatigde tijd 11.38.P. O. Olivier.
2. 11.42.35 Idem.
3. 11.49.40 J. Hogerheijde.
4, 12.19,32 W. van Westen.
5. 1.16.35 J. van Os.
G. 1,30.55 P. O. Olivier.
7. 1.41.40 W. J. Rensen.
8. 1.54.30 J. van Os.
9. 2..10 J. Hogerheijde.
10. 2.01.Idem,
41. 2.22.40 J. van Os.
Deze uitslag mag, de omstandigheden in aanmerking
genomen, voor «Excelsior" schitterend genoemd worden.
Naar wij vernemen is door liet Dagelijksch Bestuur
van het Waterschap Schouwen benoemd tot Dijkbaas
in het District Zuidhoek, de heer I. van de Klippe
van -Serooskerke, thans geplaatst als opzichter bij de
buitengewone oever werken aan den polder Oud- en
Nieuw-Noord-Beveland.
In de heden gehouden raadsvergadering is tot Wet
houder der gemeente Zierikzee herbenoemd Jhr. Mr.
J. W. D. Schuurbeque Boeije.
De commissie tot regeling van het XVIe Ned. nationaal
zangersfeest heeft aan heeren medewerkende leden aan
de uitvoering op 5 Augustus een vleiend schrijven
gericht voor hunne voortreffelijke medewerking, met
bijvoeging tevens van de bijzondere tevredenheid der
directeuren, o. a. van den heer Benoit, die bij meer
dan eene gelegenheid getuigde, dat, bij de opvoering
van «Lucifer" te Parijs, hij lang niet de muzikale
ontwikkeling vond, die hij te Rotterdam in koren en
orchest te roemen vond.
Men schrijft uit het noordoostelijk gedeelte van Noord-
Brabant:
Deze landstreek, het classieke land der overstroo
mingen, lijdt thans zoodanig gebrek aan water, dat
men, in anderen zin clan de gewone, van watersnood
zou kunnen spreken.
Ten gevolge van den langdurigen zeer lagen stand
van de Maas zijn de meeste pompen lens en alle slooten
en weteringen droog. Zij, die zoo gelukkig zijn in de
nauyheid der rivier te wonen, kunnen zich met eenige
moeite nog drinkwater voor zich en hun vee verschaffen,
maar de bewoners van den dusgenaamden heikant
zijn er treurig aan toe. Men verzekert dat sommige
landbouwers onder Hees, (j'ei/ehNieuwland en Ros
malen een uur moeten loopen om water te krijgen.
De augurkenoogst is in den omtrek van Amsterdam
door de langdurige warmte zoo overvloedig geweest,
dat er geen volk genoeg te krijgen was om te plukken,
en plukkers van 2 a f 2,50 daags verdienen konden.
Wij hebben nooit augurken geplukt en weten dus niet
of liet een bijzondere handigheid vereischtanders
moet die augurkenoogst wezenlijk onvergelijkelijk rijk
zijn geweest, want als in Amsterdam, waar zoo over
werkgebrek geklaagd werd, geen werkvolk meer te
krijgen was, dan heeft dit nog al wat te beteekenen.
Ingaande September, wordt te Rotterdam een Rijks-
hulptelegraafkantoor gevestigd aan de Boompjes, hoek
Terwenakker, in hetzelfde lokaal, waar tot nu toe
het kantoor der Rotterdamsche Telegraafmaatschappij
was gevestigd. Het zal geopend zijn van des morgens
7 tot des avonds 9 uur.
De algemeene vergadering der openbare onderwijzers
in het arrondissement Dordrecht, op Zaterdag C Sep
tember aldaar te houden, belooft dit jaar niet zeer
belangrijk te zullen zijn. Behalve de huishoudelijke
werkzaamheden is alleen de bespreking van het vol
gende punt aan de orde: »Hoe zal men, waar het
onderwijs in de nuttige handwerken voor meisjes in
de gewone schooluren wordt gegeven, den storenden
invloed daarvan op den gang van 't klassikaal onderwijs
zooveel mogelijk kunnen verminderen?"
Indien men de Rassegnct mag gelooven waarom
niet? Gelooven staat vrij! zouden er in Calabrië
afstammelingen van het huis Oranje leven.
Ten gevolge van het edict van Cromwell, waarbij
het geslacht van Oranje uit Holland werd verdreven
en de Hollanders werden gedwongen onder"eede te
beloven, nooit weer de hoogste macht aan die familie
te veileenen, vestigde een jongei-e zoon uit het huis
van Oranje zich in Calabrië, in het dorpje Piano Crato,
in de provincie Cosenza en kocht daar eene heerlijkheid,
die op zijne nakomelingen overging tot op Marius
Chalon van Oranje, die prins van Genève was en de
laatste bezitter dier heerlijkheid.
Marius volgde Ferdinand IV naar Sicilië ten tijde
van de verovering van Napels door het huis van Anjou.
Tijdens de revolutie werd het wapen van Oranje te
Cosenza afgerukt en werden de paleizen, die de prins
daar bezat, verbrand. De wet van 1800, die de heer
lijke rechten afschafte, beroofde voor altijd de prinsen
van Oranje van hunne bezittingen in Calabrië en
dompelde hen in bittere armoede. Zij voerden een
proces tegen het domein, maar zonder het minste
succes»
Laatstelijk bestond de Calabreesche tak der Oranjes
uit drie broeders en vier zusters. Jan Baptiste en
Hendrik van Oranje zijn dood. De laatst overgeblevene,
Jan Victor, woont tegenwoordig te Cosenza, maar hij
heeft geen mannelijke nakomelingen. Hendrik van
Oranje, die vele jaren te Cosenza eene betrekking bij
de posterijen heeft bekleed, heeft eene dochter, nog
een kind, nagelaten met uitstekende geestesgaven.
De familie is den '16 April 1875 in de aartsbroeder
schap van den adel der stad Cosenza ingeschreven.
De inschrijving luidt als volgt: «Gezien het verzoek
der heeren Chalon van Oranje; gezien art. 1 van het
reglement van 1793 en overwegende dat door de
overgelegde en nauwkeurig onderzochte documenten,
de adel hunner geboorte voldoende is gebleken, hebben
de vergaderde broeders toegelaten tot deelneming aan
de aartsbroederschap der edelen den heer Jan Baptist
enz. Chalon van de prinsen van Nassau en Genève,
evenals hunne familiën en hunne wettige nakomeling
schap".
De laatste afstammelingen van den uitgeweken tak
moeten herhaalde malen hebben gepoogd, zich te doen
erkennen door de Oranjes, die in Holland zijn terug
gekeerd, en van hen gelclelijken onderstand te krijgen,
maar te vergeefs. In 1827 hebben dames van die
familie, die zich in het klooster Santa Chiara te
Palermo hadden teruggetrokken, eene memorie doen
opstellen, gelegaliseerd en gezegeld door kardinaal
Gravecini, aartsbisschop dier stad en door den Neder-
landschen consul; de memorie is gezonden aan den
koning van Holland. De koning liet door tusschenkomst
van den heer Dainhold, die toen de buitenlandsche
politiek bestuurde, antwoorden, dat hij bereid was,
dien tak van zijne familie te erkennen, indien men
overtuigender bewijzen kon bijbrengen. Toen de koning
van Holland in 1852 op reis, Napels aandeed, bood
men hem nieuwe documenten aan, maar het schijnt,
dat zij evenmin als de vorige overtuigend waren. Men
zegt, dat naar aanleiding van de laatste voorvallen,
de nog levenden stappen doen om hunne wettige
afstamming van de oude prinsen van Oranje te
bewijzen.
:t Is jammer, dat die onbekende vorstenkinderen
altijd in .de eerste plaats om geld komenzelfs den
lichtstgeloovige moet dit verdacht voorkomen. Vooral
nu er van dien verborgen tak nog slechts êéne dochter
en een bejaard man over is, vreezen wij dat slechts
weinigen zich warm zullen maken voor de ontdekking
der Rctssegna. De toevallige overeenstemming van de
vertegenwoordigers van den bekenden tak onzen
koning en de kleine prinses met de vertegenwoor
digers van dien onbekenden tak Jan Victor en de
dochter van den ex-postambtenaar te Cosensa
wettigt eenigszins het vermoeden, dat die onbekende
tak van den bekende slechts een luchtspiegeling is.
Een fata morgana is altijd een merkwaardig ver
schijnsel, daarom maken wij ook van deze melding.
Rott. NbL
Over het letterkundig Congres te Brugge velt de
correspondent van het Handelsblad in de laatste
periode van zijn verslag het volgende oordeel.
Na gewag te hebben gemaakt van de sluitingsrede
des voorzitters, zegt de verslaggever:
«Van zijne lippen kon moeielijk de verklaring komen,
dat zelden een Nederlandsch Congres zulke onbeteeke-
nende algemeene vergaderingen, die zich door allerlei
kleingeestige dingen liet ophouden en afleiden, heeft
gehouden als het 49e Congres te Brugge.
«Moge een volgend Congres zich zacht aan dit
spiegelen, opdat die algemeene vergaderingen slechts
letterkundig genot en geene ergernis en verveling
opleveren".
Een ander verslaggever lascht in zijn verslag de
volgende scène, die een schoon beeld geeft van de
orde op de sluitingsvergadering.
«De heer Mervilly vraagt het woord in het West-
Vlaamsch dialect, waarop de' heer Paul Frédéricq het
bestuur in bedenking geeftniemand het woord te
gunnen, die geen helder Ilollandsch spreekt. Uit deze
ontboezeming vloeit een Babylonisch tumult voort en
de heer Mervilly, die telkens spreken wil, wordt aan
houdend in de rede gevallen, met name door de heeren
Vuylsteke en Prayon van Zuylen, die Paul Frédéricq
ondersteunener wordt eene motie van orde ingesteld,
de vergadering bekreunt zich daarom niet. Den heer
Mervilly wordt eindelijk de gelegenheid aangeboden,
zich in den katheder te verdedigen, waarvan door
hem gebruik gemaakt wordt om den wensch uit te
drukken, dat die verdediging als protest in de notulen
verschijne. Een daverend applaus volgt op die weinige
woorden.
«De heer Max Rooses tracht nog even op het parti
cularisme in verband met de wei'kzaamheden der le
afdeeling terug te komen; de heer dr. J. Verdam
herhaalt zijne motie van orde. Max Rooses gaat voort
de president laat de bel luidennieuwe verwarring,
eindelijk en ten langen leste vrede in de ge
moederen. Doch neen, opnieuw treedt een spreker, de
heer van Rijswijk, te voorschijn, die zich beslist ver
klaart tegen den lust van sommigen, om op het
Vlaamsch te schimpen en warm geholpen wordt door
den heer Scherpenseel. Deze ontvouwt nog eens hetgeen
hij reeds in de vierde afdeeling gesproken heeft met
betrekking tot de Franschen, die de gewoonte hebben
over al wat Vlaamsch heet en Vlaamsch wil, met
minachting te spreken. Zijne voordracht wordt i'rldê
toegejuicht". j Rott. N.bl.
Het orgaan van Algemeen Stemrecht weet de motie
mede te deel en, die «bestemd is om in de verschillende
vergaderingen op 7 September te worden aangenomen."
Daar de motie nu reeds bekend wordt gemaakt, komt
het ons, zelfs van het standpunt der voorstanders van
Algemeen Stemrecht, vrij overbodig voor, nog meetings
te beleggen.
Bedoelde motie, die «bestemd is om aangenomen
te worden", luidt aldus:
«De vergadering, overwegende dat bij het tegen
woordige kiesstelsel een behoorlijke behartiging van
ware volksbelangen niet mogelijk is dat ze alleen
verkregen kan worden door het geheele Nederlandsche
volk invloed te geven op 't Staatsbestuur, is van
oordeel, dat ten spoedigste het Algemeen Stemrecht,
bij de Grondwet gewaarborgd, moet worden verleend".
Zooals reeds is medegedeeld, heeft de Minister van
I Waterstaat, Handel en Nijverheid de hoofdcommissie
voor de behartiging der Nederlandsche belangen op
i de internationale tentoonstelling te Antwerpen Donderdag
I 21 Augustus j.l. geïnstalleerd met een rede.
I De Minister deed hierin uitkomen, dat deelneming
in de periodiek terugkeerende tentoonstellingen be
zwaarlijk op den duur mogelijk is, tenzij ze geacht
j kan worden in de eerste plaats te zijn het belang,
I de zaak en de zorg van de rechtstreeksch-belang-
i hebbenden van de inzendersniet in de eerste plaats
j de zaak en de zorg van de Regeering. Het particulier
j initiatief zal handelend moeten optreden. Had men
J zich gedurende eenigen tijd kunnen vle^n met de
j verwachting dat voor deze tentoonstelling uit den
boezem van de nijverheid zelf «h* .^aveeniging zou
ontstaan, welke de taak issifcik der deel
neming zou aanvaarden, die ^\aë^.3chting werd niet
verwezenlijkt. In dien stand van zaken was het den
Minister aangenaam, dat een handelsvereeniging, wel
niet staande in, maar toch terzijde van en in aanraking
met de nijverheid, tot de Regeering kwam met het
voorstel om de deelneming van Nederland aan de
tentoonstelling te organiseeren met eigen middelen en
op eigen risico. Zoo werd de zaak toch ter hand ge
nomen door bijzonder initiatief en de zorg van de
Regeering ten opzichte van de deelneming aan de
tentoonstelling kon worden beperkt. Doch ook werd
het mogelijk de organisatie van de deelneming dadelijk
voortgang te doen hebben zonder te moeten wachten
op het verleenen van een crediet door de Wetgevende
Macht. De Regeering meende, dat dit aanbod door
haar in ernstige overweging moest worden genomen
en koestert de hoop dat de commissie haar op dien
weg zal kunnen volgen.