Buitenlandsch. Overzicht.
met wilde voorstellen en het komt ons voor, dat het
ook den heer De Jong daarom niet te doen was,
maar veelmeer om wat. zuivering te brengen in de
opvatting van den toestand van het oogenblik. Hij
schijnt te hebben willen uitdrukken, dat de liberale
partij wèl geweten heeft wat zij deed toen zij tot het
bekende votum medewerkte, 't welk bovendien nog
door den heer Wybenga werd bevestigd, n.I. dat zij
in 't Ministerie geen eenheid genoeg meer vindt om
er mede te kunnen samenwerken en dus zuivering
van den toestand wileen ander kabinet of een beroep
op de kiezers, dus ontbinding.
iïet mag niet onopgemerkt blijven, dat de heer
Schaepman, ook sprekende namens den heer Lobman,
de verklaring aflegde, dat hun adviezen niet de bedoeling
hebben gehad het Ministerie tot heengaan te nopen.
Zelfs liet de heer Schaepman doorschemeren, dat, zoo
de Ministers alsnog in zijn en den heer Lohmans
geest mocht willen handelen, hij 't sussen of doodbloeden
van de crisis niet onmogelijk acht.
Het was na de rede van den heer Schaepman, dat
cle heer Wybenga de bovenvermelde bepaalde uitin
gen gaf.
Deze korte discussie heeft dus, als we ons niet
vergissen, deze strekking, dat de cluiicalen 't nog wel
met dit Ministerie zouden willen blijven doen, op
conditie van nog wat sterker zwenking naar hun kant,
dan in liet bekende schoolwet-afbrekende woord van
den Minister Pijnacker Hordijk zou kunnen gezien
worden, doch dat cle anti-cloricalen hiervan niets
willen weten en zich desnoods liever aan een kamer
ontbinding willen onderwerpen clan het gevaar te loopen
van een ommezwaai van richting, die streek]e voor
streekje, doch daarom niet minder zeker zou moeten
volgen, wilde het Ministerie zich eenigszins duurzaam
de regeering bij de gratie der clericalen verzekeren.
Er is alzoo eenig licht gekomen over het feit, dat
niet juist deze of die partij, maar een samenloop van
omstandigheden het bekende votum heeft uitgelokt.
Het soort van excuus, door den heer Schaepman uit
gebracht, geeft ook niet onduidelijk te kennen, dat de
verbroedering der clericalen van de tweederlei kleur
nog niet zoo innig is, dat ei* aan een clericaal kabinet
kan worden gedacht.
Of nuafgaande op hetgeen de heer De Jong
aanroerde, als noodzakelijk om gezond leven in den
politieken toestand te brengen, een ministerie der
grondwetsherziening zal te vinden zijn, zouden we nog
niet zoo grif willen aannemen.
In elk geval, de crisis moge dan verrassend genoemd
worden of niet, nu zij er is blijkt zij een zeer ernstige
te zijn.
Sinds eenige weken lieerscht er een levendig verkeer
tusschen een aantal Staten, we mogen haast zeggen
tusschen al de Staten van het Westen, die zich de
weelde veroorloven kunnen om in buiten landsche
politiek te doen, en zelfs komt N.-Amerika daar nog
bij. Als in de dagen van een eeuw of anderhalf geleden,
is dat verkeer een echt oudervvetscb politiek verkeer,
zoo iets in den zin waarin we thans het woord politiek
gebruiken en waaronder vroeger de gansche staatkunde
begrepen werd.
Men kan niet zeggen dat het staatkundig evenwicht
met zijn eindelooze en rustelooze schommelingen, noch
de leer der nationaliteiten de diplomaten in onrust
en de politieke wereld in zekere spanning houdten
evenmin dat het economische belangen zijn, die haar
interesseeren. Neen, maar het is een algemeéne jacht
op dat eigenaardige op staatkundig terrein voorkomend
wild, dat met namen als samenzweerders, nihilisten,
verdachten en dergel. wordt aangeduid.
Sedert liet klappen van Carey te Dublin tast cle
Engelsche diplomatiek, in den zin van internationale
politie, overal rond, de heele wereld door, om cle
saamgezworenen van het Phoenixpark te vatten. De
«onvenvinlijken" te verwinnen, vooral n°. '1 machtig
te worden, ziedaar waar 'tin de eeiste plaats om te
doen is. Nu zou men zoo zeggendat als de Engelschen
degenen willen pakken, die 'top den ondergang hunner
heerschappij in Ierland gemunt hebben, zij slechts cle
handen hebben uit te strekken. Ierland zit vol Ieren
en Londen bezit er ook een groot aantal. Zij hebben ze
maar voor 't. grijpen. Willen zij de ergste Ieren echter
hebben, de beste boutjes van 't eigenaardig jachtwild,
dan zullen zij menigmaal misgrijpen en platzak thuis
komen of de verkeerden vatten.
Sheridan, Byrne, Walsch, Parnell en nog eenigen
dat zijn ze, zegt mendoch als 't er op aankomt,
glippen dezen als alen door de vingers en houdt men
niets dan een dozijn domme, ondanks hun met bloed
bemorste vingers beklagelijke wezens over, gelijk er
onlangs terecht gestaan hebben.
Uit Brussel meldt men dat daar op nieuw huiszoekingen
plaats gehad hebben, o. a. bij een Russisch student,
en dat men meent wijdvertakte geheime genootschappen
op 't spoor te zijn. Ook moet op cle Belgische grens
een Luiksch student, Chestapoloff geheeten, gearresteerd
zijn omdat hij '12000 fr. bij zich had. Nu, een student
met '12000 fr. op zalc, dat is al een zeer verdacht
boutje, daar moet wel wat achter zitten; eer zou cle
internationale politie een student met een dozijn beren
aan een ketting bij zich laten doorslippen, clan een
met zulk een volle beurs.
't Moet er anders niet best uitzien als een student
met '12000 fr. de rust van Europa in gevaar kan
brengen. Zeker is het bedenkelijk als «druk telegraphisch
verkeer" gaat beteekenen »druk gesnuffel van de
politie." Hoe onmisbaar en nuttig cle politie, en dat.
wel een zeer goede politie, in elk land zij, als de
staatkundige wereld van uit cle politie-bureaux gaat
geregeerd worden, clan loopt de wagen hard achteruit
en komt hij te avond of te morgen in de sloot
terecht. Zoo was het'in 't midden der vorige eeuw
ook. Wien men toen ergens in de politieke wereld
een roode krijtstreep op den rug zette in figuurlijken
zin natuurlijk dezen vervolgde men ook tot aan de
einden der aarde, zoodat hij nergens een rustpunt
vond voor zijn vermoeid hoofd en onder de jacht
afgematte leden. Toch heeft de internationale politie
de groote revolutie niet kunnen afwenden of tegen
houden, en zij die zoo lang jagers geweest waren,
kregen de minder pliezierige rol te spelen van wild.
Men verneemt nog nieis van een geheimzinnig
verband tusschen den moord in 't Phoenixpark te
Dublin en die dynamietontploffing bij Brussel, die in
haai' nasleep o. a. tot de ontdekking van een wonder-
student met 12000 fr. op zak heeft geleid en tot
een zenuwkoorts in 't Europeesch telegraafnet. Het
verband van dien dynamietbom met de Fransche in
ternationalen zal de verhitte verbeelding wel al helder
ingezien hebben. Dan volgt natuurlijk ook het geheim
zinnig verband met die papieren bommen, die hier en
daar de ultra-clericale Fransche baronnen uit de
ramen in hun tuin werpen, waarna zij den pastoor
't feit in de kranten laten zetten. Daaraan haakt zich
dan heel geleidelijk vast de historie van de grappen
makers te Rome, die een drietal groote zevenklappers
bed gestorven en fatsoenlijk uit de bus" begraven
en nog wel door twaalf »sterke lui" en een bidder
van den eersten rang vooruit, terwijl vele buren zeiden
»wat zou die Kees tevreden er naar kijken als hij
dat zelf nog zoo eens zien kon."
Kaat, die eenige jaren jonger was dan bij, heeft
hem overleefd en zij was er nog in haar laatste levens
dagen gerust over, dat Kees. toch goed bezorgd was
en zijn zin had gehad, daar hij haar was voorgegaan.
Uit het 'zoo even gezegde over die katvisch, zou
men afleiden dat Kees zeker visscher van beroep is
geweest. Toch was dit niet zoo; hij was in mijn oogen
een soort van rentenier, want geregeld dagwerk heb ik
hem nooit zien waarnemen. Wel deecl hij nu en dan,
als er veel drukte in de stad was, dienst als opperman,
doch dit verdroot hem dan spoedig. Hij achtte er zich
door vernederd, oppermanswerk te moeten doen, daar
hij in zijn jeugd toch als metselaarsjongen nooit als opper
man gewerkt had. Een opperman noemde hij een
«handlanger" en dit woord kende hij uitsluitend in
een kwaclen zinhandlanger wilde hij niet wezen. Nu
wil ik niet zeggen, dat hij het werken liever aanzag
dan deedwant vooreerst was hij, toen ik hem kende,
een hoogbejaard man en iemand, die een veelbewogen
leven achter den rug had. Dat zoo iemand weinig
aantrekkelijks, weinig poësie kon vinden in.de werk
tuigelijken dommen arbeid van een opperman, kan ik
best begrijpen. Nu en dan hacl hij wel ambitie in
zijn werk; dat was als hij als aannemer optrad.
Wanneer er namelijk ergens een gebouw werd afge
broken, dan was Kees gaarne aannemer van het
«schoon opleveren" van de steen die er afkwam,
en het was toen nog in den tijd vóór de aardappel
ziekte, er werd meer afgebroken dan opgebouwd, zoodat
hij het soms een paar weken achtereen erg druk hacl
en voor niemand te spreken was. Dan zat hij zelf
ijverig steenen af te bikken en wist de arme lieden,
die hij daarbij in dienst nam, zoo te bezielen, dat het
werk vlot en goed van de hand ging en de eigenaar
van den hoop muurbrokken, waarover de aanneming
liep, vaak met zekere verbazing zag, dat schier al de
steenen er heel uitkwamen. Als Kees daar dan maar
een goed daggeld uithaalde, was hij hoogst voldaan,
en dit ook over zichzelven, zoodat hij zich dan wel
eens de weelde van een extra «proppie" veroorloofde,
iets wat Kaat hem clan in geen drie dagen vergaf,
hoewel ze anders ook alles voor Kees overhad, ja alles,
zei ze, had ze voor hem over «tot het bloed uit haar
nagels", maar in zulk een bui was 'fc oremus bij haar
in huis, en dit te meer omdat Kees dan doorgaans in
hoogst vroolijke stemming thuiskwam. Zoo heb ik hem
eens hooren thuiskomen al zingendeen wel een
Engelsch soldatenliedje. Dat had ik nog nooit van
hem gehoord, dat hij zong; maar de ontvangst, die
Kaat hem bereidde, scheen niet bijzonder vriendelijk
te zijn, want het «rookte" er nog wei een uur latei-
of dubbele voetzoekers hebben geworpen, edocli
zonder een mug te dooden Dan komt vervolgens
als van z,elf cle «zwarte hand" uit Spanje over de
Pyreneeënreiken een aantal sbirren-handen beschut
met handschoenen van onbetaalde Spaansche coupons,
grijpt op zijn beurt naar de «zwarte hand." Eindelijk
de geheimzinnige draden volgende, komt de politie te
Moskou terecht, en kan zij daar de machthebbers een
handje helpen, om den gezegenden toestand te ver
wezenlijken dat bij de aanstaande kroning enkel
priesters, politic-agenten en soldaten toekijken en het
volk achter slot en grendel zit. Reeds nu zit er reeds
een getal achter slot, zoowat evengroot als dat van
het leger.
Voorwaar, het platonische jaar is nog niet gekomen
de flauwe dageraad ervan is zelfs nog niet te bespeuren.
Mogelijk zou een Europeesch oorlogje weer wat
gezonden lucht kunnen aanvoerenop dit oogenblik
is cle atmosfeer erg drukkend.
Gemengd ttuitenlandscii Nieuws.
De stoomboot «Bywell Castle", die in het najaar
van '1878 de pleizierstoomboot 5)Prinscess Alice" op de
Theems bij Woolwich in den grond voer, waarbij
meer dan 500 menschen verdronken, is in de golf
van Biscaye met man en muis, 50 koppen, vergaan.
De Engelsche artillerie is uit Cairo naar Europa
teruggekeerd. Er blijven nu nog 9000 man Engelsche
troepen in Egypte achter.
Ziehier de samenstelling van bet Engelsche leger op
dit oogenblik: geregelde troepen 127,611 man, reser
vetroepen 42,500 man, militie 142,874 man, schutterij
(Yeomanry) 14,404 man, vrijwilligers 247,921 man,
geregelde troepen voor Indië 61,641 man, te zamen
636,951 man.
Generaal Lardenois, brigadecommandant der cavalarie
te Valenciennes, heeft zich in een vlaag van ijlende
koorts doodgeschoten.
Te St. Loubès (Gironde) is de weduwe Chanfrou
overleden, die '100 jaren en eenige maanden oud werd,
en te Lisieux stierf mevrouw Davoust, geboren Cécile
Aufry, bijna 102 jaren oud.
Prins Krapotkine heeft een brief geschreven uit zijn
gevangenis te Lyon, waarin hij zegt, dat, hoewel nog
zwak, zijn gezondheidstoestand beter wordt, zoodat hij
thans in staat is twee of drie uren per dag te werken.
De rnaire van Luzy (Nièvre) schrijft aan de Petit
Journal dat in dit dorp een vrouw van 118 jaren
woont: Marie Pidault, weduwe Georges, geboren te
Tagnière op 21 April 1765. Zij woont samen met
een barer achter-kleinkinderen en heeft nog vooreen paar
weken een wandeling gedaan naar Cuzy, 7 'kilometers
van Luzy. Zij is eenmaal in haar leven verkouden
geweest, maar dat was haar ernstigste ziekte.
Tusschen kapitein Webb en WilJy Beckwith heeft te
Londen een zwem-weddenschap om 1000 pd. st.
plaats gehad. Webb nioest na 't afleggen van een
afstand van 28 kilometer het opgevenBeckwith bracht
het tot 40 kilometer en won de som.
Uit Parijs meldt men, dat Frank Byrne weldra zal
worden in vrijheid gesteld, daar zes verklaringen van
getuigen sommige van leden van het Parlement
in huis, zooals de buren zeiden. Beschonken heb ik
Kees echter nooit gezienzelfs had hij een bepaalden
afkeer van drinkers, al kon hij ook beter voor een
keer een boterham missen dan zijn dagelijksch «proppie".
Eens, een dag na zulk een bui, heb ik zijn vrouw
daar eens over hooren praten. «Hij is dood goed", zei
ze, «maar hij moet geen drank in 't lijf hebbendan
«miert" hij". Wat dat «mieren" was, verstond ik toen
nog niet, maar later heb ik er wel iets van meenen
te kunnen begrijpen. Hij was dan altoos op reis ver
van huis en ver achteruit in zijn leven: in Engeland,
in West-Indië, in Spanje, overal. Dan rammelde hij
meestal gebroken Engelsch en Spaansch door elkaar
zoodat ik meende, dat daar veel achter stak, en dat
die Kees een heele mijnheer moest geweest zijn. Uit
hetgeen mij later van zijn afkomst en jeugd bekend
is geworden, heb ik ook wel kunnen opmaken, dat
hij inderdaad een levensdrama had uitgestaan, gelijk
niet iedereen overkomt, en dat hem wel eens sommige
zaken in het hoofd maalden, die heel anders hadden
moeten zijn, dan ze nu waren, doch dan had ook
Kees in zijn jonge jaren anders moeten geweest zijn en
sommig menschen, die toen al dood waren, hadden dan
ook anders moeten geweest zijn. In gewone tijden
schenen die oude herinneringen echter doorgaans heel
rustig bij Kees te slapen.
(Wordt vervolgd.)