Onze Leestafel. De Werkliedenvereenigingen kunnen voor haar leden toegang tot de Amsterdamsche tentoonstelling bekomen tegen den hal ven entreeprijs. »De Werkmansbode" geeft daartoe den volgenden weg aan: De vereeniging koopt gewone toegangkaarten (a f 0.50), deze voorziet zij eei'st van haar stempel en laat ze daarna weder stempelen in de P. C. Hooftstraaf: 44. Deze laatste stempeling, die vanwege de tentoonstellingscommissie geschiedt, maakt elke kaart geldig voor twee personen. Het bezoek behoeft niet groepsgewijze te geschieden elk paar kan gaan, welken dag het verkiest, uitgezon derd des Vrijdags. Wat betreft het onlangs medegedeelde feit, dat de heer De Bergh de uitdaging van den kapitein H. weigerde, schrijft de heer De B., dat dit volkomen juist is; hij heeft die uitdaging niet aangenomen omdat hij niet wil vechten met iemand, die een groot deel van zijn militaire en burgerlijke eer achterliet in de cellulaire gevangenis te Botterdam. Op het ontvangen van dit weigerend antwoord voegde ge noemde H. den heer De B. toe: «dan zijt gij een smeerlap," doch, schrijft de Penkrasser, dat beleedigde mij uit clien mond niet en had enkel het gevolg, dat de kapitein dooi' de knechts op straat werd geworpen. R. Nbl. Benoemingen, Besluiten, enz. Door Z. M. is: 'lo. de kolonel M. C. F. Simon, van den staf der artillerie, gouverneur der Koninklijke Militaire Academie, op zijn verzoek op non-activiteit gesteld en in verband daarmede, eervol ontheven uit voorschreven betrekking van gouverneur; 2o. benoemd tot gouverneur der Koninklijke Militaire Academie, de kolonel J. C. C. Den Beer Poortugael, van den generalen staf, die in deze betrekking, met afwijking in zooverre van het bepaalde bij Koninklijk besluit van '14 Februari 'l881 No. 3, zal blijven behooren tot genoemden staf. Bij de Maatschappij tot Exploitatie van Staats- spoorwegen zijn benoemd tot stationschef te Rilland-Bath H. P. Montc, thans 3e klerk te Goes; tot stationschef te Vuglit S. Hisselman, thans chef te Rilland-Bath; tot chef te Vries-Zuidlaren II. J. Lammertink, thans te "Vught en tot 3e ld. te Goes L. T. Paulssen te Wirdum. Gedetacheerd voor 5 jaren bij het personeel der militaire administratie in Ned.-Indië de 2e luit.-kwar- tierm. van 't 5e regt. inf. W. F. de Vulder van Noorden. landbouw en Nijverheid. Het Groningsch genootschap van Nijverheid heeft als piijsvraag uitgeschreven: Een in de Ned. taal geschreven duidelijke, beknopte en populaire voorstelling van den tegenwoordigen stand der Meteorologische wetenschap, benevens een uitgewerkt plan, waarnaar de telegrafische weerberichten der hoofdstations, op de goedkoopste en spoedigste wijze in de provincie Groningen kunnen dienstbaar gemaakt worden voor landbouw en nijverheid. Als prijs wordt uitgeloofd de zilveren medaille van 't genootschap en f '100. Over 't algemeen valt in Schouwen en Duiveland de oogst, zoowel wat beschot als qualiteit betreft, zeer mee. De meeste winteraardappelen staan er ook zeer goed bij. Kunst, Wetenschap en Letteren. Van Ten Kate's «Schepping" is een overzetting in het Noorsch verschenen, van de hand van Jonas Dahl. De zwendelarij van Shapira met zijn oud-Moabitisch handschrift is thans wel voorgoed mislukt. Ook is gebleken dat Shapira, vóór hij naar Londen ging, beproefd heeft zijn oud leer te Berlijn in klinkende goudstukken om te zetten, doch de Berlijnsche geleerden kregen hem in de gaten, gelijk dit nu ook de Engelsche en Fransche kenners gedaan hebben. Vermoedelijk heeft de Jeruzalemsche oudhedenfabrikant veel spijt van zijn verloren moeiten en kosten. Misschien wil Barnum hem nog helpen door het ding te laten kijken aan de Amerikanen. Er zullen nog wel een aantal lui te vinden zijn, die eens zien willen hoe een merk waardig handschrift uit de negentiende eeuw na Christus er uitziet en vooral hoe de slimme Jood er uitziet die het gemaakt heeft of 't heeft laten maken. Eene nieuwe uitgave van den catalogus der schil derijen van het museum Boymans te Rotterdam is verschenen. Het is de zevende na den brand van 16 Febr. 1864 en zij is vermeerderd niet alleen met de beschrijving der 42 schilderijen, die na '1880, toen de zesde uitgave verscheen, in het Museum werden op genomen, maar ook mecledeelingen omtrent het leven der meesters, die in de laatste drie jaren bekend werden. Gemengd Buitenlandscli Nieuws. In vergetelheid is dezer dagen overleden Louise Lateau, bet meisje van Bois d'Haine bij la Hestre, onder Charleroi, in België, dat eenige jaren geleden zooveel van zich heeft doen spreken, wegens het voor gewende met haar gebeurde mirakel, dat zij om de negen dagen bloedde uit zekere wonden, overeenkomende met de wonden van Christus. Ofschoon periodieke ontstekingen van den aard als die waaraan dat meisje sukkelde, ofschoon zeldzaam, toch geenszins wonder dadig of miraculeus zijn, zoo is haar geval door de geestelijken geëxploiteerd als iets zeer bijzonders en vrij wat reclame met haar gemaakt, zeer tot ergernis van gezond geloof en gezond verstand. In April '1868 kreeg Louise Lateau de ziekte en begon de periodieke huidontsteking zich te vertoonen. Na eenige jaren was haar toestand door dweperij, hysterie en gemis van goede geneeskundige hulp tot een zenuwziekte verergerd, met een voorgewende, misschien ten deele eerlijke manie van slechts gewijde hostie te willen eten. De toenmalige bisschop van Doornik maakte heel veel werk van de miraculeuse deerndoch nadat deze bisschop uit zijn diocees was geraakt en door Durousseaux vervangen, hoorde men weinig meer van 't mirakel. De bedevaarten naar Bois d'Haine werden zelfs door den nieuwen geestelijken heerscher verboden. Dit kwam daar van daan, dat Louise Lateau onder den invloed van haar vroeger heel goddelijk genoemde ingevingen, vóór den afgezetten bisschop en tegen den nieuwen was en op dit punt wilden de echt-ultramontaansche heeren van thans de goddelijke ingevingen en openbaringen liefst niet erkennen. Zoo geraakte Louise Lateau met heel haar mirakel in 't vergeetboek en bleef zij voortsukkelen, tot dezer dagen de dood aan haar in menig opzicht ellendig leven een eind maakte. Het weldadigheidsfeest, door de Parijsche pers ge organiseerd ten voordeele der noodlijdenden op Ischia, heeft ruim 300,000 fis. opgebracht. Yan de 500.000 loten voor de tombola zijn reeds ruim 250,000 ver kocht. De trekking geschiedt Zondag a.s. Van de op brengst van Paris-Ischici verwacht men minstens 100,000 frs. De aanvaringen nemen nog steeds in aantal toe. 't Is of het het onvermijdelijk lot der stoomschepen is elkaar in den grond te moeten varen. Zoo heeft nu de «Saint-Germain", komende van New-York, op 40 mijlen Z. van den Eddyston-lichttoren de Wood- burn" in den grond geloopen. Van de «Woodburn" vei'dronken 18 man en werden ii gered. De «Palermo", van Hamburg naar Lissabon, voer in den grond de »Rivolo", van Bilbao naar Middelsbro, waarbij 5 men- schen verdronken. Op den 13 Juli is de koningin van Madagaskar gestorven. Men weet niet of de Europeesche hoven den rouw zullen aannemen, en zoo ja, voor hoe lang. Een verschrikkelijk spoorwegongeluk heeftvolgens de Russische bladenin de nabijheid van Kharkoff plaats gehad. Daar loopen namelijk de Azoffsche en Kharkoff-Nikolajew-lijn voor een gedeelte naast elkan der. Een dame, in den trein naar Taganrog gezeten keek eens uit het venster en zag den trein van Kharkoff aankomenzij meende dat deze op dezelfde riggels liep als de trein waarin zij zaten begon terstond vreeselijk te schreeuwen en te roependat er een trein aankwam en allen verpletterd zouden worden. De andere reizigers waren daardoor zoo ontstelddat allen zoo snel mogelijk door de portieren en de ven sters uit het rijtuig sprongen. Op hetzelfde oogenblik reed de trein voorbij over de ongelukkigen heendie op de riggels lagen en geen gelegenheid hadden gehad om verder te vluchten. Niet minder dan 20 personen lagen dood of vreeselijk verminkt. Zijdie aan den anderen kant uit den trein gesprongen waren, hadden eveneens door hun onvoorzichligen sprong zware won den en kneuzingen bekomen. Te Kiew vermaakten zich den 19 dezer zeer vele personen met het varen op den Dnieper, daartoe verlokt door den prachtigen zomeravond toen tegen midder nacht plotseling een onweer met feilen wind opkwam. Vier bootenwaarin 60 of 70 personen plaats hadden genomen, bevonden zich nog ver van den oever, waaronder zeer vele bloedverwanten der verongelukten. Slechts enkelen slaagden er inzwemmende aan land te komende meesten verdronken en den volgenden dag waren nog niet alle lijken gevonden. Volgens het Fransche blad de Temps, dat particu liere berichten ontvangen heeft, zou de oorlog in Tongkin zoo goed als geëindigd zijn en wel wet de onderwerping van den koning van Annam, aan de voorwaarden, die de Fransche zaakgelastigde Hamard had gesteld, n.l.1°. vergoeding van oorlogskosten; 2°. bezetting der forten van Hué door Fransch gar nizoen, totdat de oorlogsvergoeding volledig betaald is 3°. terugroeping der Annamitische troepen, die in de delta der Roode Rivier werkzaam zijn, met dien verstande, dat zij ter beschikking moeten worden ge steld van generaal Bouet ter verjaging van de Zwart vlaggen; 4°. bevestiging van het Fransche protectoraat over geheel Annam, gelijk dit reeds in beginsel gevestigd was bij het tractaat van 1874, maar thans met vol ledige waarborgen, die in dat tractaat ontbraken. In een telegram uit Hongkong in de Standard wordt gemeld, dat te Hué een opstand is uitgebarsten. Men wist echter nog niet of de beweging tegen of vóór de Franschen was. «Opmerkingen over hetgeen er in Frankrijk is tot stand gebracht en wat er in Nederland zoude kunnen gedaan worden tot stuiting der zand verstuivingen in de Duinen en op de Heide door middel van bezaaiing of beplanting, door Jhr. W. van Citters." Bovenstaand geschrift, reeds eenigen tijd geleden verschenen, kwam ons pas dezer dagen in handen we hadden er wel van gehoord, doch zelf het nog niet gelezen. Nu wij 't gelezen hebben, kunnen we niet nalaten het hier opzettelijk te bespreken. Het geschrift van den heer van Citters verdient dit ten volle. Het onderwerp, waarover de opmerkingen loopen, is van zeer veel belang en de opmerkingen zelve zijn zeer zakelijk en practisch. Men herkent daaruit den ondanks zijn groote bescheidenheid, meer dan gewoon zaak- kundigen beoefenaar van een gewichtig deel der land huishoudkunde. De duinen, ook die in ons vaderland, hebben drie kanteneen poëtischen kant, die uitlokt om er verzen en schilderijen aan te wijden, doch dien we hier kunnen laten rusten en slechts even kunnen aanroeren om de ietwat dichterlijke reputatie der duinen als schutsmuur tegen den Oceaan een weinig te betwisten, want de duinen als zoodanig keeren de zee niet, het flauw hellend afloopende strand doet het, en twee pro zaïsche kanten, n.l. de neiging om zich door verstuiving te verplaatsen en achterliggend goed land te over dekken, en ook waar ze stil liggen, hun ongeschiktheid Omtrent den ziektetoestand van mr. Modderman vernemen we, dat de lijder Maandag weder een operatie had ondergaan, dat hij daardoor zeer zwak was, maar dat gelukkig geen dadelijk gevaar bestond. De vj'eeselijke natuurwerking in straat Soenda, onlangs met een uitbraking van vlammen, asch en puimsteenen uit een nieuwen krater op of bij het vulkanische eiland Krakatoe begonnen, heeft den om vang verkregen eener geduchte ramp. De berichten zijn nog niet volledig, maar wat er nu reeds bekend is, is al erg genoeg. Geheel Krakatoe moet door de zee verzwolgen zijn met zijn 3000 voet hoogen vulkaan en al. Door de zeebeweging is langs de kusten veel schade aangericht. Anjer moet geheel verdwenen zijn, zoo ook Tjeringin en Telak Betong, alsmede al de vuurtorens aan straat Soenda en de steengroeven van Merak. Er moeten veel menschen omgekomen zijn. De weg van Batavia naar Serang en Anjer is weder bruikbaar, doch alles is in den omtrek met asch en puimsteen overdekt. De straat Soenda als vaarwater is zoo veranderd, dat de scheepvaart er voorshands gevaarlijk is, omdat de kaarten niet te vertrouwen zijn. Men verwacht nadere berichten, doch vreest dat het aantal slashtoffers door deze ramp mogelijk dat van de ramp van Ischia nog ver zal overtreffen. Buitenland. F r a n k i' ij k. Op eene vergadering in de zaal Horel te Parijs is onlangs eene commissie benoemd, die door woord en schrift het denkbeeld moet doen ingang vinden, dat eene algemeene weigering huishuur te betalen, in het belang van het proletariaat is. De Bataille vindt dat een zeer goed denkbeeld. «Hoe moet de werkman leven," schrijft zij, «als hij geen werk heeft De huizen zijn door hem gebouwd en het werkloon werd hem slechts eens betaald, terwijl de eigenaar en zijne erfgenamen jaren en eeuwen lang de huur opstreken, zonder er iets voor te doen. Dat de huizen meer opbrengen dan vroeger, is ook geen gevolg van den arbeid der eige naars, maar van de voortdurende verbeteringen, die door den staat en de stad worden betaald (wegen kanalen, spoorwegen enz.) Te Parijs zijn jaarlijks 30,000 personen, die hun huishuur niet kunnen betalen. Dit getal zal nog toenemen en door opzettelijke niet-betalers worden vergroot. Nu moet men de individueele pogingen groepeeren, den dag bepalen, dat iedereen weigert huur te betalen, het volk doen be grijpen, dat het gelijk heeft, als het geen huur betaalt en bet zooveel mogelijk moreele en materiëele onder steuning verleenen."

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1883 | | pagina 2