"beurs- en marktberichte^ ADVERTENTIEN. te TOLEN. De hoofden der Fransche Republiek laten nu de prinsen van Orleans bezuren wat prins Napoleon heeft gedaan. Hierbij is het zeer merkwaardig dat de thans ten uitvoer gelegde decreten van Zaterdag, tot op non-activiteitstelling der prinsen van Orleans, niets anders zijn dan de besluiten of wetten van 24 Fe bruari 1834 tot verbanning van de legitimistische pretendenten. Wie een kuil graaft voor een ander, valt licht zelf er in, dit ziet men hier ook uit. Gelijk in eenige landen 't dynamiet en de moord- messen, alsmede de aanplakbiljetten, de lui wakker houden en de reactie min of meer in de hand werken, zoo zijn 't in Duitsc'hland de trichinen echte of valsche die der reactie op 't gebied der handels politiek in de hand werken. De Duitsche industriëelen, althans voor zoover zij gelooven in den profeet prins Bismarck, meenen, dat slechts heil te vinden is in de protectie in alle vormen, tot den Chineeschen muur om 't Rijk toe. Men heeft het nu zoover gebracht, dat de invoer van Amerikaansch spek, worst enz., strengelijk is verboden. Of nu de Duitsche huismoeders zooveel lichter een goed stuk Duitsch spek in de zuurkool zullen kunnen koken, valt zeer te betwijfelen doch de hoogadellijke Duitsche varkenshouders en die zijn er nog al veel zullen voor hun product veel meer geld kunnen maken, nu de concurrentie van Amerika is uitgesloten. Het brieven schrijven tusschen Rome en Berlijn gaat weder opnieuw aan den gang. Aan de stoute taal der ultramontanen in den Rijksdag kan men zeer goed hooren, dat deze met één of twee stapjes naar Canossa niet tevreden zijn en dat er, wat hun betreft, geen vrede zal komen voor het nieuwe keizerrijk weder het H. Roomsche Rijk en de keizer bekeerd zal zijn. Dit zal zoo spoedig wel niet geschieden, maar men gaat er toch naar toe om 't vraagstuk aldus op te zetten. Reeds is 't zoover, dat in den Rijksdag openlijk gezinspeeld wordt op een scheuring tusschen den keizer en prins Bismarckdat diens val aanstaande zou zijn, kunnen we evenwel niet gelooven. Ten slotte nog een enkel woord over Sheridan en Parnell, twee der door de onthullingen van Carey gecompromitteerden. P. J. Sheridan, die door Carey als een der voornaamste leiders van het moord-complot is genoemd, heeft een verklaring in de Ivish-World openbaar gemaakt. Hij zegt, dat hij in Ierland is geweest, vermomd als priester, omdat ieder, die ver dacht werd, in dienst der Land-League te zijn, door de Engelsche autoriteiten werd gearresteerd. Hij was met een tweeledig doel naar Ierland gekomen, n.l. om zijn eigendom terug te krijgen, dat hem, terwijl hij in ballingschap of in de gevangenis was, was ontroofd en vervolgens om agrarische misdaden te voorkomen en het weigeren van pachtbetaling te bevorderen. Hij ontkent niet, dat hij geld heeft uitgedeeld, maar het was alleen om de ellende te lenigen van uit hun woning verdreven gezinnen. Hij wil niet zeggen, dat hij het doodschieten van landheeren goedkeurt, maar hij voelt zich niet geroepen een man te veroordeelen, die zich doodvecht om de zijnen voor ondergang te behoeden. Hij zal te New-York blijven, waar hij zegt dat het Engelsche gouvernement hem kan vinden, als het hem hebben wil. De Sun, die de zaak der Ieren voorstaat, gispt Sheridan, dat hij ontwijkend op Carey's beschuldigingen heeft geantwoord. »De League heeft geen verdedigers van het slag van Sheridan noodig. Wij raden hem, zijn kracht voor eigen verdediging te besparen. Hij is nog niet aangeklaagd of gevangen; maar als Carey geloof verdient, zijn de aanleggers der moorden tienmaal schuldiger dan hun werktuigen, die nu onder de galg staan." De Herald zegt: waarom blijft Parnell zwijgen? Hij kan zich stellig verdedigen. Zwijgt hij ter wille van zijn kameraden? Hij is het aan hun goeden naam en aan den zijnen verplicht, ronduit te spreken en het niet aan O'Brien over te laten, door dwaze speeches tegen verklikkers grond voor de verdenking te geven, dat de nationale partij haar mantel over de boosdoeners heeft geworpen. Het parlementslid Parnell heeft in het Lagerhuis eindelijk geantwoord op de tegen hem ingebrachte beschuldigingen. Hij begon met te zeggen, dat hij wel wist dat zijn woorden op het Huis of op de openbare meening weinig indruk zouden maken. Maar dit deed er minder toe, daar het hem alleen was te doen om zijn positie aan de Ieren duidelijk te maken. Hij was niet van plan op de vragen van den heer Forster te antwoorden. Hij kende hem het recht niet toe zulke vragen te doen. Carey had met betrekking tot de Land-League drie verklaringen afgelegd. De eene was, dat hij iemand, gekleed als priester, had ontmoet, die hem later was gebleken de lieer Sheridan te zijn. Ten tweede had hij gezegd, dat sommige zijner medeplichtigen hadden gemeend dat het geld, dat zij hadden ontvangen, uit Amerika was gekomen anderen zeiden, dat het van de Land-League kwam. Ten derde had hij gezegd, dat een vrouw, die hij voor mevrouw Frank Byrne hield, de moordwapens naar Dublin had gebracht. Dat alles was op hooren zeggen gegrond en de laatste verklaring was gebleken onwaar te zijn. Wat de tweede verklaring betreft, was het waar, dat enkele dier lieden cheques van de dames Land-League ter ondersteuning van hun familie hadden ontvangen. Van Sheridan was gezegd, dat hij, Parnell, hem aan het gouvernement had aanbevolen om hem te gebruiken om een einde te maken aan de misdaden in het westen van Ierland. Dit was gebaseerd op een memorie, die de heer Forster als minister aan de regeering had gezonden, maar het was reeds door kapitein O'Shex tegengesproken. Par nell herhaalde, dat hij zich niet wilde verdedigen. Hij debiteerde eenige hatelijkheden aan het adres van Forster en eindigde met de volgende woorden: »Ik voor mij ben vol vertrouwen in de toekomst van Ierland. Al lijkt de horizon op het oogenblik bewolkt, ik geloof dat het volk de tegenwoordige verdrukking zal te boven komen, zooals het vele ergere heeft doorgestaan. Wij mogen langzaam vorderen, maar wij vorderen. De tijd zal komen, dat dit Huis en het volk van dit land zullen inzien, dat zij zich nogmaals hebben vergist en een verkeerden weg hebben inge slagen, om een edelmoedig, dapper en eerlijk volk te regeeren. Dat het Iersche volk niet loslaat kan men o. a. daaruit zien, dat 't district West-Meath den afge vaardigde in 't Lagerhuis Harrington, die als secretaris der Land-League thans gevangen zit, heeft herkozen zonder verzet van tegenstanders. Kerk- en Sclioolnieuws. Beroepen te Biggekerke ds. G. Nijhuis te Hoogeveen te 's Heerenhoek (cl. Goes) ds. H. C. H. Reijers te Hekendorp. Beroepen bij de Chr. Ger. Gem. te Zieriksee (afd. St. Domusstraat) ds. Thijs te Sassenheim. Beroepen te Piershil ds. J. M. Conradi te Hontenisse. Bedankt voor het beroep naar Nieuw- en St. Joosland door ds. Eijkman te Groningen. Benoemd tot directeur der Rijks-Normaallessen te Tolen de heer W. J. Frijling, hoofd der openb. school aldaar. Benoemd tot onderwijzer aan de openb. school te Arnemuiden de heer H. Brakman. Bij Kon. besluit van den 18 Februari 1883 (Staatsbl. No. 23) is een wijziging gebracht in de bepalingen van het Kon. besluit van den '13 Aug. 1881 Staatsbl No. 149) op het afnemen van het examen, art. 56a der wet van den 17 Augustus 1878 StaatsblNo. '127), n.l. het examen als onderwijzer of onderwijzeres. Deze wijziging is een verzachting van de vrij strenge be palingen van 't Kon. besluit van 13 Aug. 1881. Volgens dat oude besluit toch moesten de candidaten zonder stemming afgewezen worden, bijaldien zij in één der hoofdvakken, rekenen en Ned. taal, een onvol doend cijfer hadden verkregen of in twee van de overige vakken. Nu is bepaald, dat, wat de hoofdvakken betreft, dit zoo blijft, doch als bijvakken worden slechts genoemd: lezen, aardrijkskunde, vaderl. geschiedenis, kennis der natuur, paedagogiek en handwerken. Der halve zal geringe tekortkoming in schrijven, vormleer of zingen, niet meer een overwegend gewicht in de schaal leggen, wanneer de candidaat voor het overige voldoende is bevonden. PRIJZEN DER EFFECTEN TE AMSTERDAM den 26 Febr. 1883. België, Spanje, Portugal, Rusland, 2«/a 3 4 Nederland, Werkelijke Schuld dito dito dito dito dito dito 1878 4 Premie-Leening Stad Rotterdam 3 dito Stad Antw. '74 3 Obligatiën Buitenl. 1869/70 H/4 dito dito 1876 2 dito Binnen). Esc. 5000 1 dito dito Esc. 100 1 dito Buitenl. 1853/80 dito 5e Serie 1877 dito 6e Serie 1878 Obl. Hope Co. 1798/1815 Cert. Inschr. 6e S. 1855 Obligatiën 1866 f 1000 dito 1860 2e L. 10( Obl.-Leen. 1867/69 Staatsleening 1866 Oostenrijk, Obligatiën in papier dito dito dito in Zilver dito dito dito in Goud Staatsleening 1864 pCt. 65 783/3 -101 >/8 1011/4 95I/8 3 6 52 6 4 5 783 5 95'/. 4'/a 84'/, 4 767/B 5 129 5 65 5 65 5/„ 5 65'/i 5 653/IS 4 81'/. 143'/» Italië, Turkije, Brazilië, Mexico, Rusland, Inschrijving Obl. Alg. Schuld 1865 Obligatiën Lond. 1865 dito 1851 Groote Spoorw.-Maatsch. Aand. 5 11 nlu 99l/g 251/is 1265/8 501 Vis 823/4 78 72 Va 50"/,6 146Vs Baltische Spoorw. Aand. 3 Jeles Griasi Obligatiën 5 Orel-Vitebsk Obligatiën 5 Poti Tiilis Obligation 1000 5 Oostenrijk, Fransch-Oost. Sp. Oblig. 3 Italië, Zuid Ital.-Spoorw. Obligatiën 3 Amerika, Illin. Cert. van Aandeel St. Paul en Pac. Ie Sec. do. 7 Chicago N.-W. Cert. Aand. PRIJZEN VAN COUPONS. Oostenr, in papier/" 21,— Russen in Z. R. f 1,18 Va dito in zilver - 21,Amerik. Dollars - Eng. Div. per - ll,67i/2 Papier - 2,461/* ROTTERDAM, 26 Februari 1883. Tarwe. Flink aangevoerd, met weinig kooplust. Puike soort tot vorige prijzen. Mindere 25 a 30 ct. lager. Puikef 9,45 a f 9,80 Mindere- 6,25 - 7, Rogge. Genoegzaam ter markt, ruimde in de puike soorten langzaam op. Mindere 20 cent lager. Puike soortf 6,30 a f 7,— Mindere- 5,25 - 5,70 Gerst. In beide soorten ruim ter veil, tot onveranderde prijzen. Winterf 5,40 a f 6,10 Zomer- 5,25 - 6, Haver. In de puike blanke soorten goed te verkoopen. Gewone onveranderd. Inlandsche lange3,70 a 4,50 korte- 5,- 5,50 Erwten. Zeer matig aangevoerd, in de puike kook- soorten tot iets betere prijzen. 10 a 20 ct. hooger. Puikef 10,25 a f 10,75 Mindere- 9,30 - 9,80 Bruine Boonen. Zeer weinig aangeboden, met eene kleine verhooging. Puike Zeeuwscher f 16,75 a f 18, Mindere- 9,- 10,50 Witte Boonen. Van goede kwaliteit bijna niet ge toond, goed te plaatsen. Puike Zeeuwsche14,05 a 15,50 Mindere en afwijkende- 8,50 - 10,50 Paardenboonen. Onveranderd. Puike harde Mindere f 6,75 a t 7,80 - 6,20 - 6,80 Uien. Aangevoerd ongeveer 6000 H.L. Prijs f 0,60 per 50 K.G. Mindere f 0,50. Voor de vele blijken van belangstelling op 23 Februari ondervondenbetuig ik ook namens mijne kinderen, mijnen hartelijken dank. Wed. B. LOCKER DE BRUIJNE— Schalkwijk. Die iets te vorderen hebben van of verselliilcLigd. zijn aan de onder het voorrecht van boedelbeschrijving aanvaarde nalatenschap van wijlen den heer C. BOOM te Zieriksee gelieven daarvan opgaaf of "betaling te doen ten kantore van den ondergeteekenden Notaris, vóór of op den 8en Maart 1883. Mr. J. MOOLENBURGH. JONGELIEDEN, die bij den aanvang van den nieuwen cursus op 1 _A.pr.il e.K. als kweelseling wenschen geplaatst te worden bij de Rijks-Normaal lessen te Tolen, worden verzocht zich vóór of op XO Maart bij den ondergeteekende aan te melden. Zij moeten op 1 April hun 14dc jaar hebben bereikt en bij de aanmelding overleggen: 1 een extract uit het register van geboorte 2°. een of meer getuigschriften waarbijzoo zij als kweekeling aan een lagere school zijn werk zaam geweesteen van het hoofd dier school 3°. een verklaring van ouders of voogdendat zij hen of haar voor het vak van onderwijs be stemmen. Tijd en plaats van het toelatings-examen zullen aan belanghebbenden tijdig worden medegedeeld. 21 Februari"1883. V00REN-

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1883 | | pagina 3