Buitenlandsch Overzicht.
de kamer van den eerst bedoelden hoofdambtenaar in
't ministerie van financiën zal versieren, maar naar
Amsterdam zal gebracht worden of reeds daarheen
vervoerd is.
Het stuk is een voorstelling van de bruiloft van
Bachus en Venus, omringd van liefdogodjes en zinne
beelden van weelde en overvloed.
Hieruit zou men zeggen dat het dan toch wel zeer
gepast in een kamer van 't ministerie van financiën
zou geplaatst zijn geweest. Immers daar komt over
vloed goerl van pas, weelde is er niet bekend, en 't
geld dat daar verhandeld wordt is toch het middel om in
den dienst der beide genoemde godheden vooruit te
komen.
Iemand uit Nieuw-Zuid-Wales schreef aan Furnivall,
directeur van de New Shakespeares Societydat hij
na een zevenjarig onderzoek niet alleen den welbekenden
liistorischen persoon heeft ontdekt, die al Shakespeares
tooneelstukken en gedichten schreef, maar ook precies
weet wanneer en waar 11 der stukken werden ge
schreven en waarschijnlijk plaats en tijd ook van de
overigen. Een der stukken was geschreven na Shakes
peares dood. Ook al de sonnetten vermag deze bewoner
van Nieuw-Zuid-Wales te verklaren, op vier na. Als
men hem 30,000 pd. st. waarborgt voor het geval,
dat hij de bewijzen kan leveren, is hij bereid on
middellijk naar Londen te komen. De ypremier" van
Nieuw-Zuid-wales berichttedat de schrijver een
goeden naam heeft en wel bij het hoofd is.
Ongelukken, Kampen, Misdaden, enz.
Men verneemt thans »met zekerheid", dat de twee
daders van den dubbelen moord te Hèino te Osnabrück
gearresteerd zijn; het zijn Hollanders en twee broeders.
Te Stuttgart zijn dezer dagen vier personen op een
avond het kantoor van den bankier Heilbronner binnen
gedrongen. Zij hebben den kassier en nog een ander
persoon, die toevallig op het kantoor was om over zaken
te spreken, overvallen en gewond, en daarna de kas
bestolen. Een der bandieten is nog dien eigen avond gevat
terwijl hij met den nachttrein naar Pforzheim dacht
te vertrekken. Hij verzette zich heftig en wondde
twee gendarmen.
Te Rotterdam is een Duitscher, Carl Tiesing ge-
heeten, gearresteerd, die in zijn vaderland een belang
rijken diefstal moet gepleegd hebben. Hij had onder
den naam van Tyrus te 's Hage in een hotel gelogeerd,
was, toen de Duitsche regeering zijn uitlevering
verzocht had en de politie het oog op hem kreeg,
naar Rotterdam gevlucht, doch werd daar gearresteerd.
Ilij had nog groote waarden in papier bij zich.
Te Oostvoorne is het winkelhuis van den manu-
facturen-handelaar W. Poldervaart afgebrand. Het
verbrande was verzekerd en de oorzaak onbekend.
Te Dubbeldam is een groote hofstede afgebrand,
waarbij 32 stuks vee, eenige paarden, waaronder
4 harddravers, en 2 varkens omkwamen en een partij
hooi en graan verloren ging.
Onder Steenwijkerwold is een winkelhuis met bijna
al wat er in was verb tand. De brand is vermoedelijk
ontstaan door een kachelpijp, die door een houten
schoorsteen liep.
Op de Kadijk te Amsterdam is een beschonken
treinsoldaat onder het wiel van den wagen geraakt,
dien hij reed, en op de plaats dood gebleven.
Aan de Prins Hendrikkade aldaar is een man door
de tram overreden en zwaar gewond.
Aan den zeedijk te Harlingen is een woning door
den bliksem in brand geslagen en totaal vernield.
Nabij 't Hoofddorp in de gemeente Haarlemmermeer
is een landbouwer met een tilbury, waarvoor hij een
jong paard reed, dat dartel was, op den weg gevallen
en ofschoon spoedig geneeskundige hulp werd ingeroepen,
aan de gevolgen van den val overleden.
Op het meer van Genève is de stoomboot «Rhone"
door de stoomboot »Cygne" in den grond gevaren,
waarbij twintig passagiers zijn omgekomen. De kapitein,
drie passagiers en drie matrozen zijn gered.
Te Vlissingen is brand geweest in den manufactuur
winkel der Wed. S. op de Bierkade. De brand is nog
tijdig gebluscht.
Onder Aalsmeer is weder een woning afgebrand,
de derde in ééne maand.
Te Goudswaard heeft een oppassend jongeling zich
bij ongeluk met een geladen jachtgeweer doodelijk
getroffen.
In Ooststellingwerf heeft een ram een man het
scheenbeen stuk gestooten.
Lloyd's agent te Penang seint, dat het Engelsche
stoomschip »Nisero" op de westkust van Atjeh ge
strand is en dat de bemanning in handen der Atjehneezen
onder Ainot gevallen is. Het schip schijnt niet afgebracht
te kunnen worden.
In de buitengronden van Terschelling is gestrand
het stoomschip »Norrvena" met planken voor Antwerpen.
De equipage is gered. De sleepboot «Assistent" en
lichters zijn er heengegaan.
De stoomboot «Monckshaven" is bij Maassluis op
een plaat aan den grond gevaren en moet gelicht
worden.
De Italiaansche brik «Salvatore" is bij Almeria in
volle zee verbrand. De bemanning werd gered.
Te Vienne had een'ontploffing plaats dooreen flesch met
kruit; waarschijnlijk waren de daders vreemdelingen.
Schade werd niet veroorzaakt.
Een spoorwegarbeider te Bussum, die een steen
van de rails wilde wegnemen, werd door een trein
letterlijk doormidden gesneden.
Waarschijnlijk door de duisternis misleid, geraakte
zekere J. De Jong, wonende te Sloten, in den Rietwijker-
oordpolder te water. Des avonds vond men zijn lijk.
De Engelsche bewindslieden kunnen niet klagen,
dat zij geen zorgen hebben en dat de dagen voor hen
vervelend zijn door eentonigheid. Integendeel, de eene
dag brengt na den anderen nieuwe verrassingen.
Trouwens zij hebben er grootendeels zich zelf inge
werkt. Binnenslands is het de ware of vermeende
dynamieterij en buitenlands de staatkunde der avon
turen, die allerlei moeielijkheden baart.
Verleden week is te Londen zekere Wolf gearresteerd,
een Duitscher en naar 't heet socialist van beroep
alles wordt tegenwoordig een beroep die in 't
bezit was van twee helsche machines en 't noodige
dynamiet, en waarmede hij van plan was, of verdacht
weid van plan te zijn, het gebouw der Duitsche am
bassade te Londen in de lucht te laten vliegen. Bij
het verhoor moeten echter vreemde zaken zijn aan
het licht gekomen en wel niets meer of minder dan
dat men hier te doen heeft met een komplot, waarin
zelfs leden der politie betrokken moeten zijn, en dat
ten doel had, 't geld dat voor premiën voor de ont
dekking van dynamietmisdadigers wordt uitgeloofd,
machtig te worden.
Men heeft in den laatsten tijd kunnen merken dat
er in Engeland geen gebrek aan geld is, als het er
op aankomt verklikkers te vinden. Daar heeft men
duizenden voor overen nu zou 't komplot op touw
gezet zijn, niet zoo zeer om den Duitschen gezant te
vermoorden, als wel om hiervan den schijn aan te
nemen, door een ontploffing in het hotel te bewerk
stelligen. Dan zou er naar de daders gezocht worden,
er zouden premies uitgeloofd worden voor het geven
van aanwijzingen en men zou na eenige aanwijzingen
gegeven te hebben 't geld verdeelen, dat daarmede
verdiend werd. Een dwaas plan, dat maar weinig kans
van slagen kon aanbieden doch men zegt dat het zoo
in elkaar zit en de winzucht der menschen is groot
genoeg als die eenmaal geprikkeld wordt, om hen
tot dwaasheden te verleiden.
Een andere veel grooter moeilijkheid krijgen de
Engelschen in Egypte. Het is een feit dat generaal
Hichs-Beach verslagen en met nagenoeg al zijn troepen
en officieren gedood is. Slechts enkele soldaten en
twee Europeanen, waarvan de eene een teekenaar van
de Grafie is, zijn aan de slachting ontkomen. Geheel
Sennaar en Soedan zijn door deze gebeurtenis voor 't
oogenblik voor Egypte verloren. De Engelschen hebben
Egypte nog niet geheel ontruimd en zullen nu ook
de regimenten die zij er nog hebben, niet weghalen.
Zullen zij er echter een nieuw leger heen zenden
Dat zou 't begin zijn van groote, schier onafzienbare
moeielijkheden.
Ilet bombardeeren van Alexandrië was gemakkelijk
genoeg. Geheel iets anders echter zou het zijn een
zegevierenden fanatieken profeet, die naar men zegt
meer dan 300,000 man ónder zich heeft, in opper-
Egypte te gaan opzoeken en bestrijden.
De Sultan, inziende dat er kans voor hem is in Egypte
zijn door de omstandigheden verloren prestige weder
te herstellen en weder aan de zoo geliefde Egyptische
schatting te kunnen komen, moet hebben aangeboden
troepen te zenden om den Mahdi te bevechten. Of dit
waar is, zal nog moeten blijken, maar intusschen
zitten de Engelsche ministers in groote moeielijkheid.
De Khedive zit door de gebeurtenissen in het Zuiden
leelijk in den brand. Hij klampt zich aan de Engelschen
vast en zal zich om hun hulp te krijgen wel weder wat
moeten laten plukken. Zijn ministerraad heeft, op
't papier althans, een plan gemaakt om de zuidelijke
provinciën nog te redden. Er zullen 3000 man gen
darmerie en 6000 man Bedoeïenen uitgezonden worden.
Men heeft echter voor 't oogenblik nog slechts 600
man gendarmerie en met de stamhoofden der Bedoeïenen
moet nog onderhandeld worden. Ilet plan is van Soeakim
naar Berber den weg vrij te maken om aan de inge
sloten, wellicht reeds bezweken bezetting van Khartoem
aansluiting 'en des noods een uitweg te verzekeren.
Om genoegzaam troepen naar het zuiden te kunnen
zenden, zal de Khedive echter verplicht zijn, de Delta
te ontblootendaarvoor moet hij dan op de hulp der
Engelschen hopen, anders kon er wel eens opnieuw
een opstand tegen hem uitb/eken.
Een voorname aanleiding van de verwikkelingen in
het zuiden is de voortdurende vijandigheid van den
koning van Abessynië. Sedert deze staat door toedoen
van de Egyptenaars met Engeland in oorlog gebracht
is en daarvan zooveel schade gehad heeft, is er voort
durend een zeer vijandige stemming van de Abessyniërs
tegen Egypte geweest. Het is wel waarschijnlijk dat
van deze zijde de opstandelingen van Sennaar en Soedan
steun gekregen hebben.
Nu ziet het er uit alsof Egypte zijn zuidelijke
provinciën, die het pas na jaren van bloedige en kost
bare oorlogen had verwonnen, weder met één slag zal
kwijt zijn. Al wat daar gebeurt is echter grootendeels
Engelands wei'k. Engeland heeft de macht van den
Khedive tot een onbeduidend minimum verkleind en
hierdoor den trots der fanatieke bewoners van het
Nijlland gekwetst. Tenzij de Egyptenaren vechtende
meenen deze ook de ongeloovigen te bevechten.
Wat Engeland ten aanzien der Transvaal doen zal,
is nog niet wel te voorzien. Men zegt, dat de deputatie
vol goeden moed is. Maar als die heeren door nieuws
gierige Engelsche dagblad lui geïntervieuwd worden,
kunnen zij al niet anders doen dan zich goed houden.
Daarvoor zal het dan ook zijn dat de groote Engelsche
bladen met zekere goedwilligheid over hen en hun
zaak spreken. Maar 't is opmerkelijk hoe de achter
deurtjes open gehouden worden en leest men nauw
keurig wat die bladen dan wel bedoelen als zij spreken
van den Transvalers al hun billijke eisehen in te
willigen, dan blijkt het dat de «mitsen", «maren" en
«voorbehoudens" zoovele zijn en zulke ernstige, dat
de toestand van halve cijnsbaarheid zoo tamelijk dezelfde
zou blijven, ook al waren dan al die billijke verlangens
ingewilligd. Zoo b.v. leest men dat Engeland nooit
kan dulden dat de Transvaal de Kaapkolonies van het
binnenland zou afsluiten. Dit schijnt wel te willen
zeggen, dat de Engelschen nooit zullen toelaten dat
de Transvalers een eigen gemeenschapsweg met de zee
(Delagoabaai) openen. En toch moet er zulk een weg
komen of de Transvaal blijft altoos afhankelijk van
Engeland.
Men leest ook, dat vele geldmannen bij de deputatie
aankloppen om te komen spreken over een eventueele
leening; doch dat de heer Kriiger verklaart over geen
leening te kunnen spreken vóór de politieke kwestie
uit den weg geruimd is. De heer Beelaerts van Blok
land is weder bij de deputatie. Het schijnt toch dat
de aard-partij al zoo tamelijk wel de Transvalers
heeft ingepakt. «Onze Krüger, «onze Smith" en «onze
Du Toit" zijn zoo wat door onzen Kuyper ingekuipt.
Krijgt men de lui hier in 't land, dan zullen de
broeders hen wel in hun kring binnenloodsen, en al is
't winter, zullen zij alles door groene brillen te zien
krijgen.
De Duitsche kroonprins is te Madrid bezig om het
voor hem gereed gemaakte ijselijk volle program van
feest en pret af te werken. Bij den officiëelen intocht
was hij evenals de koning in Hu lanen-uniform. Dat
kunnen de Franschen weder in den zak steken. Men
zegt ook, dat de politie te Madrid een oog houdt op
alle Franschen, die na de aankomst van den Duitschen
prins in die stad zijn aangekomen.
Gemengd Kuitenlnndscli Nieuws.
De bekende sportsman graaf De Lagrange is over
leden. Hij was de eigenaar van «Gladiateor"waar
mede hij den «Grand prix de Paris" behaalde. In
1869 was hem daarvoor 400,000 frs geboden, maar
hij weigerde en in '1870 kon hij slechts 150,000 frs.
daarvoor krijgen. Tijdens den oorlog van- '1870 verkocht
hij zijn stal.
Te Odessa is een firma failliet; het passief wordt
op 2 millioen roebels geschat. Te Vicksburg heeft
de «Mississippi Valley Bank" de betalingen gestaakt;
het passief is 1,000,000 dollars.
De Duitsche Bondsraad heeft besloten, den zooge-
naamden kleinen staat van beleg voor Berlijn en om
streken, die den 24n dezer zou afloopen, te verlengen
tot 30 September 1884, op welken datum ook de
socialistenwet buiten werking treedt, ten minste indien
deze niet, gelijk te voorzien is, verlengd wordt.