ZIERIKSEESCHE COURANT. voor het arrondis- seinent Zieriksee. 1883» No. 79, Zaterdag 13 October. 86ste jaargang. NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD De Nood-belastingvoorstellen. Deze Courant verschijnt DINSDAG- en VRIJDAG-AVOND, uitgezonderd op FEESTDAGEN Prijs per drie maanden f 4,Franco per .post f 4, Afzonderlijke nommers 5 cent, met Bijblad 10 cent. PRIJS DER ADVERTENT IE N: Per gewone regel 10 cent. Huwelijks-, Geboorte- en Doodberichten van 16 regels 60 cent. Dienstaanbiedingen van 1-5 regels, mits contant betaald, 25 ct. Alle stukken, de redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een dag voor de uitgave in te zenden aan den uitgever H. LARENMAN. Toen we meMiug maakten van den inhoud dor wets voorste! leu die de heer G-robbée, Minister van Financiën, aan de Tweede Kamer beeft gezonden om te voorzien in den dringenden nood waarin de schatkist verkeert, hebben we daaraan reeds enkele opmerkingen vastgeknoopt, voornamelijk om onzen twijfel uit te drukken aan de deugdelijkheid der grondslagen, waarop de Regeering de reddingsplank voor 't oog en- blik wil doen rusten. We betrcureu het dat in de voorstellen geen stelsel merkbaar was, slechts steunen op 't geen 5f zeer zwak en gebrekkig óf voor goed veroordeeld is en sinds jaren 0111 herziening schreeuwt. Thans is gebleken welk onthaal die ontwerpen in de Tweede Kamer te wachten slaat. Ofschoon we erkennen dat do nood voorziening eischt en er dus wel geld zal geschaft moeten worden, 't kome dan vandaan waar 't vandaan komt, toch vinden wij 't flink van die vijf leden der Tweede Kamer, de heeren van Dolden, Gieich- man, De Jong', Van der Linden en De Ruyter Zijlker, dat zij nog vóór de behandeling der Regeeringsontwerpen een voorstel van wet aan de Kamer hebben aangeboden, dat beter spreken zal dan veel gepraat naar aanleiding van de noodhulp-voorstellen van den heer Grobbée. We zeggen hiermede niet dat het voorste! der vijf heeren veel kans van succes zal hebbenwe betwijfelen dat zelfs en achten onze tegenwoordige Kamers zooals zij zijn, buiten staat om zulk een Hinken stap op een anderen, geheel nieuwen weg te doou als het voorstel vereisclit. Maar toch juichen we het voorstel toe, omdat, zoo ooit, dan zeker bij de behandeling van voor stellen als die van den beer Grobbée het de rechte tijd is om te komen tot een breuke met ons verouderd, verroest en verdorven belasting stelsel. Het voorstel der vijf heeren strekt tot in voering eeuer tweeledige Rijks-inkomstenbelas ting. Vooreerst een heffing van 1% procent van de inkomsten uit roerend en onroerend vermogenen tweedens een heffing van procent van de inkomsten uit lijfrenten, tracte- menten, pensioenen enz., niet reeds getroffen door de patentbelasting. Het inkomen uit het onroerend en roerend vermogen, waaronder voornamelijk grondbezit, gebouwen eu vermogen in portefeuille bedoeld wordt, schatten de voorstellers op 3% procent. Zij willen bij de belasting op jaarwedden enz. beginnen te rekenen bij inkomsten boven de f 800 's jaars eu dan natuurlijk van het jaarlijkse!) inkomen van alle belastiugverschul- digden f 800 aftrekken of vrij laten. Van de belastbare waarde van het roerend en onroerend vermogen willen zij de schulden aftrekken. Met de voorstellen der Regeering zijn zij verre van ingenomen, zij zouden desnoods enkel de theebelasting en de verbooging van den accijns op het gedistilleerd kunnen aannemen, en daar mede rekening houdende meenen zij dat hun voorstel 58% ton zou kunnen opbrengen. Wat de vijf boeren in de memorie van toe lichting tot hun voorstel aanvoeren als critiek van de wetsontwerpen der Regeering, komt neêr op hetgeen wij daaromtrent reeds gezegd hebben er ligt geen bepaalde grond voor die ontwerpen; zij hangen-enkel vast aan onze tegenwoordige zeer gebrekkige eu veroordeelde belastingen zij bestendigen de bestaande verkeerde toestanden zij treffen niet hen, die het best in staat zijn de lasten te dragen, enz. De vijf' heeren huldigen de stelling, dat het inkomen uit het roerend en onroerend ver mogen sterker is eu dus zwaarder belast kan worden dan dat uit jaarwedden, loonen enz. en stellen daarom do heffing op het vermogen dubbel zoo hoog als die op jaarwedden en dergelijke zoogenoemde vaste inkomsten. Zoo krachtig mogelijk spreken zij 'zich uit voor het beginsel van een inkomstenbelasting als grondslag voor belastingheffing. Het denk beeld, in de regeeringsontwerpen vervat, dat de gemeenten nog liooger opcenten op de Rijks belasting zonden kunnen heffen, werpen zij zoo ver weg, dat zij liever, zoo dit slechts practisoh uitvoerbaar was, de Rijks inkomstenbelasting zouden willen doen rusten op de gemeentelijke hoofdelijke omslagen. Zij meenen verder, dat de gemeenten niet weder kunnen beroofd worden van het.Vs. daar immers ook met de volle 4/5 reeds nu vele gemeenten zich niet kunnen bedruipen. Eindelijk geven zij ook te kennen, dat zij tegen de patentbelasting zijn, echter inet deze rekening houden zoolang zij nog bestaat en dat in hun stelsel plaats blijft om hen op te nemen die door een eventueele opheffing der patent belasting zouden worden bevrijd. Wat zal het lot zijn van het voorstel van Delden c.s. Men kan dat natuurlijk niet met zekerheid nu reeds zeggen. Wij voor ons hebben er weinig moed op dat de inkomstenbelasting liet thans in beginsel zal winnen. Zoo 't toch geschiedde, we zonden 't ten zeerste toejuichen, want er zou een groot kwaad door kunnen verholpen worden en aan liet g'eheele directe belastingstelsel zou een zuiverder grondslag worden gegeven. Toch willen we niet ontkennen, dat wij 't be ginsel der accijnzen geenszins zoo totaal ver werpelijk achten. Vooral omdat wij liet volstrekt niet onbillijk achten dat ook de mindere klassen der maatschappij iets bijdragen in de openbare lasten eu dit als van zelf geschieden kan door middel van accijnzen. liet is toch een onloochen baar feit, dat, terwijl door de tegenwoordige hoofdelijke omslagen eenigen worden getroffen, voor wie een directe uitkeeriug in geld zwaar valt, er ook wel een aantal worden vrijgesteld die toch wel iets zouden kunnen bijdragen. En het komt ons voor, dat velen vaii hen, die thans worden vrijgelaten, b. v. van een aanslag van 2,50 'sjaars als minimum, zeer wel 5 cent per week zouden kunnen opbrengen, zoo dit maar practisoh uitvoerbaar was. Door middel van sommige accijnzen is dat van zelf te be reiken. Daar volgens het ontwerp der vijf heeren voor de heffing van een Rijks-inkomstenbe lasting pas begonnen wordt met de inkomens vau boven de f 800, zouden er daar nog veel meer vrij blijven. Het hierin gelegen kwaad zou nog grooter worden dan 't nu reeds is bij de gemeentelijke hoofdelijke omslagen. Zoo krachtig als we zijn voor proportioneele belasting naar bet vermogen, al wordt deze juist niet in 't bewuste voorstel gevonden, zoo scherp zijn we ook tegen algeheele vrijstelling van zulk een zeer groot getal burgers, als er feitelijk aan de directe heffing ontsnappen. Slechts de verklaardo armen of onvermogende)) zouden we vrijgesteld willen zien, alle anderen, die wat hebben of wat verdienen, kunnen daarvan ook wel iets missen, als dat wezen moet. Het komt ons voor, dat er nog wel practisoh niet ouvoordeelige en geenszins onbillijke accijn zen te vinden zijn. We behoeven daarvoor slechts een kijkje in het buitenland te nemen, waar men daar alles van weet en waar het goed marcheert. Nog zij aangestipt, dat men bij de aan staande behandeling der financiëele wetsvoor stellen van de vijf heeren bepaald te wachten heeft dat zij zullen trachten tot bezuinigingen op of besnoeiing van de tegenwoordige staats uitgaven aan te dringen. Wij vermoeden haast, dat dit een soort van torpedo zal wezen, die gereed gemaakt wordt voor de schreeuwend dure, akelig leelijke cn hoogstwaarschijnlijk als 't er op aankomt totaal onbruikbare dikke ijzeren kasten, die men tegenwoordig oorlogsschepen noemt. Binnenland. ZIERIKSEE, 42 October 4 8 8 3. Bij de thans in behandeling zijnde zoogenoemde ygestichten'wet", regelende het aantal en den aard van huizen, als: strafgevangenissen, huizen van he- waring, werkhuizen, opvoedingsgestichten enz., bestond de kans dat men hier te Zieriksee ook een gevangenis zou krijgen. Al was 't maar om wat werk te krijgen, had menigeen zoo iets zeker gaarne gezien. Door het aannemen echter van een amendement, waarin gezegd werd dat zulk een gevangenis als 't noodig is in elk arrondissement kan gemaakt worden, doch juist niet moet bestaan, zooals in 't wetsontwerp stond, is de kans om hier een tonnetje of wat te zien vermetselen van een logement voor gedwongen gasten, verkeken. Niet alle kamers van koophandel en fabrieken zijn het eens met die te Helmond, die, zoo wij reeds ver meld hebben, aan den Koning gevraagd heeft om te breken met het vrijhandelsstelsel. De kamer te Hengeloo, d. i, in het fabrieks-district van Overijsel, heeft met algemeene stemmen besloten geen adhaesie te schenken aan 't advies der Helmondsche kamer. Volgens het Handelsbl. zullen de Koning en de Koningin der Belgen den 4oen dezer hun bezoek aan het Nederl. hof brengen. Men zegt, dat de hooge gasten te Amsterdam op het paleis zullen logeeren. In April 1884 zouden onze Koning en de Koningin een bezoek gaan brengen aan het Belgische hof en daarna aan het Oostenrijksche te Weenen. Nog een staaltje van Indische geldverspilling: De uitgaven voor de steenkolenmijn Oranje-Nassau.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1883 | | pagina 1