Z1ERIKSEESCIIE COURANT. voor liet iiiTöïidis- seinen! Zieriksee. 1883. No. 81. Zaterdag 20 October. 86ste jaargang. NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD Binnenland. STATEN-GENERAAL. Deze Courant verschijnt DINSDAG- en VRIJDAG-AVOND uitgezonderd op FEESTDAGEN Prij s per drie maanden f 1Franco per post f 1 Afzonderlijke nommers 5 cent, met Bijblad 10 cent. PRTJS DER ADVERTENTIE N: Per gewone regel 10 cent. Huwelijks-, G eb oorte en Doodberichten van 1 6 regels 60 cent. Dienstaanbiedingen van 1-5 regels, mits contant betaald, 25 ct. Alle stukken, de redactie betreffende, gelieve men uiterl'.jk een dag voor de uitgave in te zenden aan den uitgever H. LAKENMAN. ZIERIKSEE, 19 October '1 8 8 3. Woensdagavond even over tienen is Z. M. Koning Leopold van België aan het Centraal-station te Amsterdam aangekomen. Het station was fraai versierd met bloemen, groen en licht en honderden officiëele personen in gala waren in de wachtkamer. Duizenden belangstellenden stonden builen het station en toen de vorstelijke personen zich buiten vertoonden, ging een oorverdoovend hoezee van alle zijden op. Het kanongebulder duurde onophoudelijk voort. Bengaalsch vuur verlichtte het stationsplein, dat door de politie wijselijk niet schoon was geveegd. Slechts de hoog noodige ruimte was behouden en die bleek volkomen genoegzaam. H.H. M.M. groetten uit de portieren van het ge sloten rijtuig zonder ophouden van het station tot het Paleis. De menigte stond aaneengesloten langs den Nieuwendijk tot op de den Dam, waar men over het geheele plein man aan man was geschaard. Ook hier was de ontvangst niet minder hartelijk en luide klonken de toejuichingen uit duizenden monden. Terwijl de eerwacht der Infanterie in het geweer trad, de kapel de vBrabangonne" speelde, weergalmde het hoezee over het plein, en eerst nadat de laatste volgkoets den laatsten adjudant had thuis gebracht, verstooide de menigte zich, die storm en regen had getrotseerd om 's Konings gast het welkom toe te roepen. Van het dak der »groote Club" werden Bengaalsche vlammen ontstoken. De ontvangst van het Belgisch koningspaar was zooals men die van goede buren mocht verwachten, en liet niets te wenschen over. Met zekerheid kunnen wij mededeelen, dat de Minister van Justitie het ontwerp van wet, tot regeling van het Notaris-ambt op last van den vorigen Minister, samengesteld door den heer H. W. J. Sannes, ont vanger der Registratie en Domeinen te Oorschot, niet laat rusten. De Minister heeft namelijk den samensteller uitge- noodigd, zich met twee Notarissen in commissie te vereenigen, om het vervaardigde ontwerp met het oog op de practijk aan een nader onderzoek te onder werpen. De door den Minister uitgenoodigde Notarissen zijn de heeren A. G. Bodaan te 's Gravenhage en A. Moll te Arnhem. Wij vernemen dat Z. IC. H. Prins Alexander weder bedlegerig is. In een Advertentieblad te Haarlem vond men onlangs deze curieuse advertentie »Apenpakjes. HH. Landverdedigers Een onlangs gepromoveerd schutter wenscht voor dit doel een schutterspak te koopen. Adres met opgave van prijs en grootte enz." In het volgende nummer las men »Aap Gezien uw advertentie van 10 Oct. 11. »Apenpakjes". Ondergeteekende vraagt: zijt gij een groote of kleine Aap. Gelieve maat op te geven aan het bureau van dit blad, onder No. 709. Een Tailleur." Een vrouw te Oud-Beierland wendde zich tot een dokter om ingeënt te worden, indien deze haar wilde beloven niets aan haar man te zeggen, daar zij het niet wilde weten. Den volgenden avond kwam ook de man om zich te laten inenten en verzocht dezelfde stilzwijgendheid tegenover zijn vrouw. Volgens het Weekblad voor Voorne, Putten en Overflakkee en Goedereede heeft de heer Van Goor, predikant te Oud-Beierland, die daar de vaccinatie sterk bestreed, zich te Rotterdam laten inenten. Het stoomschip »Edam", dat voor rekening der Nede/landsch-Amerikaansche Stoomvaart-Maatschappij te Feijenoord gebouwd is, en in de vorige maand van stapel is geloopen, ligt in de Noorderhaven te Rotter dam van af heden tot en met Zondag voor het publiek ter bezichtiging. Roemden wij bij het van stapel-loopen het fiere voorkomen van dit schip, niet minder is de inwendige bewerking te bewonderen. Behalve al de nieuwe vindingen op het gebied van stoomwezen van den laatsten tijd, zijn in de salon en hutten alle ge rieflijkheden voor de passagiers toegepast, welke eenigs- zins denkbaar zijn. De eerste klasse, die voor 52 personen ruimte aanbiedt, bevat behalve de groote salon, waar de maaltijden gehouden worden, nog een dames- en een rooksalon. Alle vertrekken zijn smaakvol gemeubileerd. Ook de hutten, waaronder zich een paar voor vier personen bevinden, lieten niets te wenschen over, terwijl elke hut van een electrische schel is voorzien. De ruimte voor emigranten ingericht is zeer uit gestrekt en bevat duizend slaapplaatsen, benevens waschplaatsen en verdere noodzakelijke inrichtingen. Een grootsch gezicht levert de machinekamer verder op en vooral bewonderden wij de middelen, welke aangewend zijn ter voorkoming van elk mogelijk ongeluk. Zoo bevindt zich in de machinekamer een ijzeren luik, dat op het dek dichtgeschroefd kan worden, om te voorkomen, dat het water tot de machinekamers kan doordringen, ingeval onder aan het schip een lek mocht ontstaan. Het geheele schip strekt zoowel den bouwmeester als der maatschappij, welke het in de vaart brengt, tot eer en wij wenschen den Kapitein, den heer Taat, met dit schip beter succes dan hem met de vorige »Edam" ten deel mocht vallen. De Kaapsche mail, heden aangekomen met berichten tot 24 Sept., meldt o. a. het volgende: De Staatscourant van Pretoria bevatte den 22 September het officiëel besluit waarbij dr. Jorissen als staatsprocureur wordt ontslagen. In de Transvaalsche Volksstem wordt het volgende Volksraadsbesluit gepubliceerd. Terwijl het aan ieder volkomen vrijgelaten wordt jaarlijks te Paardekraal bijeen te komen, met het doel en op de dagen, zooals bepaald in Volksraadsbesluit art. 93, van 41 October '1881 (viering van de onafhankelijkheid) zal de jaarlijksche uitnoodiging daartoe van Regeerings- wege vervallen en plaats maken voor een geregelde officiëele en formeele viering op gemelde plaats elke vijf jaren, de eerste viering plaats te hebben in het jaar 1886. Door deze bepaling zal geen inbreuk gemaakt worden op de jaarlijksche viering van den vastgestelden feestdag van 16 December. De leeraren der verschillende Kerkgenootschappen zullen van regeeringswege worden verzocht deze dagen in hun gebeden te gedenken, en wel in het openbaar, indien een dier dagen moge vallen op een Zondag of op den naasten Zondag daarna. Het belicht, alsof door den heer Beelaerts van Blokland reeds een weigerend antwoord zou zijn gegeven, op liet aanzoek der Regeering van de Zuid-Afrikaansche Republiek, om de betrekking van Staats-procureur te aanvaarden, is onjuist. De heer Beelaerts van Blokland behoudt zich zijne beslissing, om dit aanzoek dat op de meest vereerende wijze tot hem kwam voor, totdat de weldra te ver wachten deputatie uit de Zuid-Afrikaansche Republiek zal zijn aangekomen. De Staats-president, die, gelijk men weet, deel van die deputatie uitmaakt, zal dan mondeling het antwoord van den heer Beelaerts vernemen. Holl.-Afr. In de zitting van Dinsdag heeft de Tweede Kamer de Adder-historie begraven. Het was een ordinaire parle mentaire begrafenis. In de dikke, ofschoon toch nog volgens sormniger inzicht op vele plekken doorzichtige windselen van het rapport der commissie gewikkeld, werd zij ter aarde besteld en slechts enkele belang stellenden wijdden nog eenige woorden aan haar. Wat kon de Kamer ook anders duen na al wat er over de droeve ramp met de Adder" alreeds was voor gevallen? De in de staatkundige en ambtenaarswereld gansch niet onbekende putdemperij had toch al plaats gehad, natuurlijk nadat het kalf verdronken was. Over de indertijd nog al opzienbarende promoties in verband met het op stal zetten van eenige personen, die aan zienlijke betrekkingen bij de Marine bekleedden, werd nu niet gerept. Toch zou menigeen, die bijgeval ook belang stelt in onze Marine en vooral in onze bij dien dienst betrokken landgenooten, zeker gaarne, al was 't nu maar bij de Adder-begrafenis, wel iets hebben willen vernemen, dat meer geruststellend is voor de toekomst dan 't geen daaromtrent nu vernomen is. Dat er iets ziekelijks, misschien wel iets verwurmds in onze Marine zit, schijnt openbaar te wezen. Het scheen in 't rapport zoo door, dat zelfs een lid der commissie sprak van opmerkingen waarmede het »doorzaaid" was, en 't werd nog ronduit geconstateerd, althans beweerd, zonder dat iemand het tegensprak. Maar waar zit het kwaad Af te gaan op het. gros der opmerkingen betrekkelijk de ramp met de Adder", zou men zeggen, dat 't kwaad schuilt in te weinig «berichten", te weinig correspondentie en doorgaand verband tussclien de onderscheidene directies onderling en met den Haag. Uit een uitlating van den tegen- woordigen Minister van Marine zou men moeten op maken, dat men thans in een ander uiterste is vervallen, want, zooals de heer Geerling zeide, tegenwoordig «regent" het telegrammen. Zou het ook kunnen zijn dat 't kwaad zit noch in de droogte noch in den regen van telegrammen, maar in geheel iets anders? Of in vele andere oorzaken te zamen Dat er iets zieks in onze Marine is, behoeft geen betoog meer, dat is sinds jaren in confesso, zoowel bij de officieren en direct gemoeiden als bij 't publiek, welk laatste natuurlijk niet het overwicht in de schaal zou mogen leggen. De heer Lieftink meende dat er heerscht »een slechte geest van controle en een booze geest van routine." De heer Gratama constateerde, dat er sleur en slendergang zijn ingeslopen, dat de vreemde handelingen van commandanten en de niet- verklaarde rampen menigvuldiger worden en wees daarbij op de vernielende branden te Amsterdam en te Soerabaja. En zoo ging het voort, doch dit alles stoorde de parlementaire begrafenis niet en terwijl de «Adder" goed en wel op den bodem der zee ligt te verroesten, is nu ook de geschiedenis van de ramp in den put gedaan en toegedekt. Requiescatzoo maar te eëniger tijd van de droeve ervaringen eenig voordeel getrokken wordt. Een geniale reorganisateur onzer Marine zou een welkom man zijn. Zooals de machine echter nu in elkaar zit als onderdeel der groote staatsmachine kan o. i. een gewoon Minister van Marine wel nimmer zulk een geroepene zijn. Naar aanleiding van voorstellen tot aanvulling en verhooging van hoofdstukken der begrooting, werden in deze zitting nog eenige woorden gesproken over de aanstaande verkooping van de domeingoederen der dotatie van wijlen Prins Frederik. Men kon vernemen

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1883 | | pagina 3