Op de lijst van door Burgem. en Weth. van Deventer
aan den Raad aanbevolen personen ter benoeming
van een gemeente-architect aldaar, komt als No. 1
voor de heer J. A. Mulock Houwer, civiel- en bouw
kundig ingenieur, thans te Amsterdam.
Te Middelburg is het kohier van den hoofdei, omslag-
vastgesteld op 71,545,28, berekend naar een heffing-
van 2,82%.
Te Middelburg zijn twee mannen met een kar bij
de Langevillebrug door den stoomtram aangereden,
waardoor een der mannen beide beenen brak en ook
de andere bezeerd werd.
Men verneemt uit Vlissingen dat de moeielijkheden
tusschen de Maatschappij Zeeland" en de «London
Chatatm and Dover Railway Comp", voor den aanbouw
der afgebrande aanlegplaats te Queensborough, zijn
bijgelegd en dat de genoemde Engelsche maatschappij
nu spoedig met de vernieuwing der établissements
gebouwen zal beginnen.
Volgens een paar bladen is te St. Maartensdijk een
geval van pokken voorgekomen. Daar St. Maartensdijk
door de spellingvernieuwers van zijn St. is beroofd als
uitsluitend onderscheidingsteeken, omdat 't Utrechtsche
Maartensdijk ook een St. heeft gekregen, kan na de
vraag opkomen, waar zijn nu de pokken: te St. M.
in 't Utrechtsche of te St. M. in Zeeland?
Te Lage Mierde hebben werklieden, die bezig waren
op het terrein der nieuwe school, een kruik gevonden
met oude munten uit de 16e, '17e en 18e eeuw, te
zamen eenige honderden stukken, alsmede een groot
massief gouden kruis en een zwaren ring, naar gissing
met diamanten steen. liet gevondene is door den
burgemeester in bewaring genomen.
Voor de leening van 00,900,000 (Wet van 16
Maart 1883) is ingeschrevenvoor 748,000,000. De
inschrijvingen kunnen dan slechts ten deele gegund
worden. Men zegt dat de kleine inschrijvingen zekere
voorkeur zullen genieten om te bevorderen dat de
kleine burger zijn penningen in staatsfondsen zal be
leggen, zooals dit o.a. in Frankrijk vrij algemeen ge
schiedt, terwijl bij ons de kleine kapitalen doorgaans
gewaagd en ook veeltijds verspeeld worden in allerlei
bedriegelijke vreemde fondsen.
De «Willem Barents" zal op Zaterdag 5 Mei voor
de vijfde reis uitgaan tot het doen van een tocht in
de Poolzee.
IIII. MM. de Koning en de Koningin zullen Zaterdag
tegen den middag te 's Gravenhage terugkeeren van
het reisje naar Engeland. Woensdag 25 April ver
trekken zij naar Amsterdam en den 2 Mei van daar
naar Luxemburg.
Op 13 April bedroeg het totaal der giften voor de
noodlijdenden te Paesens en Moddergat 74,020,43.
want ze was als helpster van de keukenmeid daar
't eerst gekomen.
Dat «tonnenboenen" was aangenomen werk en als
't weer een beetje meehielp, zei Kaat altoos, kon er
een goed weekgeld mede verdiend worden. Wat 't weêr
daar nu meê te maken had, weet ik nu nog niet en
dat de ijverige oude sloof toch maar een zeer klein
weekgeldje naar huis meêkreeg, is zeker. Dat was ook
al dertig jaar zoo geweest en alles was in dien tijd
duurder geworden, behalve het loon der tonnenboensters.
Kaat was echter met haar lot tevredenthuis hield
ze alles kraaknetjes en als Kees maar niet «mierde"
en maar niet met een «brom in" thuis kwam, dan
was zij overgelukkig.
Ik heb die Kaat wel eens, als dat zoo eens uitkwam,
dat zij bij ons in de keuken kwam helpen als 'tdiuk
was, hooren vertellen over haar «jonge jaren", toen
Kees nog niet «weg geweest was" en toen zij nog
zoo «onknap" niet was, en 't kwam mij later wel eens
voor, dat er een soort roman achter haar geschiedenis
moest schuilen. «Ik ben Kees z'n ongeluk nooit geweest,
heb :ik haar eens hooren zeggen, «al was hij van
rijke burgerfamilie, daar was op mij niets te zeggen, en
waarom lieten ze hem zijn zin ook niet doenDat
wouwen ze niet en toen is hij vort gegaan. Maar we
hebben elkaar toch gekregen, zeg ik rnaar, en een
mensch kan zijn lot niet ontloopen."
«Wat was dat dan, Kaatje?" liet ik me eens
ontvallen. Nu keken zij en de keukenmeid me tegelijk
met groote oogen aan én lachten, terwijl Kaat zei,
och, jongeheer, daar heb je nog geen weet van, en
dat's maar goed ook."
Als Kees. met een «brom in" thuis kwam, was zijn
vrouw altoos zeer verdrietig. Kwam zij op gewone
dagen thuis, dan vond ze doorgaans de deur openstaan.
Kees had water en vuur gehaald als 't tegen den
avond liep en was 't middag dan vond zij 't eten
Te Veenendaal, waar zoo men weet groote spinne
rijen en weverijen zijn, hebben Maandagmorgen onge
regeldheden plaats gehad onder het mannelijke en
vrouwelijke werkvolk. De aanleiding was een loons
vermindering, waartoe een der firma's had moeten
besluiten wegens den slechten tijd en die Zaterdag
avond aan de werklieden was bekend gemaakt.
Maandagmorgen schoolde een groote menigte samen
voor de fabriek; de meest ontevredenen wilden niet
aan het werk gaan en dwongen de vvelgezinden ook
den arbeid te staken. Daarna trok de troep joelend
en schreeuwend naar het huis van den fabrieksdirecteur
Creveld, waar de ruiten ingegooid werden. De burge
meester heeft militairen gerequireerd uit Arnhem, die
reeds vóór den avond aankwamen en op het stadhuis
en bij de burgers werden onderdak gebracht, 's Avonds
is er niets bijzonders voorgevallen, en Woensdag na
eenig aarzelen den arbeid hervat.
Tijdens de tentoonstellingsfeesten te Amsterdam
krijgen de stadsboden aldaar een steek op.
gelukte hem tot andere gedachte te brengen, werd hij
op den eisch van het O. M. na langdurige beraadslaging
van het Hof tot heden in gijzeling gebracht.
Door de sleepboot «Adsistent" is te Terschelling
binnengebrarht. een onderstboven drijvend schipnaam
en nationaliteit onbekend.
Tn de R.-K. Kerk te Ospel bij Weert is een 12jarig
jongeling op heeter daad betrapt bij het ledigen der
offerbus, die hij met een valsehen sleutel wist te openen.
Het geld verborg hij dan in den grond en het werd
op drie plaatsen teruggevonden.
Dezer dagen zal van Amsterdam vertrekken een
gezelschap van 15 jongelieden, uitmakende de hoogste
klasse der handelsschool aldaar, om onder geleide van
dr. Hulsmann, directeur der school, een studiereisje
te ondernemen naar de voornaamste handelscentrums
van Engeland: Birmingham, Manchester en Liverpool.
Door de Middelburgsche «Cornmercie-compagnie" zal
op de Amsterdamsche tentoonstelling een op haar
fabrieken vervaardigde, horizontale stoommachine met
verticalen stoomketel worden geëxposeerd. Het prachtig
stuk werk heeft een machine van 12 paardekr., die
met hooge stoomdrukking en verstelbare expansie
werkt. De ketel meet. 3.10 M. hoogte en 1.30 M.
wijdte. Te Amsterdam'zal onder de fundatieplaat een
voonvarmer worden ingemetseld om den ketel van
warm voedingswater te voorzien.
Te 's Gravenhage zijn uit de gang van een school
in de Raamstraat 17 kindermantels gestolen.
De oudheden-industrie, die lang te Broek-in-Water
land gedreven is, doch door de verplaatsing van het
zoogenoemde Broeker-huis naar den O vertoom schen weg
onder Amsterdam, was teniet gegaan, zal opnieuw
worden opgevat, thans door den heer P. Heijloo Jr.
te Broek-in-Waterland,, die daarvoor reeds de noodige
antiquiteiten, curiositeiten en rariteiten verzamelt.
De valsche bankbiljetten van honderd gulden, te
Amsterdam in omloop, schijnen alle van hetzelfde
fabricaat te zijn. Bij een eenigszins oplettende be
schouwing blijkt, dat het beweerde «watermerk" er
wel eenigszins op gelijkt, maar toch meer door persing
of pletting verkregen schijnt. De buste van de Neder-
landsche Maagd en het medal jon, dat haar omsluit,
is ruw afgewerkt, en dit is zeker, wanneer een dergelijk
bankbiljet tusschen echte ,in geschoven wordt, het
meest in het oog vallend bewijs voor de onechtheid.
Verder is het papier niet «geschept" en mist dus den
oneffen rand der echte bankbiljetten, terwijl ook de
gestempelde nummers van de gewone verschillen.
Hbl.
Eergisteren heeft voor het Hof te Amsterdam een
getuige, die in een strafzaak was opgeroepen, ofschoon
niet Doopsgezind, geweigerd den eed af te leggen,
omdat hij niet geloofde aan een God, die straft.
Toen het noch den voorzitter, nóch den advocaat-generaal
gereed of nagenoeg, want dat bezorgde Kees dan, en
hij kon goed koken, zei zijn vrouw. Doch als hij
mierde, was de deur dicht en vond zij niets gereed.
Kees zat dan te suffen of te slapen, of hij stond
buiten onder een groepje mannen en knapen te vertellen.
Het scheen dat hij een tikje aan moest hebben om
los te worden. Dan praatte hij over zijn soldatenleven
en wist veel te vertellen van de grappen en ondeugende
streken, die hij met «Stormpie" er altoos bij had
uitgehaald, en van de heldenstukken, die hij had helpen
bedrijven of zien bedrijven. Kant liet hem dan maar
begaan tot hij uit eigen beweging in huis kwam.
Vaak gebeurde zulke ongeregeldheid echter niet; 'twas
gemiddeld ééns per kwartaal, als Kees op zijn pensioen
uitgeweest was. Dat was een Engelsch pensioen, zei
hij, en hij ging 't altoos ontvangen bij Stormpie, die
't voor hem in ontvangst nam van den «Engelschen
Minister." Hij had liever pensioen getrokken van de
Hollanders, zeide hij wel eenswant hij had 't niet
op de Engelschen; maar hij was billijk genoeg om te
erkennen, dat de Engelsche Minister toch fatsoenlijk
was met de diensten té erkennen, dat hij en Storm
aan Engeland hadden bewezen, ofschoon hij voor zich
altoos in den geest voor Holland en den Prins had
gediend, al droeg hij een Engelschen rok. Later is mij
gebleken, dat Kees in 't geheel geen pensioen had en
nooit genoten had ook 'en dat zijn boezemvriend Storm
hem elke drie maanden zeker bedrag in klinkende
munt schonk, hem in den waan brengende en latende,
dat dit een Engelsch pensioen was.
Die Storm, of zooals Kees hem noemde Stormpie,
was een man van ongeveer gelijken leeftijd als Kees.
Hij was blikslager vau beroep en had een winkel en
een werkplaats, waarin veel omging, zoo'n ouderwetsche
stille n aar hoogst solide zaak, waarin de ijverige en
eenvoudige bezitter stilletjes rijk was geworden en nu
eigenlijk rentenierde; want hij hield de zaak enkel
Benoemingen, Besluiten, enz.
Z. M. heeft benoemd tot ridder in de orde van den
Ned. Leeuw den heer H. C. Hanewinckel, referendaris
bij het Dep. van Financiën.
Kunst, Wetenschap en Letteren.
Het departement Schouwen der Maatschappij tot
Nut van 't Algemeen heeft besloten pogingen aan te
wenden om het standbeeld van Jacob Cats te Brou
wershaven te restaureeren en te verplaatsen. Door
ophooging van het terrein waarop het beeld staat,
is een en ander, ofschoon reeds lang wenschelijk,
nu noodzakelijk geworden, vermits anders het voetstuk
een halven meter door den beganen grond bedekt zou
worden.
Het standbeeld van Cats is door het departement
Schouwen opgericht in het jaar 1829 en behoort
daaraan nog altijd in eigendom. N. Rott. Ct.
De Amerikaansche schilders, te Parijs wonende en
werkende, hebben zich per adres tot de wetgevende
macht der Unie gewend om opheffing te verkrijgen
der verhoogde belastingen op den invoer van schilde
rijen en andere kunstwerken in de Vereenigde Staten.
Zij voeren aan, dat zij hun werken nu niet meer
aan- landgenooten kunnen verkoopen en dus wel ge
drongen zijn ze in den vreemde te plaatsen.
Door den Min. van Binnenl. Zaken is, in een circu
laire aan de Commissarissen des Konings in de provin
ciën, gewaarschuwd tegen het verkoopen of wegdoen
van oude archiefstukken door gemeentebesturen, omdat
gebleken is dat door een gemeentebestuur een oprui
ming was gehouden, waardoor een aantal belangrijke
stukken waren weggemaakt.
Volgens een bericht in de Événement is de bekende
schrijver Gustave Aimard ernstig ziek.
aan om wat naloopens te hebben en om zijn dagelijksche
muziek, het geklop en getik in de blikslagerij, niette
moeten missen. Men kon hem in den regel vinden in
de deur van zijn winkel, met de armen over de
onderdeur leunende en zijn pijpje rookende. De buren
noemden hem altoos meneer Storm,, maar Kees zei
Stormpie, en dat hoorde de eenvoudige man veel liever. Ik
weet niet dat Storm ooit bij Kees in huis geweest is om
bezoeken af te leggen, dan toen deze op 't laatst van zijn
leven zoo erg sukkelend was geworden, dat hij niet meer
uit kon gaan. Kees kwam ook weinig bij zijn ouden
wiend, doorgaans maar eens in de drie maanden.
Die twee hadden samen de halve wereld rondgezworven,
doch liepen elkaar de deur niet plat, dat's zeker. Zij
waren vroeger met hun drieën geweest; die derde
was een zekere Bram geweest, of zooals Kees zei,
Brammetje; want hij maakte de lui altoos kleiner dan
ze waren. Brammetje was echter al jaren dood; in
Spanje had hij op romantische maar treurige wijze
zijn einde gevonden.
Als Kees mierde, treurde hij nog wel eens om dien
lang gestorven vriend. O, Jongeheer, zuchtte hij dan,
dien moest je gekend hebbenje vader kan zijn vader
nog gekend hebben, toen je vader een kleine knaap
was; want die oude heeft lang geleefd. Die Brammetje
kon vertellen, die zou alles nog pas goed hebben
kunnen vertellen, en lollig ook, wat wij met ons drieën
zoo al hebben ondervonden.
Maar wat was dat dan al zoo, Kees? vroeg ik hem
eens. Dat zal ik je wel eens vertellen, antwoordde hij,
doch daar bleef het bij, tot ik eens op een zomeravond
wat meer en in eenigszins geregelde volgorde van hem
te weten kwam, dan hij ooit in mijn bijzijn had
losgelaten.
Wordt vervolgd