ZIERIKZEESCIIE COURANT.
1884. No. 57.
Zaterdag 26 Juli.
87ste jaargang.
I
1
NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD
voor bet arrondis-
sement Zierikzee.
'en
TOTAAL MISLUKT.
i
MS
IH
Deze Courant verschijnt DINSDAG- en VRIJDAG-AVOND
uitgezonderd op FEESTDAGEN.
Prijs per drie maanden 1,Franco per post ƒ4,-
Afzonderlijke nommers 5 Cent, met Bijblad 10 Cent.
PRIJS DER AD VERTENT IE N:
Per gewone regel 10 Cent. Huwelijks-, Geboorte-
en Doodberichten van 16 regels 60 Cent.
Dienstaanbiedingen van 1-5 regels, mits contant betaald, 25 Ct.
Alle stukken, de redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een dag voor de uitgave in te zenden aan den uitgever II. LAKENIIAN.
'98
De herdenking van den driehonderdjarigen
sterfdag van Prins Willem I is voorbij, de
verkiezing te Haarlem, met zooveel belangstelling
te gemoet gezien, is ook voorbij en het is thans
na de gemoederen bedaard zijn alleszins
gewenscht ons eens kalm en bedaard af te
vragenwat hebben we gedaan
Helaas, bet antwoord zal zeer weinig bevre
digend zijn, bet zal ons bewijzen, dat de ge
dachtenisviering of bij de voorbereiding verkeerd
begrepen werd öf bij de uitvoering geheel
nutteloos is gebleken.
Waartoe die gedenkdag?
Was liet om nieuw leven te schenken aan
onze Oranje-vereering? We twijfelen niet, of
dat denkbeeld beeft bij velen voorgezeten. Me
nigeen zal een soort van hooggetij, een soort
vaderlandscb avondmaal hebben gevierd, waar
hij vol eerbied in stille overpeinzing neerzat
en zijn hart warm voelde kloppen bij de her
innering aan de moeielijke tijden, waarin Neder
land en Oranje samen werkten en samen leden
of overwonnen en bij zeide met Ten Kate:
Dan eerst zou ons d'ellende treffen
Als dat palladium verdween.
En menigeen, die zijne liefde voor het buis
van Oranje bad voelen vermeerderen, kreeg
berouw over zijne ondankbaarheid, toen bij op
nieuw bet bistorieboek voor zich zag opgeslagen
en hem in berinnering werd gebracht, waarvoor
hij inderdaad behoorde dankbaar te zijn.
De vraag ligt voor de band, of bet ter wille
daarvan noodzakelijk was een dergelijke ge
denkdag te vieren. Een paar hoofdartikels in
de voornaamste dagbladen hadden allicht hetzelfde
uitgewerkt of wèl een rijk'•geïllustreerd en tot
belachelijk geriugen prijs verkrijgbaar gesteld
boekwerk, dat de historie van 1584 uitvoerig
behandelde of beter nog die van 15681648.
NeeD, daarvoor waren geen herinnerings
feesten noodig.
Maar indien die waardeering van het huis
van Oranje, den Nederlanders in het bloed zit
en allen behoefte hadden, den 10 Juli te her
denken, waarom die dan niet even als de
feesten van 1863 en 1865 en dat van 'sKonings
troonfeest en van zijn huwelijk door geheel
het land gevierd?
Omdat geheel het land dien gedenkdag wel
kon vieren, maar de eene helft met gevoelens
geheel tegengesteld aan die van de andere. Terwijl
de Protestanten treuren omdat in '84 hun steun
en hoop viel, zonden de R.-C. Nederlanders
zich moeten verheugen over den val van bun
vijand. Maar dat was ook zeer zeker de be
doeling niet en een nationaal herinneringsfeest
was bet nog veel minder dan het feest te
Utrecht bij de onthulling van het standbeeld,
of de deelnemers aan meer verwijdigde feesten
als die van de Briel bijvoorbeeld.
Neen, noch de vervulling eener alom gevoelde
behoefte, noch eene poging om het Oranjehuis
te verheffen of te huldigen of ons koningshuis
te verheerlijken. Het herinneringsfeest van 10
Juli kon onmogelijk iets anders bedoelen dan
de gelederen der protestantsch-orangistisch-
koningsgeziude partij dichter aaneen te sluiten
en allen op te wekken tot eendraelitigen strijd
of, wil men, tot het krachtig handhaven van
den gewapenden vrede. Immers even krachtig
en waakzaam als voor drie eeuwen staan de
vijanden tegenover elkaar: waarvan de een de
kennis en de andere het geloof het hoogst stelt,
de een de slaat, de andere de kerk oppermachtig
wenscht te zien, waarvan de een liet constitu-
tioneele koningschap wil, n.l. een soort republiek
met een koning in plaats van een president,
de ander bet despotisme, met een door de geeste
lijkheid beheerscht vorst. De herinneringsdag
van 10 Juli moest eene demonstratie zijn of
niets en het was niets.
Hier en daar is een heel klein schier onhoor
baar kreetje opgegaan, maar niemand heeft
gewaagd luide zijne gevoelens uit te spreken.
De zoetsappige vredelievende staatkunde, die
hare vervloekingen in parlementaire vormen
kleedt om die als beleefdheidsformulen te doen
klinken, beeft belet, dat de oorlogsleuze duidelijk
gehoord werd in antwoord op de vraag: „Voor
den staat of voor de kerk
We weten niet of het gewaagd is in eens
af eene keuze te doen bij onze hedendaagsehe
onvolledig geregelde staatsinrichting, waarbij
strafrecht, oorlog, belasting en bovenal kies
recht eerst bij volledige regeling beoordeeld
kunnen worden. We aarzelen te gelooven, dat
de wetenschap, die ook bij de grootst mogelijke
waardeering toch door de groote menigte slechts
zeer gebrekkig wordt begrepen en gewoonlijk
verkeerd wordt toegepast, inderdaad in staat
is alleen het welzijn van den staat te verzekeren.
Het was de wetenschap, die nihilisme en soeiaal-
demokraten en dynamiet-complottcn deed ont
staan, het was de wetenschap, die de verval-
sching van alle mogelijke zaken tot in het
onmogelijke mogelijk maakte en het eerste moge
als verdedigbare uitingen van naar vrijheid
smachtende zielen, het laatste als uitoefening
van het goed recht van vrijen handel nog
zooveel loftuiting verdienen, wij aarzelen geen
oogenblik te verklaren, dat die vooruitgang
als het er eene is onmogelijk kan uit-
loopen op vermeerdering van algemeenen wel
vaart en algemeen geluk. Laat echter de juiste
verhouding tusschen zedelijke en stoffelijke
overmacht, tusschen vrijheid en toezicht nog
eene reeks van jaren het voorwerp van ernstig
onderzoek en hevigen strijd zijn, zooveel is
zeker, dat het onze heilige plicht is kleur te
bekennen, onze banier te ontplooien en openlijk
te getuigen of wij naar onze meening de geeste
lijke of de wereldlijke heerschappij verlangen.
Er is maar plaats voor twee partijen in den
lande, voor twee beginselenwat daar buiten
ligt is oneerlijkheid en personenstrijd of aar
zelende lafhartigheid. Dat had de gedachtenis
viering van 10 Juli alom moeten verkondigen,
dat heeft de vrees voor de kerkelijke partij
belet te uiten.
Binnenland.
Zierikzee, 24 Juli. Het Verslag onzer Nutsspaarbank,
over het vorige jaar, getuigt wederom van haar toe-
nemenden bloei. Er hadden gedurende dat jaar 839
inlagen en 424 uitbetalingen plaats. De eerste beliepen
te zamen42,764,40
en de laatste30,680,88
zoodat er meer werd ingebracht dan
teruggenomen12,083,52
De inlagen waren verdeeld als:
van beneden 1 6
4 tot 40 259;
40 400 464
400 4000 406;
4000 en hooger7.
Aan rente van 5 tot 295 4 en van
grootere sommen 3V2 percent werd bijgeschreven
7048,84.
Op het einde des^jaars had het kapitaal der bank
een waarde van243,099,975
terwijl aan de inleggers slechts ver-
scli.-'digd was207,645,64
zoodat er een reservefonds is van 35,454,365
Het getal inleggers was toen tot 4238 gestegen, als
van beneden 4 43;
4 tot 40 50
40 400 536;
400 4000 648;
4000 en hooger21.
Programma van het derde Zomer-Concert op
Maandag 28 Juli 4884, aanvang 's avonds 8 uur
precies, in Parklust.
4. Flott weg! Marsch, Parlow2. Le retour du
printemps, Labory3. Hélène-Polka. Voor Es Clarinet,
Canivez4. Fantaisie «Martha". Arr. D. H. Ezerman,
Flotow5. Haine et Amitié. Pas-redoublé, Manser-
nach6. Souvenir «Lucrezia Borgia", Do?iizetti7.
Spanische Tanze No. 4. Arr. D. H. Ezerman, Moszkowski
8. Potpourri. Ein Scherz! Kiesler.
Te Vlissingen is de tentoonstelling geopend van al
wat op Betje Wolff, geboren Bekker, en Agatha Deken
betrekking heeft. Er is een zeer belangrijke ver
zameling bijeen, die in hooge mate de aandacht
trekt. Zooals men weet werd de eerste in Vlissingen
geboren; hare vriendin Deken, die drie jaren jonger
was, werd te Amstelveen geboren en in het weeshuis
De Oranjeappel te Amsterdam opgevoed. De eerste
huwde op 24jarigen leeftijd met den reeds bejaarden
predikant ds. Wolff in de Beemster, met wien zij ruim
20 jaren in een gelukkigen echt vereenigd was. Na
zijn dood kwam Aagje die in eene betrekking
was bij Betje inwonen en beiden trokken naar
De Rijp, waar zij vier jaren bleven en toen naar
Frankrijk trokken. Beiden stierven op hoogen ouder
dom negen dagen na elkander en zijn naast elkander
in Scheveningen begraven.
Te Vlissingen stond dezer dagen een brief als on
bestelbaar voor het postkantoor, met het volgende adres
«Aan Den Wed we Ant te gravenswert doen een
winkelik van Snoep war in een manken vrou."
Dinsdag is te Amersfoort het 37ste Nederlandsch
Landhuishoudkundig Congres geopend, onder leiding
van den heer mr. W. baron Van Goltstein. 's Avonds
werden de leden ten stadhuize ontboden, waar te dezer
gelegenheid het portret van den stichter dezer con
gressen, baron Sloet tot Olthuis, hing.