ZIFMKSTOfflE COURANT.
1883. No. 45. Zaterdag 16 Juni.
86ste jaargang.
Feuilleton.
Binnenland.
KEES BRANDER.
Bij deze Courant behoort een Bijvoegsel,
'l weilli reeds Woensdag aan de abonné's binnen
de stad is verzonden.
ZIE RIK SEE, 15 Juni 1 8 8 3.
De mazelen kunnen thans als nagenoeg geheel uit
deze gemeente beschouwd worden. Toch zijn er, naar
men zoo dagelijks hoort, nog vele kinderen sukkelende
aan ongesteldheden, die zich na de mazelen geopenbaard
hebben.
Zonnemaire. LaatstledenWoensdag had eene voor
deze gemeente gewichtige en heugelijke gebeurtenis
plaats, n.l. de inwijding der nieuwe school. Tot bij
woning dier plechtigheid waren de heer Yan Gorkom,
districts-schoolopzieuor, en Mr. Schneiders van Greijf-
fenswevth, avrondissements-schoolopziener, welwillend
overgekomen. In tegenwoordigheid van deze heeren,
van den Gemeenteraad en eenige genoodigden werd
eerst door de kinderen, met een toepasselijk lied en
eene korte toespraak des burgemeesters, liet oude
schoolgebouw vaarwel gezegddaarna trokken zij
zingend en van enkele vaandels voorzien, door ons
muziekgezelschap voorafgegaan, onder de leiding der
onderwijzers het gansche dorp door en kwamen zoo
eindelijk aan het nieuwe schoolgebouw, waar de ver
schillende autoriteiten en belangstellenden hen op
wachtten. Nu had de feestelijke opening plaats, waarbij
liederen werden gezongen dooi" de jeugd en onderscheidene
toespraken gehouden door de beide schoolopzieners,
den burgemeester, de onderwijzers, den heer Couvée
als architect van het nieuwe gebouw en den predikant.
Op alle aanwezigen maakt liet gebouw een gunstigen
indruk door zijn netten bouwtrant, zijne drie ruime
en luchtige lokalen, waarin voor 200 leerlingen plaats
is en door zijne doelmatige banken en verdere meubelen.
Ten slotte werd de schooljeugd van wege het hoofd
der school gastvrij op chocolade en krentebroodjes
onthaald en vereenigden zich al de autoriteiten en
genoodigden tot een gezellig samenzijn op de raadzaal,
waar, onder genot van een gul onthaal, nog geruimen
tijd met ingenomenheid en blijdschap de heilzame
stichting herdacht werd.
Het zou zonderling en ondankbaar kunnen schijnen
als we, nu de uitslag der verkiezingen bekend is,
verklaarden, dat die ons daarom is tegengevallen dat
de clericale samenspanning geen grooter overwinning
heeft behaald dan die, waarop zij thans kan bogen.
Toch wil het er bij ons niet in, dat de liberalen
ook maar de allerminste reden hebben om met den
uitslag in hun schik te zijn. Ja, het is in zekeren
zin waar, dat nu gebleken is dat de verbonden cleri-
calen nog niet machtig genoeg zijn om de liberalen
te nekkenmaar daarmede is men geen stap vooruit
en geen uur zeker van zijn leven. «Al nader en nader"
schreven we en we hadden verwacht dat het stapje
nader door deze verkiezingen gedaan iets wijder zou
uitgevallen zijn, en daar we voorshands aan de fata
liteit gelooven dat het liberalisme in Nederland nog
eenmaal een erge vuurproef zal moeten ondergaan,
en we, om de waarheid te zeggen, die vuurproef hoe
eerder hoe liever zagen afloopen, juist omdat we vast
gelooven dat 't liberalisme er aanmerkelijk gelouterd
(Een Volksvertelling.)
XIV.
Toen we aan 't eten gingen merkte ik op, dat Kees
't teek én des kruises maakte alvorens in zijn boterham
te bijten, en hij merkte daarentegen op, dat ik zonder
uiterlijke teekenen van te bidden, gretige tanden in
mijn aandeel zette. Hij keek niet boos, doch zei enkel
droogjes: ja, zie je, je weet ik ben Roomsch, en ik
ben nu eenmaal gewoon als ik iets van belang eet,
altoos een kruisje te makenmaar ik merkte wel dat
jij maar vergat te bidden, omdat je zoo vol van
't visschen bentnu, dat's niets hoor, ze moeten 't in
't weeshuis dan voor dezen keer maar voor je doen.
Kees zou op die manier mijn arme onnoozele ziel
daar bijna met een soort zondegevoel bezwaard hebben,
dat me toch niet toekwam; want wezenlijk, ik had
niet in 't minst aan 't gewone gebed voor den eten
zal uitkomen, hadden we als 't ware de beslissing nu
maar willen zien vallen.
Heeft niet het land groote schade bij den onhoud-
baren toestand, die thans weder zal bestendigd worden,
althans voor twee jaren?
Iemand zei gisterenmen had de lieele verkiezings
ruzie wel kunnen nalaten, de zieke is gebleven zooals
hij was, en daarin is veel waars.
En inderdaad het is onze meening, dat onze binnen-
landsche politiek sinds eenige jaren op den kwaden
weg is.
Een onzer bladen constateerde gisteren, dat het
liberalisme wel sinds eenige jaren zich onvermogend
heeft betoond om te regeeren, maar dat het althans
nog machtig genoeg geweest is en dit ook nu nog
is gebleven om elke regeering te dwingen liberaal te
regeeren. Dit is een schrale troost, voor zoover het
een troost is. En het is ook niet waar; want 't libe
ralisme met zijn negatieve macht is dan toch onmachtig
om den weg der kleine concessies aan de clericalen
te sluiten of te versperren, en veel kleintjes maken
een groote: die kleine straffeloos te plegen concessies
ondermijnen de veste, demoraliseeren de bezetting en
bereiden den val voor.
Laat ons meer bepaald spreken. Zoolang in 't clericale
kamp de openbare school tot aanvalspunt gekozen
wordt, blijft zij ook de spil waarom de vraag draait
wie regeeren zalde liberalen of de clericalen. En
als nu met een niet-liberaal kabinet, doch dat enkel
kan regeeren bij de gratie der liberalen, ondermijnen
en met succes ondermijnen van die openbare school
slagen kan, dan is dit een teeken van machteloosheid
der liberalen om den naderenden, ja reeds boven hun
hoofden opstekenden storm te bezweren. Immers als
wat geen oprecht liberaal den 17 Augustus '1878
had willen gelooven nu toch mogelijk blijkt, dat
feitelijk het doceeren van de roemrijke geschiedenis
der vaderen zeer gevaarlijk is geworden, dan is hier
mede niet enkel het liberalisme een trap toegedeeld,
maar aan de groene clericalen een krachtige reden
tot Schadenfreudeeen vlijmend scherp wapen in de
hand gegeven.
De roemruchtigste bladen onzer historie zijn feitelijk
zoo al geen contrabande, dan toch gevaarlijk om te
behandelen geworden't is zoo iets of er dynamiet
tusschen de bladen onzer anders zoo hoogvereerde
folianten gelegd is, zoodat men ze uit verklaarbare
voorzichtigheid maar dicht zal gaan laten.
Doch wat is de waarborg dat niet op dit eene feit
nog meer andere van nog meer ingrijpende strekking-
zullen volgen?
Volkomen deelen we in de verzuchting van de
N. RottCt., dat door deze verkiezingen in den staat
kundigen toestand geen verandering gebracht is, dat de
liberalen nogmaals verzwakt zijn en de clericalen
geen meerderheid hebben verkregen.
We achten het onnoodig hier nog de lijst der ver
kiezingen te geven. Onze lezers zullen meerendeels de
treurige lectuur reeds genoten hebben.
Dordrecht werd Maandagmorgen in rep en roer
gebracht door tal van moeders, wier kinderen de
verschillende scholen bezoeken. Er was namelijk uit
gestrooid door wie is niet zeker bekend, maar
volgens de Bord. Ct. laat de bron zich gissen dat
de kinderen op de verschillende gemeentescholen ge-
revaccineerd moesten worden.
gedacht, en later heb ik mij 't verzuim van toen ook
nooit als iets zondigs aangerekend. Kees meende het
echter zoo kwaad niet. Er zat iets godsdienstigs in
hem, zoo ruw als hij was; doch 'twas geen booze
godsdienstigheid, zooals er helaas zooveel in de wereld
te zien is, en ik had van achteren gezien zooveel
eerbied voor 't kruisje van Kees, dat het wel voor mij
ook heeft mogen tellen.
Bovendien, 't was zoo heerlijk daar buiten op dien
schoonen morgen aan den vliet. Ik heb later wel eens
gedacht of niet mijn ongeveinsd gevoel van geluk op
dien morgen, ondanks 't niet te loochenen feit, dat
onze visscherij bitter tegenviel, nog een soort kinderlijk
gebed kan geweest zijn.
Nu moet ik toch ook zeggen dat ik, wat de visscherij
betrof, dien morgen nog gelukkiger was dan Kees,
zooals men aanstonds zal merken. En dan zwijg ik
nog van de onaangename landerige stemming, waarin
Kees verkeerde, omdat hij ten einde de concurrentie
van «dien andere" te doen mislukken, zijn eigen en
mijn pleizier in een goede vangst had meenen te
moeten opofferen.
Zie je, vervolgde hij, overal waar ik ooit geweest
Dit uitstrooisel in verband met hetgeen in het
hospitaal bij de vaccinatie van militiens had plaats
gehad, was voldoende om voor de verschillende scholen
de moeders en eenige vaders en honderden nieuwsgierigen
te doen samenscholen, terwijl de kinderen werden
opgeëischt, daar men niet verlangde, dat op hen de
operatie zou worden toegepast. Het baatte niet of
de hoofdonderwijzers al persoonlijk aan de moeders
verklaarden, dat er van vaccinatie of revaccinatie geen
sprake washet baatte niet of een onderwijzer een
paar moeders en vaders liet binnenkomen om zich
te overtuigen, dat hun kinderen kalm aan 't leeren
waren en dat er niets ongewoons gebeurdede kinderen
zouden en moesten mede naar huis. Zelfs dreigde een
vader den dokter, die zijn kind zou willen herinenten,
dood te zullen schieten, terwijl den jongen een flink
pak werd beloofd, als hij zijn arm daarvoor liet ont-
blooten. Het einde was, dat verschillende scholen
sloten en dat de kinderen een dag vacantie kregen.
Zelfs uit de bewaarscholen werden vele kleinen door
bezorgde moeders weggehaald.
Dat men met een kiesmanoeuvre, en wel met een
hoogst lakenswaardige, te doen had, zou wellicht,
volgens de Dordtsche Ct. af te leiden zijn uit een
uitdrukking, die men voor een school van een der
mannen heeft opgevangen, namelijk deze: «Morgen
(de verkiezingsdag) zal het beslissen, of de kinderen
zullen worden gevaccineerd, al dan niet."
Het is den uitstrooiers van het gerucht toch kennelijk
te doen geweest om opschudding te verwekken, door
het niet voor, maar onder schooltijd in de wereld te
zenden, daar in het eerste geval de ouders, die aan
een dergelijk praatje geloof konden hechten, hun
kinderen eenvoudig tehuis zouden hebben gehouden.
Te Vlissingen is door de «Ned. Telephoonmaatschappij
te Amsterdam" een zeer goed werkende telephoiiische
verbinding van de kantoren der fabriek «De Schelde"
met het havenkantoor tot stand gebracht, voor rekening-
der maatschappij «De Schelde". In drie dagen tijd
werd de lijn van '1500 meter lang en vier stations
kant en klaar opgeleverd.
Te Vlissingen is een 14jarig jongeling verdronken
met zwemmen in zee.
Op de Amsterdamsche tentoonstelling verloor dezer
dagen een dame haartournure. Een eenvoudige
buitenman vond het ding, dat van stroo gevlochten
was en er vreemd uitzag in zijn oogen. Hij gaf het
de dame terug met een beleefd: hier juffrouw, hier
heb je jehoed, dien je daar liet vallen.
Z. M. de Koning-Groothertog heeft aan de Luxem-
burgsche Maatschappij van Landbouw een jaarlijksch
subsidie toegestaan van f 1400 en voor den volgenden
wedstrijd van landbouwers een aantal werktuigen als
prijzen toegezegd. Ook heeft Z. M. aan de teekenklasse
van het Luxemburgsch Atheneum een gouden, een
zilveren en een bronzen medaille toegezegd, jaarlijks teo
te kennen aan de beste leerlingen der teekenklasse.
Onze Koningin bestelde in Luxemburg eenige zak
doeken, die door Luxemburgsche schoolmeisjes gemaakt
en geborduurd moesten zijn. Het magazijn, dat deze
bestelling ontving, liet de zakdoeken echter maken
te Metz.
ben, heb ik die oude gewoonte van altoos te bidden
als ik wat te eten had, volgehouden, al ben ik alles
behalve een femelaar of zemelknooper, en al beteckent
dat uiterlijke bidden ook niemendal. Zelfs heb ik wel
eens bij ervaring gezien, dat men al heel valsch kan
zijn, al houdt men zich meer dan tweemaal vier en
twintig uren op zijn bloote knieën met bidden bezig.
Zoo, Kees, hoe meen je dat?
Dat was toen ik in Spanje was. Je weet, daar ben
ik jaren lang geweest: ik weet daar alles van. Daar
heb ik de lolligste dagen van mijn zwervelingsleven
doorgebracht, maai- wat ik daareven zei, heb ik daar
ook gezien. We kwamen eens met ons bataljon - we
waren toen bij de Engelschen in Spanje, weet je - op
een groot kasteel in kwartier, 't Was eigenlijk meer
een klooster dan een kasteelmaar denkloosters waren
daar meestal net als kasteelen. We vonden er een
stuk of twaalf van die barrevoeters en die deden niets
dan bidden, ook zelfs toen wij met onzen majoor aan
't hoofd 't geheele gebouw al bezet hadden. We zochten
zoo eens rond; want men kon daar geen menscli
vertrouwen, en toen vonden we op een binnenplein
een heelen hoop lijken liggenaltemaal doode Franschen.